Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 22/04/2019
← Terug naar "Koninklijk besluit tot bepaling van de financiële aspecten van het verlenen van consulaire bijstand voor situaties bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de wet van 21 december 2013 houdende het consulair wetboek "
Koninklijk besluit tot bepaling van de financiële aspecten van het verlenen van consulaire bijstand voor situaties bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de wet van 21 december 2013 houdende het consulair wetboek Koninklijk besluit tot bepaling van de financiële aspecten van het verlenen van consulaire bijstand voor situaties bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de wet van 21 december 2013 houdende het consulair wetboek
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN
ONTWIKKELINGSSAMENWERKING ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
22 APRIL 2019. - Koninklijk besluit tot bepaling van de financiële 22 APRIL 2019. - Koninklijk besluit tot bepaling van de financiële
aspecten van het verlenen van consulaire bijstand voor situaties aspecten van het verlenen van consulaire bijstand voor situaties
bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de wet van 21 december 2013 bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de wet van 21 december 2013
houdende het consulair wetboek houdende het consulair wetboek
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 21 december 2013 houdende het Consulair Wetboek, Gelet op de wet van 21 december 2013 houdende het Consulair Wetboek,
de artikels 78, tweede lid, 81, 89, vierde en achtste lid, 91 de artikels 78, tweede lid, 81, 89, vierde en achtste lid, 91
ingevoegd door de wet van 9 mei 2018; ingevoegd door de wet van 9 mei 2018;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4
maart 2019; maart 2019;
Gelet op de adviesaanvraag binnen dertig dagen, die op 25 maart 2019 Gelet op de adviesaanvraag binnen dertig dagen, die op 25 maart 2019
bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, §
1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd
op 12 januari 1973; op 12 januari 1973;
Overwegende de notificatie van ontstentenis van advies van de Raad van Overwegende de notificatie van ontstentenis van advies van de Raad van
State op 27 maart 2019; State op 27 maart 2019;
Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van
State, gecoördineerd op 12 januari 1973; State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken, Op de voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
HOOFDSTUK 1. - Definitie HOOFDSTUK 1. - Definitie

Artikel 1.De financiële bijstand aan Belgen in nood in het buitenland

Artikel 1.De financiële bijstand aan Belgen in nood in het buitenland

heeft niet tot doel de directe familieleden te ontslaan van hun heeft niet tot doel de directe familieleden te ontslaan van hun
onderhouds- en alimentatieplicht. onderhouds- en alimentatieplicht.
HOOFDSTUK 2. - Terugbetaling van kosten voorgeschoten aan een Belg in HOOFDSTUK 2. - Terugbetaling van kosten voorgeschoten aan een Belg in
nood in het buitenland nood in het buitenland

Art. 2.Tenzij dit besluit het anders bepaalt, zijn de kosten die

Art. 2.Tenzij dit besluit het anders bepaalt, zijn de kosten die

gemaakt worden voor een Belg in nood in het buitenland terug te gemaakt worden voor een Belg in nood in het buitenland terug te
vorderen voorschotten. Daarom wordt aan de begunstigde gevraagd om een vorderen voorschotten. Daarom wordt aan de begunstigde gevraagd om een
schuldbekentenis te ondertekenen waarin hij verklaart dat hij de schuldbekentenis te ondertekenen waarin hij verklaart dat hij de
voorgeschoten bedragen ontving en dat hij zich ertoe verbindt om die voorgeschoten bedragen ontving en dat hij zich ertoe verbindt om die
bij het eerste verzoek terug te betalen. De minister legt de vorm vast bij het eerste verzoek terug te betalen. De minister legt de vorm vast
van dit document, alsook de toekennings- en van dit document, alsook de toekennings- en
terugbetalings-modaliteiten, evenals de uitzonderings-maatregelen die terugbetalings-modaliteiten, evenals de uitzonderings-maatregelen die
zouden kunnen voortvloeien uit een toestand van onbekwaamheid. zouden kunnen voortvloeien uit een toestand van onbekwaamheid.

Art. 3.Het principe `de minimis' is hier van toepassing : beneden een

Art. 3.Het principe `de minimis' is hier van toepassing : beneden een

door de Federale Overheidsdienst Financiën vastgesteld bedrag wordt door de Federale Overheidsdienst Financiën vastgesteld bedrag wordt
niet overgegaan de terugvordering van de schuld, die echter wel blijft niet overgegaan de terugvordering van de schuld, die echter wel blijft
bestaan. bestaan.

