Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Wet van 25/10/2018
← Terug naar "Wet tot wijziging van de wet van 3 november 2001 tot oprichting van de Belgische Investeringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden en van de wet van 23 november 2017 tot wijziging van de naam van de Belgische Technische Coöperatie en tot vaststelling van de opdrachten en de werking van Enabel, Belgisch Ontwikkelingsagentschap "
Wet tot wijziging van de wet van 3 november 2001 tot oprichting van de Belgische Investeringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden en van de wet van 23 november 2017 tot wijziging van de naam van de Belgische Technische Coöperatie en tot vaststelling van de opdrachten en de werking van Enabel, Belgisch Ontwikkelingsagentschap Wet tot wijziging van de wet van 3 november 2001 tot oprichting van de Belgische Investeringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden en van de wet van 23 november 2017 tot wijziging van de naam van de Belgische Technische Coöperatie en tot vaststelling van de opdrachten en de werking van Enabel, Belgisch Ontwikkelingsagentschap
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN
ONTWIKKELINGSSAMENWERKING ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
25 OKTOBER 2018. - Wet tot wijziging van de wet van 3 november 2001 25 OKTOBER 2018. - Wet tot wijziging van de wet van 3 november 2001
tot oprichting van de Belgische Investeringsmaatschappij voor tot oprichting van de Belgische Investeringsmaatschappij voor
Ontwikkelingslanden en van de wet van 23 november 2017 tot wijziging Ontwikkelingslanden en van de wet van 23 november 2017 tot wijziging
van de naam van de Belgische Technische Coöperatie en tot vaststelling van de naam van de Belgische Technische Coöperatie en tot vaststelling
van de opdrachten en de werking van Enabel, Belgisch van de opdrachten en de werking van Enabel, Belgisch
Ontwikkelingsagentschap Ontwikkelingsagentschap
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij
bekrachtigen, hetgeen volgt : bekrachtigen, hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel

74 van de Grondwet. 74 van de Grondwet.

Art. 2.In artikel 1bis van de wet van 3 november 2001 tot oprichting

Art. 2.In artikel 1bis van de wet van 3 november 2001 tot oprichting

van de Belgische Investeringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden, van de Belgische Investeringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden,
ingevoegd bij de wet van 21 juli 2016, worden de volgende wijzigingen ingevoegd bij de wet van 21 juli 2016, worden de volgende wijzigingen
aangebracht: aangebracht:
1° in de bepaling onder 3° worden de woorden "en goed bestuur" 1° in de bepaling onder 3° worden de woorden "en goed bestuur"
vervangen door de woorden ", goed bestuur en digitalisering" en worden vervangen door de woorden ", goed bestuur en digitalisering" en worden
de woorden "de overdracht van kennis, competenties en ervaringen ten de woorden "de overdracht van kennis, competenties en ervaringen ten
voordele van de ondernemingen, met het oog op" opgeheven; voordele van de ondernemingen, met het oog op" opgeheven;
2° de bepaling onder 4/1° wordt ingevoegd, luidende: 2° de bepaling onder 4/1° wordt ingevoegd, luidende:
"4/1° "de belanghebbende partijen": de economische actoren in de "4/1° "de belanghebbende partijen": de economische actoren in de
productie- en marktketen van de onderneming in het interventieland;". productie- en marktketen van de onderneming in het interventieland;".

Art. 3.Artikel 2bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 20

Art. 3.Artikel 2bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 20

januari 2014 en gewijzigd bij de wet van 21 juli 2016, wordt vervangen januari 2014 en gewijzigd bij de wet van 21 juli 2016, wordt vervangen
als volgt: als volgt:
"

Art. 2bis.§ 1. De raad van bestuur bestaat uit twaalf leden en telt

"

