Etaamb.openjustice.be
Protocol
gepubliceerd op 19 februari 2019

Protocolakkoord tussen de federale regering en de in artikel 128, 130 en 135 van de grondwet bedoelde overheden inzake de organisatie en financiering van de voedselconsumptiepeiling 2022 Gelet op artikel 128, 130 en 135 van de Grondwet; Gelet Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 5; Gelet(...)

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2018015011
pub.
19/02/2019
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU


Protocolakkoord tussen de federale regering en de in artikel 128, 130 en 135 van de grondwet bedoelde overheden inzake de organisatie en financiering van de voedselconsumptiepeiling 2022 Gelet op artikel 128, 130 en 135 van de Grondwet;

Gelet op Europese Richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten en tot intrekking van Richtlijn 2004/18/EG, artikel 12, § 4;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, artikel 5;

Gelet op de wet van 31 december 1983Relevante gevonden documenten type wet prom. 31/12/1983 pub. 11/12/2007 numac 2007000934 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, artikel 4, § 2;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 6 januari 2014, artikel 42, 60, 61 en 63;

Gelet op de wet van 22 augustus 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/08/2002 pub. 26/09/2002 numac 2002022737 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de rechten van de patiënt sluiten betreffende de rechten van de patiënt;

Gelet op de wet van 30 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/07/2018 pub. 05/09/2018 numac 2018040581 bron federale overheidsdienst justitie, federale overheidsdienst binnenlandse zaken en ministerie van landsverdediging 30 JULI 2018 - Wet betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens sluiten betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens;

Gelet op de Europese Verordening 2016/679 van het Europese parlement en Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG "Algemene Verordening Gegevensbescherming";

Gelet op de wet tot oprichting van het informatieveiligheidscomité en tot wijziging van diverse wetten betreffende de uitvoering van Verordening (EU) 2016/679 van 27 april 2016 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG;

Gelet op het Bijzonder decreet van 3 april 2014Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 03/04/2014 pub. 25/06/2014 numac 2014029357 bron ministerie van de franse gemeenschap Bijzonder decreet betreffende de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap waarvan de uitoefening naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie wordt overgedragen sluiten betreffende de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap waarvan de uitoefening naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie wordt overgedragen, artikel 3, 6° ;

Overwegende dat de opdrachtgevers overtuigd zijn van het belang een voedselconsumptiepeiling op eenvormige wijze te organiseren voor het ganse land terwijl ook de ruimte moet gegarandeerd worden opdat ten behoeve van elk der opdrachtgevers specifiek door hen gevraagde voedingsconsumptie informatie verzameld kan worden;

Overwegende dat dit protocolakkoord tot stand kwam na gezamenlijk overleg tussen de Federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten;

Overwegende dat dit protocolakkoord ertoe strekt de verbintenis aan te gaan om, in uitvoering van de beslissing genomen door de interministeriële conferentie voor de Volksgezondheid van 02 juli 2018 een bevraging over de voedselconsumptie van de bevolking te organiseren door middel van interviews;

Is er het volgende beslist: 1. ALGEMEEN PROTOCOL Dit protocolakkoord heeft tot doel de taken, structuren en werkwijzen vast te leggen die noodzakelijk zijn voor de organisatie van Voedselconsumptiepeilingen die minimaal voldoen aan de wetgeving op het vlak van overheidsopdrachten, patiëntenrechten en de bepalingen van de algemene verordening gegevensbescherming. 1.1 Algemene bepalingen 1.1.1. In een voedselconsumptiepeiling wordt informatie verzameld over de consumptie van voedingsmiddelen en de inname van voedingsstoffen, en supplementaire informatie zoals antropometrie, lichaamsbeweging en socio-economische levensomstandigheden. 1.1.2. Een voedselconsumptiepeiling kent een looptijd van 6 kalenderjaren en wordt opgesplitst in 4 fases: een voorbereidingsfase, een veldwerkfase, een datamanagementsfase en een analysefase waarna een rapport wordt overgemaakt aan de opdrachtgevers. 1.1.2.1. In de voorbereidingsfase wordt de inhoud van de enquête vastgesteld. De enquête omvat een twee maal 24 uurs voedingsbevraging (24 h recall, of record indien het om een kind gaat) en een Food Propensity Questionnaire (FPQ).

