gepubliceerd op 09 juli 2003
Omzendbrief CP 1 van 27 mei 2003 betreffende Community Policing, definitie van de Belgische interpretatie van toepassing op de geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN
27 MEI 2003. - Omzendbrief CP 1 van 27 mei 2003 betreffende Community Policing, definitie van de Belgische interpretatie van toepassing op de geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus
Aan de Heer Commissaris-generaal, Aan Mevrouw en Heren Gouverneurs, Aan Mevrouw de Gouverneur van het Administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, Aan de Dames en Heren Burgemeesters, Aan de Dames en Heren Voorzitters van de Politiecolleges, Aan de Dames en Heren Korpschefs van de lokale politie, Ter info : aan de Heer Minister van Justitie, aan de Voorzitter van de Vaste Commissie van de Lokale Politie Geachte Mevrouwen, Mijne Heren, 1. Inleiding : Sinds de ondertekening van het Octopusakkoord is er enorm veel werk geleverd.Het uitvoeren van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus (verder WGP genoemd) was een gigantische institutionele uitdaging. In minder dan 5 jaar een zo diepgaande hervorming doorvoeren leek voor velen ondenkbaar, zelfs onmogelijk.
Verschillende wetswijzigingen, talloze omzendbrieven en evenveel Koninklijke besluiten waren nodig om deze nieuwe structuur op te richten. Voor de meer dan 40.000 mensen die onze geïntegreerde politie telt, politie en burgerpersoneel, waren het soms onzekere tijden.
Dit laatste gegeven was dan ook één van de hoofdredenen waarom ik die hervorming, zeker wat betreft het structurele luik, zo snel heb willen realiseren. Het politiepersoneel heeft recht op en nood aan zekerheid.
Ik stel vast dat het zich steeds - zelfs in minder makkelijke tijden - van zijn taak heeft gekweten. De operationaliteit is in volle herstructurering trouwens nooit in het gedrang gekomen. Deze vaststelling illustreert de kwaliteit en de professionele ingesteldheid van onze politiemensen.
Nu het structurele luik van de politiehervorming achter de rug is, dienen we ons te concentreren op de « zachte kant » van het verhaal. U zal zich wellicht nog herinneren dat ik deze notie reeds naar voren bracht in mijn omzendbrief ZPZ 12 (1) (cf. 3.1 « visie op lange termijn ») en recentelijk nogmaals in mijn omzendbrief PLP 27 (2) betreffende het intensifiëren en bevorderen van de interzonale samenwerking.
Gelijktijdig was ik dus ook reeds druk bezig met het klaarstomen van de eerder « filosofische kant » van het politieverhaal. Onze geïntegreerde politie heeft duidelijk nood aan een missie, aan een filosofie waaraan zij haar legitimiteit en haarhouding, maar ook haar inbedding en dus positie binnen onze maatschappij, kan aan reflecteren. Een duidelijke definiëring van het concept « community policing » dringt zich dus op. 2. Concept "community policing" Community policing is een soort containerbegrip' geworden, met onduidelijke inhoud en vage doelstellingen.Het is ook steeds meer een vergaarbak geworden voor eender welk initiatief waarbij de bevolking in enige mate betrokken wordt.
Het lijkt daarom noodzakelijk keuzes te maken rond de invulling van het begrip en enige conceptuele standaardisering aan te brengen rond de interpretatie ervan.
Een leidmotief, een rode draad die de gemeenschappelijke visie en missie van elke eigentijdse politie integreert en implementeert op het terrein is gebaseerd op : - het gezamenlijk streven naar een hogere levenskwaliteit voor onze landgenoten; - het streven naar een hoogwaardige kwalitatieve dienstverlening aan de bevolking.
Deze twee basisprincipes vinden we terug in de Belgische interpretatie van « community policing » dat op mijn vraag ontwikkeld werd binnen de Directie van de relaties met de lokale politie (CGL) (3). De Memorie van Toelichting bij de WGP heeft duidelijk beschreven dat de hervorming van de politiediensten een nieuw en innoverend cultureel kader moest bevatten : de "Community Policing" (4).
Het traditionele politiemodel wordt inderdaad gekenmerkt door een reactieve houding (de politie reageert pas op de incidenten nadat ze zich hebben voorgedaan); een symptoombenadering (de politie pakt de veiligheidsproblemen aan zoals aparte symptomen en richt zich niet op de achterliggende oorzaken van de onveiligheid); de wetstoepassing (de naleving van de wet wordt door de politie beschouwd als een doel op zich en niet als een middel om de veiligheid en de leefbaarheid te bevorderen); de geïsoleerde positie van de politie (is niet geïntegreerd in de samenleving en staat ver van de bevolking).
Wetenschappelijke onderzoeken, zowel in het buitenland als in België hebben duidelijk aangetoond dat het traditionele politiemodel niet efficiënt is inzake beheersing van de onveiligheid. De legitimiteit van de politie kan sterk dalen door de achteruitgang van de relaties met de bevolking, in het bijzonder met de minderheden uit de samenleving.
Ook in België werden reeds verschillende pogingen ondernomen om het concept ingang te laten vinden (5). Doch het ontbrak meestal aan een duidelijke definiëring. De invulling en de interpretatie waren veelal verschillend zodat ook de toepassing en de resultaten sterk van elkaar afweken.
Het concept "community policing" berust in zijn Belgische interpretatie ook op een ruime aanpak van de veiligheid en van de leefbaarheid. Het beoogt een meer in de samenleving geïntegreerde politie, die ter beschikking staat van de burger(s) en die, samen met de gemeenschappen, zoekt naar oplossingen die de lokale omstandigheden van de oorzaken van onveiligheid voor ogen houden.
Het concept bestaat uit vijf pijlers. Deze zijn essentieel voor de gemeenschapsgerichte politiezorg : 1. De externe oriëntering. De politie staat niet tegenover de samenleving, maar er middenin; ze is in de maatschappij geïntegreerd. Door die inbedding is ze zich snel en volledig bewust van wat leeft en speelt' qua veiligheid en leefbaarheid in de samenleving. 2. Het probleemoplossend werken. Deze pijler verwijst naar de identificatie en analyse van de mogelijke oorzaken van criminaliteit en van conflicten in de gemeenschap(pen).
De politie reageert niet enkel op problemen nadat ze zich hebben voorgedaan maar probeert de veroorzakende factoren te identificeren en daarop (tijdig) in te werken. 3. Het partnerschap. Dit verwijst naar het bewustzijn van de politie dat zij niet alleen verantwoordelijk is, en ook niet wil zijn, voor de zorg voor veiligheid en leefbaarheid. De veiligheidszorg is een ketenbenadering waarin diverse partners de schakels vormen in een globale en geïntegreerde benadering. 4. Het afleggen van verantwoording. De pijler verantwoording vereist het opzetten van mechanismen waardoor de politie verantwoording kan afleggen over de antwoorden die ze formuleerde op de vragen en noden van de gemeenschappen die ze dient. 5. De bekwame betrokkenheid. Het betekent dat er zowel voor de politiemensen als voor de diverse bevolkingsgroepen mogelijkheden moeten worden gecreëerd om gezamenlijk problemen van veiligheid en leefbaarheid aan te pakken, diensten te verlenen en veiligheid en zekerheid te creëren.
Deze pijlers vloeien voort uit een grondige analyse van de wetenschappelijke literatuur betreffende community policing'; in het bijzonder uit de recente evaluaties hieromtrent en ook uit de officiële' Belgische bronnen die beschikbaar zijn.
Iedere pijler is een noodzakelijke voorwaarde voor de gemeenschapsgerichte politiezorg (6). De interactie tussen al deze pijlers en hun wederzijdse versteviging zijn nog belangrijker dan elke pijler op zich. Meer informatie over al dit kunt u terugvinden in de bijlage bij deze omzendbrief.
