← Terug naar  "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997 gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, betreffende het nationaal akkoord 1997-1998 in uitvoering van het protocol van het nationaal akkoord van 15 mei 1997   "
                    
                        
                        
                
              | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997 gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, betreffende het nationaal akkoord 1997-1998 in uitvoering van het protocol van het nationaal akkoord van 15 mei 1997 | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997 gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, betreffende het nationaal akkoord 1997-1998 in uitvoering van het protocol van het nationaal akkoord van 15 mei 1997 | 
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | 
| 19 JULI 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 19 JULI 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 
| verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997 gesloten | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997 gesloten | 
| in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, | in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, | 
| betreffende het nationaal akkoord 1997-1998 in uitvoering van het | betreffende het nationaal akkoord 1997-1998 in uitvoering van het | 
| protocol van het nationaal akkoord van 15 mei 1997 (1) | protocol van het nationaal akkoord van 15 mei 1997 (1) | 
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, | 
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | 
| Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | 
| arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | 
| 28; | 28; | 
| Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de metaal-, machine- | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de metaal-, machine- | 
| en elektrische bouw; | en elektrische bouw; | 
| Op de voordracht van Onze Minister van Werk, | Op de voordracht van Onze Minister van Werk, | 
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | 
| Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage | Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage | 
| overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997, gesloten | 
| in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, | in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, | 
| betreffende het nationaal akkoord 1997-1998 in uitvoering van het | betreffende het nationaal akkoord 1997-1998 in uitvoering van het | 
| protocol van nationaal akkoord van 15 mei 1997. | protocol van nationaal akkoord van 15 mei 1997. | 
| Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit | Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit | 
| besluit. | besluit. | 
| Gegeven te Brussel, 19 juli 2006. | Gegeven te Brussel, 19 juli 2006. | 
| ALBERT | ALBERT | 
| Van Koningswege : | Van Koningswege : | 
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, | 
| P. VANVELTHOVEN | P. VANVELTHOVEN | 
| _______ | _______ | 
| Nota | Nota | 
| (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | 
| Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | 
| Bijlage | Bijlage | 
| Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw | Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw | 
| Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997 | 
| Nationaal akkoord 1997-1998 in uitvoering van het protocol van | Nationaal akkoord 1997-1998 in uitvoering van het protocol van | 
| nationaal akkoord van 15 mei 1997 (Overeenkomst geregistreerd op 18 | nationaal akkoord van 15 mei 1997 (Overeenkomst geregistreerd op 18 | 
| november 1997 onder het nummer 45988/CO/111.03) | november 1997 onder het nummer 45988/CO/111.03) | 
| HOOFDSTUK I. - Inleiding | HOOFDSTUK I. - Inleiding | 
| 1.1. Toepassingsgebied | 1.1. Toepassingsgebied | 
| De collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers | De collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers | 
| en werklieden van de ondernemingen welke bruggen en metalen gebinten | en werklieden van de ondernemingen welke bruggen en metalen gebinten | 
| monteren, die onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine en | monteren, die onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine en | 
| elektrische bouw ressorteren. | elektrische bouw ressorteren. | 
| Onder "werklieden" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke | Onder "werklieden" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke | 
| arbeiders. | arbeiders. | 
| 1.2. Voorwerp | 1.2. Voorwerp | 
| a) Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten ter uitvoering | a) Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten ter uitvoering | 
| van hoofdstuk IV van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de | van hoofdstuk IV van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de | 
| werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het | werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het | 
| concurrentievermogen (Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1996) en van | concurrentievermogen (Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1996) en van | 
| het koninklijk besluit van 24 februari 1997 houdende nadere | het koninklijk besluit van 24 februari 1997 houdende nadere | 
| voorwaarden m.b.t. de tewerkstellingsakkoorden (Belgisch Staatsblad | voorwaarden m.b.t. de tewerkstellingsakkoorden (Belgisch Staatsblad | 
| van 11 maart 1997) in toepassing van artikels 7, § 2, 30, § 2, en 33 | van 11 maart 1997) in toepassing van artikels 7, § 2, 30, § 2, en 33 | 
| van de bovengenoemde wet van 26 juli 1996. | van de bovengenoemde wet van 26 juli 1996. | 
| De collectieve arbeidsovereenkomst houdt rekening met het koninklijk | De collectieve arbeidsovereenkomst houdt rekening met het koninklijk | 
| besluit van 20 december 1996 inzake de maximale marge voor de | besluit van 20 december 1996 inzake de maximale marge voor de | 
| loonkostenontwikkeling (Belgisch Staatsblad van 31 december 1996). | loonkostenontwikkeling (Belgisch Staatsblad van 31 december 1996). | 
| b) Voor de ondernemingen welke bruggen en metalen gebinten monteren, | b) Voor de ondernemingen welke bruggen en metalen gebinten monteren, | 
| wordt voor de mogelijke vermindering van R.S.Z.-werkgeversbijdragen in | wordt voor de mogelijke vermindering van R.S.Z.-werkgeversbijdragen in | 
| het kader van de tewerkstellingsakkoorden, een keuze gemaakt voor het | het kader van de tewerkstellingsakkoorden, een keuze gemaakt voor het | 
| procentuele regime zoals bepaald in het art. 8 van het koninklijk | procentuele regime zoals bepaald in het art. 8 van het koninklijk | 
| besluit van 24 februari 1997 houdende nadere voorwaarden met | besluit van 24 februari 1997 houdende nadere voorwaarden met | 
| betrekking tot de tewerkstellingsakkoorden (Belgisch Staatsblad van 11 | betrekking tot de tewerkstellingsakkoorden (Belgisch Staatsblad van 11 | 
| maart 1997). | maart 1997). | 
| c) Indien de onderneming wenst te genieten van de sociale | c) Indien de onderneming wenst te genieten van de sociale | 
| zekerheidsvermindering vermeld onder b), dan moet zij minstens 2 | zekerheidsvermindering vermeld onder b), dan moet zij minstens 2 | 
| maatregelen uit de modules vermeld onder punt d). kiezen. | maatregelen uit de modules vermeld onder punt d). kiezen. | 
| De toetredingsakte en/of de ondernemingsovereenkomst, waarin de keuzes | De toetredingsakte en/of de ondernemingsovereenkomst, waarin de keuzes | 
| opgenomen zijn, worden verstuurd aan de voorzitter van het paritair | opgenomen zijn, worden verstuurd aan de voorzitter van het paritair | 
| comité. De voorzitter zal deze toetredingsakten en/of collectieve | comité. De voorzitter zal deze toetredingsakten en/of collectieve | 
| arbeidsovereenkomsten voor advies voorleggen aan het Paritair Comité | arbeidsovereenkomsten voor advies voorleggen aan het Paritair Comité | 
| voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, waarna ze voor | voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, waarna ze voor | 
| goedkeuring zullen voorgelegd worden aan de Minister van | goedkeuring zullen voorgelegd worden aan de Minister van | 
| Tewerkstelling en Arbeid. Het model van toetredingsakte wordt als | Tewerkstelling en Arbeid. Het model van toetredingsakte wordt als | 
| bijlage bij dit akkoord gevoegd. | bijlage bij dit akkoord gevoegd. | 
| d) De tewerkstellingsmaatregelen die kunnen gekozen worden zijn de | d) De tewerkstellingsmaatregelen die kunnen gekozen worden zijn de | 
| volgende : | volgende : | 
| 1. De invoering van vrijwillige deeltijdse arbeid met opdeling van de | 1. De invoering van vrijwillige deeltijdse arbeid met opdeling van de | 
| arbeidsplaatsen; | arbeidsplaatsen; | 
