FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE

Geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus. - Tuchtraad Samenstelling. - Aanwijzingen en hernieuwingen Bij beslissing van de Minister van Binnenlandse Zaken en de Minister van Justitie werden, op 30 juni 2006, bij toepassing van de artikelen 40 en 41 van de wet van 13 mei 1999 houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, de mandaten voor bijzitter - personeelslid van de onderscheiden kamers van de tuchtraad van de geïntegreerde politie, hernieuwd voor een periode van twee jaar : voor de Franstalige kamer : - als effectief bijzitter voor het administratief en logistiek kader : De heer Christophe Marin; - als plaatsvervangend bijzitter voor het administratief en logistiek kader : Mevr. Valérie Vanderkelen; voor de Nederlandstalige kamer : - als effectief bijzitter voor het administratief en logistiek kader : Mevr. Frederika Maes; - als plaatsvervangend bijzitter voor het administratief en logistiek kader : Mevr. Dominique Van Ryckeghem; voor de Duitstalige kamer : - als effectief bijzitter voor het operationeel kader : de heer hoofdcommissaris Daniel Keutgen; - als effectief bijzitter voor het administratief en logistiek kader : De heer Jean-Pierre Gritten; - als plaatsvervangend bijzitter voor het administratief en logistiek kader : De heer Horst Barth;

Overeenkomstig artikel 41, derde lid, van de wet van 13 mei 1999 houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, voleindigen de bijzitters die werden benoemd ter vervanging van overleden of aftredende leden het mandaat van diegenen die ze vervangen.

Overeenkomstig artikel 20 van het koninklijk besluit van 26 november 2001 tot uitvoering van de wet van 13 mei 1999 houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, blijven de bijzitters die worden vervangen de zaken behandelen waarin, op datum van hun vervanging, de verzoeker opgeroepen is geweest voor de tuchtraad, tot op het ogenblik dat het advies, overeenkomstig artikel 53 van voormelde wet, bezorgd is aan de hogere tuchtoverheid.

Bij beslissing van de Minister van Binnenlandse Zaken en de Minister van Justitie werden op 30 juni 2006, bij toepassing van de artikelen 40 en 41 van de wet van 13 mei 1999 houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, de volgende personen aangewezen als bijzitter - personeelslid van de onderscheiden kamers van de tuchtraad van de geïntegreerde politie : voor de Franstalige kamer : - als effectief bijzitter voor het operationeel kader : de heer Thierry Braun; - als plaatsvervangend bijzitter voor het operationeel kader : De heer Michel Vandewalle; voor de Nederlandstalige kamer : - als effectief bijzitter voor het operationeel kader : De heer Robert Sas; - als plaatsvervangend bijzitter voor het operationeel kader : de heer Hubert Fransen; voor de Duitstalige kamer : - als plaatsvervangend bijzitter voor het operationeel kader : de heer Marc Dejongh.

Overeenkomstig artikel 41, tweede lid, van de wet van 13 mei 1999 houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, worden de bijzitters voor het operationeel kader en voor het administratief en logistiek kader, alsook hun plaatsvervangers, aangewezen voor een mandaat van twee jaar dat eenmaal kan worden hernieuwd.

Overeenkomstig artikel 41, derde lid, van de wet van 13 mei 1999 houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, voleindigen de bijzitters die werden benoemd ter vervanging van overleden of aftredende leden het mandaat van diegenen die ze vervangen.

Overeenkomtig artikel 20 van het koninklijk besluit van 26 november 2001 tot uitvoering van de wet van 13 mei 1999 houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, blijven de bijzitters die worden vervangen de zaken behandelen waarin, op datum van hun vervanging, de verzoeker opgeroepen is geweest voor de tuchtraad, tot op het ogenblik dat het advies, overeenkomstig artikel 53 van voormelde wet, bezorgd is aan de hogere tuchtoverheid.

Bij beslissing van de Minister van Binnenlandse Zaken werden op 30 juni 2006, bij toepassing van artikel 40 van de wet van 13 mei 1999 houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, de mandaten voor bijzitter - niet-personeelslid van de onderscheiden kamers van de tuchtraad van de geïntegreerde politie, hernieuwd voor een periode van twee jaar : voor de Franstalige kamer : - als effectief bijzitter, noch personeelslid van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, noch lid van een kabinet van een minister van de federale regering : de heer Claude Gillard; voor de Nederlandstalige kamer : - als effectief bijzitter, noch personeelslid van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, noch lid van een kabinet van een minister van de federale regering : De heer Erik Vander Peypen; - als plaatsvervangend bijzitter, noch personeelslid van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, noch lid van een kabinet van een minister van de federale regering : de heer Alexander Lucas; voor de Duitstalige kamer : - als effectief, noch personeelslid van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, noch lid van een kabinet van een minister van de federale regering : de heer Erwin Mreyen; - als plaatsvervangend bijzitter, noch personeelslid van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, noch lid van een kabinet van een minister van de federale regering : de heer Axel Kittel.

Bij beslissing van de Minister van Binnenlandse Zaken werden op 30 juni 2006, bij toepassing van artikel 40 van de wet van 13 mei 1999 houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, de volgende personen aangewezen als bijzitter - niet-personeelslid van de onderscheiden kamers van de tuchtraad van de geïntegreerde politie : voor de Franstalige kamer : - als plaatsvervangend bijzitter, noch personeelslid van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, noch lid van een kabinet van een minister van de federale regering : Mevr. Claudine Junion.

Overeenkomstig de beslissing van de Minister van Binnenlandse Zaken werden voormelde bijzitters aangewezen voor een hernieuwbaar mandaat van twee jaar.

Overeenkomstig artikel 20 van het koninklijk besluit van 26 november 2001 tot uitvoering van de wet van 13 mei 1999 houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, blijven de bijzitters die worden vervangen de zaken behandelen waarin, op datum van hun vervanging, de verzoeker opgeroepen is geweest voor de tuchtraad, tot op het ogenblik dat het advies, overeenkomstig artikel 53 van voormelde wet, bezorgd is aan de hogere tuchtoverheid.

Brussel, 24 juli 2006.