gepubliceerd op 28 april 2005
Ministeriële omzendbrief GPI 15quinquies betreffende het vacant verklaren van betrekkingen in het raam van de mobiliteitsprocedure bij de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN
6 APRIL 2005. - Ministeriële omzendbrief GPI 15quinquies betreffende het vacant verklaren van betrekkingen in het raam van de mobiliteitsprocedure bij de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus
Aan Mevrouw en de Heren Provinciegouverneurs, Aan Mevrouw de Gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, Aan de Dames en Heren Burgemeesters, Aan de Dames en Heren Voorzitters van de Politiecolleges, Aan de Dames en Heren Korpschefs van de lokale politie, Aan de Heer Commissaris-generaal van de federale politie, Ter informatie : Aan de Heer Directeur-generaal van de Algemene directie Veiligheids- en Preventiebeleid, Aan de Voorzitter van de Vaste Commissie van de Lokale Politie, Aan de Dames en Heren Arrondissementscommissarissen, Mevrouw, Mijnheer de Gouverneur, Mevrouw, Mijnheer de Burgemeester, Mevrouw, Mijnheer de Voorzitter, Mevrouw, Mijnheer de Korpschef, Mijnheer de Commissaris-generaal, Dames en Heren, Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 Het punt 3.1.3 van de ministeriële omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende het vacant verklaren van betrekkingen (vacatures) bepaalt dat, om te vermijden dat de mobiliteitsbehoeften van het geheel van de politiekorpsen beduidend de rekruterings-, selectie- en opleidingscapaciteit zou overtreffen en om het harmonisch functioneren en de continuïteit van elk korps niet in gevaar te brengen, tijdelijk het aantal open te stellen ambten per mobiliteitscyclus beperkt wordt tot maximum 5 % van de personeelsformatie van elk korps van lokale politie of van de federale politie.
Afwijkingen nopens de toegestane quotiteit kunnen mij op voorstel van de algemene directie personeel van de federale politie voor beslissing worden voorgelegd.
Ondertussen werden al 9 mobiliteitscycli bekendgemaakt en hebben personeelsleden uit de vroegere politiestructuren die van de mobiliteit als nieuw gegeven wensten gebruik te maken dit reeds kunnen doen en blijkt de aanvoer aan aspiranten uit de scholen globaal voldoende te zijn om aan de mobiliteitsbehoeften te beantwoorden.
Vandaar dat ik beslis vanaf heden deze beperking van « 5 % » op te heffen.
Bovendien is dit een maatregel van vereenvoudiging die de administratieve last op verschillende niveaus vermindert.
De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL