Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Wet van 07/02/2018
← Terug naar "Wet houdende invoering van een taks op de effectenrekeningen "
Wet houdende invoering van een taks op de effectenrekeningen Wet houdende invoering van een taks op de effectenrekeningen
FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN
7 FEBRUARI 2018. - Wet houdende invoering van een taks op de 7 FEBRUARI 2018. - Wet houdende invoering van een taks op de
effectenrekeningen (1) effectenrekeningen (1)
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij
bekrachtigen, hetgeen volgt : bekrachtigen, hetgeen volgt :
Hoofdstuk 1. - Algemene bepaling Hoofdstuk 1. - Algemene bepaling

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel

74 van de Grondwet. 74 van de Grondwet.
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het Wetboek diverse rechten en taksen HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het Wetboek diverse rechten en taksen

Art. 2.In boek II van het Wetboek diverse rechten en taksen, wordt

Art. 2.In boek II van het Wetboek diverse rechten en taksen, wordt

titel II, opgeheven bij het koninklijk besluit van 22 augustus 1934 en titel II, opgeheven bij het koninklijk besluit van 22 augustus 1934 en
vernummerd bij de wet van 19 december 2006, hersteld met als vernummerd bij de wet van 19 december 2006, hersteld met als
opschrift: "Titel II - Taks op de effectenrekeningen" die de artikelen opschrift: "Titel II - Taks op de effectenrekeningen" die de artikelen
151 tot 157 en 158/1 tot 158/6 omvat. 151 tot 157 en 158/1 tot 158/6 omvat.

Art. 3.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 3.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt artikel 151, opgeheven bij het koninklijk besluit van artikel 2, wordt artikel 151, opgeheven bij het koninklijk besluit van
22 augustus 1934, hersteld als volgt : 22 augustus 1934, hersteld als volgt :
"

Art. 151.De natuurlijke persoon die tijdens de referentieperiode

"

Art. 151.De natuurlijke persoon die tijdens de referentieperiode

titularis is van één of meerdere effectenrekeningen in België of in titularis is van één of meerdere effectenrekeningen in België of in
het buitenland, is over zijn aandeel in de gemiddelde waarde van de het buitenland, is over zijn aandeel in de gemiddelde waarde van de
belastbare financiële instrumenten op die rekeningen onderworpen aan belastbare financiële instrumenten op die rekeningen onderworpen aan
een taks overeenkomstig de bepalingen van deze titel. een taks overeenkomstig de bepalingen van deze titel.
De taks is evenwel niet verschuldigd indien het aandeel van de De taks is evenwel niet verschuldigd indien het aandeel van de
titularis in de in het eerste lid bedoelde gemiddelde waarde van de titularis in de in het eerste lid bedoelde gemiddelde waarde van de
belastbare financiële instrumenten op die rekeningen minder bedraagt belastbare financiële instrumenten op die rekeningen minder bedraagt
dan 500 000 euro.". dan 500 000 euro.".

Art. 4.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 4.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt artikel 152, opgeheven bij het koninklijk besluit van artikel 2, wordt artikel 152, opgeheven bij het koninklijk besluit van
22 augustus 1934, hersteld als volgt: 22 augustus 1934, hersteld als volgt:
"

Art. 152.Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder :

"

Art. 152.Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder :

1° effectenrekening : 1° effectenrekening :
a) wat de rijksinwoners betreft, de effectenrekeningen gehouden bij a) wat de rijksinwoners betreft, de effectenrekeningen gehouden bij
een of meerdere tussenpersonen, ongeacht waar de tussenpersoon een of meerdere tussenpersonen, ongeacht waar de tussenpersoon
opgericht of gevestigd is, en wat de niet-inwoners betreft, de opgericht of gevestigd is, en wat de niet-inwoners betreft, de
effectenrekeningen gehouden bij een of meerdere in België opgerichte effectenrekeningen gehouden bij een of meerdere in België opgerichte
of gevestigde tussenpersonen, waarop één of meer belastbare financiële of gevestigde tussenpersonen, waarop één of meer belastbare financiële
instrumenten zijn ingeschreven; instrumenten zijn ingeschreven;
b) de belastbare financiële instrumenten zoals bedoeld in het 2°, a), b) de belastbare financiële instrumenten zoals bedoeld in het 2°, a),
ingeschreven op een effectenrekening, die het voorwerp uitmaken van ingeschreven op een effectenrekening, die het voorwerp uitmaken van
een omzetting vanaf 9 december 2017 naar niet-belastbare financiële een omzetting vanaf 9 december 2017 naar niet-belastbare financiële
instrumenten ingeschreven in een register van effecten op naam, instrumenten ingeschreven in een register van effecten op naam,
uitsluitend voor de referentieperiode waarin de plaatsvindt. De uitsluitend voor de referentieperiode waarin de plaatsvindt. De
omzetting die heeft plaatsgevonden tussen 9 december 2017 en de datum omzetting die heeft plaatsgevonden tussen 9 december 2017 en de datum
van inwerkingtreding van deze wet, wordt toegerekend aan de eerste van inwerkingtreding van deze wet, wordt toegerekend aan de eerste
referentieperiode die aanvangt bij de inwerkingtreding van de wet; referentieperiode die aanvangt bij de inwerkingtreding van de wet;
2° belastbare financiële instrumenten: 2° belastbare financiële instrumenten:
a) al dan niet beursgenoteerde aandelen alsmede certificaten a) al dan niet beursgenoteerde aandelen alsmede certificaten
betreffende dergelijke instrumenten; betreffende dergelijke instrumenten;
b) al dan niet beursgenoteerde obligaties alsmede certificaten b) al dan niet beursgenoteerde obligaties alsmede certificaten
betreffende dergelijke instrumenten; betreffende dergelijke instrumenten;
c) al dan niet beursgenoteerde rechten van deelneming in c) al dan niet beursgenoteerde rechten van deelneming in
gemeenschappelijke beleggingsfondsen of aandelen in gemeenschappelijke beleggingsfondsen of aandelen in
beleggingsvennootschappen, die niet zijn gekocht of waarop niet werd beleggingsvennootschappen, die niet zijn gekocht of waarop niet werd
ingeschreven in het kader van een levensverzekering of een regeling ingeschreven in het kader van een levensverzekering of een regeling
voor pensioensparen; voor pensioensparen;
d) kasbons; d) kasbons;
e) warrants; e) warrants;
3° beursgenoteerd: verhandeld en toegelaten zijn tot de verhandeling 3° beursgenoteerd: verhandeld en toegelaten zijn tot de verhandeling
op een Belgische of buitenlandse gereglementeerde markt of een op een Belgische of buitenlandse gereglementeerde markt of een
multilaterale handelsfaciliteit in de zin van artikel 2, eerste lid, multilaterale handelsfaciliteit in de zin van artikel 2, eerste lid,
4°, van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de 4°, van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de
financiële sector en de financiële diensten, voor zover deze werkt met financiële sector en de financiële diensten, voor zover deze werkt met
minstens één dagelijkse notering, dan wel op een in een derde land minstens één dagelijkse notering, dan wel op een in een derde land
gevestigd handelsplatform dat een soortgelijke functie vervult; gevestigd handelsplatform dat een soortgelijke functie vervult;
4° gemeenschappelijke beleggingsfondsen of beleggingsvennootschappen: 4° gemeenschappelijke beleggingsfondsen of beleggingsvennootschappen:
beleggingsfondsen of beleggingsvennootschappen bedoeld in de wet van 3 beleggingsfondsen of beleggingsvennootschappen bedoeld in de wet van 3
augustus 2012 betreffende de instellingen voor collectieve belegging augustus 2012 betreffende de instellingen voor collectieve belegging
die voldoen aan de voorwaarden van Richtlijn 2009/65/EG en de die voldoen aan de voorwaarden van Richtlijn 2009/65/EG en de
instellingen voor belegging in schuldvorderingen, of bedoeld in de wet instellingen voor belegging in schuldvorderingen, of bedoeld in de wet
van 19 april 2014 betreffende de alternatieve instellingen voor van 19 april 2014 betreffende de alternatieve instellingen voor
collectieve belegging en hun beheerders, of in analoge bepalingen van collectieve belegging en hun beheerders, of in analoge bepalingen van
buitenlands recht; buitenlands recht;
5° titularis: de natuurlijke persoon, ongeacht of deze volle eigenaar, 5° titularis: de natuurlijke persoon, ongeacht of deze volle eigenaar,
blote eigenaar of vruchtgebruiker is, die houder is van een blote eigenaar of vruchtgebruiker is, die houder is van een
effectenrekening of die door de tussenpersoon die de rekening beheert, effectenrekening of die door de tussenpersoon die de rekening beheert,
is geregistreerd of wordt geïdentificeerd als de houder van een is geregistreerd of wordt geïdentificeerd als de houder van een
effectenrekening. effectenrekening.
Elke inbreng van een effectenrekening die plaatsvindt vanaf 1 januari Elke inbreng van een effectenrekening die plaatsvindt vanaf 1 januari
2018 in een aan de vennootschapsbelasting onderworpen rechtspersoon 2018 in een aan de vennootschapsbelasting onderworpen rechtspersoon
met als enig doel aan de taks bedoeld in deze titel te ontkomen, heeft met als enig doel aan de taks bedoeld in deze titel te ontkomen, heeft
tot gevolg dat de inbrenger van de effectenrekening geacht wordt tot gevolg dat de inbrenger van de effectenrekening geacht wordt
titularis te zijn van de ingebrachte effectenrekening; titularis te zijn van de ingebrachte effectenrekening;
6° referentieperiode: een periode van twaalf opeenvolgende maanden die 6° referentieperiode: een periode van twaalf opeenvolgende maanden die
aanvangt op 1 oktober en eindigt op 30 september van het volgend jaar; aanvangt op 1 oktober en eindigt op 30 september van het volgend jaar;
7° aandeel in de gemiddelde waarde: het gedeelte van de op de 7° aandeel in de gemiddelde waarde: het gedeelte van de op de
effectenrekeningen staande belastbare financiële instrumenten van de effectenrekeningen staande belastbare financiële instrumenten van de
titularis dat wordt vermoed proportioneel te zijn met het aantal titularis dat wordt vermoed proportioneel te zijn met het aantal
geregistreerde titularissen van de effectenrekeningen; geregistreerde titularissen van de effectenrekeningen;
8° tussenpersoon: een kredietinstelling of een beursvennootschap 8° tussenpersoon: een kredietinstelling of een beursvennootschap
bedoeld in artikel 1, § § 2 en 3, van de wet van 25 april 2014 op het bedoeld in artikel 1, § § 2 en 3, van de wet van 25 april 2014 op het
statuut van en het toezicht op kredietinstellingen en statuut van en het toezicht op kredietinstellingen en
beursvennootschappen en de beleggingsondernemingen bedoeld in artikel beursvennootschappen en de beleggingsondernemingen bedoeld in artikel
3, § 1, van de wet van 25 oktober 2016 betreffende de toegang tot het 3, § 1, van de wet van 25 oktober 2016 betreffende de toegang tot het
beleggingsdienstenbedrijf en betreffende het statuut van en het beleggingsdienstenbedrijf en betreffende het statuut van en het
toezicht op de vennootschappen voor vermogensbeheer en toezicht op de vennootschappen voor vermogensbeheer en
beleggingsadvies, die krachtens nationaal recht toegelaten worden om beleggingsadvies, die krachtens nationaal recht toegelaten worden om
financiële instrumenten voor rekening van de klanten aan te houden; financiële instrumenten voor rekening van de klanten aan te houden;
9° Belgische tussenpersoon: een tussenpersoon naar Belgisch recht 9° Belgische tussenpersoon: een tussenpersoon naar Belgisch recht
evenals een tussenpersoon die gevestigd is in België. De niet in evenals een tussenpersoon die gevestigd is in België. De niet in
België gevestigde tussenpersonen die een vertegenwoordiger hebben België gevestigde tussenpersonen die een vertegenwoordiger hebben
aangesteld bedoeld in artikel 158/2 worden voor de toepassing van deze aangesteld bedoeld in artikel 158/2 worden voor de toepassing van deze
titel gelijkgesteld met een Belgische tussenpersoon; titel gelijkgesteld met een Belgische tussenpersoon;
10° waarde : 10° waarde :
a) voor beursgenoteerde financiële instrumenten, de slotkoers van het a) voor beursgenoteerde financiële instrumenten, de slotkoers van het
financieel instrument. Wanneer er op een van de referentietijdstippen financieel instrument. Wanneer er op een van de referentietijdstippen
geen notering is, wordt de slotkoers genomen op de eerste voorgaande geen notering is, wordt de slotkoers genomen op de eerste voorgaande
dag waarop er een notering was; dag waarop er een notering was;
b) voor niet-beursgenoteerde gemeenschappelijke beleggingsfondsen of b) voor niet-beursgenoteerde gemeenschappelijke beleggingsfondsen of
beleggingsvennootschappen, de op het referentietijdstip laatst beleggingsvennootschappen, de op het referentietijdstip laatst
publiekelijk beschikbare netto-inventariswaarde; publiekelijk beschikbare netto-inventariswaarde;
c) voor andere niet beursgenoteerde financiële instrumenten: c) voor andere niet beursgenoteerde financiële instrumenten:
- de waarde waarvoor het instrument is opgenomen in het laatst - de waarde waarvoor het instrument is opgenomen in het laatst
beschikbare overzicht van de financiële instrumenten dat de beschikbare overzicht van de financiële instrumenten dat de
tussenpersoon aan de titularis moet toezenden in overeenstemming met tussenpersoon aan de titularis moet toezenden in overeenstemming met
artikel 63 van de gedelegeerde verordening (EG) nr. 2017/565 van de artikel 63 van de gedelegeerde verordening (EG) nr. 2017/565 van de
Commissie van 25 april 2016 houdende aanvulling van Richtlijn Commissie van 25 april 2016 houdende aanvulling van Richtlijn
2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de door 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de door
beleggingsondernemingen in acht te nemen organisatorische eisen en beleggingsondernemingen in acht te nemen organisatorische eisen en
voorwaarden voor de bedrijfsuitoefening en wat betreft de definitie voorwaarden voor de bedrijfsuitoefening en wat betreft de definitie
van begrippen voor de toepassing van genoemde richtlijn; van begrippen voor de toepassing van genoemde richtlijn;
- de laatst publiekelijk beschikbare marktwaarde, of bij gebrek - de laatst publiekelijk beschikbare marktwaarde, of bij gebrek
daaraan, de naar best vermogen geschatte waarde wanneer het financieel daaraan, de naar best vermogen geschatte waarde wanneer het financieel
instrument niet is opgenomen in een overzicht van financiële instrument niet is opgenomen in een overzicht van financiële
instrumenten bedoeld in het eerste streepje.". instrumenten bedoeld in het eerste streepje.".

