gepubliceerd op 28 september 2000
Rechterlijke Orde. - Vacante betrekkingen - griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Verviers 1, vanaf 1 maart 2001; - adjunct-griffier bij het vredegerecht van het kanton : - Aalst II : 1; - Sint-Niklaas II : 1; - opstel - van het arbeidshof te Gent : 1 - van de rechtbank van eerste aanleg te Oudenaarde : 1; (...)
MINISTERIE VAN JUSTITIE
Rechterlijke Orde. - Vacante betrekkingen - griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Verviers 1, vanaf 1 maart 2001; - adjunct-griffier bij het vredegerecht van het kanton : - Aalst II : 1; - Sint-Niklaas II : 1; - opsteller bij de griffie : - van het arbeidshof te Gent : 1 - van de rechtbank van eerste aanleg te Oudenaarde : 1; - beambte bij de griffie : - van de rechtbank van koophandel te Dendermonde : 1; - van het vredegerecht van het kanton : - Brussel I : 1 (*); - Brugge I : 1; - Oudenaarde en Kruishoutem : 1; - van de politierechtbank te Hasselt : 1; - secretaris bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te : - Antwerpen : 1, vanaf 1 april 2001; - Brussel : 2, vanaf 1 april 2001; - Leuven : 1, vanaf 1 januari 2001; - adjunct-secretaris bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te : - Antwerpen : 2; - Luik : 1; - opsteller bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Hoei : 1; - beambte bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brugge :1; - beambte bij het parket van de arbeidsauditeur te Namen en te Dinant : 1, vanaf 1 april 2001.
De kandidaturen voor een benoeming in de Rechterlijke Orde moeten bij een ter post aangetekend schrijven aan de heer Minister van Justitie, Directoraat-Generaal Rechterlijke Organisatie, Dienst Personeelszaken, 3/P/R.O. II, Waterloolaan 115, 1000 Brussel, worden gericht binnen een termijn van één maand na de bekendmaking van de vacature in het Belgisch Staatsblad (artikel 287 van het Gerechtelijk Wetboek).
De kandidaten dienen een afschrift bij te voegen van het bewijs dat zij geslaagd zijn voor het examen voor de griffies en parketten van hoven en rechtbanken, ingericht door de Minister van Justitie, en dit voor het ambt waarvoor zij kandidaat zijn.
De kennis van het Nederlands en van het Frans is vereist van de kandidaten voor de vacante plaatsen in de griffie van de gerechten die aangeduid zijn met een sterretje (*), overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 53 en 54bis van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken.