Etaamb.openjustice.be
Verslag
gepubliceerd op 06 september 2002

Verslag over de werking van de centrale voor kredieten aan particulieren. - Jaar 2001 De Centrale voor Kredieten aan Particulieren heeft tot doel (...)

bron
ministerie van economische zaken
numac
2002011210
pub.
06/09/2002
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN


Verslag over de werking van de centrale voor kredieten aan particulieren. - Jaar 2001 (Opgesteld door de Nationale Bank van België overeenkomstig de bepalingen van artikel 71, paragraaf 3, van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet) 1. Overzicht van de geregistreerde inlichtingen 1.1. Inhoud van het gegevensbestand De Centrale voor Kredieten aan Particulieren heeft tot doel de verzwaring van de schuldenlast van particulieren af te remmen door aan de deelnemende instellingen inlichtingen te verstrekken betreffende terugbetalingsmoeilijkheden inzake consumentenkredieten en hypothecaire leningen voor privé-doeleinden. Eind 2001 waren in het gegevensbestand van de Centrale 541 518 contracten en 397 451 personen geregistreerd.

Het totale achterstallige bedrag van de geregistreerde contracten die niet werden geregulariseerd, beliep eind 2001, 1.845,6 miljoen EUR of gemiddeld nagenoeg 2.939 EUR per contract voor de consumentenkredieten en 18.480 EUR voor de hypothecaire kredieten. 1.2. Evolutie van het aantal geregistreerde contracten en personen De evolutie van het aantal geregistreerde contracten en personen (toestand einde jaar) kan als volgt worden samengevat : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Het aantal geregistreerde contracten steeg tussen eind 2000 en 2001 met 23 828 eenheden of 4,6 pct. en het aantal geregistreerde personen met 11 986 eenheden of 3,1 pct. Het aantal personen voor wie meer dan één contract werd gemeld beliep eind 2001 144 070 of circa 36 pct. van het totaal aantal geregistreerde personen. De gedetailleerde uitsplitsing van het aantal personen volgens het aantal contracten waarvoor ze werden geregistreerd, wordt weergegeven in onderstaande tabel.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Wat de evolutie van het aantal geregistreerde contracten betreft, wordt in de hiernavolgende tabel de netto-aangroei bepaald als de resultante van het aantal nieuwe registraties enerzijds en het aantal schrappingen anderzijds.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Het totaal aantal geregistreerde contracten is in de loop van 2001 aangegroeid met ongeveer 23 800 eenheden, tegenover circa 22 000 eenheden in 2000. Die groei is het gevolg van de stijging van het aantal nieuwe registraties, die belangrijker was dan die van het aantal schrappingen van geregulariseerde contracten. 1.3. Evolutie van het aantal bijwerkingen De Centrale verwerkte in 2001 nagenoeg 1,5 miljoen bijwerkingen. Die bijwerkingen werden verricht door ongeveer 300 actieve deelnemers. Van het aantal bijwerkingen heeft ongeveer 8,6 pct. betrekking op eerste meldingen en 91,4 pct. op evoluties van de debetstand (met inbegrip van regularisaties), hetgeen het uitgesproken dynamisch karakter van de Centrale beklemtoont. 1.4. Collectieve schuldenregeling Op 1 juli 1999 is het koninklijk besluit tot regeling van de registratie van de berichten van collectieve schuldenregeling door de Nationale Bank van België en van hun raadpleging door de personen bedoeld in artikel 19, § 2, van de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling in werking getreden. Overeenkomstig dit besluit dienen de griffies van de rechtbanken van eerste aanleg uiterlijk 24 uur na de uitspraak van de beschikking van toelaatbaarheid, een afschrift van het bericht van collectieve schuldenregeling aan de Centrale te melden. Zodra een minnelijke of een gerechtelijke aanzuiveringsregeling wordt bereikt, moet de informatie daaromtrent eveneens worden medegedeeld. De door de griffies toegestuurde inlichtingen worden door de Centrale in het gegevensbestand geregistreerd en voor raadpleging ter beschikking gesteld.

