Etaamb.openjustice.be
Omzendbrief
gepubliceerd op 04 maart 2010

PREV 31 : Omzendbrief ter verduidelijking van de functie, het profiel en de erkenning van de technopreventieve adviseurs Ter attentie van : de dames en heren Gouverneurs, de dames en heren Korpschefs, de dames en heren Burgemeesters Inbraak in woningen blijft één van de drie belangrijkste criminaliteitsvormen in Belgi

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2010000104
pub.
04/03/2010
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN


PREV 31 : Omzendbrief ter verduidelijking van de functie, het profiel en de erkenning van de technopreventieve adviseurs Ter attentie van : de dames en heren Gouverneurs, de dames en heren Korpschefs, de dames en heren Burgemeesters Ter informatie aan de technopreventieve adviseurs Inleiding Inbraak in woningen blijft één van de drie belangrijkste criminaliteitsvormen in België en wordt dan ook aangehaald in diverse politieke en maatschappelijke debatten. Veiligheidsmonitoren tonen bovendien aan dat burgers woninginbraak zelf als één van de belangrijkste problemen in hun buurt ervaren.

Om aan deze problematiek tegemoet te komen, kwam er binnen de overheidsdiensten een proces op gang om veiligheidsspecialisten op te leiden. Zo zijn de eerste Technopreventieve adviseurs (TPA) ontstaan.

Het doel is zich ervan te vergewissen dat de burgers gepast en zinvol investeren in de beveiliging van hun woning.

Door de stijging van de inbraakcijfers, bleef de sector van de technopreventie de laatste jaren in omvang toenemen. Het nationaal veiligheidsplan 2008-2011 geeft aan dat het aantal (woning)inbraken zorgwekkend hoog ligt. De aanpak van dit fenomeen vergt initiatieven en inspanningen die elkaar versterken doorheen de volledige veiligheidsketen.

Meerdere recente studies (1) tonen de meerwaarde aan van technopreventief advies. Uit een effectiviteitsonderzoek blijkt immers dat technopreventief advies een positief effect heeft op het voorkomen van een effectieve inbraak (2).

Het is dan ook van belang technopreventief advies te integreren binnen een ruimer preventiebeleid.

Verder toont onderzoek inzake tevredenheid van technopreventief advies aan dat 1 op 3 respondenten zich veiliger voelt na technopreventief advies. Daarnaast voert het merendeel van de respondenten de geadviseerde maatregelen volledig of gedeeltelijk uit. De factoren die samenhangen met het al dan niet uitvoeren van technopreventief advies zijn : de tevredenheid met het bezoek/advies, slachtofferschap, leeftijd, arbeidssituatie, eigendom, woningtype, premies, belastingsvermindering, etc (3).

Technopreventie maakt het mogelijk om de burgers te informeren en te helpen bij criminaliteitspreventie of, wanneer een feit zich voordoet, het risico om opnieuw het slachtoffer te zijn te doen afnemen. De technopreventieve adviseurs helpen de burgers om hun gedrag en hun gewoonten aan te passen. Verscheidene onderzoeken (4) tonen aan dat interpersoonlijke voorlichting een positief effect heeft op houdings- en gedragsverandering.

Technopreventie kadert in de 'community policing' en biedt de TPA een bijkomende kans om zich tot de bevolking te richten. Het onderzoek 'tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies' (5) toont een hoge tevredenheidsgraad van de burger over het verkregen advies en deze opdracht schenkt voldoening aan de uitvoerders ervan. Het blijkt dat de tevredenheid met betrekking tot het technopreventief advies sterk verbetert als de volgende elementen worden nageleefd : - het advies wordt zo snel mogelijk na een feit gegeven; - de toegankelijkheid van de dienst doen toenemen met in het bijzonder aangepaste berichtgeving op de website; - het advies bevat een toereikend aantal inlichtingen; - de aanbevolen maatregelen moeten realistisch zijn; - de TPA overhandigt onmiddellijk - of enkele dagen later - na zijn bezoek een schriftelijk verslag met alle zwakke punten en aanbevolen maatregelen.

Het uitvoeren van het technopreventief advies kan nog worden verbeterd door : - het sensibiliseren van de huurders, daar zij vaak niet geneigd zijn om geld te investeren in de uitvoering van technopreventieve maatregelen; - het opvolgen van het advies via een telefonisch contact. 1 Probleemstelling Het technopreventief advies komt in verscheidene wetgevende documenten naar voor : - De Omzendbrief GPI 58 betreffende politionele slachtofferbejegening in de geïntegreerde politiek, gestructureerd op twee niveaus stelt dat de politieambtenaar op het vlak van de informatieverstrekking en verwijzing preventief advies dient te verstrekken dat kan passen in het kader van de hercontactname, teneinde de herhaling van de feiten te voorkomen. - Het koninklijk besluit van 07.12.2006 betreffende de strategische veiligheids- en preventieplannen stelt dat technopreventie één van de prioritaire aandachtspunten is in de overeenkomsten. - Het koninklijk besluit van 03.12.2005 betreffende de functionele opleidingen van de personeelsleden van de politiediensten en het Ministerieel Besluit van 23.12.2005 tot vaststelling van de functionele opleidingen betreffende de bijzondere bekwaamheden van de personeelsleden van de politiediensten. - De Omzendbrief van 01.12.2006 : Richtlijnen tot het verlichten en vereenvoudigen van sommige administratieve taken van de lokale politie - Opheffing en vervanging van de Omzendbrief van 16 februari 1999.

Sinds de tussenkomst van de technopreventief adviseur evenwel niet meer vereist is in de procedure van fiscale aftrek voor de beveiliging van de beroepslokalen, kent de functie van TPA geen wettelijke grondslag meer.

Technopreventie moet worden gezien als een antwoord op de almaar toenemende criminele feiten. Aan de hand van preventieve tips kan het onveiligheidsgevoel van de burgers worden verminderd. Het onderzoek 'tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies' toont aan dat na de uitvoering van het advies drie kwart van de burgers zich veiliger voelt (6). De technopreventiemaatregelen hebben tevens een positieve invloed op het mislukken van de inbraak : de inbrekers hebben het moeilijker om binnen te dringen en er is meer kans dat de inbraak mislukt (7).

Aangeraden wordt om technopreventie als basisdienst in te voeren in elke politiezone. Momenteel zijn er steeds meer burger-TPA in de gemeentelijke diensten en de provincies om te voldoen aan de toenemende noden van het publiek en van de risicosectoren en -beroepen.

Verscheidene onderzoeken (8) kaartten daarnaast de geringe bekendheid aan van technopreventief advies bij de burger. Het is belangrijk dat het publiek meer wordt geïnformeerd over het bestaan van de dienst technopreventie, want momenteel onderschatten teveel particulieren en zelfstandigen de risico's die zij lopen en beschikken zij niet over een beveiligingsplan dat is aangepast aan de specifieke kenmerken van hun woning/handelszaak.

In dit kader spelen een reeks instanties een overheersende rol bij het bevorderen van technopreventie : - de gemeentelijke stedebouwkundige diensten kunnen de functie van technopreventief adviseur promoten - technopreventie kan worden opgenomen in de architectenopleiding - de stedenbouwkundige netwerken op gemeenschapsniveau zijn ook een belangrijke schakel bij het stimuleren van technopreventie.

Via deze omzendbrief wens ik de functie van technopreventief adviseur te waarborgen. Deze omzendbrief verduidelijkt de rol en de functie van de TPA waarbij het profiel, de opdrachten en de opleiding van de TPA centraal staan. 2 De functie van TPA 2.1. Wie is TPA ? De functie van technopreventief adviseur wordt uitgeoefend door personen werkzaam binnen één van de volgende diensten : - de gemeente. Indien nodig mogen deze TPA, met de voorafgaande toestemming van de burgemeester, deze specifieke opdracht uitvoeren in andere gemeenten; - de lokale of federale politie. Indien nodig, mogen deze TPA, met de voorafgaande toestemming van de korpschef, deze specifieke opdracht uitvoeren in andere politiezones; - de provincie.

