gepubliceerd op 22 november 2006
Koninklijk besluit betreffende de afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006
31 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit betreffende de afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006, inzonderheid op de artikelen 48, § 8, en 57, § 5;
Gelet op het koninklijk besluit van 29 april 1993 betreffende de afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet van 5 augustus 1991 tot bescherming van de economische mededinging, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 december 1998;
Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de wet van 10 juni 2006 tot bescherming van de economische mededinging in werking treedt op 1 oktober 2006 en op dezelfde datum de wet op de bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 1 juli 1999, opheft; dat de wet van 10 juni 2006 tot oprichting van een Raad voor de Mededinging eveneens in werking treedt op dezelfde datum. Met het oog op een volledige toepassing van de bepaling van deze nieuwe wetten, past het dat de uitvoeringsbesluiten in werking treden ten laatste op dezelfde datum en dat hun publicatie voordien kan plaats vinden. Zo niet zou de nieuwe wetgeving onmogelijk kunnen worden toegepast en zou er een juridisch vacuüm ontstaan dat op een ernstige wijze het economische leven van de bedrijven, die van elke rechtszekerheid zouden uitgesloten worden, zou belemmeren en dat de geloofwaardigheid van de Belgische mededingingsautoriteit in gevaar zou brengen. Deze toestand zou van aard kunnen zijn dat de aansprakelijkheid van de Staat in het geding komt. De Staat zou zich dan bloot stellen aan een aansprakelijkheidsvordering voor de rechtbanken en aan een ingebrekestelling door de Commissie van de EG wegens nalaten.
Gelet op het advies 41.372/1 van de Raad van State gegeven op 28 september 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Economie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.§ 1. De griffie van de Raad voor de Mededinging levert, op verzoek aan de personen en ondernemingen bedoeld bij de artikelen 48, §§ 1 en 2, en 55, § 5, tweede lid, van de wet tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006, een kopie af van het volledige dossier of van een gedeelte ervan, tegen betaling van een vergoeding van 0,74 euro per bladzijde. § 2. De kopieën kunnen worden afgehaald bij de griffie van de Raad voor de Mededinging door elke persoon die daartoe gemachtigd is.
De kopieën kunnen evenwel op aanvraag per post worden verzonden.
Voor verzendingen per luchtpost of bestemd voor landen buiten de Europese Gemeenschap, wordt de vergoeding vastgesteld op 1,98 euro per bladzijde.
Art. 2.De betaling van de vergoedingen wordt voldaan per bankcheque, vrij van kosten, of per postcheque, vrij van kosten en gevalideerd door de Post, beiden uitgedrukt in euro aan de order van : « FOD Economie, Dienst voor de Mededinging, Kopieën ».
De betaling kan eveneens geschieden per overschrijving op rekeningnr. 679-2005887-24 (IBAN code : BE81679200588724, BIC code : BPOTBEB1) geopend door de Dienst voor de Mededinging bij de Post en op dezelfde wijze ingevuld als in het eerste lid.
Art. 3.De tijd die nodig is voor het verkrijgen van de kopieën door de betrokkenen heeft geen invloed op de berekening van de termijnen voor de procedures bepaald in de wet tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 15 september 2006, en in de uitvoeringsbesluiten ervan.
Art. 4.De Minister die de Economie onder zijn bevoegdheid heeft kan de in artikel 1 van dit besluit vastgestelde vergoedingen aanpassen rekening houdend met de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen, de posttarieven of andere kostprijsbepalende elementen.
Art. 5.Het koninklijk besluit van 29 april 1993 betreffende de afgifte van kopieën van het dossier zoals bedoeld in de wet van 5 augustus 1991 tot bescherming van de economische mededinging, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 december 1998, wordt opgeheven.
Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2006.
Art. 7.Onze Minister van Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 31 oktober 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, M. VERWILGHEN