Art. 2bis.§ 1. De raad van bestuur bestaat uit twaalf leden en telt

evenveel Nederlandstalige als Franstalige leden. evenveel Nederlandstalige als Franstalige leden.
§ 2. De raad van bestuur is samengesteld zodat hij collectief een § 2. De raad van bestuur is samengesteld zodat hij collectief een
nuttige en aantoonbare ervaring heeft op het vlak van: nuttige en aantoonbare ervaring heeft op het vlak van:
1° internationale ontwikkeling en ontwikkelings--samenwerking; 1° internationale ontwikkeling en ontwikkelings--samenwerking;
2° internationale investeringen; 2° internationale investeringen;
3° financiële analyse; 3° financiële analyse;
4° bedrijfsbeheer. 4° bedrijfsbeheer.
De raad van bestuur wordt met name samengesteld uit personen afkomstig De raad van bestuur wordt met name samengesteld uit personen afkomstig
uit: uit:
1° federale overheidsinstellingen; 1° federale overheidsinstellingen;
2° de bedrijfswereld; 2° de bedrijfswereld;
3° het academisch milieu; 3° het academisch milieu;
4° organisaties van de civiele maatschappij, institutionele en 4° organisaties van de civiele maatschappij, institutionele en
gouvernementele actoren en internationale organisaties. gouvernementele actoren en internationale organisaties.
Het kan daarbij zowel om personen in actieve loopbaan als om Het kan daarbij zowel om personen in actieve loopbaan als om
gepensioneerde personen gaan. gepensioneerde personen gaan.
Minstens een lid van de raad van bestuur toont een bijkomende kennis Minstens een lid van de raad van bestuur toont een bijkomende kennis
en expertise aan op het vlak van audit en organisatiebeheer. en expertise aan op het vlak van audit en organisatiebeheer.
Minstens een lid van de raad van bestuur toont een bijkomende kennis Minstens een lid van de raad van bestuur toont een bijkomende kennis
en expertise aan op het vlak van personeel en personeelsevaluatie. en expertise aan op het vlak van personeel en personeelsevaluatie.
Minstens een lid van de raad van bestuur toont een specifieke kennis Minstens een lid van de raad van bestuur toont een specifieke kennis
en expertise aan op het vlak van investeringen. en expertise aan op het vlak van investeringen.
§ 3. In zijn samenstelling respecteert de raad van bestuur de § 3. In zijn samenstelling respecteert de raad van bestuur de
wetgeving inzake gender. wetgeving inzake gender.
§ 4. De leden van de raad van bestuur worden benoemd en afgezet bij § 4. De leden van de raad van bestuur worden benoemd en afgezet bij
koninklijk besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad. koninklijk besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad.
§ 5. De leden van de raad van bestuur worden benoemd voor een § 5. De leden van de raad van bestuur worden benoemd voor een
hernieuwbare termijn van vijf jaar. hernieuwbare termijn van vijf jaar.
§ 6. De algemene vergadering stelt de bezoldiging vast van de leden § 6. De algemene vergadering stelt de bezoldiging vast van de leden
van de raad van bestuur. Die bezoldiging is ten laste van BIO. van de raad van bestuur. Die bezoldiging is ten laste van BIO.
§ 7. Wanneer een mandaat van lid van de raad van bestuur vacant wordt, § 7. Wanneer een mandaat van lid van de raad van bestuur vacant wordt,
voorzien de overblijvende leden van de raad van bestuur voorlopig in voorzien de overblijvende leden van de raad van bestuur voorlopig in
deze vacature tot de definitieve benoeming van een nieuw lid in deze vacature tot de definitieve benoeming van een nieuw lid in
overeenstemming met paragraaf 4. overeenstemming met paragraaf 4.
§ 8. Onverminderd andere beperkingen bepaald bij of krachtens een wet § 8. Onverminderd andere beperkingen bepaald bij of krachtens een wet
of door de statuten van BIO, is het mandaat van lid van de raad van of door de statuten van BIO, is het mandaat van lid van de raad van
bestuur onverenigbaar met de volgende mandaten of functies: bestuur onverenigbaar met de volgende mandaten of functies:
1° lid van het Europees Parlement of de Europese Commissie; 1° lid van het Europees Parlement of de Europese Commissie;
2° lid van de Kamer van volksvertegenwoordigers of van de Senaat; 2° lid van de Kamer van volksvertegenwoordigers of van de Senaat;
3° lid van de federale regering of lid van de beleidscel van de 3° lid van de federale regering of lid van de beleidscel van de
federale minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking; federale minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking;
4° lid van een gemeenschaps- of gewestparlement; 4° lid van een gemeenschaps- of gewestparlement;
5° lid van een gemeenschaps- of gewestregering; 5° lid van een gemeenschaps- of gewestregering;
6° gouverneur van een provincie, met inbegrip van de 6° gouverneur van een provincie, met inbegrip van de
adjunct-gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant en de commissaris adjunct-gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant en de commissaris
van de federale regering die de titel van vicegouverneur voert, van de federale regering die de titel van vicegouverneur voert,
aangesteld in het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, aangesteld in het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad,
arrondissements-commissaris of lid van de bestendige deputatie van een arrondissements-commissaris of lid van de bestendige deputatie van een
provincieraad; provincieraad;
7° lid van het personeel van BIO; 7° lid van het personeel van BIO;
8° burgemeester, schepen of voorzitter van het openbaar centrum voor 8° burgemeester, schepen of voorzitter van het openbaar centrum voor
maatschappelijk welzijn van een gemeente met meer dan 50 000 inwoners; maatschappelijk welzijn van een gemeente met meer dan 50 000 inwoners;
9° houder van een voltijds mandaat of een voltijdse functie in een 9° houder van een voltijds mandaat of een voltijdse functie in een
intercommunale of haar afgeleide structuren. intercommunale of haar afgeleide structuren.
Wanneer een lid van de raad van bestuur de bepalingen van het eerste Wanneer een lid van de raad van bestuur de bepalingen van het eerste
lid miskent, moet hij binnen een termijn van één maand de betrokken lid miskent, moet hij binnen een termijn van één maand de betrokken
mandaten of functies neerleggen. Indien hij nalaat dit te doen, wordt mandaten of functies neerleggen. Indien hij nalaat dit te doen, wordt
hij na verloop van deze termijn van rechtswege geacht zijn mandaat bij hij na verloop van deze termijn van rechtswege geacht zijn mandaat bij
BIO te hebben neergelegd, zonder dat dit afbreuk doet aan de BIO te hebben neergelegd, zonder dat dit afbreuk doet aan de
rechtsgeldigheid van de handelingen die hij ondertussen heeft gesteld rechtsgeldigheid van de handelingen die hij ondertussen heeft gesteld
of van de beraadslagingen waaraan hij in de betrokken periode heeft of van de beraadslagingen waaraan hij in de betrokken periode heeft
deelgenomen. deelgenomen.
§ 9. De Directeur-generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire § 9. De Directeur-generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire
Hulp vertegenwoordigt de Directie generaal Ontwikkelingssamenwerking Hulp vertegenwoordigt de Directie generaal Ontwikkelingssamenwerking
en Humanitaire Hulp van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Humanitaire Hulp van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel
en Ontwikkelingssamenwerking in de schoot van de raad van bestuur. Hij en Ontwikkelingssamenwerking in de schoot van de raad van bestuur. Hij
is niet stemgerechtigd. Zijn vergoeding is gelijk aan die van de leden is niet stemgerechtigd. Zijn vergoeding is gelijk aan die van de leden
van de raad van bestuur en is ten laste van BIO. van de raad van bestuur en is ten laste van BIO.
§ 10. Alle leden van de raad van bestuur ondertekenen het charter van § 10. Alle leden van de raad van bestuur ondertekenen het charter van
het lid van de raad van bestuur van overheidsbedrijven, zoals het lid van de raad van bestuur van overheidsbedrijven, zoals
aangepast aan BIO en opgenomen in bijlage bij het beheerscontract.". aangepast aan BIO en opgenomen in bijlage bij het beheerscontract.".

Art. 4.In dezelfde wet wordt een artikel 2ter ingevoegd, luidende:

Art. 4.In dezelfde wet wordt een artikel 2ter ingevoegd, luidende:

"

Art. 2ter.Onder de leden van de raad van bestuur benoemt de Koning,

"

Art. 2ter.Onder de leden van de raad van bestuur benoemt de Koning,

bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de
voorzitter van de raad van bestuur evenals de vicevoorzitter, die van voorzitter van de raad van bestuur evenals de vicevoorzitter, die van
de andere taalrol en van het andere geslacht is dan de voorzitter. de andere taalrol en van het andere geslacht is dan de voorzitter.
De voorzitter en de vicevoorzitter worden afgezet bij een koninklijk De voorzitter en de vicevoorzitter worden afgezet bij een koninklijk
besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad op eensluidend met besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad op eensluidend met
redenen omkleed advies van de raad van bestuur, goedgekeurd bij redenen omkleed advies van de raad van bestuur, goedgekeurd bij
volstrekte meerderheid. volstrekte meerderheid.
De afzetting van de voorzitter of van de vicevoorzitter in hun De afzetting van de voorzitter of van de vicevoorzitter in hun
hoedanigheid van lid van de raad van bestuur brengt van rechtswege hoedanigheid van lid van de raad van bestuur brengt van rechtswege
zijn afzetting als voorzitter of als vicevoorzitter teweeg. zijn afzetting als voorzitter of als vicevoorzitter teweeg.
In geval van staking van stemmen in de raad van bestuur, is de stem In geval van staking van stemmen in de raad van bestuur, is de stem
van de voorzitter of, bij diens afwezigheid, van de vicevoorzitter, van de voorzitter of, bij diens afwezigheid, van de vicevoorzitter,
beslissend.". beslissend.".

Art. 5.In dezelfde wet wordt een artikel 2quater ingevoegd, luidende:

Art. 5.In dezelfde wet wordt een artikel 2quater ingevoegd, luidende:

"

Art. 2quater.De raad van bestuur richt een auditcomité, een

"

Art. 2quater.De raad van bestuur richt een auditcomité, een

investeringscomité en een human resources-comité op. investeringscomité en een human resources-comité op.
Deze comités hebben een raadgevende stem. Deze comités hebben een raadgevende stem.
De raad van bestuur kan elk ander comité oprichten dat hij nodig acht De raad van bestuur kan elk ander comité oprichten dat hij nodig acht
om de raad van bestuur bij te staan. om de raad van bestuur bij te staan.
De raad van bestuur bepaalt de samenstelling, de bevoegdheden en de De raad van bestuur bepaalt de samenstelling, de bevoegdheden en de
werking van de comités en stelt voor elk comité een huishoudelijk werking van de comités en stelt voor elk comité een huishoudelijk
reglement op.". reglement op.".