Art. 5.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 5.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt artikel 153, opgeheven bij het koninklijk besluit van artikel 2, wordt artikel 153, opgeheven bij het koninklijk besluit van
22 augustus 1934, hersteld als volgt : 22 augustus 1934, hersteld als volgt :
"

Art. 153.Het tarief van de taks wordt vastgesteld op 0,15 pct.".

"

Art. 153.Het tarief van de taks wordt vastgesteld op 0,15 pct.".

Art. 6.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 6.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt artikel 154, opgeheven bij het koninklijk besluit van artikel 2, wordt artikel 154, opgeheven bij het koninklijk besluit van
22 augustus 1934, hersteld als volgt : 22 augustus 1934, hersteld als volgt :
"

Art. 154.§ 1. De gemiddelde waarde bedoeld in artikel 151 wordt als

"

Art. 154.§ 1. De gemiddelde waarde bedoeld in artikel 151 wordt als

volgt berekend : volgt berekend :
1° doorheen de referentieperiode vormt de laatste dag van elke 1° doorheen de referentieperiode vormt de laatste dag van elke
driemaandelijkse periode een referentietijdstip; driemaandelijkse periode een referentietijdstip;
2° op elk referentietijdstip wordt een staat opgemaakt van de waarde 2° op elk referentietijdstip wordt een staat opgemaakt van de waarde
van de belastbare financiële instrumenten ingeschreven op de van de belastbare financiële instrumenten ingeschreven op de
effectenrekeningen; effectenrekeningen;
3° de waarden van de staten opgemaakt op de verschillende 3° de waarden van de staten opgemaakt op de verschillende
referentietijdstippen worden opgeteld en gedeeld door het aantal referentietijdstippen worden opgeteld en gedeeld door het aantal
referentietijdstippen. referentietijdstippen.
§ 2. In geval van opening, wijziging of afsluiting van een § 2. In geval van opening, wijziging of afsluiting van een
effectenrekening of wanneer een natuurlijke persoon titularis wordt effectenrekening of wanneer een natuurlijke persoon titularis wordt
van een effectenrekening of geen titularis meer is in de loop van de van een effectenrekening of geen titularis meer is in de loop van de
referentieperiode, wordt ook de dag van de opening, de wijziging of de referentieperiode, wordt ook de dag van de opening, de wijziging of de
afsluiting van de effectenrekening alsook de dag waarop een afsluiting van de effectenrekening alsook de dag waarop een
natuurlijke persoon titularis wordt van een effectenrekening of geen natuurlijke persoon titularis wordt van een effectenrekening of geen
titularis meer is, als een referentietijdstip beschouwd en wordt dit titularis meer is, als een referentietijdstip beschouwd en wordt dit
referentietijdstip voor de berekening van de gemiddelde waarde referentietijdstip voor de berekening van de gemiddelde waarde
bijgevoegd bij de referentietijdstippen uit paragraaf 1. bijgevoegd bij de referentietijdstippen uit paragraaf 1.
De referentieperiode vangt, in afwijking van artikel 152, 6°, aan op De referentieperiode vangt, in afwijking van artikel 152, 6°, aan op
het moment dat een natuurlijke persoon titularis wordt van een het moment dat een natuurlijke persoon titularis wordt van een
effectenrekening. Zij eindigt de dag dat een natuurlijke persoon niet effectenrekening. Zij eindigt de dag dat een natuurlijke persoon niet
langer titularis is van een effectenrekening. langer titularis is van een effectenrekening.
Wanneer de referentieperiode naar aanleiding van een volledige of Wanneer de referentieperiode naar aanleiding van een volledige of
gedeeltelijke overdracht van financiële instrumenten op een gedeeltelijke overdracht van financiële instrumenten op een
effectenrekening van een Belgische tussenpersoon naar een andere effectenrekening van een Belgische tussenpersoon naar een andere
Belgische tussenpersoon, aanvangt of eindigt gedurende de Belgische tussenpersoon, aanvangt of eindigt gedurende de
referentieperiode bepaald in artikel 152, 6°, en de overdragende referentieperiode bepaald in artikel 152, 6°, en de overdragende
titularis hierdoor zijn hoedanigheid van titularis van laatstgenoemde titularis hierdoor zijn hoedanigheid van titularis van laatstgenoemde
effectenrekening verliest maar titularis wordt van de effectenrekening effectenrekening verliest maar titularis wordt van de effectenrekening
waarnaar de financiële instrumenten worden overgedragen, wordt enkel waarnaar de financiële instrumenten worden overgedragen, wordt enkel
de referentieperiode bij de laatste Belgische tussenpersoon waarbij de de referentieperiode bij de laatste Belgische tussenpersoon waarbij de
effectenrekening op het einde van de referentieperiode bedoeld in effectenrekening op het einde van de referentieperiode bedoeld in
artikel 152, 6°, wordt gehouden, in aanmerking genomen voor het artikel 152, 6°, wordt gehouden, in aanmerking genomen voor het
berekenen van de taks. berekenen van de taks.
Wanneer de referentieperiode eindigt doordat de titularis die België Wanneer de referentieperiode eindigt doordat de titularis die België
verlaat en daardoor niet langer rijksinwoner is tezelfdertijd zijn verlaat en daardoor niet langer rijksinwoner is tezelfdertijd zijn
effectenrekening verplaatst naar het buitenland of niet langer effectenrekening verplaatst naar het buitenland of niet langer
titularis of medetitularis is van een of meerdere effectenrekeningen, titularis of medetitularis is van een of meerdere effectenrekeningen,
wordt het bedrag van de taks vermenigvuldigd met een breuk waarvan de wordt het bedrag van de taks vermenigvuldigd met een breuk waarvan de
teller bestaat uit het aantal dagen waarop men nog rijksinwoner was in teller bestaat uit het aantal dagen waarop men nog rijksinwoner was in
de referentieperiode als bedoeld in artikel 152, 6° en de noemer de referentieperiode als bedoeld in artikel 152, 6° en de noemer
bestaat uit het aantal dagen dat de referentieperiode als bedoeld in bestaat uit het aantal dagen dat de referentieperiode als bedoeld in
artikel 152, 6° omvat. artikel 152, 6° omvat.
In het geval bedoeld in artikel 152, 1°, b), wordt voor het bepalen In het geval bedoeld in artikel 152, 1°, b), wordt voor het bepalen
van de gemiddelde waarde van de omgezette belastbare instrumenten van de gemiddelde waarde van de omgezette belastbare instrumenten
rekening gehouden met een referentieperiode bedoeld in artikel 152, rekening gehouden met een referentieperiode bedoeld in artikel 152,
6°. De referentiepunten tijdens de voornoemde referentieperiode waarop 6°. De referentiepunten tijdens de voornoemde referentieperiode waarop
de belastbare instrumenten nog op een effectenrekening werden gehouden de belastbare instrumenten nog op een effectenrekening werden gehouden
voor de omzetting ervan, worden geacht een nulwaarde te kennen.". voor de omzetting ervan, worden geacht een nulwaarde te kennen.".