De mogelijkheid bestaat vrijwilligers in te zetten als technopreventief adviseur om de capaciteit van de dienstverlening inzake technopreventie te kunnen vergroten. De vrijwilliger kan beschouwd worden als een verlengstuk van de technopreventief adviseur, niet als vervanging. De vrijwilliger verricht dus technopreventief advies onder coördinatie van een gebrevetteerd technopreventief adviseur. Dit aspect is belangrijk om de kwaliteit van het verstrekte advies te waarborgen.

De vrijwilliger voldoet aan dezelfde minimumvoorwaarden als elk ander technopreventief adviseur waarvan sprake binnen deze omzendbrief. Bij de uitwerking van de inzet van vrijwilligers dient men rekening te houden met de bepalingen in de wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers (Belgisch Staatsblad 29 augustus 2005).

Het aantal vrijwilligers voor een optimale inzet is afhankelijk van het aantal reeds aanwezige TPA, van de beschikbare tijd van de coördinator, het aantal huidige adviesaanvragen en het aantal verwachte of gewenste adviesaanvragen.

De functie van technopreventief adviseur dient onderscheiden te worden van volgende functies : - De functie van technopreventief adviseur dient te worden onderscheiden van de functie van preventieadviseur die wordt geregeld bij de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk en bij het koninklijk besluit van 17 mei 2007 betreffende de vorming en de bijscholing van de preventieadviseurs van de interne en externe diensten voor preventie en bescherming op het werk. - Ook in de private sector zijn veiligheidsadviseurs actief. Zij richten zich echter primair op de zelfstandige ondernemingen en hebben commerciële doeleinden. De technopreventieve adviseurs daarentegen hebben tot doel een bijdrage te leveren tot een verminderd risico van woninginbraken in België en richten zich zowel op particulieren, als op zelfstandige ondernemingen en openbare gebouwen. De technopreventieve adviseurs verstrekken neutraal en volledig kosteloos advies.

De wijkagenten en de interventieploegen hebben de mogelijkheid om een voortgezette opleiding te volgen inzake globale beveiligingsmethodologie. De personen die deze voortgezette opleiding volgen worden evenwel niet door de FOD Binnenlandse Zaken erkend als technopreventief adviseur. Ze hebben echter een belangrijke eerstelijnsfunctie waarbij de aandacht van de burger wordt gevestigd op het belang van het nemen van preventieve maatregelen inzake inbraak. Zij verwijzen dan ook de burgers door naar de technopreventief adviseur om een volledig beveiligingsadvies te ontvangen. 2.2. Profiel Het gewenste profiel van technopreventief adviseur is gekenmerkt door : - lid zijn van het operationeel kader of van het administratief en logistiek kader (CALog) van de geïntegreerde politie of lid zijn van het personeel van een openbaar bestuur (stad, gemeente, provincie); - aanbeveling of aanwijzing door de korpschef, burgemeester of hiërarchische overste; - minimum een diploma van het hoger secundair onderwijs hebben; - een uitgesproken interesse hebben voor alles wat te maken heeft met preventie en voor technische aangelegenheden (motivatie); - het vooropstellen van een deontologisch correcte houding, waaronder het zich houden aan de geheimhoudingsplicht t.a.v. de veiligheidstoestand van de betrokkene burgers, ondernemingen of diensten en een geheimhoudingsplicht hebben t.a.v. de informatie die wordt ingewonnen bij de bezoeken aan privé-woningen; - beschikken over de nodige communicatieve vaardigheden; - wat de vrijwilligers betreft, dienen deze te voldoen aan de voorwaarden geregeld via de wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers.

De technopreventieve adviseurs voldoen aan de volgende voorwaarden : - minstens 18 jaar oud zijn; - niet veroordeeld geweest zijn, zelfs niet met uitstel, tot een correctionele of een criminele straf bestaande uit een boete, een werkstraf of gevangenisstraf, behoudens veroordelingen wegens inbreuken op de wetgeving betreffende de politie over het wegverkeer; - niet tegelijkertijd een functie uitoefenen in het kader van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid; - voldoen aan de voorwaarden inzake opleiding zoals hier verder wordt beschreven; - wat de vrijwilligers betreft, dienen zij vooraleer de opleiding te mogen aanvatten een selectieprocedure te doorlopen. Het selectiecomité dient minimum te bestaan uit een TPA die de rol van coördinator van de vrijwilligers op zich zal nemen (zie verder), twee andere erkende technopreventieve adviseurs en een externe persoon die geen politieambtenaar is. 2.3. Taken Het technopreventief advies situeert zich aan beide uitersten van de veiligheidsketen, met name binnen de schakel preventie en binnen de schakel nazorg. Het is belangrijk dit onderscheid te maken want een verschillende doelgroep betekent ook verschillende accenten in de adviezen. Men mag immers aannemen dat een technopreventief advies bij slachtoffers een andere aanpak vereist dan bij niet-slachtoffers.