Eind 2001 werden 16 625 berichten van toelaatbaarheid gemeld, waarbij het in 79 pct. van die gevallen personen betreft die op het ogenblik van de mededeling door de griffie reeds voor achterstallige kredietovereenkomsten in het gegevensbestand van de Centrale waren geregistreerd. Slechts 4 977 aanzuiveringsregelingen, hetzij 29,9 pct., werden gemeld (20,5 pct. minnelijke regelingen en 9,4 pct. gerechtelijke regelingen). 2. Overzicht van het aantal raadplegingen Vóór het afsluiten of wijzigen van een krediet dat onder het toepassingsveld van de wet op het consumentenkrediet valt, hebben de deelnemers (instellingen en personen, erkend door het Ministerie van Economische Zaken) de wettelijke verplichting het gegevensbestand van de Centrale te raadplegen.De evolutie van het aantal raadplegingen en van het percentage « affirmatieve » antwoorden (antwoorden waarbij de persoon waarover geraadpleegd wordt, geregistreerd is) wordt in onderstaande tabel weergegeven.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Uitgedrukt als gemiddelde per werkdag bedroeg het aantal « punctuele » raadplegingen in 2001 ongeveer 17 847. De quasi-totaliteit (ca. 99 pct.) van die raadplegingen wordt « on line » verricht. 3. Ontvangsten en werkingskosten van de Centrale De evolutie van ontvangsten en werkingskosten van de Centrale kan voor de laatste drie jaar als volgt worden samengevat : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld De inkomsten van het jaar 2001 zijn lager dan het voorgaande jaar, ingevolge de daling van het aantal raadplegingen (- 3 pct.) gecombineerd met de tariefdaling van de on line-raadplegingen; dat tarief werd op 1 april 2001 teruggebracht van 0,371 naar 0,32 EUR (- 14 pct.). De exploitatiekosten zijn toegenomen met minder dan 1 pct.

Per saldo komt het netto resultaat van het boekjaar 2001 uit op ongeveer 150.000 EUR. Het financieel overschot wordt, zoals in het verleden, gereserveerd met het oog op de financiering van belangrijke informatica-aanpassingen van de Centrale in de toekomst, waaronder de uitbreiding tot de positieve Centrale (zie punt 5.). 4. Inzage- en rectificatierecht De geregistreerde persoon wordt, overeenkomstig de wettelijke bepalingen, ambtshalve en schriftelijk door de Bank op de hoogte gesteld wanneer hij voor de eerste maal in de Centrale wordt opgenomen.Tijdens het verslagjaar werden in die context gemiddeld ongeveer 302 kennisgevingen per werkdag verstuurd.

Voor wat betreft het inzagerecht waarover elke persoon beschikt, wordt vastgesteld dat het aantal schriftelijke aanvragen om inlichtingen gemiddeld ongeveer 43 per dag beliep, terwijl het aantal vragen om inlichtingen in de vestigingen van de Bank nagenoeg 146 per dag beliep. In geval van betwisting van de gegevens die op zijn naam werden geregistreerd, kan de betrokkene een beroep doen op de diensten van de Centrale die met de kredietverstrekker die de mededeling heeft verricht, in contact zal treden voor een aanvullend onderzoek van het dossier. Desgevallend wordt het bestaan van een betwisting in het gegevensbestand opgetekend en bij eventuele raadpleging medegedeeld aan de kredietverstrekkers. 5. Ontwikkelingen in het wettelijke kader In het kader van het door de Regering vooropgestelde preventieve beleid inzake de strijd tegen de overmatige schuldenlast, werden initiatieven genomen die uiteindelijk hebben geleid tot de wet van 10 augustus 2001 betreffende de Centrale voor Kredieten aan Particulieren.Deze wet breidt de « negatieve » Centrale uit tot een positief registratiesysteem; daarin zullen, naast de betalingsachterstallen, eveneens consumentenkredieten en hypothecaire leningen met een normaal verloop worden opgenomen. Verwacht wordt dat die positieve Centrale effectief in werking zal treden in de loop van het eerste semester van 2003. De precieze datum daarvan zal bij Koninklijk besluit worden bepaald. Opdat de Centrale van meet of aan adequate inlichtingen zou kunnen verstrekken inzake de beoordeling van het kredietrisico, is de wet eveneens van toepassing op de lopende kredietovereenkomsten voorzover die overeenkomsten nog een looptijd hebben van minimum zes maanden op het ogenblik van de effectieve inwerkingtreding. 6. Statistische brochure In het kader van de problematiek van de overkreditering van de gezinnen, vragen verschillende instellingen en instanties regelmatig aan de Bank allerhande informatie betreffende het aantal en de evolutie van de in de Centrale geregistreerde personen en contracten. De Bank heeft een aantal statistische reeksen opgenomen in een specifieke brochure die halfjaarlijks wordt geactualiseerd. Die brochure kan op de website van de Bank (http://www.nbb.be) worden geraadpleegd of bij de dienst Documentatie [tel. : 02-221 20 33; fax : 02-221 30 42] worden aangevraagd.

^