Een 24 uurs voedingsbevraging is een gedetailleerde bevraging van alle voedingsmiddelen die de laatste 24 uur geconsumeerd geweest zijn.

Een FPQ bevraagt de frequentie van consumptie van voedingsgroepen (of -middelen). 1.1.2.2. De veldwerkfase omvat het bevragen van een steekproef die representatief is voor de bevolking en dit zowel op gewestelijk als op federaal niveau. 1.1.2.3. Om de consumptie van energie en nutriënten te kunnen berekenen is er informatie nodig uit voedselcompositietabellen. De datamanagementsfase omvat het koppelen van de voedingsconsumptiedatabank met de voedselcompositietabellen en de kwaliteitscontrole van de data. 1.1.2.4. De analysefase omvat de aanmaak van de indicatoren, de berekening van de consumptie, en de voorstelling ervan in functie van een selectie van socio-demografische en socio-economische achtergrond kenmerken, en een beschrijving van trends doorheen de tijd. 1.2. Juridisch kader 1.2.1. De voedselconsumptiepeiling kadert binnen het bevolkingsonderzoek. De samenstelling van de steekproef, het verzamelen van gegevens, de analyse, de rapportage of enig ander gebruik van de onderzoeksresultaten door iedereen die er toegang toe heeft, verlopen conform de Algemene EU-Verordening Gegevensbescherming. In het kader van die verordening is Sciensano te beschouwen als de verwerkingsverantwoordelijke van gegevens. 1.2.2. De gegevens van het Rijksregister met het oog op het samenstellen van een steekproef worden gebruikt na het bekomen van een machtiging van de Kamer sociale zekerheid en gezondheid van het informatieveiligheidscomité. 1.2.3. Het gegevensbestand met de resultaten van de bevraging wordt samengesteld na het bekomen van een machtiging van de Kamer sociale zekerheid en gezondheid van het informatieveiligheidscomité. 1.2.4. In de machtigingsaanvraag, vermeld in punt 1.2.3.wordt aangegeven dat de opdrachtgevers en derden indicatoren en variabelen vanuit de databank kunnen aanvragen, de procedure die gevolgd moet worden en de voorwaarden waaronder dit moet te gebeuren. 1.3. Organisatie 1.3.1. De Opdrachtgevers vertrouwen de uitvoering van de Voedselconsumptiepeiling, met inbegrip van de punten 1.2.1. tot 1.2.4. toe aan de Operationele Directie Epidemiologie en volksgezondheid van Sciensano. 1.3.2. Voor de veldwerkfase is Sciensano verantwoordelijk voor de 2 maal 24 uursbevragingen, FPQ en bijkomende objectieve monitoring (lengte, gewicht, buikomtrek). 1.3.3. Indien het nodig is voor de veldwerkfase kan Sciensano beroep doen op een onderaannemer voor de contactname met de deelnemers en de bevraging met behulp van een vragenlijst. In het kader hiervan wordt tussen Sciensano en de onderaannemer een overeenkomst afgesloten in overeenstemming met de Algemene Verordening Gegevensbescherming. 1.3.3.1. In deze overeenkomst wordt de te gebruiken methodologie en de tijdsplanning van het veldwerk nauwkeurig omschreven. In ieder geval moet de toegepaste methodologie een vergelijking van de onderzoeksresultaten met de vorige voedselconsumptiepeilingen mogelijk maken. 1.3.3.2. In deze overeenkomst worden de taken van de onderaannemer expliciet omschreven. Die taken en verantwoordelijkheden hebben uitsluitend betrekking op het verzamelen van gegevens (veldwerk) conform de methodologie ontwikkeld door Sciensano en na inachtname van de kwaliteitseisen die door Sciensano worden geformuleerd. 1.3.3.3. In deze overeenkomst wordt benadrukt dat de onderaannemer werkt voor rekening van Sciensano, onder het toezicht en verantwoordelijkheid van Sciensano. De onderaannemer is verplicht het nodige te doen om de verzamelde gegevens te beschermen tegen enig intern onrechtmatig gebruik ervan. 1.3.3.4. In deze overeenkomst wordt een lijst van personen van de onderaannemer opgemaakt die toegang hebben tot de verzamelde gegevens in het kader van de voedselconsumptiepeiling. Deze personen werken onder de verantwoordelijkheid van de onderaannemer. 1.3.3.5. In geen geval kan de onderaannemer enige vorm van intellectuele eigendomsrechten doen gelden op het gegevensbestand dat in het kader van de voedselconsumptiepeiling wordt samengesteld. 1.3.3.6. De onderaannemer is bij de uitvoering van zijn opdracht in het kader van deze overeenkomst onderworpen aan de bepalingen van de Algemene Verordening Gegevensbescherming. 1.3.4. Een "Commissie van Opdrachtgevers" verzekert de opvolging (planning en uitvoering) en de evaluatie van de Voedselconsumptiepeiling. De Commissie van Opdrachtgevers vergadert minstens éénmaal per jaar. Zij bepaalt de inhoud van de bevraging en de methodologische aanpak inzake de gegevensverzameling, geeft, op basis van een advies van de Wetenschappelijke Adviesraad, de richting aan voor wat de statistische analyse van de gegevens betreft, omschrijft formeel de inhoud van het eindrapport en de evaluatie.