Op preventief vlak - voordat er sprake is van enig misdrijf - moet elke burger de kans krijgen om gratis en objectief technopreventief advies te krijgen om aldus slachtofferschap te vermijden. Het technopreventief advies maakt het mogelijk om fenomenen als inbraak, geweld op handelaars, diefstal met list, diefstal in voor het publiek toegankelijke gebouwen,... beter te voorkomen. Het is echter belangrijk te benadrukken dat geadviseerde technopreventieve maatregelen het risico op diefstal kunnen verminderen, doch niet volledig wegnemen.

Onderzoek (9) toont aan dat ruim de helft van de respondenten vóór het advies slachtoffer is geweest van een (poging tot) inbraak. De andere helft deed een beroep op technopreventief advies om te achterhalen of hun woning voldoende beveiligd is. Het technopreventief advies zal echter het meest efficiënt zijn en de beste resultaten opleveren als het preventief wordt gegeven, nog voor een feit is gepleegd.

Het is belangrijk dat, in dit opzicht, het preventieve werk centraal staat en ruim verspreid wordt naar de bevolking. Daarbij blijkt uit onderzoek dat een positieve en limitatieve boodschapstrategie, waarbij de nadruk wordt gelegd op zelfeffectiviteit en het nut van maatregelen, de voorkeur geniet (10).

De technopreventief adviseur vervult een belangrijke rol bij het herbezoek van slachtoffers na inbraak, gezien het verhoogd risico op herhaald slachtofferschap. Hun advies kan leiden tot een betere beveiliging van de slachtoffers, maar eveneens van hun goederen en hun onroerende goederen incluis.

De taken van een technopreventief adviseur situeren zich binnen vijf pijlers : - het sensibiliseren van het publiek aangaande de criminaliteitspreventie en de preventieve maatregelen die kunnen genomen worden via informatiestands tijdens diverse evenementen of via lokale preventieprojecten of -campagnes (massamediale en interpersoonlijke communicatie heeft volgens het communicatieonderzoek verricht in Vlaams-Brabant immers een positief effect op de kennis-, houdings- en gedragsveranderingen) (11); - het informeren van het publiek met betrekking tot criminaliteitspreventie en het aanreiken van informatie over het technopreventief materiaal en over de beveiligings- en preventietechnieken; - het objectief en kosteloos adviseren van kandidaat-bouwers en verbouwers, eigenaars, slachtoffers van inbraak en andere geïnteresseerden inzake de beveiliging van een woning, beroepslokaal of ander gebouw; - het evalueren van uitgevoerde maatregelen op verzoek van een burger die specifieke maatregelen heeft genomen; - het sensibiliseren van de verschillende doelgroepen : het geven van uiteenzettingen/conferenties over criminaliteitspreventie.

Het advies van de technopreventief adviseur is gericht naar een zeer brede doelgroep, naar zowel de burger, als naar de zelfstandige ondernemer, als de bestuurlijke overheden naar zowel slachtoffers, als niet-slachtoffers en ook naar kandidaat-bouwers of -verbouwers, naar publieke instellingen, senioren,.... Toch is het belangrijk om per doelgroep de adviezen te differentiëren en voor elke burger het advies zo concreet mogelijk te maken, afgestemd op zijn/haar behoeften. Zo wordt een specifieke focus met specifieke accenten gelegd op volgende drie doelgroepen : - particulieren; - zelfstandige ondernemers; - verantwoordelijken van (semi-) openbare gebouwen. 2.4. Territorialiteit De technopreventief adviseur heeft de mogelijkheid om in de verschillende politiezones en/of gemeenten van zijn provincie adviezen te formuleren. Hierdoor kunnen de lokale technopreventieve adviseurs worden versterkt. Er dient een overeenkomst te worden afgesloten tussen de gemeente of politiezone enerzijds waaraan de technopreventief adviseur verbonden is en de begunstigde gemeente(n), politiezone(s) of provincie om hun taken en de eventuele verdeling van de meerkost vast te stellen. De technopreventief adviseur blijft onder de leiding en de verantwoordelijkheid van zijn gemeente of politiezone. 2.5. Kwaliteitszorg Omwille van de belangrijke rol van de technopreventief adviseur bij de ontwikkeling van een adequaat preventiebeleid, blijft één van mijn prioriteiten dan ook het investeren in de deskundigheid inzake technopreventie en de kwaliteit van het technopreventief advies.