| 2. Recht op een voltijdse loopbaanonderbreking bovenop de reeds | 2. Recht op een voltijdse loopbaanonderbreking bovenop de reeds | 
| bestaande wettelijke en conventionele verplichtingen tot 2 pct. van | bestaande wettelijke en conventionele verplichtingen tot 2 pct. van | 
| het werkliedenbestand; | het werkliedenbestand; | 
| 3. Recht op een deeltijdse loopbaanonderbreking bovenop de reeds | 3. Recht op een deeltijdse loopbaanonderbreking bovenop de reeds | 
| bestaande wettelijke en conventionele verplichtingen tot 2 pct. van | bestaande wettelijke en conventionele verplichtingen tot 2 pct. van | 
| het werkliedenbestand; | het werkliedenbestand; | 
| 4. De invoering van collectieve arbeidsduurvermindering; | 4. De invoering van collectieve arbeidsduurvermindering; | 
| 5. De invoering van flexibele uurroosters en beperking van de | 5. De invoering van flexibele uurroosters en beperking van de | 
| overuren; | overuren; | 
| 6. De invoering van een maatregel tot bijkomende vorming en opleiding | 6. De invoering van een maatregel tot bijkomende vorming en opleiding | 
| van de werklieden tijdens de werkuren; | van de werklieden tijdens de werkuren; | 
| 7. De invoering van een recht op halftijds brugpensioen vanaf 55 jaar | 7. De invoering van een recht op halftijds brugpensioen vanaf 55 jaar | 
| binnen de wettelijke mogelijkheden; | binnen de wettelijke mogelijkheden; | 
| 8. De invoering van een systeem van ingroeibanen. | 8. De invoering van een systeem van ingroeibanen. | 
| Ondertekenende partijen vragen dat de hiernavolgende collectieve | Ondertekenende partijen vragen dat de hiernavolgende collectieve | 
| arbeidsovereenkomst zo vlug als mogelijk zou worden algemeen bindend | arbeidsovereenkomst zo vlug als mogelijk zou worden algemeen bindend | 
| verklaard bij koninklijk besluit | verklaard bij koninklijk besluit | 
| HOOFDSTUK II. - Werkzekerheid | HOOFDSTUK II. - Werkzekerheid | 
| 2.1. Werkzekerheidsclausule | 2.1. Werkzekerheidsclausule | 
| § 1. Principe | § 1. Principe | 
| Voor de duur van dit akkoord zal in geen enkele onderneming overgegaan | Voor de duur van dit akkoord zal in geen enkele onderneming overgegaan | 
| worden tot meervoudig ontslag vooraleer andere | worden tot meervoudig ontslag vooraleer andere | 
| tewerkstellingsbehoudende maatregelen - met inbegrip van tijdelijke | tewerkstellingsbehoudende maatregelen - met inbegrip van tijdelijke | 
| werkloosheid - uitgeput zijn en vooraleer de mogelijkheid tot | werkloosheid - uitgeput zijn en vooraleer de mogelijkheid tot | 
| beroepsopleiding voor de getroffen werklieden werd onderzocht. | beroepsopleiding voor de getroffen werklieden werd onderzocht. | 
| § 2. Procedure | § 2. Procedure | 
| Wanneer zich echter onvoorzienbare en onvoorziene economische en/of | Wanneer zich echter onvoorzienbare en onvoorziene economische en/of | 
| financiële omstandigheden zouden voordoen waardoor bijvoorbeeld | financiële omstandigheden zouden voordoen waardoor bijvoorbeeld | 
| tijdelijke werkloosheid of andere equivalente maatregelen | tijdelijke werkloosheid of andere equivalente maatregelen | 
| sociaal-economisch onhoudbaar worden, zal de volgende sectorale | sociaal-economisch onhoudbaar worden, zal de volgende sectorale | 
| overlegprocedure worden nageleefd : | overlegprocedure worden nageleefd : | 
| 1. Wanneer de werkgever voornemens is over te gaan tot ontslag van | 1. Wanneer de werkgever voornemens is over te gaan tot ontslag van | 
| meerdere werklieden, dat als meervoudig ontslag kan worden beschouwd, | meerdere werklieden, dat als meervoudig ontslag kan worden beschouwd, | 
| licht hij voorafgaandelijk de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, | licht hij voorafgaandelijk de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, | 
| de syndicale delegatie in. In geval er geen ondernemingsraad of | de syndicale delegatie in. In geval er geen ondernemingsraad of | 
| syndicale delegatie bestaat, licht hij voorafgaandelijk, schriftelijk | syndicale delegatie bestaat, licht hij voorafgaandelijk, schriftelijk | 
| en tegelijkertijd zowel de betrokken werklieden individueel in als ook | en tegelijkertijd zowel de betrokken werklieden individueel in als ook | 
| de voorzitter van het nationaal paritair comité. | de voorzitter van het nationaal paritair comité. | 
| 2. Binnen de vijftien kalenderdagen na de informatie aan de | 2. Binnen de vijftien kalenderdagen na de informatie aan de | 
| arbeidersvertegenwoordigers dienen partijen op ondernemingsvlak de | arbeidersvertegenwoordigers dienen partijen op ondernemingsvlak de | 
| besprekingen te starten over de maatregelen die terzake kunnen worden | besprekingen te starten over de maatregelen die terzake kunnen worden | 
| genomen. | genomen. | 
| Indien dit overleg niet tot een oplossing leidt, dan wordt binnen de | Indien dit overleg niet tot een oplossing leidt, dan wordt binnen de | 
| acht kalenderdagen na het vaststellen van een niet-akkoord op | acht kalenderdagen na het vaststellen van een niet-akkoord op | 
| ondernemingsvlak, beroep gedaan op het verzoeningsbureau op initiatief | ondernemingsvlak, beroep gedaan op het verzoeningsbureau op initiatief | 
| van de meest gerede partij. | van de meest gerede partij. | 
| 3. In geval er geen ondernemingsraad of syndicale delegatie bestaat in | 3. In geval er geen ondernemingsraad of syndicale delegatie bestaat in | 
| de onderneming, kan, binnen de vijftien kalenderdagen na de informatie | de onderneming, kan, binnen de vijftien kalenderdagen na de informatie | 
| aan de werklieden en aan de voorzitter van het paritair comité, | aan de werklieden en aan de voorzitter van het paritair comité, | 
| dezelfde overlegprocedure worden ingeleid op initiatief van de | dezelfde overlegprocedure worden ingeleid op initiatief van de | 
| vakbondsorganisaties die de werklieden vertegenwoordigen. | vakbondsorganisaties die de werklieden vertegenwoordigen. | 
| § 3. Sanctie | § 3. Sanctie | 
| Bij niet naleving van de procedure bepaald in § 2, dient de in gebreke | Bij niet naleving van de procedure bepaald in § 2, dient de in gebreke | 
| zijnde werkgever, naast de normale opzeggingstermijn, aan de betrokken | zijnde werkgever, naast de normale opzeggingstermijn, aan de betrokken | 
| werkman een vergoeding te betalen. | werkman een vergoeding te betalen. | 
| Deze vergoeding is gelijk aan het loon verschuldigd voor de genoemde | Deze vergoeding is gelijk aan het loon verschuldigd voor de genoemde | 
| opzeggingstermijn. In geval van betwisting wordt beroep gedaan op het | opzeggingstermijn. In geval van betwisting wordt beroep gedaan op het | 
| verzoeningsbureau van het nationaal paritair comité op vraag van de | verzoeningsbureau van het nationaal paritair comité op vraag van de | 
| meest gerede partij. | meest gerede partij. | 
| De afwezigheid van een werkgever op de in deze procedure voorziene | De afwezigheid van een werkgever op de in deze procedure voorziene | 
| bijeenkomst van het verzoeningsbureau wordt beschouwd als een | bijeenkomst van het verzoeningsbureau wordt beschouwd als een | 
| niet-naleving van de bovenstaande procedure. De werkgever kan zich | niet-naleving van de bovenstaande procedure. De werkgever kan zich | 
| hiervoor laten vertegenwoordigen door een bevoegde afgevaardigde | hiervoor laten vertegenwoordigen door een bevoegde afgevaardigde | 
| behorende tot zijn onderneming. | behorende tot zijn onderneming. | 
| De sanctie is eveneens van toepassing op de werkgever die een unaniem | De sanctie is eveneens van toepassing op de werkgever die een unaniem | 
| advies van het verzoeningscomité niet toepast | advies van het verzoeningscomité niet toepast | 
| § 4. Definitie | § 4. Definitie | 
| In dit artikel wordt onder meervoudig ontslag verstaan : elk ontslag, | In dit artikel wordt onder meervoudig ontslag verstaan : elk ontslag, | 
| met uitzondering van ontslag om dringende redenen, dat in de loop van | met uitzondering van ontslag om dringende redenen, dat in de loop van | 
| een periode van 60 kalenderdagen een aantal werklieden treft dat | een periode van 60 kalenderdagen een aantal werklieden treft dat | 
| tenminste 10 pct. bedraagt van het gemiddeld werkliedenbestand van het | tenminste 10 pct. bedraagt van het gemiddeld werkliedenbestand van het | 
| kalenderjaar dat het ontslag voorafgaat, met een minimum van 3 | kalenderjaar dat het ontslag voorafgaat, met een minimum van 3 | 
| werklieden voor ondernemingen van minder dan 30 werklieden. Ook | werklieden voor ondernemingen van minder dan 30 werklieden. Ook | 
| ontslagen ingevolge een faling of sluiting vallen onder toepassing van | ontslagen ingevolge een faling of sluiting vallen onder toepassing van | 
| deze definitie. | deze definitie. | 
| § 5. Toepassing werkzekerheidsclausule in geval van faling en/of | § 5. Toepassing werkzekerheidsclausule in geval van faling en/of | 
| sluiting | sluiting | 