Indien deze Commissie niet tot een consensus komt worden de beslissingen in kwestie op de agenda van de bevoegde interkabinettenwerkgroep (IKW) geplaatst. 1.3.4.1. De opdrachtgevers vaardigen elk twee personen - een vertegenwoordiger van het kabinet en een vertegenwoordiger van de administratie - af in de Commissie van Opdrachtgevers. 1.3.4.2. De Commissie van Opdrachtgevers wordt voorgezeten door de administratieve vertegenwoordiger van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Hij roept de Commissie van Opdrachtgevers samen en stelt de agenda van de vergadering op. Hij neemt ook het secretariaat ervan waar. 1.3.4.3. Een Nederlandstalige en een Franstalige vertegenwoordiger van Sciensano nemen deel aan de vergaderingen van de Commissie van Opdrachtgevers. 1.3.4.4. In onderling overleg stelt de Commissie van Opdrachtgevers een Reglement van inwendige orde vast teneinde de nadere regels over de werking van deze Commissie van Opdrachtgevers te bepalen. 1.3.4.5. De Commissie van Opdrachtgevers bepaalt de wijze, de vorm en de kalender waarop de resultaten van de enquête gerapporteerd worden en staat eventueel afwijkingen daarover toe. 1.3.4.6. De Commissie van Opdrachtgevers keurt het eindrapport en het financiële verslag van de voedselconsumptiepeiling goed. 1.3.4.7. De Commissie van Opdrachtgevers stelt een Wetenschappelijke Adviesraad samen. 1.3.5. De Wetenschappelijke Adviesraad bestaat uit experten afkomstig van de universiteiten en van andere, voor de enquête relevante, instellingen aangevuld met een afvaardiging van de Opdrachtgevers. 1.3.5.1. De Wetenschappelijke Adviesraad heeft als opdracht de enquête wetenschappelijk te begeleiden; dit houdt in het verlenen van niet-bindend advies over de methodologische aanpak, over de steekproeftrekking, over de gebruikte vragenlijsten, over de te berekenen indicatoren, de statistische analyse en de rapportage 1.3.5.2. De Wetenschappelijke Adviesraad duidt een van haar leden als Voorzitter aan. Deze voorzitter mag niet behoren tot de Commissie van Opdrachtgevers, Sciensano of de onderaannemer. Hij roept de Wetenschappelijke Adviesraad samen, stelt de agenda van de vergadering vast en neemt verslag. Sciensano neemt het secretariaat van de Wetenschappelijke Adviesraad waar. 1.3.5.3. Van elke vergadering van de Wetenschappelijke Adviesraad wordt een verslag gemaakt dat wordt bezorgd aan alle leden van de Commissie van Opdrachtgevers. Dit verslag wordt ter bespreking geagendeerd op de eerstvolgende vergadering van de Commissie van Opdrachtgevers. 1.4. Rapportage 1.4.1. Sciensano publiceert de resultaten. De publicatie zal ten laatste zes maanden na het beëindigen van het veldwerk beginnen en binnen 24 maanden na aanvang afgerond worden. 1.4.2. De onderzoeksresultaten omvatten minstens een overzicht van de gebruikte methodologie, een karakterisering van de steekproef, een eerste analyse van de resultaten, besluiten of aanbevelingen met betrekking tot het gezondheidsbeleid en een geheel van tabellen met de berekende resultaten. De resultaten en interpretaties zullen voor België en voor elk Gewest gerapporteerd worden. Daarnaast wordt tegelijk een interactieve website ter beschikking gesteld aan de hand waarvan geïnteresseerden zelf tabellen kunnen aanmaken voor sommige indicatoren die afkomstig zijn uit de vragenlijst.