De kwaliteit van de dienstverlening van het technopreventief advies ten aanzien van de burger moet gegarandeerd worden, zowel naar inhoud, naar proces van dienstverlening als naar de houding van de dienstverlener.

Het is dan ook de taak van alle Korpschefs en Burgemeesters om de vereiste capaciteit te voorzien voor, en te investeren in ondersteunende activiteiten, die het mogelijk moeten maken deze dienstverlening op een kwalitatief hoogstaande manier aan te bieden en uit te voeren. 2.5.1. Opleiding technopreventie Elke kandidaat-TPA moet de functionele opleiding « Technopreventief adviseur » volgen, zoals verder wordt beschreven. Het betreft een uniforme opleiding in het hele land. Elke TPA beschikt dan ook over dezelfde expertise bij de uitoefening van zijn preventieopdrachten.

Door zich regelmatig bij te scholen, blijven de technopreventieve adviseurs op de hoogte van de veiligheidsmateries.

Dit waarborgt de kwaliteit van het advies dat worden verstrekt aan de particulieren, zelfstandige ondernemers en openbare gebouwen, wat volgens onderzoek de tevredenheidsgraad met betrekking tot het verkregen advies verhoogt (12). 2.5.2. Vrijwilligers Specifiek wat betreft de vrijwilligers is de rol van de coördinator - een professionele technopreventief adviseur - essentieel om de kwaliteit te waarborgen. Deze persoon dient de vrijwilligers te delegeren, sturen en ondersteunen en bewaakt de kwaliteit van de adviezen. Hij staat eveneens in voor de opvolging en evaluatie van de vrijwilligers. De coördinator is houder van het brevet van technopreventief adviseur en dient erkend te zijn door FOD Binnenlandse Zaken, Algemene Directie Veiligheid en Preventie, Directie Lokale Integrale Veiligheid.

Een duidelijk takenpakket en profiel van de vrijwilliger moet worden voorzien door de coördinator, dit door het opstellen van een functiebeschrijving.

Vooraleer de vrijwilliger effectief aan de slag kan, dient hij een afsprakennota te ondertekenen die de rechten en plichten van de vrijwilliger specificeert. Deze afsprakennota wordt tevens ondertekend door de lokale oversten, zijnde de burgemeester of politiezone. 2.5.3. Ondersteuning De Directie Lokale Integrale Veiligheid ondersteunt de technopreventieve adviseurs tijdens de uitoefening van hun preventieopdrachten door hen advies te verstrekken in deze materie.

In dit kader kwamen er verschillende communicatiekanalen tot stand, zoals het Prevnet-netwerk en de informatiebrief Prevue, om de uitwisseling van informatie en van goede praktijken mogelijk te maken.

De lokale adviseurs van de Directie Lokale Integrale Veiligheid (SLIV) staan ter beschikking van de TPA voor alle vragen met betrekking tot de uitoefening van hun functie. De Directie SLIV stelt tevens moderne preventie-instrumenten ter beschikking van de TPA om hen te ondersteunen in hun informatie- en adviesopdracht. 2.6. Brandpreventie Het concept veilig huis omvat niet alleen inbraakpreventie maar ook brandpreventie. Dit concept moet integraal worden behandeld om de veiligheid van de burgers globaal te waarborgen.

De technopreventief adviseur speelt in dit kader een belangrijke rol aangezien hij het eerste contact is met de burger inzake preventie.