Art. 6.In dezelfde wet wordt een artikel 2quinquies ingevoegd,

Art. 6.In dezelfde wet wordt een artikel 2quinquies ingevoegd,

luidende: luidende:
"

Art. 2quinquies.§ 1. BIO is verantwoordelijk voor de kwaliteitsvolle

"

Art. 2quinquies.§ 1. BIO is verantwoordelijk voor de kwaliteitsvolle

uitvoering van haar maatschappelijk doel en de opdrachten die haar uitvoering van haar maatschappelijk doel en de opdrachten die haar
worden toegewezen, overeenkomstig de bepalingen van deze wet en andere worden toegewezen, overeenkomstig de bepalingen van deze wet en andere
toepasselijke wetgeving, het beheerscontract en de statuten. toepasselijke wetgeving, het beheerscontract en de statuten.
§ 2. Het beheerscontract tussen de Belgische Staat en BIO bepaalt de § 2. Het beheerscontract tussen de Belgische Staat en BIO bepaalt de
criteria van de beheerscapaciteit waaraan BIO moet voldoen om zich te criteria van de beheerscapaciteit waaraan BIO moet voldoen om zich te
kwijten van deze verantwoordelijkheden, de van toepassing zijnde kwijten van deze verantwoordelijkheden, de van toepassing zijnde
procedures van de toetsing ervan en de gevolgen wanneer BIO niet procedures van de toetsing ervan en de gevolgen wanneer BIO niet
voldoet aan de bovenvermelde criteria. voldoet aan de bovenvermelde criteria.
§ 3. In het kader van de voorbereiding van een nieuw beheerscontract § 3. In het kader van de voorbereiding van een nieuw beheerscontract
wordt, tijdens het laatste jaar van het lopende beheerscontract, wordt, tijdens het laatste jaar van het lopende beheerscontract,
nagegaan of BIO aan deze criteria voldoet. Bij het sluiten van een nagegaan of BIO aan deze criteria voldoet. Bij het sluiten van een
nieuw beheerscontract wordt BIO, voor de duur van dat beheerscontract, nieuw beheerscontract wordt BIO, voor de duur van dat beheerscontract,
geacht over de gevraagde beheerscapaciteit te beschikken. geacht over de gevraagde beheerscapaciteit te beschikken.
§ 4. BIO heeft de verantwoordelijkheid om tijdens de duur van het § 4. BIO heeft de verantwoordelijkheid om tijdens de duur van het
beheerscontract te voldoen aan deze criteria. beheerscontract te voldoen aan deze criteria.
§ 5. BIO kan accreditaties verkrijgen van erkende organismes of § 5. BIO kan accreditaties verkrijgen van erkende organismes of
internationale organisaties. Het verkrijgen van een accreditatie geldt internationale organisaties. Het verkrijgen van een accreditatie geldt
als bewijs van de beheerscapaciteit voor het voorwerp van de als bewijs van de beheerscapaciteit voor het voorwerp van de
accreditatie voor de duur van de accreditatie. accreditatie voor de duur van de accreditatie.
De Koning bepaalt bij besluit vastgesteld na overleg in de De Koning bepaalt bij besluit vastgesteld na overleg in de
Ministerraad de lijst van erkende en internationale accreditaties die Ministerraad de lijst van erkende en internationale accreditaties die
hiervoor in aanmerking komen. hiervoor in aanmerking komen.
§ 6. Tijdens de duur van het beheerscontract kan elke § 6. Tijdens de duur van het beheerscontract kan elke
regeringscommissaris, na bespreking in de raad van bestuur en na het regeringscommissaris, na bespreking in de raad van bestuur en na het
mislukken van remediërende maatregelen, voorstellen dat wordt nagegaan mislukken van remediërende maatregelen, voorstellen dat wordt nagegaan
of BIO nog aan deze criteria voldoet. of BIO nog aan deze criteria voldoet.
De minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking neemt een formeel De minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking neemt een formeel
met redenen omklede beslissing binnen veertien dagen na de met redenen omklede beslissing binnen veertien dagen na de
kennisgeving van het advies van één of beide kennisgeving van het advies van één of beide
regeringscommissarissen.". regeringscommissarissen.".

Art. 7.In artikel 3, tweede lid van dezelfde wet, vervangen bij de

Art. 7.In artikel 3, tweede lid van dezelfde wet, vervangen bij de

wet van 21 juli 2016, wordt de bepaling onder 3° vervangen als volgt: wet van 21 juli 2016, wordt de bepaling onder 3° vervangen als volgt:
"3° een perspectief op rendement bieden dat beantwoordt aan de "3° een perspectief op rendement bieden dat beantwoordt aan de
rendementsdoelstelling bepaald overeenkomstig artikel 9, § 2, wat rendementsdoelstelling bepaald overeenkomstig artikel 9, § 2, wat
betreft de interventies gefinancierd met de inbrengen in kapitaal en betreft de interventies gefinancierd met de inbrengen in kapitaal en
buiten kapitaal en overeenkomstig artikel 9, § 4, eerste lid, wat buiten kapitaal en overeenkomstig artikel 9, § 4, eerste lid, wat
betreft kapitaalsubsidies.". betreft kapitaalsubsidies.".

Art. 8.In artikel 3bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21

Art. 8.In artikel 3bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21

juli 2016, wordt de bepaling onder 6° /1 ingevoegd, luidende: juli 2016, wordt de bepaling onder 6° /1 ingevoegd, luidende:
"6° /1 middelen van derden beheren met het oog op de realisatie van "6° /1 middelen van derden beheren met het oog op de realisatie van
investeringen in de interventielanden overeenkomstig de nadere regels investeringen in de interventielanden overeenkomstig de nadere regels
overeen te komen met de betrokken derden of advies verlenen aan derden overeen te komen met de betrokken derden of advies verlenen aan derden
inzake investeringen in interventielanden;". inzake investeringen in interventielanden;".

Art. 9.Artikel 3ter van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21

Art. 9.Artikel 3ter van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21

juli 2016, wordt vervangen als volgt: juli 2016, wordt vervangen als volgt:
"

Art. 3ter.§ 1. BIO kent subsidies toe voor de financiering van de

"