Art. 7.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 7.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt artikel 155, opgeheven bij koninklijk besluit van 22 artikel 2, wordt artikel 155, opgeheven bij koninklijk besluit van 22
augustus 1934, hersteld als volgt : augustus 1934, hersteld als volgt :
"

Art. 155.De Belgische tussenpersonen maken op elk referentietijdstip

"

Art. 155.De Belgische tussenpersonen maken op elk referentietijdstip

de in artikel 154 bedoelde staat op voor iedere titularis die de de in artikel 154 bedoelde staat op voor iedere titularis die de
volgende gegevens vermeldt : volgende gegevens vermeldt :
1° de naam en het adres van de titularis; 1° de naam en het adres van de titularis;
2° het rekeningnummer van de titularis; 2° het rekeningnummer van de titularis;
3° het aandeel in de op dat referentietijdstip opgetekende waarde van 3° het aandeel in de op dat referentietijdstip opgetekende waarde van
de belastbare financiële instrumenten die op één of meerdere de belastbare financiële instrumenten die op één of meerdere
effectenrekeningen bedoeld in artikel 152, 1°, a) worden gehouden; effectenrekeningen bedoeld in artikel 152, 1°, a) worden gehouden;
4° de periode waarover het aandeel in de waarde als bedoeld in het 3° 4° de periode waarover het aandeel in de waarde als bedoeld in het 3°
werd berekend. werd berekend.
Met inachtneming van de in het eerste lid bedoelde vormvereisten, Met inachtneming van de in het eerste lid bedoelde vormvereisten,
maken de Belgische tussenpersonen, behalve in geval van overdracht als maken de Belgische tussenpersonen, behalve in geval van overdracht als
bedoeld in artikel 154, § 2, derde lid, op het einde van elke bedoeld in artikel 154, § 2, derde lid, op het einde van elke
referentieperiode een overzicht op met daarin vermelding van de in referentieperiode een overzicht op met daarin vermelding van de in
artikel 154 bedoelde gemiddelde waarde, de uiteindelijk verschuldigde artikel 154 bedoelde gemiddelde waarde, de uiteindelijk verschuldigde
taks, het tarief en in voorkomend geval de reeds ingehouden taks. Dit taks, het tarief en in voorkomend geval de reeds ingehouden taks. Dit
overzicht wordt medegedeeld aan de titularis uiterlijk op de laatste overzicht wordt medegedeeld aan de titularis uiterlijk op de laatste
dag van de maand die volgt op het einde van de referentieperiode. dag van de maand die volgt op het einde van de referentieperiode.
De Belgische tussenpersoon stelt in het overzicht als bedoeld in het De Belgische tussenpersoon stelt in het overzicht als bedoeld in het
tweede lid de mogelijkheid tot inhouding voor aan de titularis indien tweede lid de mogelijkheid tot inhouding voor aan de titularis indien
zijn aandeel in de effectenrekeningen bedoeld in artikel 152, 1°, a) zijn aandeel in de effectenrekeningen bedoeld in artikel 152, 1°, a)
bij die Belgische tussenpersoon het in artikel 151, tweede lid, bij die Belgische tussenpersoon het in artikel 151, tweede lid,
bedoelde bedrag niet overschrijdt.". bedoelde bedrag niet overschrijdt.".

Art. 8.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 8.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt artikel 156, opgeheven bij het koninklijk besluit van artikel 2, wordt artikel 156, opgeheven bij het koninklijk besluit van
22 augustus 1934, hersteld als volgt : 22 augustus 1934, hersteld als volgt :
"

Art. 156.De taks is verschuldigd op de eerste dag die volgt op het

"

Art. 156.De taks is verschuldigd op de eerste dag die volgt op het

einde van de referentieperiode.". einde van de referentieperiode.".

Art. 9.In titel II van boek II van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 9.In titel II van boek II van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt artikel 157, opgeheven bij het koninklijk besluit van artikel 2, wordt artikel 157, opgeheven bij het koninklijk besluit van
22 augustus 1934, hersteld als volgt : 22 augustus 1934, hersteld als volgt :
"

Art. 157.Behalve in geval van overdracht bedoeld in artikel 154, §

"

Art. 157.Behalve in geval van overdracht bedoeld in artikel 154, §

2, derde lid, gaat de Belgische tussenpersoon over tot een bevrijdende 2, derde lid, gaat de Belgische tussenpersoon over tot een bevrijdende
inhouding, aangifte en betaling van de taks indien : inhouding, aangifte en betaling van de taks indien :
1° het aandeel van de titularis op de effectenrekeningen bedoeld in 1° het aandeel van de titularis op de effectenrekeningen bedoeld in
artikel 152, 1°, a) gehouden bij de Belgische tussenpersoon gelijk is artikel 152, 1°, a) gehouden bij de Belgische tussenpersoon gelijk is
aan of meer bedraagt dan het in artikel 151, tweede lid, bepaalde aan of meer bedraagt dan het in artikel 151, tweede lid, bepaalde
bedrag; of indien bedrag; of indien
2° de titularis, uiterlijk op de laatste dag van de tweede maand die 2° de titularis, uiterlijk op de laatste dag van de tweede maand die
volgt op het einde van de referentieperiode, geopteerd heeft voor de volgt op het einde van de referentieperiode, geopteerd heeft voor de
bevrijdende inhouding op de effectenrekeningen bedoeld in artikel 152, bevrijdende inhouding op de effectenrekeningen bedoeld in artikel 152,
1°, a), door de Belgische tussenpersoon, wanneer de taks niet werd 1°, a), door de Belgische tussenpersoon, wanneer de taks niet werd
ingehouden zoals bepaald in 1°. ". ingehouden zoals bepaald in 1°. ".

