Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 31/10/2006
← Terug naar "Koninklijk besluit betreffende de afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006 "
Koninklijk besluit betreffende de afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006 Koninklijk besluit betreffende de afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE
31 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit betreffende de afgifte van 31 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit betreffende de afgifte van
kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet tot bescherming van de kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet tot bescherming van de
economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006 economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet tot bescherming van de economische mededinging, Gelet op de wet tot bescherming van de economische mededinging,
gecoördineerd op 15 september 2006, inzonderheid op de artikelen 48, § gecoördineerd op 15 september 2006, inzonderheid op de artikelen 48, §
8, en 57, § 5; 8, en 57, § 5;
Gelet op het koninklijk besluit van 29 april 1993 betreffende de Gelet op het koninklijk besluit van 29 april 1993 betreffende de
afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet van 5 afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet van 5
augustus 1991 tot bescherming van de economische mededinging, augustus 1991 tot bescherming van de economische mededinging,
gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 december 1998; gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 december 1998;
Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de
wet van 10 juni 2006 tot bescherming van de economische mededinging in wet van 10 juni 2006 tot bescherming van de economische mededinging in
werking treedt op 1 oktober 2006 en op dezelfde datum de wet op de werking treedt op 1 oktober 2006 en op dezelfde datum de wet op de
bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 1 juli bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 1 juli
1999, opheft; dat de wet van 10 juni 2006 tot oprichting van een Raad 1999, opheft; dat de wet van 10 juni 2006 tot oprichting van een Raad
voor de Mededinging eveneens in werking treedt op dezelfde datum. Met voor de Mededinging eveneens in werking treedt op dezelfde datum. Met
het oog op een volledige toepassing van de bepaling van deze nieuwe het oog op een volledige toepassing van de bepaling van deze nieuwe
wetten, past het dat de uitvoeringsbesluiten in werking treden ten wetten, past het dat de uitvoeringsbesluiten in werking treden ten
laatste op dezelfde datum en dat hun publicatie voordien kan plaats laatste op dezelfde datum en dat hun publicatie voordien kan plaats
vinden. Zo niet zou de nieuwe wetgeving onmogelijk kunnen worden vinden. Zo niet zou de nieuwe wetgeving onmogelijk kunnen worden
toegepast en zou er een juridisch vacuüm ontstaan dat op een ernstige toegepast en zou er een juridisch vacuüm ontstaan dat op een ernstige
wijze het economische leven van de bedrijven, die van elke wijze het economische leven van de bedrijven, die van elke
rechtszekerheid zouden uitgesloten worden, zou belemmeren en dat de rechtszekerheid zouden uitgesloten worden, zou belemmeren en dat de
geloofwaardigheid van de Belgische mededingingsautoriteit in gevaar geloofwaardigheid van de Belgische mededingingsautoriteit in gevaar
zou brengen. Deze toestand zou van aard kunnen zijn dat de zou brengen. Deze toestand zou van aard kunnen zijn dat de
aansprakelijkheid van de Staat in het geding komt. De Staat zou zich aansprakelijkheid van de Staat in het geding komt. De Staat zou zich
dan bloot stellen aan een aansprakelijkheidsvordering voor de dan bloot stellen aan een aansprakelijkheidsvordering voor de
rechtbanken en aan een ingebrekestelling door de Commissie van de EG rechtbanken en aan een ingebrekestelling door de Commissie van de EG
wegens nalaten. wegens nalaten.
Gelet op het advies 41.372/1 van de Raad van State gegeven op 28 Gelet op het advies 41.372/1 van de Raad van State gegeven op 28
september 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, september 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°,
van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Economie, Op de voordracht van Onze Minister van Economie,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.§ 1. De griffie van de Raad voor de Mededinging levert, op