Art. 3ter.§ 1. BIO kent subsidies toe voor de financiering van de

volgende interventies: volgende interventies:
1° de opleidingsprogramma's; 1° de opleidingsprogramma's;
2° de programma's voor technische assistentie; 2° de programma's voor technische assistentie;
3° de haalbaarheidsstudies; 3° de haalbaarheidsstudies;
4° de investeringssteun voor innoverende MKMO's, onder de vorm van een 4° de investeringssteun voor innoverende MKMO's, onder de vorm van een
financiële tussenkomst voor bepaalde kosten en activa met het oog op financiële tussenkomst voor bepaalde kosten en activa met het oog op
het opstarten of het verbeteren van een onderneming of een nieuwe het opstarten of het verbeteren van een onderneming of een nieuwe
activiteit; activiteit;
5° de analyse- en opmaakkosten van investeringsdossiers in het kader 5° de analyse- en opmaakkosten van investeringsdossiers in het kader
van een waarschijnlijke financiering door BIO. van een waarschijnlijke financiering door BIO.
De in het eerste lid bedoelde interventies zijn bestemd voor de De in het eerste lid bedoelde interventies zijn bestemd voor de
ontwikkeling van: ontwikkeling van:
1° de ondernemingen bedoeld in artikel 3, eerste lid, op voorwaarde 1° de ondernemingen bedoeld in artikel 3, eerste lid, op voorwaarde
dat de betrokken onderneming, op het ogenblik van de toekenning van de dat de betrokken onderneming, op het ogenblik van de toekenning van de
subsidie, rechtstreeks of onrechtstreeks gefinancierd wordt door BIO subsidie, rechtstreeks of onrechtstreeks gefinancierd wordt door BIO
door een financiering bedoeld in artikel 3bis, 1°, 3°, 4°, 5° of 7° of door een financiering bedoeld in artikel 3bis, 1°, 3°, 4°, 5° of 7° of
in aanmerking komt voor een dergelijke financiering, maar nog geen in aanmerking komt voor een dergelijke financiering, maar nog geen
dergelijke financiering heeft ontvangen; dergelijke financiering heeft ontvangen;
2° de belanghebbende partijen van ondernemingen bedoeld in 1°, mits 2° de belanghebbende partijen van ondernemingen bedoeld in 1°, mits
het aantoonbaar is dat een positieve economische impact kan verwacht het aantoonbaar is dat een positieve economische impact kan verwacht
worden voor de ondernemingen bedoeld in de bepaling onder 1°, alsook worden voor de ondernemingen bedoeld in de bepaling onder 1°, alsook
een belangrijke ontwikkelingsimpact op de betrokken belanghebbende een belangrijke ontwikkelingsimpact op de betrokken belanghebbende
partijen; partijen;
3° de tussenstructuren gefinancierd door BIO; 3° de tussenstructuren gefinancierd door BIO;
4° de ondernemingen verbonden met de ondernemingen bedoeld in de 4° de ondernemingen verbonden met de ondernemingen bedoeld in de
bepaling onder 1° in de zin van artikel 11, 1°, van het Wetboek van bepaling onder 1° in de zin van artikel 11, 1°, van het Wetboek van
Vennootschappen, mits het aantoonbaar is dat een positieve economische Vennootschappen, mits het aantoonbaar is dat een positieve economische
impact kan verwacht worden voor de ondernemingen bedoeld in 1° ; impact kan verwacht worden voor de ondernemingen bedoeld in 1° ;
5° de op te richten ondernemingen bedoeld in artikel 3, eerste lid, 5° de op te richten ondernemingen bedoeld in artikel 3, eerste lid,
die rechtstreeks of onrechtstreeks in aanmerking komen voor een die rechtstreeks of onrechtstreeks in aanmerking komen voor een
financiering door BIO zoals bedoeld in artikel 3bis, 1°, 3°, 4°, 5° of financiering door BIO zoals bedoeld in artikel 3bis, 1°, 3°, 4°, 5° of
7°. 7°.
De interventies bedoeld in het eerste lid, 2°, kunnen eveneens De interventies bedoeld in het eerste lid, 2°, kunnen eveneens
betrekking hebben op de beroepsverenigingen of -organisaties waarvan betrekking hebben op de beroepsverenigingen of -organisaties waarvan
de ondernemingen bedoeld in het tweede lid, 1°, lid zijn, op de ondernemingen bedoeld in het tweede lid, 1°, lid zijn, op
voorwaarde dat de betrokken interventie rechtstreeks betrekking heeft voorwaarde dat de betrokken interventie rechtstreeks betrekking heeft
op de activiteiten van de ondernemingen bedoeld in het tweede lid, 1°. op de activiteiten van de ondernemingen bedoeld in het tweede lid, 1°.
§ 2. De begunstigden van de subsidies zijn: § 2. De begunstigden van de subsidies zijn:
1° de ondernemingen bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, 1°, 3° en 4° 1° de ondernemingen bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, 1°, 3° en 4°
en derde lid; en derde lid;
2° de promotor van de ondernemingen bedoeld in paragraaf 1, tweede 2° de promotor van de ondernemingen bedoeld in paragraaf 1, tweede
lid, 5° ; lid, 5° ;
3° de fondsenbeheerder in het kader van een investeringsfonds 3° de fondsenbeheerder in het kader van een investeringsfonds
gefinancierd door BIO waarbij de subsidie bestemd is om interventies gefinancierd door BIO waarbij de subsidie bestemd is om interventies
te financieren ten voordele van de ondernemingen gefinancierd door dat te financieren ten voordele van de ondernemingen gefinancierd door dat
investeringsfonds. investeringsfonds.
Indien de subsidies worden toegekend om interventies te financieren Indien de subsidies worden toegekend om interventies te financieren
bestemd voor de ontwikkeling van belanghebbende partijen, is de bestemd voor de ontwikkeling van belanghebbende partijen, is de
begunstigde steeds een onderneming bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, begunstigde steeds een onderneming bedoeld in paragraaf 1, tweede lid,
1°. 1°.
§ 3. De subsidie bedraagt maximum 350 000 euro per onderneming bedoeld § 3. De subsidie bedraagt maximum 350 000 euro per onderneming bedoeld
in paragraaf 1, tweede en derde lid. in paragraaf 1, tweede en derde lid.
Wanneer de subsidie de financiering van een haalbaarheidsstudie Wanneer de subsidie de financiering van een haalbaarheidsstudie
betreft, is het bedrag bedoeld in het eerste lid beperkt tot 100 000 betreft, is het bedrag bedoeld in het eerste lid beperkt tot 100 000
euro. euro.
§ 4. De subsidie van BIO dekt slechts een deel van de kosten van de § 4. De subsidie van BIO dekt slechts een deel van de kosten van de
betrokken interventie, in een verhouding te bepalen door BIO. betrokken interventie, in een verhouding te bepalen door BIO.
Wanneer de subsidie de financiering van een haalbaarheidsstudie Wanneer de subsidie de financiering van een haalbaarheidsstudie
betreft, beperkt de financiering van BIO zich tot maximum 50 percent betreft, beperkt de financiering van BIO zich tot maximum 50 percent
van de kosten van de haalbaarheidsstudie. van de kosten van de haalbaarheidsstudie.
De subsidie moet additioneel zijn. De subsidie moet additioneel zijn.
§ 5. De toekenning van de subsidie gebeurt door de ondertekening van § 5. De toekenning van de subsidie gebeurt door de ondertekening van
een overeenkomst tussen BIO en de begunstigde. een overeenkomst tussen BIO en de begunstigde.
De subsidieovereenkomst bevat: De subsidieovereenkomst bevat:
1° de beschrijving van de interventies; 1° de beschrijving van de interventies;
2° de nadere regels van de financiering; 2° de nadere regels van de financiering;
3° de rapportageverplichtingen, met inbegrip van de verantwoording van 3° de rapportageverplichtingen, met inbegrip van de verantwoording van
het gebruik van de middelen, de controlemogelijkheden van BIO en de het gebruik van de middelen, de controlemogelijkheden van BIO en de
terugbetalingsvoorwaarden van de subsidie. terugbetalingsvoorwaarden van de subsidie.
§ 6. De interventies bedoeld in paragraaf 1 worden gefinancierd met de § 6. De interventies bedoeld in paragraaf 1 worden gefinancierd met de
subsidies bedoeld in artikel 9, § 1, 4°, en zijn niet onderworpen aan subsidies bedoeld in artikel 9, § 1, 4°, en zijn niet onderworpen aan
een rendementsdoelstelling.". een rendementsdoelstelling.".

Art. 10.Artikel 3quater van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21

Art. 10.Artikel 3quater van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 21

juli 2016, wordt vervangen als volgt: juli 2016, wordt vervangen als volgt:
"

Art. 3quater.§ 1. BIO voert zelf interventies bedoeld in artikel

"

Art. 3quater.§ 1. BIO voert zelf interventies bedoeld in artikel

3ter, § 1, eerste lid, uit, bestemd voor de ontwikkeling van één of 3ter, § 1, eerste lid, uit, bestemd voor de ontwikkeling van één of
meerdere ondernemingen bedoeld in artikel 3ter, § 1, tweede en derde meerdere ondernemingen bedoeld in artikel 3ter, § 1, tweede en derde
lid, door de tussenkomst van experten die zij aanstelt. lid, door de tussenkomst van experten die zij aanstelt.
§ 2. De onderneming of de ondernemingen voor dewelke de interventies § 2. De onderneming of de ondernemingen voor dewelke de interventies
bedoeld in paragraaf 1 bestemd zijn, worden duidelijk geïdentificeerd. bedoeld in paragraaf 1 bestemd zijn, worden duidelijk geïdentificeerd.
§ 3. De kosten van de interventie ondersteund door BIO bedragen § 3. De kosten van de interventie ondersteund door BIO bedragen
maximum 350 000 euro per interventie. maximum 350 000 euro per interventie.
Wanneer de interventie een haalbaarheidsstudie betreft, wordt het Wanneer de interventie een haalbaarheidsstudie betreft, wordt het
bedrag bedoeld in het eerste lid beperkt tot 100 000 euro. bedrag bedoeld in het eerste lid beperkt tot 100 000 euro.
§ 4. BIO draagt slechts een deel van de kosten van de betrokken § 4. BIO draagt slechts een deel van de kosten van de betrokken
interventie, in een verhouding te bepalen door BIO. interventie, in een verhouding te bepalen door BIO.
Wanneer de interventie een haalbaarheidsstudie betreft, beperken de Wanneer de interventie een haalbaarheidsstudie betreft, beperken de
kosten gedragen door BIO zich tot maximum 50 percent van de kosten van kosten gedragen door BIO zich tot maximum 50 percent van de kosten van
de interventie. de interventie.
§ 5. De interventies bedoeld in paragraaf 1 worden gefinancierd door § 5. De interventies bedoeld in paragraaf 1 worden gefinancierd door
de subsidies bedoeld in artikel 9, § 1, 4°, en zijn niet onderworpen de subsidies bedoeld in artikel 9, § 1, 4°, en zijn niet onderworpen
aan een rendementsdoelstelling." aan een rendementsdoelstelling."

Art. 11.In artikel 3quinquies van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet

Art. 11.In artikel 3quinquies van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet

van 21 juli 2016, wordt paragraaf 4 vervangen als volgt: van 21 juli 2016, wordt paragraaf 4 vervangen als volgt:
" § 4. De beperkingen bedoeld in paragrafen 1 tot 3 gelden ook voor de " § 4. De beperkingen bedoeld in paragrafen 1 tot 3 gelden ook voor de
interventies die worden gefinancierd door de subsidies die BIO toekent interventies die worden gefinancierd door de subsidies die BIO toekent
of die rechtstreeks door BIO worden uitgevoerd.". of die rechtstreeks door BIO worden uitgevoerd.".

Art. 12.In dezelfde wet wordt een artikel 3sexies ingevoegd,

Art. 12.In dezelfde wet wordt een artikel 3sexies ingevoegd,

luidende: luidende:
"

Art. 3sexies.De Belgische Staat kan, indien het Directie-generaal

"

Art. 3sexies.De Belgische Staat kan, indien het Directie-generaal

Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp van de FOD Buitenlandse Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp van de FOD Buitenlandse
Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking zelf niet over Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking zelf niet over
de vereiste expertise beschikt, BIO opdrachten toevertrouwen de vereiste expertise beschikt, BIO opdrachten toevertrouwen
betreffende: betreffende:
1° diensten van beheer of advies in het kader van de participaties die 1° diensten van beheer of advies in het kader van de participaties die
de Belgische Staat aanhoudt in de ontwikkelingsbanken; de Belgische Staat aanhoudt in de ontwikkelingsbanken;
2° diensten inzake adviesverlening en opleiding betreffende de 2° diensten inzake adviesverlening en opleiding betreffende de
ontwikkeling van de private sector in de interventielanden.". ontwikkeling van de private sector in de interventielanden.".

Art. 13.In artikel 4bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 20

Art. 13.In artikel 4bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 20

januari 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: januari 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 2, 9°, wordt de "." Vervangen door een ";";; 1° in paragraaf 2, 9°, wordt de "." Vervangen door een ";";;
2° paragraaf 2 wordt aangevuld met de bepalingen onder 10° tot en met 2° paragraaf 2 wordt aangevuld met de bepalingen onder 10° tot en met
19°, luidende: 19°, luidende:
"10° de manier waarop BIO de wetten en conventies inzake gender "10° de manier waarop BIO de wetten en conventies inzake gender
uitvoert; uitvoert;
11° de verplichtingen inzake wederzijdse communicatie; 11° de verplichtingen inzake wederzijdse communicatie;
12° de criteria en de procedures van toetsing van de beheerscapaciteit 12° de criteria en de procedures van toetsing van de beheerscapaciteit
waaraan BIO voldoet alsook de gevolgen wanneer BIO niet voldoet aan de waaraan BIO voldoet alsook de gevolgen wanneer BIO niet voldoet aan de
criteria van beheerscapaciteit bedoeld in artikel 2quinquies; criteria van beheerscapaciteit bedoeld in artikel 2quinquies;
13° de financiële nadere regels betreffende: 13° de financiële nadere regels betreffende:
a) de ter beschikkingstelling van middelen aan BIO; a) de ter beschikkingstelling van middelen aan BIO;
b) de financiële rapportering en verantwoording; b) de financiële rapportering en verantwoording;
14° het charter van het lid van de raad van bestuur van 14° het charter van het lid van de raad van bestuur van
overheidsbedrijven, zoals aangepast aan BIO; overheidsbedrijven, zoals aangepast aan BIO;
15° de nadere regels betreffende de kapitaalsubsidies bedoeld in 15° de nadere regels betreffende de kapitaalsubsidies bedoeld in
artikel 9, § 4, met name: artikel 9, § 4, met name:
a) de minimale rendementsdoelstellingen verbonden aan de a) de minimale rendementsdoelstellingen verbonden aan de
kapitaalsubsidies; kapitaalsubsidies;
b) de strategische oriëntatie inzake geografische en sectorale b) de strategische oriëntatie inzake geografische en sectorale
concentratie van de interventies gefinancierd met de concentratie van de interventies gefinancierd met de
kapitaalsubsidies; kapitaalsubsidies;
c) de aard en de omvang van de investeringen gefinancierd met de c) de aard en de omvang van de investeringen gefinancierd met de
kapitaalsubsidies; kapitaalsubsidies;
16° de nadere regels betreffende de opdrachten bedoeld in artikel 16° de nadere regels betreffende de opdrachten bedoeld in artikel
3bis, 6° /1; 3bis, 6° /1;
17° de nadere regels voor de toekenning van de subsidies bedoeld in 17° de nadere regels voor de toekenning van de subsidies bedoeld in
artikel 3ter en de in dat kader van toepassing zijnde artikel 3ter en de in dat kader van toepassing zijnde
selectiecriteria, waaronder de additionaliteit, de complementariteit selectiecriteria, waaronder de additionaliteit, de complementariteit
en de synergie; en de synergie;
18° de bijkomende voorwaarden en de nadere regels betreffende de 18° de bijkomende voorwaarden en de nadere regels betreffende de
interventies bedoeld in artikel 3quater; interventies bedoeld in artikel 3quater;
19° de nadere regels van de samenwerking tussen de Belgische Staat en 19° de nadere regels van de samenwerking tussen de Belgische Staat en
BIO in het kader van de opdrachten bedoeld in artikel 3sexies."; BIO in het kader van de opdrachten bedoeld in artikel 3sexies.";
3° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende: 3° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende:
" § 4. Het beheerscontract is geen akte of reglement bedoeld in " § 4. Het beheerscontract is geen akte of reglement bedoeld in
artikel 14 van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 artikel 14 van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12
januari 1973. januari 1973.
Alle clausules ervan worden geacht contractueel te zijn.". Alle clausules ervan worden geacht contractueel te zijn.".