Art. 10.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 10.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt artikel 158/1, opgeheven bij het koninklijk besluit artikel 2, wordt artikel 158/1, opgeheven bij het koninklijk besluit
van 22 augustus 1934, hersteld als volgt : van 22 augustus 1934, hersteld als volgt :
"

Art. 158/1.In alle andere gevallen dan deze bedoeld in artikel 157,

"

Art. 158/1.In alle andere gevallen dan deze bedoeld in artikel 157,

gaat de titularis zelf over tot aangifte en betaling van de taks, gaat de titularis zelf over tot aangifte en betaling van de taks,
tenzij de titularis kan bewijzen dat de taks reeds ingehouden, tenzij de titularis kan bewijzen dat de taks reeds ingehouden,
aangegeven en betaald werd door een tussenpersoon die niet opgericht aangegeven en betaald werd door een tussenpersoon die niet opgericht
of gevestigd is in België. of gevestigd is in België.
In afwijking van artikel 152, 7°, kan de titularis die een of meerdere In afwijking van artikel 152, 7°, kan de titularis die een of meerdere
effectenrekeningen in onverdeeldheid of hetzij in zijn geheel, hetzij effectenrekeningen in onverdeeldheid of hetzij in zijn geheel, hetzij
deels in vruchtgebruik of blote eigendom houdt, in zijn aangifte het deels in vruchtgebruik of blote eigendom houdt, in zijn aangifte het
aandeel in de onverdeeldheid, het vruchtgebruik of de blote eigendom aandeel in de onverdeeldheid, het vruchtgebruik of de blote eigendom
opgeven dat hem wettelijk of contractueel toekomt. Hij voegt hiertoe opgeven dat hem wettelijk of contractueel toekomt. Hij voegt hiertoe
de bewijsstukken toe die het wettelijke of contractuele aandeel de bewijsstukken toe die het wettelijke of contractuele aandeel
vastleggen van de titularis, alsook dat van de andere medegerechtigden vastleggen van de titularis, alsook dat van de andere medegerechtigden
in de onverdeeldheid, het vruchtgebruik of de blote eigendom. Wat het in de onverdeeldheid, het vruchtgebruik of de blote eigendom. Wat het
vruchtgebruik of de blote eigendom op het geheel of delen van de vruchtgebruik of de blote eigendom op het geheel of delen van de
effectenrekeningen betreft, wordt de waarderingsmethode zoals bedoeld effectenrekeningen betreft, wordt de waarderingsmethode zoals bedoeld
in artikel 158/5, § 2, tweede lid, toegepast. Wanneer uit het in artikel 158/5, § 2, tweede lid, toegepast. Wanneer uit het
vastleggen van het wettelijke of contractuele aandeel blijkt dat het vastleggen van het wettelijke of contractuele aandeel blijkt dat het
aandeel van een medegerechtigde in de onverdeeldheid, van een aandeel van een medegerechtigde in de onverdeeldheid, van een
vruchtgebruiker of een blote eigenaar, natuurlijke persoon, die geen vruchtgebruiker of een blote eigenaar, natuurlijke persoon, die geen
titularis is, het bedrag als bepaald in artikel 151, tweede lid, titularis is, het bedrag als bepaald in artikel 151, tweede lid,
bereikt of overschrijdt, wordt deze gelijkgesteld met een titularis bereikt of overschrijdt, wordt deze gelijkgesteld met een titularis
voor de toepassing van deze titel. voor de toepassing van deze titel.
Indien een titularis opteert om het wettelijke of contractuele aandeel Indien een titularis opteert om het wettelijke of contractuele aandeel
op te geven als bedoeld in het tweede lid, wordt een gezamenlijke op te geven als bedoeld in het tweede lid, wordt een gezamenlijke
aangifte ingediend, waarvan de nadere regels door de Koning worden aangifte ingediend, waarvan de nadere regels door de Koning worden
bepaald. bepaald.
Indien een aangifte wordt ingediend als bedoeld in het derde lid, Indien een aangifte wordt ingediend als bedoeld in het derde lid,
staat elke medegerechtigde in de onverdeeldheid, elke vruchtgebruiker staat elke medegerechtigde in de onverdeeldheid, elke vruchtgebruiker
of elke blote eigenaar, alsook de titularis, hoofdelijk in voor de of elke blote eigenaar, alsook de titularis, hoofdelijk in voor de
betaling van de taks.". betaling van de taks.".

Art. 11.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 11.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt artikel 158/2, opgeheven bij het koninklijk besluit artikel 2, wordt artikel 158/2, opgeheven bij het koninklijk besluit
van 22 augustus 1934, hersteld als volgt : van 22 augustus 1934, hersteld als volgt :
"

Art. 158/2.De niet in België gevestigde of opgerichte tussenpersonen

"

Art. 158/2.De niet in België gevestigde of opgerichte tussenpersonen

kunnen, wanneer zij voor een natuurlijke persoon een aan de taks kunnen, wanneer zij voor een natuurlijke persoon een aan de taks
onderworpen rekening beheren, door of vanwege de minister van onderworpen rekening beheren, door of vanwege de minister van
Financiën een in België gevestigde aansprakelijke vertegenwoordiger Financiën een in België gevestigde aansprakelijke vertegenwoordiger
laten erkennen. Deze vertegenwoordiger verbindt zich hoofdelijk jegens laten erkennen. Deze vertegenwoordiger verbindt zich hoofdelijk jegens
de Belgische Staat, tot de betaling van de taks welke de tussenpersoon de Belgische Staat, tot de betaling van de taks welke de tussenpersoon
voor rekening van de titularis doet, en tot uitvoering van alle voor rekening van de titularis doet, en tot uitvoering van alle
verplichtingen waartoe de tussenpersoon krachtens deze titel gehouden verplichtingen waartoe de tussenpersoon krachtens deze titel gehouden
is. is.
In geval van overlijden van de aansprakelijke vertegenwoordiger, van In geval van overlijden van de aansprakelijke vertegenwoordiger, van
intrekking van zijn erkenning of van een gebeurtenis die tot zijn intrekking van zijn erkenning of van een gebeurtenis die tot zijn
onbevoegdheid leidt, wordt dadelijk in zijn vervanging voorzien. onbevoegdheid leidt, wordt dadelijk in zijn vervanging voorzien.
De Koning bepaalt de voorwaarden en nadere regels van erkenning van de De Koning bepaalt de voorwaarden en nadere regels van erkenning van de
aansprakelijke vertegenwoordiger.". aansprakelijke vertegenwoordiger.".

Art. 12.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 12.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt een artikel 158/3 ingevoegd, luidende : artikel 2, wordt een artikel 158/3 ingevoegd, luidende :
"

Art. 158/3.§ 1. De in artikel 157 bedoelde belastingschuldigen

"