Voor de resultaten die berekend zijn op basis van de 24 uurs voedingsbevraging wordt een webpagina ontwikkeld met een menu om een reeks variabelen en indicatoren te selecteren en daardoor een reeks van gedefinieerde tabellen te krijgen. 1.4.3. De resultaten van de enquête mogen niet gepubliceerd worden door de Opdrachtgevers of derden vooraleer Sciensano die zelf heeft gepubliceerd (in navolging van de wijze en het ritme aangenomen door de Commissie van Opdrachtgevers). Elke afwijking van dit principe moet vooraf een akkoord krijgen van de Commissie van Opdrachtgevers. 1.4.4. Vijf werkdagen vóór publicatie door Sciensano van de onderzoeksresultaten, moeten die, onder embargo, bezorgd worden aan elk van de Opdrachtgevers. 1.4.5. Na publicatie van de resultaten door Sciensano staat het elke opdrachtgever vrij om de resultaten die hij wil te verspreiden. 1.5. Toegang en gebruik van de databank 1.5.1. Variabelen en indicatoren die verzameld worden in het kader van de voedselconsumptiepeiling worden voor gebruik ter beschikking gesteld van de opdrachtgevers met inbegrip van hun administraties onder de vorm van een gegevensbestand en dit ten laatste zes maanden na de publicatie van de laatste resultaten door Sciensano. In de tussentijd levert Sciensano aan de opdrachtgevers de resultaten die zij nodig hebben om te reageren op verzoeken. 1.5.2. Om toegang te krijgen tot de databank met variabelen en indicatoren die verzameld worden in het kader van de Voedselconsumptiepeiling moet elk van de opdrachtgevers een machtiging bekomen van de Kamer sociale zekerheid en gezondheid van het informatieveiligheidscomité. 1.5.3. Om toegang te krijgen tot de databank met variabelen en indicatoren moeten andere administratieve overheden op federaal-, gewestelijk- of gemeenschapsniveau dan deze die vallen onder de verantwoordelijkheid van de Opdrachtgevers en universitaire onderzoeksgroepen of onderzoeksgroepen verbonden aan een universiteit en internationale gezondheidsorganisaties een machtiging bekomen bij de Kamer sociale zekerheid en gezondheid van het informatieveiligheidscomité.

Alle andere aanvragen voor het gebruik van de variabelen en indicatoren moeten vooraf door de Commissie van Opdrachtgevers worden goedgekeurd. 1.6. Evaluatie 2.6.1. Bij het beëindigen van een cyclus wordt de voedselconsumptiepeiling geëvalueerd. De nadere regels voor deze evaluatie worden door de Commissie van Opdrachtgevers bepaald; ze omvat een evaluatie van de gebruikte procedure over de gegevensverzameling, de kwaliteit van de gegevens, de thematische volledigheid en de verspreiding van de onderzoeksresultaten. 2. SPECIFIEK PROTOCOL 2.1. Dit onderdeel van het protocol betreft specifiek de organisatie van een Voedselconsumptiepeiling 2022. Het wordt afgesloten voor een periode van 6 kalenderjaren, die ingaat op 1 juli 2019 en eindigt op 30 juni 2024. 2.2. In de organisatie van de Voedselconsumptiepeiling 2022 wordt de volgende kalender gehanteerd: - in de kalenderjaren 2019-2020-2021 worden de voorbereidende werkzaamheden verricht - in het kalenderjaar 2022 het veldwerk - in het kalenderjaar 2023 de datamanagementsfase - in de kalenderjaren 2023-2024 worden de gegevens geanalyseerd en, volgens het ritme bepaald door de Opdrachtgevers, gepubliceerd. 2.3. In de Voedselconsumptiepeiling 2022 zullen in totaal 3.020 individuen van 3 jaar en ouder effectief bevraagd worden met zowel een 24 uurs voedingsbevraging als een FPQ: 1.660 in het Vlaamse Gewest, 200 in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en 1.160 in het Waalse Gewest. Daarnaast zullen er 1400 individuen bevraagd worden met enkel een FPQ: 1240 in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en 160 in de Duitstalige Gemeenschap.