Artikel 1.§ 1. De griffie van de Raad voor de Mededinging levert, op

verzoek aan de personen en ondernemingen bedoeld bij de artikelen 48, verzoek aan de personen en ondernemingen bedoeld bij de artikelen 48,
§§ 1 en 2, en 55, § 5, tweede lid, van de wet tot bescherming van de §§ 1 en 2, en 55, § 5, tweede lid, van de wet tot bescherming van de
economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006, een kopie economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006, een kopie
af van het volledige dossier of van een gedeelte ervan, tegen betaling af van het volledige dossier of van een gedeelte ervan, tegen betaling
van een vergoeding van 0,74 euro per bladzijde. van een vergoeding van 0,74 euro per bladzijde.
§ 2. De kopieën kunnen worden afgehaald bij de griffie van de Raad § 2. De kopieën kunnen worden afgehaald bij de griffie van de Raad
voor de Mededinging door elke persoon die daartoe gemachtigd is. voor de Mededinging door elke persoon die daartoe gemachtigd is.
De kopieën kunnen evenwel op aanvraag per post worden verzonden. De kopieën kunnen evenwel op aanvraag per post worden verzonden.
Voor verzendingen per luchtpost of bestemd voor landen buiten de Voor verzendingen per luchtpost of bestemd voor landen buiten de
Europese Gemeenschap, wordt de vergoeding vastgesteld op 1,98 euro per Europese Gemeenschap, wordt de vergoeding vastgesteld op 1,98 euro per
bladzijde. bladzijde.

Art. 2.De betaling van de vergoedingen wordt voldaan per bankcheque,

Art. 2.De betaling van de vergoedingen wordt voldaan per bankcheque,

vrij van kosten, of per postcheque, vrij van kosten en gevalideerd vrij van kosten, of per postcheque, vrij van kosten en gevalideerd
door de Post, beiden uitgedrukt in euro aan de order van : « FOD door de Post, beiden uitgedrukt in euro aan de order van : « FOD
Economie, Dienst voor de Mededinging, Kopieën ». Economie, Dienst voor de Mededinging, Kopieën ».
De betaling kan eveneens geschieden per overschrijving op rekeningnr. De betaling kan eveneens geschieden per overschrijving op rekeningnr.
679-2005887-24 (IBAN code : BE81679200588724, BIC code : BPOTBEB1) 679-2005887-24 (IBAN code : BE81679200588724, BIC code : BPOTBEB1)
geopend door de Dienst voor de Mededinging bij de Post en op dezelfde geopend door de Dienst voor de Mededinging bij de Post en op dezelfde
wijze ingevuld als in het eerste lid. wijze ingevuld als in het eerste lid.

Art. 3.De tijd die nodig is voor het verkrijgen van de kopieën door

Art. 3.De tijd die nodig is voor het verkrijgen van de kopieën door

de betrokkenen heeft geen invloed op de berekening van de termijnen de betrokkenen heeft geen invloed op de berekening van de termijnen
voor de procedures bepaald in de wet tot bescherming van de voor de procedures bepaald in de wet tot bescherming van de
economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006, en in de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006, en in de
uitvoeringsbesluiten ervan. uitvoeringsbesluiten ervan.

Art. 4.De Minister die de Economie onder zijn bevoegdheid heeft kan

Art. 4.De Minister die de Economie onder zijn bevoegdheid heeft kan

de in artikel 1 van dit besluit vastgestelde vergoedingen aanpassen de in artikel 1 van dit besluit vastgestelde vergoedingen aanpassen
rekening houdend met de schommelingen van het indexcijfer van de rekening houdend met de schommelingen van het indexcijfer van de
consumptieprijzen, de posttarieven of andere kostprijsbepalende consumptieprijzen, de posttarieven of andere kostprijsbepalende
elementen. elementen.

Art. 5.Het koninklijk besluit van 29 april 1993 betreffende de

Art. 5.Het koninklijk besluit van 29 april 1993 betreffende de

afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet van 5 afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet van 5
augustus 1991 tot bescherming van de economische mededinging, augustus 1991 tot bescherming van de economische mededinging,
gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 december 1998, wordt gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 december 1998, wordt
opgeheven. opgeheven.

Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2006.

Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2006.

Art. 7.Onze Minister van Economie is belast met de uitvoering van dit

Art. 7.Onze Minister van Economie is belast met de uitvoering van dit

besluit. besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 31 oktober 2006. Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 31 oktober 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Economie, De Minister van Economie,
M. VERWILGHEN M. VERWILGHEN
^