Art. 158/3.§ 1. De in artikel 157 bedoelde belastingschuldigen

dienen een aangifte in bij het bevoegde kantoor, uiterlijk op de dienen een aangifte in bij het bevoegde kantoor, uiterlijk op de
twintigste dag van de derde maand die volgt op het einde van de twintigste dag van de derde maand die volgt op het einde van de
referentieperiode. referentieperiode.
De taks wordt betaald op de in het eerste lid bedoelde dag door De taks wordt betaald op de in het eerste lid bedoelde dag door
storting of overschrijving op de rekening van het bevoegde kantoor met storting of overschrijving op de rekening van het bevoegde kantoor met
vermelding van de heffingsbasis. De Koning bepaalt de wijze waarop de vermelding van de heffingsbasis. De Koning bepaalt de wijze waarop de
schuldenaars van de taks aangifte doen evenals het bevoegde kantoor. schuldenaars van de taks aangifte doen evenals het bevoegde kantoor.
§ 2. Niet aangifte, laattijdige, onnauwkeurige of onvolledige § 2. Niet aangifte, laattijdige, onnauwkeurige of onvolledige
aangifte, alsook de laattijdige betaling, worden bestraft met een aangifte, alsook de laattijdige betaling, worden bestraft met een
boete die wordt vastgelegd naar gelang van de aard en de ernst van de boete die wordt vastgelegd naar gelang van de aard en de ernst van de
overtreding, volgens een schaal waarvan de trappen door de Koning overtreding, volgens een schaal waarvan de trappen door de Koning
worden vastgesteld en gaande van 10 pct. tot 200 pct. van de worden vastgesteld en gaande van 10 pct. tot 200 pct. van de
verschuldigde taks. Bij ontstentenis van kwade trouw kan worden verschuldigde taks. Bij ontstentenis van kwade trouw kan worden
afgezien van het minimum van 10 pct. afgezien van het minimum van 10 pct.
Wanneer de taks niet binnen de in paragraaf 1 vastgestelde termijn is Wanneer de taks niet binnen de in paragraaf 1 vastgestelde termijn is
betaald, is de interest van rechtswege verschuldigd met ingang van de betaald, is de interest van rechtswege verschuldigd met ingang van de
dag waarop de betaling had moeten geschieden.". dag waarop de betaling had moeten geschieden.".

Art. 13.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 13.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt een artikel 158/4 ingevoegd, luidende : artikel 2, wordt een artikel 158/4 ingevoegd, luidende :
"

Art. 158/4.§ 1. De in artikel 158/1 bedoelde belastingplichtigen

"

Art. 158/4.§ 1. De in artikel 158/1 bedoelde belastingplichtigen

dienen een elektronische aangifte in, uiterlijk op de laatste dag voor dienen een elektronische aangifte in, uiterlijk op de laatste dag voor
indiening van de aangifte in de personenbelasting via het elektronisch indiening van de aangifte in de personenbelasting via het elektronisch
platform MyMinfin. platform MyMinfin.
De taks wordt uiterlijk op 31 augustus van het jaar volgend op het De taks wordt uiterlijk op 31 augustus van het jaar volgend op het
jaar waarin de gronden voor belastbaarheid aanwezig zijn, betaald door jaar waarin de gronden voor belastbaarheid aanwezig zijn, betaald door
storting of overschrijving op de rekening van het bevoegde kantoor met storting of overschrijving op de rekening van het bevoegde kantoor met
vermelding van de heffingsbasis. De Koning bepaalt het bevoegde vermelding van de heffingsbasis. De Koning bepaalt het bevoegde
kantoor, alsook de nadere regels van de aangifte. Er moet slechts kantoor, alsook de nadere regels van de aangifte. Er moet slechts
overgegaan worden tot betaling van de taks wanneer het door de overgegaan worden tot betaling van de taks wanneer het door de
aangifte verschuldigde bedrag meer bedraagt dan 10 euro. aangifte verschuldigde bedrag meer bedraagt dan 10 euro.
§ 2. De elektronische aangifte bedoeld in paragraaf 1, die moet worden § 2. De elektronische aangifte bedoeld in paragraaf 1, die moet worden
ingevuld en overgezonden overeenkomstig de daarin voorkomende ingevuld en overgezonden overeenkomstig de daarin voorkomende
aanduidingen, wordt door de Federale Overheidsdienst Financiën ter aanduidingen, wordt door de Federale Overheidsdienst Financiën ter
beschikking gesteld en wordt gelijkgesteld met een nauwkeurig beschikking gesteld en wordt gelijkgesteld met een nauwkeurig
gewaarmerkte, gedagtekende en ondertekende aangifte. gewaarmerkte, gedagtekende en ondertekende aangifte.
In afwijking van paragraaf 1, eerste lid, zijn de in artikel 158/1 In afwijking van paragraaf 1, eerste lid, zijn de in artikel 158/1
bedoelde belastingplichtigen vrijgesteld van de verplichting een bedoelde belastingplichtigen vrijgesteld van de verplichting een
aangifte in te dienen langs elektronische weg in de gevallen door de aangifte in te dienen langs elektronische weg in de gevallen door de
Koning bepaald of zolang zij of in voorkomend geval de persoon die Koning bepaald of zolang zij of in voorkomend geval de persoon die
gemachtigd is de bedoelde aangifte namens hen in te dienen, niet over gemachtigd is de bedoelde aangifte namens hen in te dienen, niet over
de nodige geïnformatiseerde middelen beschikken om aan deze de nodige geïnformatiseerde middelen beschikken om aan deze
verplichting te voldoen. In dit geval moet de indiening van de verplichting te voldoen. In dit geval moet de indiening van de
aangifte geschieden op papier bij het bevoegde kantoor. aangifte geschieden op papier bij het bevoegde kantoor.
De door de belastingplichtigen ingediende aangiften bedoeld in De door de belastingplichtigen ingediende aangiften bedoeld in
paragraaf 1, eerste lid, alsook de hierbij gevoegde documenten en paragraaf 1, eerste lid, alsook de hierbij gevoegde documenten en
verantwoordingsstukken, die door de administratie die bevoegd is voor verantwoordingsstukken, die door de administratie die bevoegd is voor
de vestiging, inning of invordering van de taks op effectenrekeningen, de vestiging, inning of invordering van de taks op effectenrekeningen,
fotografisch, optisch, elektronisch of volgens elke andere fotografisch, optisch, elektronisch of volgens elke andere
informatica- of telegeleidingstechniek worden geregistreerd, bewaard informatica- of telegeleidingstechniek worden geregistreerd, bewaard
of weergegeven, evenals hun weergave op een leesbare drager, hebben of weergegeven, evenals hun weergave op een leesbare drager, hebben
bewijskracht voor de toepassing van de bepalingen van het Wetboek bewijskracht voor de toepassing van de bepalingen van het Wetboek
diverse rechten en taksen. diverse rechten en taksen.
§ 3. De niet aangifte, laattijdige, onnauwkeurige of onvolledige § 3. De niet aangifte, laattijdige, onnauwkeurige of onvolledige
aangifte, alsook de laattijdige betaling, worden bestraft met een aangifte, alsook de laattijdige betaling, worden bestraft met een
boete die wordt vastgelegd naar gelang van de aard en de ernst van de boete die wordt vastgelegd naar gelang van de aard en de ernst van de
overtreding, volgens een schaal waarvan de trappen door de Koning overtreding, volgens een schaal waarvan de trappen door de Koning
worden vastgesteld en gaande van 10 pct. tot 200 pct. van de worden vastgesteld en gaande van 10 pct. tot 200 pct. van de
verschuldigde taks. Bij ontstentenis van kwade trouw kan worden verschuldigde taks. Bij ontstentenis van kwade trouw kan worden
afgezien van het minimum van 10 pct. afgezien van het minimum van 10 pct.
Wanneer de taks niet binnen de in paragraaf 1 vastgestelde termijn is Wanneer de taks niet binnen de in paragraaf 1 vastgestelde termijn is
betaald, is de interest van rechtswege verschuldigd met ingang van de betaald, is de interest van rechtswege verschuldigd met ingang van de
dag waarop de betaling had moeten geschieden.". dag waarop de betaling had moeten geschieden.".