Art. 14.In dezelfde wet wordt een artikel 4septies ingevoegd,

Art. 14.In dezelfde wet wordt een artikel 4septies ingevoegd,

luidende: luidende:
"

Art. 4septies.BIO maakt jaarlijks een ondernemingsplan op dat wordt

"

Art. 4septies.BIO maakt jaarlijks een ondernemingsplan op dat wordt

goedgekeurd door de raad van bestuur. Het ondernemingsplan omvat de goedgekeurd door de raad van bestuur. Het ondernemingsplan omvat de
strategische en operationele doelstellingen, met in begrip van de strategische en operationele doelstellingen, met in begrip van de
daaraan verbonden indicatoren en een financieel meerjarenplan.". daaraan verbonden indicatoren en een financieel meerjarenplan.".

Art. 15.Artikel 5 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 20

Art. 15.Artikel 5 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 20

januari 2014, wordt vervangen als volgt: januari 2014, wordt vervangen als volgt:
"

Art. 5.§ 1. BIO staat onder het toezicht van de minister bevoegd

"

Art. 5.§ 1. BIO staat onder het toezicht van de minister bevoegd

voor Ontwikkelingssamenwerking en de minister bevoegd voor Begroting. voor Ontwikkelingssamenwerking en de minister bevoegd voor Begroting.
Dit toezicht wordt uitgeoefend door twee regeringscommissarissen. Dit toezicht wordt uitgeoefend door twee regeringscommissarissen.
Elk van beide ministers benoemt één regeringscommissaris en één Elk van beide ministers benoemt één regeringscommissaris en één
plaatsvervanger. De plaatsvervangers beschikken, in voorkomend geval, plaatsvervanger. De plaatsvervangers beschikken, in voorkomend geval,
over dezelfde bevoegdheden als de regeringscommissarissen. over dezelfde bevoegdheden als de regeringscommissarissen.
Elke regeringscommissaris heeft het recht om: Elke regeringscommissaris heeft het recht om:
1° kennis te nemen van alle beslissingen van de algemene vergadering, 1° kennis te nemen van alle beslissingen van de algemene vergadering,
de raad van bestuur, de door de raad van bestuur opgerichte comités en de raad van bestuur, de door de raad van bestuur opgerichte comités en
het orgaan belast met het dagelijks bestuur; het orgaan belast met het dagelijks bestuur;
2° alle nodige controles uit te voeren; 2° alle nodige controles uit te voeren;
3° zich alle voor de in de bepaling onder 2° bedoelde controles nodige 3° zich alle voor de in de bepaling onder 2° bedoelde controles nodige
inlichtingen te doen verstrekken. inlichtingen te doen verstrekken.
Wanneer zij het nuttig achten, wonen zij de vergaderingen van de Wanneer zij het nuttig achten, wonen zij de vergaderingen van de
algemene vergadering, de raad van bestuur, de door de raad van bestuur algemene vergadering, de raad van bestuur, de door de raad van bestuur
opgerichte comités en het orgaan belast met het dagelijks bestuur, opgerichte comités en het orgaan belast met het dagelijks bestuur,
bij. Zij zetelen er met raadgevende stem. De agenda's van deze bij. Zij zetelen er met raadgevende stem. De agenda's van deze
vergadering worden hen steeds tijdig bezorgd. De vergadering worden hen steeds tijdig bezorgd. De
regeringscommissarissen ontvangen de verslagen van deze vergaderingen. regeringscommissarissen ontvangen de verslagen van deze vergaderingen.
§ 2. Elke regeringscommissaris kan ten allen tijde ter plaatse inzage § 2. Elke regeringscommissaris kan ten allen tijde ter plaatse inzage
nemen van de boeken, de briefwisseling, verslagen en van alle nemen van de boeken, de briefwisseling, verslagen en van alle
documenten en alle geschriften van BIO. documenten en alle geschriften van BIO.
Elke regeringscommissaris kan van de leden van de raad van bestuur, Elke regeringscommissaris kan van de leden van de raad van bestuur,
van het orgaan belast met het dagelijks bestuur en van de medewerkers van het orgaan belast met het dagelijks bestuur en van de medewerkers
van BIO alle verduidelijkingen of inlichtingen vorderen en alle van BIO alle verduidelijkingen of inlichtingen vorderen en alle
verificaties verrichten die hem nodig lijken voor de uitvoering van verificaties verrichten die hem nodig lijken voor de uitvoering van
zijn mandaat. zijn mandaat.
BIO bezorgt onmiddellijk aan elke regeringscommissaris de opmerkingen BIO bezorgt onmiddellijk aan elke regeringscommissaris de opmerkingen
van de in artikel 5bis bedoelde commissarissen evenals de op deze van de in artikel 5bis bedoelde commissarissen evenals de op deze
opmerkingen gegeven antwoorden. Elke regeringscommissaris communiceert opmerkingen gegeven antwoorden. Elke regeringscommissaris communiceert
schriftelijk met de commissarissen betreffende de aangelegenheden die schriftelijk met de commissarissen betreffende de aangelegenheden die
tot zijn bevoegdheid behoren. tot zijn bevoegdheid behoren.
BIO stelt de regeringscommissarissen de menselijke en materiële BIO stelt de regeringscommissarissen de menselijke en materiële
middelen ter beschikking die nodig zijn voor de uitvoering van hun middelen ter beschikking die nodig zijn voor de uitvoering van hun
mandaat. mandaat.
De minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking en de minister De minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking en de minister
bevoegd voor Begroting kunnen, elk voor hun bevoegdheid en indien ze bevoegd voor Begroting kunnen, elk voor hun bevoegdheid en indien ze
dat nuttig achten, de regeringscommissarissen laten bijstaan door dat nuttig achten, de regeringscommissarissen laten bijstaan door
deskundigen. De bezoldiging van de deskundigen is ten laste van BIO. deskundigen. De bezoldiging van de deskundigen is ten laste van BIO.
§ 3. Elke regeringscommissaris kan, bij de minister dat hem heeft § 3. Elke regeringscommissaris kan, bij de minister dat hem heeft
benoemd, een schorsend beroep aantekenen tegen elke beslissing die hij benoemd, een schorsend beroep aantekenen tegen elke beslissing die hij
strijdig acht met de wetten, de besluiten, de statuten, het strijdig acht met de wetten, de besluiten, de statuten, het