| De bepalingen zoals omschreven in bovenstaande paragrafen inzake het | De bepalingen zoals omschreven in bovenstaande paragrafen inzake het | 
| principe, de procedure, de sanctie en de definitie, zijn in ieder | principe, de procedure, de sanctie en de definitie, zijn in ieder | 
| geval ook van toepassing in het geval van faling en/of sluiting van | geval ook van toepassing in het geval van faling en/of sluiting van | 
| onderneming. | onderneming. | 
| 2.2. Hertewerkstellingsbegeleiding in het geval van meervoudig ontslag | 2.2. Hertewerkstellingsbegeleiding in het geval van meervoudig ontslag | 
| In geval van meervoudig ontslag, wordt aanbevolen de mogelijkheid tot | In geval van meervoudig ontslag, wordt aanbevolen de mogelijkheid tot | 
| werdertewerkstelling te onderzoeken voor elke arbeider die toch wordt | werdertewerkstelling te onderzoeken voor elke arbeider die toch wordt | 
| ontslagen, na uitputting van alle middelen voorzien in de | ontslagen, na uitputting van alle middelen voorzien in de | 
| werkzekerheidsclausule. | werkzekerheidsclausule. | 
| De vzw Montage zal, rekening houdend met de bestaande middelen, op | De vzw Montage zal, rekening houdend met de bestaande middelen, op | 
| haar niveau initiatieven nemen om verdere modaliteiten van de | haar niveau initiatieven nemen om verdere modaliteiten van de | 
| organisatie van hertewerkstellingsbegeleiding te bepalen. | organisatie van hertewerkstellingsbegeleiding te bepalen. | 
| 2.3. Opzegtermijnen | 2.3. Opzegtermijnen | 
| § 1. In toepassing van artikel 61 van de Wet van 3 juillet 1978 op de | § 1. In toepassing van artikel 61 van de Wet van 3 juillet 1978 op de | 
| arbeidsovereenkomsten (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978) komen | arbeidsovereenkomsten (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978) komen | 
| partijen overeen een koninklijk besluit aan te vragen dat ertoe strekt | partijen overeen een koninklijk besluit aan te vragen dat ertoe strekt | 
| de opzeggingstermijnen, zoals deze bepaald worden in het koninklijk | de opzeggingstermijnen, zoals deze bepaald worden in het koninklijk | 
| besluit van 14 mei 1993 "tot vaststelling van de opzegtermijnen in de | besluit van 14 mei 1993 "tot vaststelling van de opzegtermijnen in de | 
| ondernemingen welke bruggen en metalen gebinten monteren, die | ondernemingen welke bruggen en metalen gebinten monteren, die | 
| ressorteren onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en | ressorteren onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en | 
| elektrische bouw", voor de werklieden met een arbeidsovereenkomst van | elektrische bouw", voor de werklieden met een arbeidsovereenkomst van | 
| onbepaalde duur en die ressorteren onder het toepassingsgebied van | onbepaalde duur en die ressorteren onder het toepassingsgebied van | 
| onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, als volgt te wijzigen : | onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, als volgt te wijzigen : | 
| 1° Algemeen regime | 1° Algemeen regime | 
| 1.1. Indien de arbeider tussen 20 jaar en minder dan 25 jaar | 1.1. Indien de arbeider tussen 20 jaar en minder dan 25 jaar | 
| ononderbroken bij dezelfde werkgever in dienst is, wordt de opzeg | ononderbroken bij dezelfde werkgever in dienst is, wordt de opzeg | 
| gegeven door de werkgever met 14 dagen verlengd | gegeven door de werkgever met 14 dagen verlengd | 
| 1.2. Indien de arbeider 25 jaar of meer ononderbroken bij dezelfde | 1.2. Indien de arbeider 25 jaar of meer ononderbroken bij dezelfde | 
| werkgever in dienst is, wordt de opzeg gegeven door de werkgever met | werkgever in dienst is, wordt de opzeg gegeven door de werkgever met | 
| 28 dagen verlengd. | 28 dagen verlengd. | 
| 2° Opzegtermijnen in geval van brugpensioen | 2° Opzegtermijnen in geval van brugpensioen | 
| In geval van opzeg met het oog op brugpensioen gelden de | In geval van opzeg met het oog op brugpensioen gelden de | 
| opzegtermijnen zoals bepaald in artikel 59 van de wet van 3 juli 1978 | opzegtermijnen zoals bepaald in artikel 59 van de wet van 3 juli 1978 | 
| op de arbeidsovereenkomsten. | op de arbeidsovereenkomsten. | 
| 3° Opzegtermijnen in geval van herstructurering | 3° Opzegtermijnen in geval van herstructurering | 
| In geval van herstructurering blijven de opzegtermijnen van het | In geval van herstructurering blijven de opzegtermijnen van het | 
| koninklijk besluit van 14 mei 1993 "tot vaststelling van de | koninklijk besluit van 14 mei 1993 "tot vaststelling van de | 
| opzegtermijnen in de ondernemingen welke bruggen en metalen gebinten | opzegtermijnen in de ondernemingen welke bruggen en metalen gebinten | 
| monteren, die ressorteren onder het Paritair Comité voor de metaal-, | monteren, die ressorteren onder het Paritair Comité voor de metaal-, | 
| machine- en elektrische bouw" behouden, op voorwaarde dat deze | machine- en elektrische bouw" behouden, op voorwaarde dat deze | 
| opzegtermijnen bevestigd worden in een op ondernemingsvlak gesloten | opzegtermijnen bevestigd worden in een op ondernemingsvlak gesloten | 
| collectieve arbeidsovereenkomst, die neergelegd en geregistreerd is. | collectieve arbeidsovereenkomst, die neergelegd en geregistreerd is. | 
| Onder "herstructurering" wordt verstaan : elke vorm van meervoudig | Onder "herstructurering" wordt verstaan : elke vorm van meervoudig | 
| ontslag zoals omschreven in punt 2.1., § 4 van deze collectieve | ontslag zoals omschreven in punt 2.1., § 4 van deze collectieve | 
| arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. | 
| § 2. Deze nieuwe bepalingen zullen in werking treden op de datum van | § 2. Deze nieuwe bepalingen zullen in werking treden op de datum van | 
| de publikatie in het Belgisch Staatsblad van een koninklijk besluit | de publikatie in het Belgisch Staatsblad van een koninklijk besluit | 
| dienaangaande. | dienaangaande. | 
| § 3. Partijen komen overeen dat de opzegtermijnen voor de werklieden | § 3. Partijen komen overeen dat de opzegtermijnen voor de werklieden | 
| met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur en die ressorteren | met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur en die ressorteren | 
| onder het toepassingsgebied van onderhavige collectieve | onder het toepassingsgebied van onderhavige collectieve | 
| arbeidsovereenkomst vanaf 15 mei 1997 tot de datum van verschijning | arbeidsovereenkomst vanaf 15 mei 1997 tot de datum van verschijning | 
| van het nieuw koninklijk besluit waarvan sprake in artikel 3, § 1, als | van het nieuw koninklijk besluit waarvan sprake in artikel 3, § 1, als | 
| volgt worden vastgesteld : | volgt worden vastgesteld : | 
| 1° Algemeen regime | 1° Algemeen regime | 
| 1.1. Indien de arbeider minder dan 5 jaar ononderbroken bij dezelfde | 1.1. Indien de arbeider minder dan 5 jaar ononderbroken bij dezelfde | 
| werkgever in dienst is : 28 dagen indien de opzeg door de werkgever | werkgever in dienst is : 28 dagen indien de opzeg door de werkgever | 
| wordt gegeven en 14 dagen wanneer de opzeg door de arbeider wordt | wordt gegeven en 14 dagen wanneer de opzeg door de arbeider wordt | 
| gegeven. | gegeven. | 
| 1.2. Indien de arbeider tussen 5 jaar en minder dan 10 jaar | 1.2. Indien de arbeider tussen 5 jaar en minder dan 10 jaar | 
| ononderbroken bij dezelfde werkgever in dienst is : 35 dagen indien de | ononderbroken bij dezelfde werkgever in dienst is : 35 dagen indien de | 
| opzeg door de werkgever wordt gegeven en 14 dagen wanneer de opzeg | opzeg door de werkgever wordt gegeven en 14 dagen wanneer de opzeg | 
| door de arbeider wordt gegeven. | door de arbeider wordt gegeven. | 
| 1.3. Indien de arbeider tussen 10 jaar en minder dan 20 jaar | 1.3. Indien de arbeider tussen 10 jaar en minder dan 20 jaar | 
| ononderbroken bij dezelfde werkgever in dienst is : 70 dagen indien de | ononderbroken bij dezelfde werkgever in dienst is : 70 dagen indien de | 
| opzeg door de werkgever wordt gegeven en 28 dagen wanneer de opzeg | opzeg door de werkgever wordt gegeven en 28 dagen wanneer de opzeg | 
| door de arbeider wordt gegeven. | door de arbeider wordt gegeven. | 
| 1.4. Indien de arbeider tussen 20 jaar en minder dan 25 jaar | 1.4. Indien de arbeider tussen 20 jaar en minder dan 25 jaar | 
| ononderbroken bij dezelfde werkgever in dienst is : 154 dagen indien | ononderbroken bij dezelfde werkgever in dienst is : 154 dagen indien | 
| de opzeg door de werkgever wordt gegeven en 42 dagen wanneer de opzeg | de opzeg door de werkgever wordt gegeven en 42 dagen wanneer de opzeg | 
| door de arbeider wordt gegeven. | door de arbeider wordt gegeven. | 
| 1.5. Indien de arbeider meer dan 25 jaar ononderbroken bij dezelfde | 1.5. Indien de arbeider meer dan 25 jaar ononderbroken bij dezelfde | 
| werkgever in dienst is : 196 dagen indien de opzeg door de werkgever | werkgever in dienst is : 196 dagen indien de opzeg door de werkgever | 