Laten we elkaar echter niet verkeerd begrijpen. Ik ben me terdege bewust dat vele korpsen reeds doordrongen zijn van deze filosofie en reeds werken aan deze missie. Het is tevens niet zo dat onze politie al die jaren slecht heeft gewerkt, integendeel zelfs. Het is dank zij de initiatieven die zij reeds ondernam op het terrein dat we nu een eenduidige definiëring van het concept kunnen vastleggen. 3. De Belgische interpretatie van het begrip "community policing". Het concept, dat ik u als bijlage bij deze omzendbrief laat geworden, heeft een zekere weg afgelegd. Het is het resultaat van een multidisciplinaire wetenschappelijke aanpak en reflectie, bevestigd door een bijna permanent overleg tussen de actoren en de vaklui op het terrein.
Enerzijds werden alle werkzaamheden van het programma gemeenschapsgerichte politiezorg van CGL gerealiseerd in samenwerking met : - een begeleidingscomité dat is samengesteld uit vertegenwoordigers uit politieke, juridische, academische, politionele en sociale hoek; - een stuurgroep met vertegenwoordigers uit overwegend politionele hoek en actoren van het Ministerie van Binnenlandse Zaken; - een projectgroep waarin de lokale projectleiders en de programmacoördinatoren van CGL vertegenwoordigd zijn. anderzijds, geschiedt de toepassing en de evaluatie van de genomen initiatieven op het terrein in testzones (7). Pas wanneer zij in dit kader gevalideerd zijn, zal het programma aangeboden worden aan andere politiezones. 4. Ondersteuning en facilitering door CGL. In eerste instantie heeft het programma gemeenschapsgerichte politiezorg een concept van visietekst ontwikkeld (8), of wat men in België kan verstaan onder community policing. Dit concept werd voor advies voorgelegd aan een tachtigtal maatschappelijke sleutelfiguren.(voorzitters van de politieke partijen, gouverneurs, burgemeesters, magistraten, academici, politiemensen...). Hun reacties werden door de vakgroep criminologie (9) verzameld en verwerkt in de tekst De bronnen van community (oriented) policing en de toepassing ervan in België'.
De volledige versie vindt u terug op de website www.info-zone.be.
In een tweede fase wil de Directie van de relaties met de lokale politie een ondersteuning bieden. Alle lokale politiezones, de instellingen, actoren en partners van de geïntegreerde aanpak van de veiligheidsfenomenen zullen de nodige ondersteuning en didactisch materiaal ontvangen in de vorm van : - brochures, werkboeken, CD-R; - Het uitvoeren van nulmetingen; * Naar de mate van implementering van het concept binnen de testzones (procesgericht); * Naar de effecten van de gemeenschapsgerichte politiezorg naar de bevolking. - De ontwikkeling van een geïntegreerde werkmethodiek; - de realisatie van thema- en studiedagen over deelaspecten van het concept; - de ontwikkeling van een opleidingsaanbod in samenwerking met een stuurgroep. 5. Besluit In samenspraak met mijn Collega Marc Verwilghen, de Minister van Justitie, ben ik ervan overtuigd dat de toepassing van dit concept op de geïntegreerde politie kan leiden tot een nieuwe politionele cultuur in België, een politiecultuur die volledig is geïntegreerd in de samenleving en dat volledig aan de behoeften en verwachtingen van de bevolking voldoet. Deze taak is zeker en vast ambitieus en vergt een lange-termijn-aanpak, die zich kan uitspreiden over verschillende jaren. Het is echter een noodzakelijke evolutie voor een organisatie zoals ons politiewezen er één is.
Ik stond erop dat deze stap nu al zou worden geïntegreerd in het Nationaal Veiligheidsplan. Naar mijn mening dient ook de organisatieontwikkeling van het lokale niveau, een prioriteit te zijn van het federale niveau. Zo streven we naar een beter politiebeleid, een optimale kwaliteit en een zo ruim mogelijke verspreiding van de strategische informatie op niveau van de politiezones.