beheerscontract, het ondernemingsplan of met het algemeen belang. beheerscontract, het ondernemingsplan of met het algemeen belang.
De regeringscommissaris aangewezen door de minister bevoegd voor De regeringscommissaris aangewezen door de minister bevoegd voor
Ontwikkelingssamenwerking, ziet bovendien toe op de inbedding van Ontwikkelingssamenwerking, ziet bovendien toe op de inbedding van
ontwikkelingssamenwerking als één van de instrumenten van het ontwikkelingssamenwerking als één van de instrumenten van het
Belgische buitenlandse beleid, alsook op de coherentie van het Belgische buitenlandse beleid, alsook op de coherentie van het
buitenlandse optreden van België. buitenlandse optreden van België.
De regeringscommissaris aangeduid door de minister bevoegd voor De regeringscommissaris aangeduid door de minister bevoegd voor
Ontwikkelingssamenwerking vergewist zich eveneens van de Ontwikkelingssamenwerking vergewist zich eveneens van de
overeenstemming van elke investeringsbeslissing met de criteria overeenstemming van elke investeringsbeslissing met de criteria
bepaald door het Comité voor Ontwikkelingshulp van de Organisatie voor bepaald door het Comité voor Ontwikkelingshulp van de Organisatie voor
economische samenwerking en ontwikkeling bedoeld in artikel 32 van de economische samenwerking en ontwikkeling bedoeld in artikel 32 van de
wet van 19 maart 2013 betreffende Belgische Ontwikkelingssamenwerking. wet van 19 maart 2013 betreffende Belgische Ontwikkelingssamenwerking.
Voor het indienen van het beroep bedoeld in het eerste lid, beschikken Voor het indienen van het beroep bedoeld in het eerste lid, beschikken
de regeringscommissarissen over een termijn van zeven dagen vanaf de de regeringscommissarissen over een termijn van zeven dagen vanaf de
kennisname van de beslissing. kennisname van de beslissing.
De minister beschikt over een termijn van veertien dagen vanaf de De minister beschikt over een termijn van veertien dagen vanaf de
indiening van het schorsend beroep om de geschorste beslissing te indiening van het schorsend beroep om de geschorste beslissing te
vernietigen. vernietigen.
Hij brengt zijn beslissing ter kennis aan de voorzitter van de raad Hij brengt zijn beslissing ter kennis aan de voorzitter van de raad
van bestuur. van bestuur.
Indien de minister de schorsing niet vernietigt of zich binnen deze Indien de minister de schorsing niet vernietigt of zich binnen deze
termijn niet uitspreekt, mag de beslissing ten uitvoer worden gelegd. termijn niet uitspreekt, mag de beslissing ten uitvoer worden gelegd.
De raad van bestuur kan op met redenen omklede wijze de dringende De raad van bestuur kan op met redenen omklede wijze de dringende
noodzakelijkheid inroepen. De regeringscommissarissen beschikken in noodzakelijkheid inroepen. De regeringscommissarissen beschikken in
dat geval over een termijn van vier dagen vanaf de kennisname van de dat geval over een termijn van vier dagen vanaf de kennisname van de
beslissing om een schorsend beroep in te dienen bij de minister. De in beslissing om een schorsend beroep in te dienen bij de minister. De in
het vijfde lid voorgeschreven termijn wordt in dat geval teruggebracht het vijfde lid voorgeschreven termijn wordt in dat geval teruggebracht
tot vier dagen. tot vier dagen.
§ 4. De vergoeding van de regeringscommissarissen wordt vastgesteld § 4. De vergoeding van de regeringscommissarissen wordt vastgesteld
door de Koning. Zij wordt gedragen door BIO. door de Koning. Zij wordt gedragen door BIO.
§ 5. Wanneer de naleving van de wetten, besluiten, statuten, het § 5. Wanneer de naleving van de wetten, besluiten, statuten, het
beheerscontract, het ondernemingsplan of het algemeen belang dit beheerscontract, het ondernemingsplan of het algemeen belang dit
vereist, kan de minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking of vereist, kan de minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking of
elke regeringscommissaris het bevoegde bestuursorgaan verplichten om, elke regeringscommissaris het bevoegde bestuursorgaan verplichten om,
binnen de door hem gestelde termijn, hierover te beraadslagen. binnen de door hem gestelde termijn, hierover te beraadslagen.
Wanneer de inbedding van ontwikkelingssamenwerking als een van de Wanneer de inbedding van ontwikkelingssamenwerking als een van de
instrumenten van het Belgisch buitenlandse beleid of de coherentie van instrumenten van het Belgisch buitenlandse beleid of de coherentie van
het buitenlandse optreden van België dit vereist, kan de minister het buitenlandse optreden van België dit vereist, kan de minister
bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking of de regeringscommissaris die bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking of de regeringscommissaris die
door hem is aangeduid, het bevoegde bestuursorgaan verplichten om, door hem is aangeduid, het bevoegde bestuursorgaan verplichten om,
binnen de door hem gestelde termijn, hierover te beraadslagen.". binnen de door hem gestelde termijn, hierover te beraadslagen.".

Art. 16.In artikel 5bis, § 2 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet

Art. 16.In artikel 5bis, § 2 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet

van 24 december 2002, worden de woorden "de raad van bestuur" van 24 december 2002, worden de woorden "de raad van bestuur"
vervangen door de woorden "de algemene vergadering". vervangen door de woorden "de algemene vergadering".

Art. 17.In artikel 7 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 21

Art. 17.In artikel 7 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 21

juli 2016, wordt het tweede lid vervangen als volgt: juli 2016, wordt het tweede lid vervangen als volgt:
"BIO maakt jaarlijks een verantwoordingsrapport betreffende de "BIO maakt jaarlijks een verantwoordingsrapport betreffende de
aanwending van de middelen bedoeld in artikel 9, § 1, 3° en 4°, over aanwending van de middelen bedoeld in artikel 9, § 1, 3° en 4°, over
aan de minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking.". aan de minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking.".