Het is belangrijk dat de technopreventief adviseur de burgers kan sensibiliseren voor het belang van brandveiligheid door hen enkele basisprincipes uit te leggen. Deze aanbevelingen kunnen vervolgens door een vakman verder gedetailleerd worden indien de burger meer specifieke informatie wenst over dit aspect. De technopreventief adviseur heeft dus een eerstelijnsrol inzake sensibilisering voor brandpreventie.

Het aspect brandpreventie, dat reeds aan bod komt in de functionele opleiding « Technopreventief adviseur », wordt nog versterkt in de nieuwe versie van de opleiding en in de bijscholing. Zij zullen hierover ook nog meer informatie krijgen via de Prevnet-informatiedagen of via de specifieke opleidingen die rond dit thema worden georganiseerd. 3. Opleiding Om de deskundigheid van de technopreventieve adviseurs te waarborgen, is het van cruciaal belang opleiding en bijscholing te voorzien. 3.1. Functionele opleiding « Technopreventief adviseur » De betrokkene moet geslaagd zijn voor het examen van de opleiding technopreventie.

Het wettelijk kader van de Functionele opleiding 'Technopreventief Adviseur' wordt bepaald in de regelgeving zoals hierboven vermeld.

De opleiding Technopreventief adviseur wordt georganiseerd door de door Minister erkende politiescholen.

Het referentiedossier van de functionele opleiding Technopreventief adviseur maakt melding van de cursussen en stages die door de kandidaat TPA moeten worden gevolgd, namelijk : - Module 1 : Globale beveiligingsmethodologie; - Module 2 : Bijzondere beveiligingsmethodologie : beveiliging van zelfstandige ondernemers; - Module 3 : Bijzondere beveiligingsmethodologie : beveiliging van openbare gebouwen. 3.2. Brevet Worden erkend als technopreventief adviseur, de houders van het brevet van technopreventie (uitgereikt door een door de Minister erkende politieschool of elke andere instelling die de functionele opleiding heeft gegeven). 3.3. Bijscholing Om de functie van Technopreventief adviseur te kunnen blijven uitoefenen, moet de TPA, vanaf 2009, om de twee jaar een bijscholing (voorgezette opleiding) volgen in een erkende Politieschool of in een instelling die de functionele opleiding heeft gegeven.

Deze bijscholing maakt het voorwerp uit van een erkenningsdossier voor een voortgezette opleiding. 4. Bijzondere bepalingen 4.1. Identificatiekaart Elke technopreventief adviseur is houder van een identificatiekaart.

Indien de technopreventief adviseur tevens lid is van de politie geldt de identificatiekaart uitgegeven door de politie.

De identificatiekaart is geldig voor een periode van vijf jaar vanaf haar uitreikingsdatum. Ze is voor gelijke periodes vernieuwbaar.

De identificatiekaart bevat volgende vermeldingen : - de naam, voornaam en foto van de houder; - de naam van de organiserende overheid; - de vervaldatum van de identificatiekaart.

De identificatiekaart wordt uitgereikt door de lokale overheid nadat men heeft vastgesteld dat de betrokkene voldoet aan de voorwaarden voor de uitoefening van de functie van technopreventief adviseur.

De identificatiekaart wordt ingetrokken vanaf het ogenblik dat de functie van Technopreventief adviseur niet meer wordt uitgeoefend. 4.2. Samenwerking tussen bestuur en politionele overheid De opdrachten van de technopreventief adviseur moeten in de lijn liggen van het veiligheids- en preventiebeleid van de betreffende lokale overheid. Dit veronderstelt overleg en een perfecte samenwerking tussen de verschillende betrokken diensten.

Bovendien impliceert dit ook een goede informatie-uitwisseling en een overleg tussen de gemeentelijke dienst en de diensten van de lokale politie. Deze samenwerking bestaat voornamelijk uit het efficiënt uitwisselen van geactualiseerde informatie. Deze informatie betreft onder andere de toegang tot de cijfers/statistieken inzake inbraak (of poging tot inbraak) en de contactgegevens van slachtoffers van inbraak in het kader van de hercontactname. 4.3. Beroepsgeheim Elke technopreventief adviseur moet zich houden aan het beroepsgeheim met betrekking tot de informatie die hij heeft ingewonnen bij een bewoner, in een beroepslokaal of in een openbaar gebouw. In dit kader wordt hij in de uitoefening van zijn functie geconfronteerd met artikel 458 van het Strafwetboek inzake de geheimhoudingsplicht.