Art. 14.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 14.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt een artikel 158/5 ingevoegd, luidende : artikel 2, wordt een artikel 158/5 ingevoegd, luidende :
"

Art. 158/5.§ 1. De taks wordt teruggegeven wanneer deze een hogere

"

Art. 158/5.§ 1. De taks wordt teruggegeven wanneer deze een hogere

som vertegenwoordigt dan die welke wettelijk verschuldigd was op de som vertegenwoordigt dan die welke wettelijk verschuldigd was op de
laatste dag van de referentieperiode. De Koning bepaalt de nadere laatste dag van de referentieperiode. De Koning bepaalt de nadere
regels en het bevoegde kantoor voor de vraag tot teruggave. regels en het bevoegde kantoor voor de vraag tot teruggave.
§ 2. Indien het aandeel in de gemiddelde waarde van de belastbare § 2. Indien het aandeel in de gemiddelde waarde van de belastbare
financiële instrumenten op effectenrekeningen bepaald in artikel 152, financiële instrumenten op effectenrekeningen bepaald in artikel 152,
7°, een hogere som vertegenwoordigt dan het aandeel in de 7°, een hogere som vertegenwoordigt dan het aandeel in de
onverdeeldheid dat wettelijk of contractueel toekomt aan de titularis, onverdeeldheid dat wettelijk of contractueel toekomt aan de titularis,
kan de titularis teruggave van de betaalde taks vorderen. De titularis kan de titularis teruggave van de betaalde taks vorderen. De titularis
legt hiertoe de nodige bewijsstukken voor die het wettelijke of legt hiertoe de nodige bewijsstukken voor die het wettelijke of
contractuele aandeel vastleggen. contractuele aandeel vastleggen.
Wanneer de taks werd ingehouden voor een titularis die delen of het Wanneer de taks werd ingehouden voor een titularis die delen of het
geheel van een of meerdere effectenrekeningen hetzij in vruchtgebruik, geheel van een of meerdere effectenrekeningen hetzij in vruchtgebruik,
hetzij in blote eigendom heeft, en het aandeel waarop de inhouding is hetzij in blote eigendom heeft, en het aandeel waarop de inhouding is
berekend een hogere som vertegenwoordigt dan het wettelijke of berekend een hogere som vertegenwoordigt dan het wettelijke of
contractuele aandeel in het vruchtgebruik of de blote eigendom, kan contractuele aandeel in het vruchtgebruik of de blote eigendom, kan
die titularis teruggave van de betaalde taks vorderen. Voor de die titularis teruggave van de betaalde taks vorderen. Voor de
berekening van het wettelijke of contractuele aandeel van de berekening van het wettelijke of contractuele aandeel van de
vruchtgebruiker of blote eigenaar in de gemiddelde waarde met het oog vruchtgebruiker of blote eigenaar in de gemiddelde waarde met het oog
op teruggave, wordt het vruchtgebruik gewaardeerd volgens de regels op teruggave, wordt het vruchtgebruik gewaardeerd volgens de regels
van de bijlage bij het ministerieel besluit van 1 juli 2017 tot van de bijlage bij het ministerieel besluit van 1 juli 2017 tot
bepaling van de omzettingstabellen van het vruchtgebruik als bedoeld bepaling van de omzettingstabellen van het vruchtgebruik als bedoeld
in artikel 745sexies, § 3, van het Burgerlijk Wetboek. in artikel 745sexies, § 3, van het Burgerlijk Wetboek.
In geval van teruggave wordt het deel dat het wettelijke of In geval van teruggave wordt het deel dat het wettelijke of
contractuele aandeel in de belastbare financiële instrumenten zoals contractuele aandeel in de belastbare financiële instrumenten zoals
bedoeld in het eerste of het tweede lid, al dan niet gehouden over bedoeld in het eerste of het tweede lid, al dan niet gehouden over
meerdere effectenrekeningen, overstijgt, gevoegd bij het aandeel van meerdere effectenrekeningen, overstijgt, gevoegd bij het aandeel van
de medegerechtigden, van de vruchtgebruiker of van de blote eigenaar, de medegerechtigden, van de vruchtgebruiker of van de blote eigenaar,
zoals bepaald in artikel 152, 7°, om de uiteindelijk verschuldigde zoals bepaald in artikel 152, 7°, om de uiteindelijk verschuldigde
taks te berekenen. Het verschil tussen de uiteindelijk verschuldigde taks te berekenen. Het verschil tussen de uiteindelijk verschuldigde
taks en de reeds betaalde taks wordt aangerekend aan de taks en de reeds betaalde taks wordt aangerekend aan de
medegerechtigde in de onverdeeldheid, de vruchtgebruiker of de blote medegerechtigde in de onverdeeldheid, de vruchtgebruiker of de blote
eigenaar. Wanneer de medegerechtigden in de onverdeeldheid, de eigenaar. Wanneer de medegerechtigden in de onverdeeldheid, de
vruchtgebruiker of de blote eigenaar natuurlijke personen zijn die vruchtgebruiker of de blote eigenaar natuurlijke personen zijn die
geen titularissen zijn van een effectenrekening, worden deze in geval geen titularissen zijn van een effectenrekening, worden deze in geval
van teruggave gelijkgesteld met een titularis wanneer het aangerekende van teruggave gelijkgesteld met een titularis wanneer het aangerekende
deel gelijk is aan of meer bedraagt dan het in artikel 151 bedoelde deel gelijk is aan of meer bedraagt dan het in artikel 151 bedoelde
bedrag. bedrag.
Wanneer de in het derde lid bedoelde teruggave aanleiding geeft tot Wanneer de in het derde lid bedoelde teruggave aanleiding geeft tot
een aanrekening van het deel dat het wettelijke of contractuele een aanrekening van het deel dat het wettelijke of contractuele
aandeel van de titularis overstijgt, aan een of meerdere aandeel van de titularis overstijgt, aan een of meerdere
medegerechtigden in de onverdeeldheid, aan de vruchtgebruiker of aan medegerechtigden in de onverdeeldheid, aan de vruchtgebruiker of aan
de blote eigenaar, staat elke medegerechtigde in de onverdeeldheid, de blote eigenaar, staat elke medegerechtigde in de onverdeeldheid,
elke vruchtgebruiker of elke blote eigenaar, alsook de titularis, elke vruchtgebruiker of elke blote eigenaar, alsook de titularis,
hoofdelijk in voor de taks die verschuldigd is door de aanrekening van hoofdelijk in voor de taks die verschuldigd is door de aanrekening van
dat deel. dat deel.
De Koning kan bepalen in welke gevallen voor een gezamenlijke aangifte De Koning kan bepalen in welke gevallen voor een gezamenlijke aangifte
geopteerd moet worden en de nadere regels hiervoor vastleggen. geopteerd moet worden en de nadere regels hiervoor vastleggen.
§ 3. In het geval wordt overgegaan tot teruggave van een deel of het § 3. In het geval wordt overgegaan tot teruggave van een deel of het
geheel van de taks, zijn de moratoire interesten op de terug te geheel van de taks, zijn de moratoire interesten op de terug te
betalen sommen van rechtswege verschuldigd volgens het percentage in betalen sommen van rechtswege verschuldigd volgens het percentage in
burgerlijke zaken, en uiterlijk vanaf de eerste dag van de achtste burgerlijke zaken, en uiterlijk vanaf de eerste dag van de achtste
maand die volgt op de maand tijdens dewelke de aanvraag tot teruggave maand die volgt op de maand tijdens dewelke de aanvraag tot teruggave
is ingediend voor zover het bevoegde kantoor reeds heeft bevestigd dat is ingediend voor zover het bevoegde kantoor reeds heeft bevestigd dat
het dossier volledig is. Die interest wordt berekend per kalendermaand het dossier volledig is. Die interest wordt berekend per kalendermaand
op het bedrag van elke betaling afgerond op het hoger veelvoud van 10 op het bedrag van elke betaling afgerond op het hoger veelvoud van 10
euro. De maand waarin de betaling wordt uitgevoerd, wordt niet euro. De maand waarin de betaling wordt uitgevoerd, wordt niet
meegerekend. meegerekend.
§ 4. Er wordt slechts overgegaan tot teruggave wanneer het bedrag dat § 4. Er wordt slechts overgegaan tot teruggave wanneer het bedrag dat
het voorwerp vormt van de teruggave meer bedraagt dan 10 euro. het voorwerp vormt van de teruggave meer bedraagt dan 10 euro.
§ 5. De Koning bepaalt de wijze en de voorwaarden volgens welke de § 5. De Koning bepaalt de wijze en de voorwaarden volgens welke de
terugbetaling geschiedt en bepaalt tevens de termijn binnen dewelke de terugbetaling geschiedt en bepaalt tevens de termijn binnen dewelke de
terugbetaling moet worden gevraagd met een maximumgrens van twee jaar terugbetaling moet worden gevraagd met een maximumgrens van twee jaar
te rekenen van de dag waarop de taks opeisbaar is geworden.". te rekenen van de dag waarop de taks opeisbaar is geworden.".