Deze omzendbrief heeft dan ook enkel tot doel om u in een eerste fase de Belgische interpretatie van het concept community policing te verduidelijken.
Het is een eerste omzendbrief van een reeks waarbij we - meer gericht op de praktische gevolgen van dit model - zowel op strategisch, tactisch als operationeel niveau verdere ondersteuning willen bieden.
Ik heb deze taak reeds toevertrouwd aan de Directie van de relaties met de lokale politie. In dit verband wordt zij steeds bijgestaan door de hoger vermelde organen, met name het begeleidingscomité en de stuurgroepen.
Ik verzoek u dan ook om, in een eerste fase, het Belgisch concept community policing eigen te maken.
De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN _______ Nota's (1) Zie Omzendbrief van 22 december 2000 : ZPZ 12 : betreffende het algemeen raam- en werkingskader van de politiezones, B.S. 25 januari 2001. (2) Zie Omzendbrief van 04 november 2002, PLP 27 : Intensifiëring en bevordering van de interzonale samenwerking.(3) Het Koninklijk besluit van 3 september 2000 met betrekking tot de commissaris-generaal en de algemene directies van de federale politie is de wettelijke basis voor de interpretatie van het concept "community policing" door de Directie van de Relaties met de Lokale Politie (CGL),.(4) Memorie van toelichting bij de WGP : De Lokale Politie voert haar opdrachten uit volgens een geïntegreerde aanpak gebaseerd op de "community policing".Sinds het zogenaamde Pinksterplan van 5 juni 1990 werd geopteerd voor een integrale benadering van de veiligheidsfenomenen. Deze nieuwe aanpak werd vertolkt in het vijfhoeksoverleg waarin zowel bestuurlijke als gerechtelijke overheden overleg pleegden met de politiediensten. Dezelfde aanpak pleit eveneens voor een gemeenschapsgerichte politiezorg, de zogenaamde "community policing". Hieromtrent schrijft de reeds vernoemde senaatscommissie : "Onze politie moet steunen op het concept van de community policing, een principe dat in België stilaan voet aan de grond krijgt. De eerste voorwaarde voor de goede werking van een moderne politiedienst is de optimale integratie van de politie in de gemeenschap. De community policing is zowel een filosofische als een organisatorische strategie die de politie en de lokale bevolking in staat stelt nauw samen te werken teneinde de misdaden, de wanbedrijven op te lossen, en het onveiligheidsgevoel, de verstoring van de samenleving, de wijkdelinquentie te voorkomen. (5) Zie bijvoorbeeld IPZ 1 van 5 december 1995, houdende de richtlijnen van het grondgebied per provincie, inzonder de bijlage 3 : reflectiedocument : het streven naar een vernieuwde samenwerking van de politiediensten.(6) De benaming van de Belgische interpretatie van het begrip "community policing" (7) Vlaanderen : Hoogstraten/Merksplas/Rijkevorsel;Aalst;
Herzele/Sint-Lievens-Houtem/Zottegem Maasmechelen;
Heuvelland/Ieper/Langemark-Poelkapelle/Mesen/Moorslede/Poperinge/Staden/;
Brussel Evere/Schaarbeek/Sint-Joost-Ten-Node; Wallonië : Aywaille/Chaudfontaine/Esneux/Sprimont/Trooz; Mons/Quévy; Waterloo (8) Zie Concepttekst over de Belgische interpretatie van "community policing" door Roger Vande Sompel - voormalig coördinator CGL. (9) Zie Ponsaers, P., Enhus, E., De Belgische pijlers van Community (Oriented) Policing, eindrapport Universiteit Gent, wetenschappelijk onderzoek in opdracht van de Minister van Binnenlandse Zaken, 14 februari 2003.