Volgende leeftijdsverdeling is overeengekomen: Voor de 24 uursbevraging + FPQ: Vlaamse Gemeenschap: * 380 personen in de leeftijdsgroepen 3-9, 10-17 en 65+ jaar * 260 personen in de leeftijdsgroepen 18-39 en 40-64 jaar Waals Gewest: * 260 personen in de leeftijdsgroepen 3-9, 10-17 en 65+ jaar * 190 personen in de leeftijdsgroepen 18-39 en 40-64 jaar.

Brussels Hoofdstedelijk Gewest: * In alle leeftijdsgroepen 40 personen.

Voor de FPQ alleen: Brussels Hoofdstedelijk Gewest: * Minimaal 160 personen in elke leeftijdsgroep * En een nader te bepalen verdeling van de resterende 440 personen over de leeftijdsgroepen.

Duitstalige Gemeenschap: * In elke leeftijdsgroep 32 personen. 2.4. Alle opdrachtgevers participeren in de financiering van de voedselconsumptiepeiling.

De opdrachtgevers hebben ervoor geopteerd hun bijdrage te spreiden over de jaren 2019, 2020, 2021, 2022, 2023 en 2024. 2.5. Voor de financiering van de Voedselconsumptiepeiling 2022 werd de volgende verdeelsleutel door de Opdrachtgevers bepaald: - federale regering: . . . . . 51,6 % - Vlaamse Gemeenschap: . . . . . 23,4 % - Waalse Gewest: . . . . . 14.7 % - Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie: . . . . . 5,7 % - Franse Gemeenschapscommissie: . . . . . 3,9% - Duitstalige Gemeenschap . . . . . 0.7 % 2.6. Voor de financiering van de Voedselconsumptiepeiling wordt het budget bepaald op 2.582.042 Euro. Bij toepassing van de verdeelsleutel impliceert dit de volgende financiële bijdrage van elk van de opdrachtgevers: - federale regering: . . . . . € 1.332.334 - Vlaamse Gemeenschap: . . . . . € 604.198 - Waalse Gewest: . . . . . € 379.560 - Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie: . . . . . € 147.176 - Franse Gemeenschapscommissie: . . . . . € 100.700 - Duitstalige Gemeenschap: . . . . . € 18.074 2.7. In elk van de kalenderjaren 2019 t.e.m. 2024 wordt 15% van de totale kostprijs per entiteit betaald. Tegen eind augustus 2025 wordt het resterende saldo betaald. 2.8. Er zijn maximum 5 prijsherzieningen mogelijk: 1 januari 2020, 2021, 2022, 2023, 2024.

De prijsherziening gebeurt op basis van de evolutie van de gezondheidsindex van oktober 2018. De herziening is begrensd tot 80% van de evolutie van de index.

De toe te passen formule voor deze overeenkomst is de volgende:

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Betekenis van de elementen die voorkomen in de prijsherzieningsformule: - P' : herziene prijs; - P : prijs zoals bepaald in het protocolakkoord; - S' : index van de lonen (gezondheidsindex) op het ogenblik van de herziening (oktober jaar -1); - S : index van de lonen (gezondheidsindex) van oktober 2018. - In voorkomend geval kunnen de betrokken overheden volgens dezelfde modaliteiten een verlaagde herziening eisen. 2.9. De opdrachtgevers moeten hun financiële bijdrage leveren om deze enquête te realiseren; als een van de betrokkenen zijn verplichtingen niet na komt, wordt dit protocolakkoord herzien. 2.10. In het kader van de financiering van de enquête worden bilaterale contracten gesloten tussen Sciensano en elk van de opdrachtgevers. 2.11. De opdrachtgevers zijn het eens over de volgende wijze van betaling: de verschuldigde bedragen worden gestort op het rekeningnummer BE18 6790 0011 3265 van Sciensano en dit overeenkomstig de volgende timing: * voor eind april van elk jaar (2019, 2020, 2021, 2022, 2023, 2024) 15% van het totaal verschuldigde bedrag, na voorlegging van een factuur;

Voor eind december van de jaren 2019, 2020, 2021, 2022 en 2023 wordt er een verslag over de voortgang van de werkzaamheden voorgelegd en voor het einde van 2024 wordt er een eindrapport overgemaakt.

Elk jaar, vóór 1 april van het daaropvolgende jaar (behalve voor het boekjaar 2024), wordt door Sciensano een financieel verslag van de uitgaven bezorgd aan de opdrachtgevers.