Art. 18.Artikel 9 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt:

Art. 18.Artikel 9 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt:

"

Art. 9.§ 1. De Belgische Staat kan middelen toekennen aan BIO door:

"

Art. 9.§ 1. De Belgische Staat kan middelen toekennen aan BIO door:

1° inbrengen in kapitaal; 1° inbrengen in kapitaal;
2° inbrengen buiten kapitaal, door de inschrijving op winstbewijzen 2° inbrengen buiten kapitaal, door de inschrijving op winstbewijzen
die ontwikkelingscertificaten genoemd worden; die ontwikkelingscertificaten genoemd worden;
3° kapitaalsubsidies; 3° kapitaalsubsidies;
4° subsidies andere dan kapitaalsubsidies; 4° subsidies andere dan kapitaalsubsidies;
5° vergoedingen voor de opdrachten bedoeld in artikel 3sexies. 5° vergoedingen voor de opdrachten bedoeld in artikel 3sexies.
§ 2. De aanwending door BIO van de middelen bedoeld in paragraaf 1, 1° § 2. De aanwending door BIO van de middelen bedoeld in paragraaf 1, 1°
en 2°, is gebonden aan een rendementsdoelstelling die maakt dat de en 2°, is gebonden aan een rendementsdoelstelling die maakt dat de
inbreng steeds kan worden geclassificeerd als een deelneming binnen de inbreng steeds kan worden geclassificeerd als een deelneming binnen de
overheidssector overeenkomstig het Europees stelsel van nationale en overheidssector overeenkomstig het Europees stelsel van nationale en
regionale rekeningen. regionale rekeningen.
§ 3. De winstbewijzen bedoeld in paragraaf 1, 2°, zijn op dezelfde § 3. De winstbewijzen bedoeld in paragraaf 1, 2°, zijn op dezelfde
wijze als het kapitaal onbeschikbaar. Zij genieten dezelfde fiscale wijze als het kapitaal onbeschikbaar. Zij genieten dezelfde fiscale
behandeling als de inbreng in kapitaal. behandeling als de inbreng in kapitaal.
§ 4. De kapitaalsubsidies bedoeld in paragraaf 1, 3°, kunnen worden § 4. De kapitaalsubsidies bedoeld in paragraaf 1, 3°, kunnen worden
aangewend om investeringen te realiseren die een lagere aangewend om investeringen te realiseren die een lagere
rendementsdoelstelling hebben dan de rendementsdoelstelling bedoeld in rendementsdoelstelling hebben dan de rendementsdoelstelling bedoeld in
paragraaf 2. paragraaf 2.
Het cumulatief bedrag van de kapitaalsubsidies toegekend door de Het cumulatief bedrag van de kapitaalsubsidies toegekend door de
Belgische Staat aan BIO vertegenwoordigt maximum 15 percent van de som Belgische Staat aan BIO vertegenwoordigt maximum 15 percent van de som
van de middelen bedoeld in paragraaf 1, 1° en 2°. van de middelen bedoeld in paragraaf 1, 1° en 2°.
De investeringen gefinancierd met de kapitaalsubsidies moeten apart De investeringen gefinancierd met de kapitaalsubsidies moeten apart
kunnen worden opgevolgd in de boekhouding van BIO. kunnen worden opgevolgd in de boekhouding van BIO.
De provisies voor waardeverminderingen en de minderwaarden op deze De provisies voor waardeverminderingen en de minderwaarden op deze
investeringen worden rechtstreeks ten laste gelegd van de investeringen worden rechtstreeks ten laste gelegd van de
kapitaalsubsidie, net als de kosten verbonden aan het beheer van de kapitaalsubsidie, net als de kosten verbonden aan het beheer van de
investeringen die gebeuren met de kapitaalsubsidies. investeringen die gebeuren met de kapitaalsubsidies.
Het geïnvesteerde bedrag dat BIO terugkrijgt ingevolge de Het geïnvesteerde bedrag dat BIO terugkrijgt ingevolge de
terugbetaling van leningen of de verkoop van kapitaalparticipaties terugbetaling van leningen of de verkoop van kapitaalparticipaties
gefinancierd met kapitaalsubsidies kan enkel worden aangewend voor gefinancierd met kapitaalsubsidies kan enkel worden aangewend voor
nieuwe investeringen bedoeld in het eerste lid. De opbrengsten van nieuwe investeringen bedoeld in het eerste lid. De opbrengsten van
deze investeringen worden aangewend voor nieuwe investeringen bedoeld deze investeringen worden aangewend voor nieuwe investeringen bedoeld
in het eerste lid en voor het beheer van investeringen gefinancierd in het eerste lid en voor het beheer van investeringen gefinancierd
met kapitaalsubsidies. met kapitaalsubsidies.
§ 5. De subsidies bedoeld in paragraaf 1, 4°, worden aangewend om de § 5. De subsidies bedoeld in paragraaf 1, 4°, worden aangewend om de
interventies bedoeld in de artikelen 3ter en 3quater te financieren en interventies bedoeld in de artikelen 3ter en 3quater te financieren en
zijn niet onderworpen aan een rendementsdoelstelling.". zijn niet onderworpen aan een rendementsdoelstelling.".

Art. 19.In dezelfde wet wordt hoofdstuk 3, dat de artikelen 11 tot en

Art. 19.In dezelfde wet wordt hoofdstuk 3, dat de artikelen 11 tot en

met 14 bevat, opgeheven. met 14 bevat, opgeheven.

Art. 20.In artikel 27, § 1, van de wet van 23 november 2017 tot

Art. 20.In artikel 27, § 1, van de wet van 23 november 2017 tot

wijziging van de naam van de Belgische Technische Coöperatie en tot wijziging van de naam van de Belgische Technische Coöperatie en tot
vaststelling van de opdrachten en de werking van Enabel, Belgisch vaststelling van de opdrachten en de werking van Enabel, Belgisch
Ontwikkelingsagentschap wordt het tweede lid vervangen als volgt: Ontwikkelingsagentschap wordt het tweede lid vervangen als volgt:
"De onverenigbaarheden voor de leden van de raad van bestuur bedoeld "De onverenigbaarheden voor de leden van de raad van bestuur bedoeld
in artikel 21, § 8, eerste lid, zijn van toepassing voor de algemene in artikel 21, § 8, eerste lid, zijn van toepassing voor de algemene
directeur, met uitzondering van de onverenigbaarheid bedoeld in directeur, met uitzondering van de onverenigbaarheid bedoeld in
artikel 21, § 8, eerste lid, 7°. " artikel 21, § 8, eerste lid, 7°. "

Art. 21.In artikel 29, § 1, van dezelfde wet wordt het vierde lid

Art. 21.In artikel 29, § 1, van dezelfde wet wordt het vierde lid

vervangen als volgt: vervangen als volgt:
"De onverenigbaarheden voor de leden van de raad van bestuur bedoeld "De onverenigbaarheden voor de leden van de raad van bestuur bedoeld
in artikel 21, § 8, eerste lid, zijn van toepassing op de leden van in artikel 21, § 8, eerste lid, zijn van toepassing op de leden van
het directiecomité, met uitzondering van de onverenigbaarheid bedoeld het directiecomité, met uitzondering van de onverenigbaarheid bedoeld
in artikel 21, § 8, eerste lid, 7°. ". in artikel 21, § 8, eerste lid, 7°. ".

Art. 22.Deze wet treedt in werking op 1 januari 2019.

Art. 22.Deze wet treedt in werking op 1 januari 2019.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden
bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 25 oktober 2018. Gegeven te Brussel, 25 oktober 2018.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De minister van Ontwikkelingssamenwerking, De minister van Ontwikkelingssamenwerking,
A. DE CROO A. DE CROO
Met 's Lands zegel gezegeld : Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie, De Minister van Justitie,
K. GEENS K. GEENS
_______ _______
Nota Nota
Kamer van volksvertegenwoordigers Kamer van volksvertegenwoordigers
(www.dekamer.be) (www.dekamer.be)
Stukken : 54 3212 Stukken : 54 3212
Integraal Verslag: 12 oktober 2018 . Integraal Verslag: 12 oktober 2018 .
^