| wordt gegeven en 42 dagen wanneer de opzeg door de arbeider wordt | wordt gegeven en 42 dagen wanneer de opzeg door de arbeider wordt | 
| gegeven. | gegeven. | 
| 2° Opzegtermijnen in geval van brugpensioen | 2° Opzegtermijnen in geval van brugpensioen | 
| In geval van opzeg met het oog op brugpensioen blijven de | In geval van opzeg met het oog op brugpensioen blijven de | 
| opzegtermijnen zoals bepaald in de artikelen 4 en 6 van het koninklijk | opzegtermijnen zoals bepaald in de artikelen 4 en 6 van het koninklijk | 
| besluit van 14 mei 1993 "tot vaststelling van de opzegtermijnen in de | besluit van 14 mei 1993 "tot vaststelling van de opzegtermijnen in de | 
| ondernemingen welke bruggen en metalen gebinten monteren, die | ondernemingen welke bruggen en metalen gebinten monteren, die | 
| ressorteren onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en | ressorteren onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en | 
| elektrische bouw". | elektrische bouw". | 
| 3° Opzegtermijnen in geval van herstructurering | 3° Opzegtermijnen in geval van herstructurering | 
| In geval van herstructurering blijven de opzegtermijnen zoals bepaald | In geval van herstructurering blijven de opzegtermijnen zoals bepaald | 
| in het artikel 5 en 6 van het koninklijk besluit van 14 mei 1993 "tot | in het artikel 5 en 6 van het koninklijk besluit van 14 mei 1993 "tot | 
| vaststelling van de opzegtermijnen in de ondernemingen welke bruggen | vaststelling van de opzegtermijnen in de ondernemingen welke bruggen | 
| en metalen gebinten monteren, die ressorteren onder het Paritair | en metalen gebinten monteren, die ressorteren onder het Paritair | 
| Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw", op voorwaarde | Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw", op voorwaarde | 
| dat deze opzegtermijnen bevestigd worden in een op ondernemingsvlak | dat deze opzegtermijnen bevestigd worden in een op ondernemingsvlak | 
| gesloten collectieve arbeidsovereenkomst, die neergelegd en | gesloten collectieve arbeidsovereenkomst, die neergelegd en | 
| geregistreerd is. | geregistreerd is. | 
| Onder herstructurering wordt verstaan elke vorm van meervoudig ontslag | Onder herstructurering wordt verstaan elke vorm van meervoudig ontslag | 
| zoals omschreven in artikel 2, § 4, van deze collectieve | zoals omschreven in artikel 2, § 4, van deze collectieve | 
| arbeidsovereenkomst. | arbeidsovereenkomst. | 
| 4° Deze regeling heeft geen invloed op de opzeggingen, betekend vóór | 4° Deze regeling heeft geen invloed op de opzeggingen, betekend vóór | 
| 15 mei 1997. | 15 mei 1997. | 
| 2.4. Fonds voor bestaanszekerheid | 2.4. Fonds voor bestaanszekerheid | 
| a. De arbeiders van 50 jaar en ouder, die tijdens de duurtijd van het | a. De arbeiders van 50 jaar en ouder, die tijdens de duurtijd van het | 
| akkoord worden ontslagen, hebben vanaf de leeftijd van 57 jaar recht | akkoord worden ontslagen, hebben vanaf de leeftijd van 57 jaar recht | 
| op een maandelijkse aanvullende werkloosheidsuitkering ten belope van | op een maandelijkse aanvullende werkloosheidsuitkering ten belope van | 
| BEF 3 100, betaald door het fonds voor bestaanszkerheid. | BEF 3 100, betaald door het fonds voor bestaanszkerheid. | 
| b. De aanvullende vergoeding werkloosheid van de fonds voor | b. De aanvullende vergoeding werkloosheid van de fonds voor | 
| bestaanszekerheid wordt met ingang van 1 juli 1997 verhoogd van BEF | bestaanszekerheid wordt met ingang van 1 juli 1997 verhoogd van BEF | 
| 170 naar BEF 180. | 170 naar BEF 180. | 
| HOOFDSTUK III. - Tewerkstelling | HOOFDSTUK III. - Tewerkstelling | 
| 3.1. Vorming en opleiding | 3.1. Vorming en opleiding | 
| a. Voor de duur van de overeenkomst zal door het fonds voor | a. Voor de duur van de overeenkomst zal door het fonds voor | 
| bestaanszekerheid een bijdrage van 0,10 pct. worden geïnd ter | bestaanszekerheid een bijdrage van 0,10 pct. worden geïnd ter | 
| bevordering van initiatieven voor de tewerkstelling en opleiding van | bevordering van initiatieven voor de tewerkstelling en opleiding van | 
| risicogroepen. | risicogroepen. | 
| De aldus geïnde bedragen zullen via de VZW "Montage" worden aangewend | De aldus geïnde bedragen zullen via de VZW "Montage" worden aangewend | 
| ter ondersteuning van opleidingsinitiatieven. De vzw. zal hiervoor de | ter ondersteuning van opleidingsinitiatieven. De vzw. zal hiervoor de | 