Het jaarlijkse financieel verslag wordt goedgekeurd uiterlijk op 30 november van het daaropvolgend jaar.

In het financieel verslag wordt er een opdeling gemaakt per type uitgave (werking, personeel, investering). De betrokken administraties van de opdrachtgevers kunnen steekproefsgewijs stukken, inclusief weddenfiches, van het project tijdens de looptijd opvragen en controleren. Deze stukken kunnen elektronisch worden bezorgd. Op dat ogenblik worden de opgevraagde verantwoordingstukken afgestemd met het ingediende financieel verslag. De opgevraagde stukken worden binnen de maand bezorgd aan de betrokken administratie. Deze werkwijze blijft gehandhaafd tot het definitief afsluiten van een project.

Indien er belangrijke lacunes worden gevonden op basis van deze steekproefsgewijze controles, kan de betrokken administratie een bedrijfsrevisor op zijn kosten aanstellen om een projectaudit uit te voeren. De bedrijfsrevisor dient zich uit te spreken of de financiële rapportering van Sciensano een getrouw beeld geeft van de bestedingen van de middelen. De audit door de bedrijfsrevisor kadert binnen de normen en aanbevelingen van het instituut der bedrijfsrevisoren.

Aan de bedrijfsrevisor worden op zijn vraag, door Sciensano, alle stukken ter beschikking gesteld die hij nodig acht voor het uitvoeren van deze controleopdracht. De kosten van deze audits worden gedragen door de betrokken administratie.

Het financieel eindverslag waarin een opdeling wordt gemaakt per type uitgave per jaar wordt door Sciensano opgestuurd voor 31 december 2024. Dit verslag wordt goedgekeurd en het saldo uitbetaald voor eind augustus 2025. 2.13.1. De variabelen en indicatoren van de databank worden kosteloos ter beschikking gesteld: - Aan alle opdrachtgevers. - Aan de publiekrechtelijke internationale gezondheidsorganisaties of statistieks-organisaties. 2.13.2. De variabelen en indicatoren van de databank die voor gebruik worden aangevraagd voor eind 2026 door een universitaire onderzoeksgroep of een groep verbonden aan een universiteit worden ter beschikking gesteld aan een forfaitaire vergoeding van 1.750 Euro per universiteit. Aanvragen vanaf 2027 door een universitaire onderzoeksgroep of een onderzoeksgroep verbonden aan een universiteit, worden kosteloos ter beschikking gesteld.

Alle andere aanvragen voor het gebruik van de variabelen en indicatoren, inclusief de forfaitaire som, moeten vooraf door de Commissie van Opdrachtgevers worden goedgekeurd. 2.14. De financiële middelen verkregen via het voor gebruik ter beschikking stellen van variabelen en indicatoren van de databank, worden in mindering gebracht van de bijdragen voor de opdrachtgevers in functie van de verdeelsleutel. Voor de federale regering, de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie gaat het om een terugbetaling op het einde van het jaar 2026. 3. Herziening 3.1. Elk van de ondertekenende partijen kan de herziening van dit protocol vragen. 3.2. Elke wijziging aan dit protocol moet gebeuren bij een geschreven aanhangsel, dat onder dezelfde voorwaarden als dit protocol moet worden gesloten. Een mondeling akkoord tussen partijen is niet bindend.

Aldus gesloten te Brussel op 5 november 2018 in negen originele exemplaren.

Voor de Federale Staat: M. DE BLOCK, Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Voor de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams Gewest: J. VANDEURZEN, Vlaams Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Pour la Région wallonne : A. GREOLI, Ministre de l'Action sociale, de la Santé, de l'Egalité des Chances, de la Fonction publique et de la Simplification administrative Voor de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad: D. GOSUIN, Ministre, Membre du Collège réuni, compétent pour la Politique de la Santé, les Finances, le Budget, la Fonction publique, le Patrimoine et les Relations extérieures G. VANHENGEL, Minister, Lid van het Verenigd college, bevoegd voor het Gezondheidsbeleid, de Financiën, de Begroting, het Openbaar Ambt, het Patrimonium en de Externe Betrekkingen Pour la Commission communautaire française (COCOF) : C. JODOGNE, Ministre, Membre du Collège chargée de la Fonction publique et de la Politique de la Santé Für die Deutschsprachige Gemeinschaft: A. ANTONIADIS, Minister der Deutschsprachigen Gemeinschaft für Familie, Gesundheit und Soziales

^