Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Bericht van --
← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 30 januari 2012 in zake de bvba « Baufix » tegen de cvba « La Carolorégienne », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 februar 1. « Is artikel 573 van het Gerechtelijk Wetboek in strijd met de artikelen 10 en 11 van de Grondwe(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 30 januari 2012 in zake de bvba « Baufix » tegen de cvba « La Carolorégienne », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 februar 1. « Is artikel 573 van het Gerechtelijk Wetboek in strijd met de artikelen 10 en 11 van de Grondwe(...) Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 30 januari 2012 in zake de bvba « Baufix » tegen de cvba « La Carolorégienne », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 februar 1. « Is artikel 573 van het Gerechtelijk Wetboek in strijd met de artikelen 10 en 11 van de Grondwe(...)
GRONDWETTELIJK HOF GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6
januari 1989 januari 1989
Bij vonnis van 30 januari 2012 in zake de bvba « Baufix » tegen de Bij vonnis van 30 januari 2012 in zake de bvba « Baufix » tegen de
cvba « La Carolorégienne », waarvan de expeditie ter griffie van het cvba « La Carolorégienne », waarvan de expeditie ter griffie van het
Hof is ingekomen op 2 februari 2012, heeft de Rechtbank van Koophandel Hof is ingekomen op 2 februari 2012, heeft de Rechtbank van Koophandel
te Charleroi, « alvorens recht te doen over het onderzoek van de te Charleroi, « alvorens recht te doen over het onderzoek van de
volstrekte bevoegdheid van de rechtbank », de volgende prejudiciële volstrekte bevoegdheid van de rechtbank », de volgende prejudiciële
vragen gesteld : vragen gesteld :
1. « Is artikel 573 van het Gerechtelijk Wetboek in strijd met de 1. « Is artikel 573 van het Gerechtelijk Wetboek in strijd met de
artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre uit de combinatie van artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre uit de combinatie van
het eerste en het derde [lees : tweede] lid van die bepaling het eerste en het derde [lees : tweede] lid van die bepaling
voortvloeit dat een eisende partij een ' onderneming ' in de voortvloeit dat een eisende partij een ' onderneming ' in de
hoedanigheid van verwerende partij voor een rechtbank van koophandel hoedanigheid van verwerende partij voor een rechtbank van koophandel
wegens een geschil met betrekking tot een ' economische activiteit ' wegens een geschil met betrekking tot een ' economische activiteit '
enkel kan oproepen in het geval waarin die onderneming een enkel kan oproepen in het geval waarin die onderneming een
handelsonderneming is en waarin het geschil betrekking heeft op een handelsonderneming is en waarin het geschil betrekking heeft op een
handeling die de wet als daad van koophandel aanmerkt, terwijl in de handeling die de wet als daad van koophandel aanmerkt, terwijl in de
werking van de ondernemingen de facto geen enkel onderscheid moet werking van de ondernemingen de facto geen enkel onderscheid moet
worden gemaakt tussen de handelsondernemingen en de andere ? ». worden gemaakt tussen de handelsondernemingen en de andere ? ».
2. « In ondergeschikte orde » : 2. « In ondergeschikte orde » :
« Is artikel 573 van het Gerechtelijk Wetboek in strijd met de « Is artikel 573 van het Gerechtelijk Wetboek in strijd met de
artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre uit de combinatie van artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre uit de combinatie van
het eerste en het derde [lees : tweede] lid van die bepaling het eerste en het derde [lees : tweede] lid van die bepaling
voortvloeit dat een eisende partij een door het Wetboek van voortvloeit dat een eisende partij een door het Wetboek van
vennootschappen geregelde vennootschap in de hoedanigheid van vennootschappen geregelde vennootschap in de hoedanigheid van
verwerende partij voor een rechtbank van koophandel enkel kan oproepen verwerende partij voor een rechtbank van koophandel enkel kan oproepen
in het geval waarin die vennootschap een handelsvennootschap is, in het geval waarin die vennootschap een handelsvennootschap is,
terwijl in de werking van de door het Wetboek van vennootschappen terwijl in de werking van de door het Wetboek van vennootschappen
geregelde vennootschappen de facto geen enkel onderscheid moet worden geregelde vennootschappen de facto geen enkel onderscheid moet worden
gemaakt tussen de handelsvennootschappen en de andere ? ». gemaakt tussen de handelsvennootschappen en de andere ? ».
3. « Nog meer ondergeschikt » : 3. « Nog meer ondergeschikt » :
« Is artikel 574, 1°, van het Gerechtelijk Wetboek in strijd met de « Is artikel 574, 1°, van het Gerechtelijk Wetboek in strijd met de
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre een eisende partij een artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre een eisende partij een
door het Wetboek van vennootschappen geregelde door het Wetboek van vennootschappen geregelde
niet-handelsvennootschap in de hoedanigheid van verwerende partij voor niet-handelsvennootschap in de hoedanigheid van verwerende partij voor
een rechtbank van koophandel enkel kan oproepen indien het gaat om ' een rechtbank van koophandel enkel kan oproepen indien het gaat om '
geschillen terzake van een vennootschap ', terwijl in de werking van geschillen terzake van een vennootschap ', terwijl in de werking van
de vennootschappen de facto geen enkel onderscheid moet worden gemaakt de vennootschappen de facto geen enkel onderscheid moet worden gemaakt
tussen de handelsvennootschappen en de andere ? ». tussen de handelsvennootschappen en de andere ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 5303 van de rol van het Hof. Die zaak is ingeschreven onder nummer 5303 van de rol van het Hof.
De griffier, De griffier,
P.-Y. Dutilleux. P.-Y. Dutilleux.
^