MINISTERIE VAN AMBTENARENZAKEN

9 MEI 2000. - Omzendbrief nr. 489 : Vakantiegeld 2000

Aan de besturen en andere diensten van de federale ministeries en de instellingen van openbaar nut die onder het gezag, de controle of het toezicht van de federale Staat staan.

Mevrouw de Minister, Mijnheer de Minister, Mijnheer de Staatssecretaris, Overeenkomstig de beslissing van de Ministerraad van 28 april 2000 en de conclusies van de onderhandelingen gehouden op 9 mei 2000 in het Gemeenschappelijk Comité voor alle overheidsdiensten, volgen hieronder de richtlijnen voor de betaling van het vakantiegeld 2000 : 1. het bedrag van het vast gedeelte van het vakantiegeld is vastgesteld op 35.273 frank; 2. het wijzigbaar gedeelte bedraagt 1,1 pct.van de jaarlijkse wedde(n), zoals die gekoppeld is (zijn) aan de index van de consumptieprijzen, die de wedde(n) bepalen welke verschuldigd is (zijn) voor de maand maart van het vakantiejaar (artikel 4, 2°, van het koninklijk besluit van 30 januari 1979 betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan het personeel van 's lands algemeen bestuur); 3. het vakantiegeld zal ten laatste op 30 juni 2000 uitbetaald worden overeenkomstig de bepalingen voorzien in artikel 11, § 1, van het voorvermeld koninklijk besluit;4. de inhouding op het vast en het wijzigbaar gedeelte van het vakantiegeld blijft op 13,07 % vastgesteld (artikel 11bis van voorvermeld koninklijk besluit van 30 januari 1979). De reglementaire teksten betreffende de uitbetalingsmodaliteiten van het vakantiegeld 2000 zullen later worden bekendgemaakt.

De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen, L. VAN DEN BOSSCHE