Overtreding kan worden bestraft met gevangenisstraf en een geldboete. 4.4. Belangenconflict De technopreventief adviseur dient steeds een neutrale houding aan te nemen ten overstaan van commerciële initiatieven van inbraak- en diefstalbeveiliging, daarom zijn bepaalde uitsluitingcriteria noodzakelijk.

De functie van technopreventief adviseur is onverenigbaar met de functies in het kader van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. De betrokkene mag niet tegelijkertijd werkzaamheden uitoefenen zoals bepaald in de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid.

De functie van technopreventief adviseur is onverenigbaar met werkzaamheden voor ondernemingen in de beveiligingssector, zoals bijvoorbeeld slotenmakers, verzekeringsmaatschappijen en fabrikanten van veiligheidsmateriaal. 5. Opvolging Tweejaarlijks wordt een lijst gepubliceerd die de technopreventieve adviseurs, erkend door de FOD Binnenlandse Zaken, Algemene Directie Veiligheid en Preventie, Directie Lokale Integrale Veiligheid, inventariseert.De Directie Lokale Integrale Veiligheid zal deze lijst verspreiden via een Prevnet-Infoflash. Hierin zullen de technopreventieve adviseurs staan die actief zijn en die in orde zijn voor de functionele basisopleiding en hun bijscholing.

Om de burger te kunnen doorverwijzen naar een erkende en betrouwbare technopreventieve adviseur, heeft de Directie Lokale Integrale Veiligheid de up-to-date gegevens van elke gebrevetteerde TPA nodig.

De volgende gegevens zijn nodig : - naam en voornaam; - nummer identiteitskaart; - adresgegevens, telefoonnummer, faxnummer en e-mailadres; - functie (graad of titel); - dienst (gemeente, politie of provincie); - gevolgde opleiding(en) « technopreventieve adviseurs » en bijscholing, gelieve te preciseren in welk jaar, en in welke instelling ze werd(en) gevolgd; 6. Eerstelijnscontact inzake technopreventie Gezien de inbraakcijfers, is het van belang dat de technopreventiefilosofie ruim kan worden verspreid naar de burgers. In dit kader zullen de wijkagenten en de interventieploegen die de vaststellingen doen na een inbraak, een voortgezette opleiding kunnen volgen inzake globale beveiligingsmethodologie. Deze opleiding zal zich voornamelijk richten op de filosofie inzake technopreventie en op de verschillende beveiligingsmaatregelen. Er wordt hen tevens gewezen op het belang van de doorverwijsfunctie die ze zullen hebben.

Het doel van deze opleiding, die 8 lesuren omvat, is dat de wijkagenten en de interventieploegen de aandacht van de burger kunnen vestigen op het nemen van maatregelen inzake beveiliging van hun woning en hun bezittingen.

De particulieren zullen zich toch moeten richten tot de gebrevetteerde TPA indien zij een volledig en gedetailleerd advies willen over de beste manier om hun woning te beveiligen. Het is dan ook van het grootste belang dat deze ploegen de adviesaanvrager doorverwijzen naar een gebrevetteerde TPA van hun politiezone/gemeente. De wijkagenten en interventieploegen mogen geen algemeen advies verstrekken over de beveiliging van de woningen. De verstrekte tips hebben als doel om de burgers te sensibiliseren voor technopreventie en om de functie van technopreventief adviseur bekend te maken.

De personen die deze voortgezette opleiding zullen volgen, zullen niet als technopreventief adviseur worden erkend.

Aangezien deze personen geen bijscholing in deze materie volgen, is het de taak van de technopreventieve adviseurs van elke politiezone om ervoor te zorgen dat de wijkagenten en de interventieploegen op de hoogte worden gehouden van wetgevende en technische nieuwigheden hieromtrent. In dit kader organiseren de technopreventieve adviseurs regelmatig informatiesessies voor de wijkagenten opdat deze laatste de nieuwigheden inzake inbraakpreventie beheersen.