Art. 15.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

Art. 15.In boek II, titel II, van hetzelfde Wetboek hersteld bij

artikel 2, wordt een artikel 158/6 ingevoegd, luidende : artikel 2, wordt een artikel 158/6 ingevoegd, luidende :
"

Art. 158/6.Met het oog op het onderzoek van de fiscale toestand van

"

Art. 158/6.Met het oog op het onderzoek van de fiscale toestand van

de titularis van een effectenrekening mag de administratie aan die de titularis van een effectenrekening mag de administratie aan die
titularis elke inlichting vragen die de administratie nodig acht om de titularis elke inlichting vragen die de administratie nodig acht om de
juiste heffing van de te verzekeren. juiste heffing van de te verzekeren.
Voor elke foutieve mededeling of gebrek aan mededeling gevraagd met Voor elke foutieve mededeling of gebrek aan mededeling gevraagd met
toepassing van het eerste lid kan een geldboete van 750 tot 1 250 euro toepassing van het eerste lid kan een geldboete van 750 tot 1 250 euro
opgelegd worden. De Koning legt de schaal van de administratieve opgelegd worden. De Koning legt de schaal van de administratieve
geldboetes vast en regelt hun toepassingsmodaliteiten. Bij geldboetes vast en regelt hun toepassingsmodaliteiten. Bij
ontstentenis van kwade trouw kan worden afgezien van de minimumboete ontstentenis van kwade trouw kan worden afgezien van de minimumboete
van 750 euro.". van 750 euro.".
HOOFDSTUK 3 - Diverse bepaling ter begeleiding van de taks op HOOFDSTUK 3 - Diverse bepaling ter begeleiding van de taks op
effectenrekeningen effectenrekeningen

Art. 16.In artikel 307, § 1, van het Wetboek van de

Art. 16.In artikel 307, § 1, van het Wetboek van de

inkomstenbelastingen 1992, laatst gewijzigd bij de programmawet van 25 inkomstenbelastingen 1992, laatst gewijzigd bij de programmawet van 25
december 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht : december 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 1/1, eerste lid, wordt een bepaling onder e ingevoegd, 1° in paragraaf 1/1, eerste lid, wordt een bepaling onder e ingevoegd,
luidende : luidende :
"e) het bestaan van meerdere in artikel 152, 1°, a) van het Wetboek "e) het bestaan van meerdere in artikel 152, 1°, a) van het Wetboek
diverse rechten en taksen bedoelde effectenrekeningen waarvan de diverse rechten en taksen bedoelde effectenrekeningen waarvan de
belastingplichtige titularis is als bedoeld in artikel 152, 5°, van belastingplichtige titularis is als bedoeld in artikel 152, 5°, van
hetzelfde Wetboek."; hetzelfde Wetboek.";
2° in hetzelfde artikel wordt een paragraaf 1/5 ingevoegd, luidende : 2° in hetzelfde artikel wordt een paragraaf 1/5 ingevoegd, luidende :
" § 1/5. De belastingplichtigen onderworpen aan de belasting van " § 1/5. De belastingplichtigen onderworpen aan de belasting van
niet-inwoners als bedoeld in artikel 227, 1°, vermelden in de niet-inwoners als bedoeld in artikel 227, 1°, vermelden in de
jaarlijkse aangifte het bestaan van meerdere in artikel 152, 1°, a) jaarlijkse aangifte het bestaan van meerdere in artikel 152, 1°, a)
van het Wetboek diverse rechten en taksen bedoelde effectenrekeningen van het Wetboek diverse rechten en taksen bedoelde effectenrekeningen
waarvan de belastingplichtige titularis is als bedoeld in artikel 152, waarvan de belastingplichtige titularis is als bedoeld in artikel 152,
5°, van hetzelfde Wetboek.". 5°, van hetzelfde Wetboek.".
HOOFDSTUK 4 - Overgangsbepaling en inwerkingtreding HOOFDSTUK 4 - Overgangsbepaling en inwerkingtreding

Art. 17.De eerste referentieperiode vangt aan op de dag van

Art. 17.De eerste referentieperiode vangt aan op de dag van

inwerkingtreding van deze wet en eindigt op 30 september 2018. inwerkingtreding van deze wet en eindigt op 30 september 2018.

Art. 18.Deze wet treedt in werking de dag volgend op de bekendmaking

Art. 18.Deze wet treedt in werking de dag volgend op de bekendmaking

ervan in het Belgisch Staatsblad. ervan in het Belgisch Staatsblad.
Gegeven te Brussel, 7 februari 2018. Gegeven te Brussel, 7 februari 2018.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Financiën, De Minister van Financiën,
J. VAN OVERTVELDT J. VAN OVERTVELDT
Met 's Lands zegel gezegeld : Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie, De Minister van Justitie,
K. GEENS K. GEENS
_______ _______
Nota Nota
(1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be)
Stukken : K54-2837 Stukken : K54-2837
Integraal verslag: 1 februari 2018 Integraal verslag: 1 februari 2018
^