Art. 4.De minister legt de modaliteiten vast voor de verwerking en

Art. 4.De minister legt de modaliteiten vast voor de verwerking en

het beheer van de consulaire schuldvorderingen. De post informeert zo het beheer van de consulaire schuldvorderingen. De post informeert zo
snel mogelijk de directie Bijstand over de datum en het bedrag in euro snel mogelijk de directie Bijstand over de datum en het bedrag in euro
van de uitgave. Van zodra die plaatsvindt, licht de post de directie van de uitgave. Van zodra die plaatsvindt, licht de post de directie
Bijstand in. Bijstand in.

Art. 5.Wanneer de Belg die bijstand gekregen heeft teruggekeerd is

Art. 5.Wanneer de Belg die bijstand gekregen heeft teruggekeerd is

naar België, stuurt de Federale Overheidsdienst een aangetekende brief naar België, stuurt de Federale Overheidsdienst een aangetekende brief
naar zijn domicilie-adres, waarin gevraagd wordt om het voorgeschoten naar zijn domicilie-adres, waarin gevraagd wordt om het voorgeschoten
bedrag terug te betalen. Bij uitblijven van een antwoord binnen de zes bedrag terug te betalen. Bij uitblijven van een antwoord binnen de zes
maand wordt een herinnering gestuurd. Indien betrokkene binnen de 30 maand wordt een herinnering gestuurd. Indien betrokkene binnen de 30
kalenderdagen niet reageert op deze tweede vraag tot terugbetaling kalenderdagen niet reageert op deze tweede vraag tot terugbetaling
wordt de schuldvordering overgemaakt aan de Federale Overheidsdienst wordt de schuldvordering overgemaakt aan de Federale Overheidsdienst
Financiën, die voor de Belgische Staat de inning op zich neemt. Financiën, die voor de Belgische Staat de inning op zich neemt.
HOOFDSTUK 3. - Financiële bijstand aan gedetineerden HOOFDSTUK 3. - Financiële bijstand aan gedetineerden

Art. 6.Aan Belgen die voor lange tijd buiten de Europese Unie

Art. 6.Aan Belgen die voor lange tijd buiten de Europese Unie

gedetineerd zijn, kan een financiële bijstand toegekend worden gelijk gedetineerd zijn, kan een financiële bijstand toegekend worden gelijk
aan het bedrag hierboven omschreven als "de minimis". Dit bedrag wordt aan het bedrag hierboven omschreven als "de minimis". Dit bedrag wordt
op regelmatige basis uitbetaald, waarbij de frequentie niet hoger mag op regelmatige basis uitbetaald, waarbij de frequentie niet hoger mag
liggen dan één betaling per maand. liggen dan één betaling per maand.

Art. 7.De minister bepaalt de criteria van deze uitzonderlijke

Art. 7.De minister bepaalt de criteria van deze uitzonderlijke

financiële bijstand en de frequentie van de uitbetalingen. financiële bijstand en de frequentie van de uitbetalingen.

Art. 8.Op het ogenblik van een consulair bezoek kan de gedetineerde

Art. 8.Op het ogenblik van een consulair bezoek kan de gedetineerde

die een financiële bijstand geniet in het kader van artikel 6 de die een financiële bijstand geniet in het kader van artikel 6 de
schuldbekentenis voorzien in artikel 2 tekenen. Indien de periode van schuldbekentenis voorzien in artikel 2 tekenen. Indien de periode van
de financiële bijstand langer is dan 10 jaar worden de opeenvolgende de financiële bijstand langer is dan 10 jaar worden de opeenvolgende
schuldbekentenissen vervangen door een algemene schuldbekentenis, die schuldbekentenissen vervangen door een algemene schuldbekentenis, die
de volledige periode dekt, zodat de initiële schuldvorderingen niet de volledige periode dekt, zodat de initiële schuldvorderingen niet
zouden vervallen. zouden vervallen.
HOOFDSTUK 4. - Tenlasteneming van begrafeniskosten HOOFDSTUK 4. - Tenlasteneming van begrafeniskosten

Art. 9.Onder voorbehoud van de toepassing van het Europees Verdrag

Art. 9.Onder voorbehoud van de toepassing van het Europees Verdrag

betreffende sociale en medische bijstand van 1953 en wanneer de betreffende sociale en medische bijstand van 1953 en wanneer de
familieleden van een overleden Belg de begrafeniskosten niet ten laste familieleden van een overleden Belg de begrafeniskosten niet ten laste
nemen, regelt de post een begrafenis of crematie ter plaatse aan de nemen, regelt de post een begrafenis of crematie ter plaatse aan de
laagst mogelijke kost, met uitsluiting van een gemeenschap-pelijk laagst mogelijke kost, met uitsluiting van een gemeenschap-pelijk
graf. De post maakt zo snel mogelijk 2 gedetailleerde offertes over graf. De post maakt zo snel mogelijk 2 gedetailleerde offertes over
aan de directie Bijstand, die binnen de 24u akkoord verleent voor de aan de directie Bijstand, die binnen de 24u akkoord verleent voor de
tenlasteneming van de begrafeniskosten. tenlasteneming van de begrafeniskosten.

Art. 10.Wanneer de kosten vergelijkbaar zijn, wordt bij voorkeur

Art. 10.Wanneer de kosten vergelijkbaar zijn, wordt bij voorkeur

gekozen voor een begrafenis die zo veel mogelijk in de lijn ligt van gekozen voor een begrafenis die zo veel mogelijk in de lijn ligt van
de levensbeschouwelijke overtuiging van de overledene, wanneer die de levensbeschouwelijke overtuiging van de overledene, wanneer die
gekend is bij de post. gekend is bij de post.
HOOFDSTUK 5. - Financiële aspecten van de bijstand aan HOOFDSTUK 5. - Financiële aspecten van de bijstand aan
niet-vertegenwoordigde Europeanen niet-vertegenwoordigde Europeanen

Art. 11.Behalve in extreem dringende situaties, is de raadpleging van

Art. 11.Behalve in extreem dringende situaties, is de raadpleging van

de Lidstaat van de nationaliteit van betrokkene vereist voordat de de Lidstaat van de nationaliteit van betrokkene vereist voordat de
Belgische beroepspost een financiële bijstand kan verlenen aan een Belgische beroepspost een financiële bijstand kan verlenen aan een
niet-vertegen-woordigde Europese onderdaan. niet-vertegen-woordigde Europese onderdaan.

Art. 12.Wanneer de persoon waaraan bijstand verleend wordt een

Art. 12.Wanneer de persoon waaraan bijstand verleend wordt een

niet-vertegenwoordigde Europeaan is, regelt Richtlijn 2015/637 de niet-vertegenwoordigde Europeaan is, regelt Richtlijn 2015/637 de
modaliteiten voor de terugbetaling van de consulaire schuldvordering, modaliteiten voor de terugbetaling van de consulaire schuldvordering,
met inbegrip van de verklaring "verbintenis tot terugbetaling van de met inbegrip van de verklaring "verbintenis tot terugbetaling van de
kosten van consulaire bescherming" - bijlage I bij deze Richtlijn. kosten van consulaire bescherming" - bijlage I bij deze Richtlijn.
HOOFDSTUK 6. - Ernstige consulaire crisis HOOFDSTUK 6. - Ernstige consulaire crisis

Art. 13.De bepalingen van hoofdstuk 2 kunnen wegvallen in een

Art. 13.De bepalingen van hoofdstuk 2 kunnen wegvallen in een

situatie van grote consulaire crisis, indien de regering of een situatie van grote consulaire crisis, indien de regering of een
minister zouden beslissen ad hoc maatregelen te nemen voor de minister zouden beslissen ad hoc maatregelen te nemen voor de
Belgische slachtoffers van deze crisis. Belgische slachtoffers van deze crisis.
HOOFDSTUK 7. - Financiële tussenkomst om de contacten ouder-kind in HOOFDSTUK 7. - Financiële tussenkomst om de contacten ouder-kind in
dossiers van internationale kinderontvoeringen in stand te houden dossiers van internationale kinderontvoeringen in stand te houden