Indien u bijkomende inlichtingen wenst aangaande de functie en het profiel van de technopreventieve adviseurs, staan de lokaal adviseurs van de Directie Lokale Integrale Veiligheid te uwer beschikking.

Hoogachtend, Annemie TURTELBOOM Minister van Binnenlandse Zaken Nota's (1) - Overheidscommunicatie over woninginbraakpreventie.Casestudie : Vlaams-Brabant (2006), uitgevoerd door de provincie Vlaams-Brabant en KULeuven, 24 p.; - Technopreventief advies : nuttig of zinloos ? Resultaten van een effectiviteitsstudie over technopreventief advies.(2006), uitgevoerd door de provincie Vlaams-Brabant in samenwerking met KULeuven, 36 p.; - Bernasco, W. (2007). 'Is woninginbraak besmettelijk ?, een onderzoek naar herhaald slachtofferschap.' Tijdschrift voor Criminologie. 39: 137-152; - Onderzoek naar tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies (2008) uitgevoerd door KULeuven in opdracht van FOD Binnenlandse Zaken, 233 p.; - Langeraert, S. (2005). Bevraging van de tevredenheid van de burger inzake technopreventief advies (2005), politiezone Gent, 145 p. (2) Technopreventief advies: nuttig of zinloos ? Resultaten van een effectiviteitsstudie over technopreventief advies.(2006), uitgevoerd door de provincie Vlaams-Brabant in samenwerking met KULeuven, 36 p. (3) Onderzoek naar tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies (2008) uitgevoerd door KULeuven in opdracht van FOD Binnenlandse Zaken, 233 p.(4) Overheidscommunicatie over woninginbraakpreventie.Casestudie : Vlaams-Brabant (2006), uitgevoerd door de provincie Vlaams-Brabant en KULeuven, 24 p.; Onderzoek naar tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies (2008) uitgevoerd door KULeuven in opdracht van FOD Binnenlandse Zaken, 233 p.; Langeraert, S. (2005). Bevraging van de tevredenheid van de burger inzake technopreventief advies (2005), politiezone Gent, 145 p. (5) Onderzoek naar tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies (2008) uitgevoerd door KULeuven in opdracht van FOD Binnenlandse Zaken, 233 p.(6) Onderzoek naar tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies (2008) uitgevoerd door KULeuven in opdracht van FOD Binnenlandse Zaken, 233 p.(7) Inbreken is mijn vak;Textuur en praktijk van woninginbraak (2007), 207p. (8) Onderzoek naar tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies (2008) uitgevoerd door KULeuven in opdracht van FOD Binnenlandse Zaken, 233 p.; Overheidscommunicatie over woninginbraakpreventie. Casestudie : Vlaams-Brabant (2006), uitgevoerd door de provincie Vlaams-Brabant en KULeuven, 24 p.; Technopreventief advies: nuttig of zinloos ? Resultaten van een effectiviteitsstudie over technopreventief advies.(2006), uitgevoerd door de provincie Vlaams-Brabant in samenwerking met KULeuven, 36 p. (9) Onderzoek naar tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies (2008) uitgevoerd door KULeuven in opdracht van FOD Binnenlandse Zaken, 233 p. (10) Onderzoek naar tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies (2008) uitgevoerd door KULeuven in opdracht van FOD Binnenlandse Zaken, 233 p.; Overheidscommunicatie over woninginbraakpreventie. Casestudie : Vlaams-Brabant (2006), uitgevoerd door de provincie Vlaams-Brabant en KULeuven, 24 p. (11) Overheidscommunicatie over woninginbraakpreventie.Casestudie: Vlaams-Brabant (2006), uitgevoerd door de provincie Vlaams-Brabant en KULeuven, 24 p. (12) Onderzoek naar tevredenheid en effectiviteit van technopreventief advies (2008) uitgevoerd door KULeuven in opdracht van FOD Binnenlandse Zaken, 233 p.; Technopreventief advies: nuttig of zinloos Resultaten van een effectiviteitsstudie over technopreventief advies (2006), uitgevoerd door de provincie Vlaams-Brabant in samenwerking met KULeuven, 36 p.

^