Art. 14.De directie Bijstand kan voor de ouder die het slachtoffer is

Art. 14.De directie Bijstand kan voor de ouder die het slachtoffer is

van een kinderontvoering en die in België woont, geheel of van een kinderontvoering en die in België woont, geheel of
gedeeltelijk een vliegtuigticket ten laste nemen tussen zijn gedeeltelijk een vliegtuigticket ten laste nemen tussen zijn
woonplaats en die van het kind. De dienst Bijstand bepaalt de timing, woonplaats en die van het kind. De dienst Bijstand bepaalt de timing,
rekening houdend met het hoger belang van het kind. De directie rekening houdend met het hoger belang van het kind. De directie
Bijstand kan ook de aankoop van een vliegtuigticket ten laste nemen Bijstand kan ook de aankoop van een vliegtuigticket ten laste nemen
dat de definitieve terugkeer van het kind naar België moet toelaten, dat de definitieve terugkeer van het kind naar België moet toelaten,
evenals een retourticket vanuit de woonplaats van het ontvoerde kind evenals een retourticket vanuit de woonplaats van het ontvoerde kind
naar België, dat de ouder-slachtoffer moet toelaten zijn bezoekrecht naar België, dat de ouder-slachtoffer moet toelaten zijn bezoekrecht
uit te oefenen. uit te oefenen.

Art. 15.Die tussenkomst beperkt zich tot één vliegtuigticket per

Art. 15.Die tussenkomst beperkt zich tot één vliegtuigticket per

jaar, in economy en aan het laagste tarief. De minister bepaalt de jaar, in economy en aan het laagste tarief. De minister bepaalt de
modaliteiten voor de tenlasteneming van het vliegtuigticket. modaliteiten voor de tenlasteneming van het vliegtuigticket.
Uitzonderlijk kunnen, indien dat noodzakelijk zou zijn om te kunnen Uitzonderlijk kunnen, indien dat noodzakelijk zou zijn om te kunnen
reizen, en na voorafgaandelijk akkoord van de directie Bijstand, ook reizen, en na voorafgaandelijk akkoord van de directie Bijstand, ook
logementskosten ten laste worden genomen voor een verplaatsing van de logementskosten ten laste worden genomen voor een verplaatsing van de
ouder-slachtoffer naar de woonplaats van het kind. De minister legt ouder-slachtoffer naar de woonplaats van het kind. De minister legt
hiervoor de modaliteiten vast. hiervoor de modaliteiten vast.

Art. 16.Deze tussenkomsten worden stopgezet wanneer het kind

Art. 16.Deze tussenkomsten worden stopgezet wanneer het kind

meerderjarig wordt. meerderjarig wordt.
HOOFDSTUK 8. - Financiële tussenkomst voor het organiseren van een HOOFDSTUK 8. - Financiële tussenkomst voor het organiseren van een
internationale familiale bemiddeling in dossiers van kinderontvoering internationale familiale bemiddeling in dossiers van kinderontvoering

Art. 17.De directie Bijstand kan, indien de timing gunstig geacht

Art. 17.De directie Bijstand kan, indien de timing gunstig geacht

wordt en een gunstige evolutie van het dossier mogelijk lijkt, wordt en een gunstige evolutie van het dossier mogelijk lijkt,
voorstellen om geheel of gedeeltelijk de kosten ten laste te nemen van voorstellen om geheel of gedeeltelijk de kosten ten laste te nemen van
een internationale familiale bemiddeling tussen de ouder-ontvoerder en een internationale familiale bemiddeling tussen de ouder-ontvoerder en
de ouder-slachtoffer, met het oog op het hoger belang van het kind. de ouder-slachtoffer, met het oog op het hoger belang van het kind.

Art. 18.Deze maatregel is beperkt tot de tenlasteneming van de

Art. 18.Deze maatregel is beperkt tot de tenlasteneming van de

erelonen voor de bemiddeling alsook, uitzonderlijk, de erelonen voor de bemiddeling alsook, uitzonderlijk, de
verplaatsingskosten van de bemiddelaar naar de woonplaats van het verplaatsingskosten van de bemiddelaar naar de woonplaats van het
kind. De minister legt hiervoor de modaliteiten vast. Deze kind. De minister legt hiervoor de modaliteiten vast. Deze
tussenkomsten worden stopgezet wanneer het kind meerderjarig wordt. tussenkomsten worden stopgezet wanneer het kind meerderjarig wordt.

Art. 19.De minister bepaalt de modaliteiten voor de selectie van de

Art. 19.De minister bepaalt de modaliteiten voor de selectie van de

bemiddelaars. bemiddelaars.

Art. 20.De minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken is belast met de

Art. 20.De minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken is belast met de

uitvoering van dit besluit. uitvoering van dit besluit.
Brussel, 22 april 2019. Brussel, 22 april 2019.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Buitenlandse Zaken, De Minister van Buitenlandse Zaken,
D. REYNDERS D. REYNDERS
^