| uitvoeringsbesluiten bepalen. | uitvoeringsbesluiten bepalen. | 
| b. Het objectief om op ondernemingsvlak jaarlijks minstens 0,5 pct. | b. Het objectief om op ondernemingsvlak jaarlijks minstens 0,5 pct. | 
| van het geheel van de gepresteerde uren door de totaliteit van de | van het geheel van de gepresteerde uren door de totaliteit van de | 
| arbeiders, in tijd te besteden aan beroepsopleiding voor arbeiders, | arbeiders, in tijd te besteden aan beroepsopleiding voor arbeiders, | 
| wordt onder dezelfde voorwaarden verlengd. | wordt onder dezelfde voorwaarden verlengd. | 
| 3.2. Brugpensioen | 3.2. Brugpensioen | 
| a. De collectieve arbeidsovereenkomst van 4 februari 1991 inzake | a. De collectieve arbeidsovereenkomst van 4 februari 1991 inzake | 
| brugpensioen na ontslag vanaf 57 jaar wordt binnen de wettelijke | brugpensioen na ontslag vanaf 57 jaar wordt binnen de wettelijke | 
| mogelijkheden verlengd tot 30 juni 1999, doch beperkt tot de sociale | mogelijkheden verlengd tot 30 juni 1999, doch beperkt tot de sociale | 
| gevallen die alsdusdanig erkend worden door de werkgever. | gevallen die alsdusdanig erkend worden door de werkgever. | 
| b. Het brugpensioen voor vrouwen vanaf 55 jaar, voorzien in artikel | b. Het brugpensioen voor vrouwen vanaf 55 jaar, voorzien in artikel | 
| 19sexies van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid, wordt | 19sexies van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid, wordt | 
| onder dezelfde voorwaarden en binnen de wettelijke mogelijkheden | onder dezelfde voorwaarden en binnen de wettelijke mogelijkheden | 
| verlengd tot en met 30 juin 1999. | verlengd tot en met 30 juin 1999. | 
| c. Alle collectieve arbeidsovereenkomsten op ondernemingsvlak, | c. Alle collectieve arbeidsovereenkomsten op ondernemingsvlak, | 
| neergelegd en geregistreerd ter Griffie van de Dienst collectieve | neergelegd en geregistreerd ter Griffie van de Dienst collectieve | 
| arbeidsbetrekkingen van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid, | arbeidsbetrekkingen van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid, | 
| inzake brugpensioen, worden onder dezelfde voorwaarden en binnen de | inzake brugpensioen, worden onder dezelfde voorwaarden en binnen de | 
| wettelijke mogelijkheden verlengd tot en met 30 juni 1999, met | wettelijke mogelijkheden verlengd tot en met 30 juni 1999, met | 
| uitzondering van de collectieve arbeidsovereenkomsten van bepaalde | uitzondering van de collectieve arbeidsovereenkomsten van bepaalde | 
| duur inzake tijdelijke herstructureringsoperaties. | duur inzake tijdelijke herstructureringsoperaties. | 
| d. Aanvullend op bovenstaande bepalingen wordt vanaf 15 mei 1997 tot | d. Aanvullend op bovenstaande bepalingen wordt vanaf 15 mei 1997 tot | 
| en met 30 juni 1999 voor de arbeiders uit de sector de | en met 30 juni 1999 voor de arbeiders uit de sector de | 
| brugpensioenleeftijd bepaald op 58 jaar, op voorwaarde dat zij een | brugpensioenleeftijd bepaald op 58 jaar, op voorwaarde dat zij een | 
| beroepsloopbaan van 25 jaar hebben. | beroepsloopbaan van 25 jaar hebben. | 
| Deze brugpensioenregeling wordt gesloten in overeenstemming met de | Deze brugpensioenregeling wordt gesloten in overeenstemming met de | 
| collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad. | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad. | 
| Ze geldt voor de arbeiders van 58 jaar en ouder die door de werkgever | Ze geldt voor de arbeiders van 58 jaar en ouder die door de werkgever | 
| worden ontslagen, behalve wegens dringende redenen, in de zin van de | worden ontslagen, behalve wegens dringende redenen, in de zin van de | 
| wet op de arbeidsovereenkomsten. Het bedrag van de aanvullende | wet op de arbeidsovereenkomsten. Het bedrag van de aanvullende | 
| vergoeding is gelijk aan het verschil tussen het netto-referteloon en | vergoeding is gelijk aan het verschil tussen het netto-referteloon en | 
| de werkloosheidsuitkering. | de werkloosheidsuitkering. | 
| e. Voor de periode van 15 mei 1997 tot 31 december 1998 wordt de | e. Voor de periode van 15 mei 1997 tot 31 december 1998 wordt de | 
| leeftijd van het brugpensioen zoals voorzien in de collectieve | leeftijd van het brugpensioen zoals voorzien in de collectieve | 
| arbeidsovereenkomst nr. 17 verlaagd tot 55 jaar voor 1997 en tot 56 | arbeidsovereenkomst nr. 17 verlaagd tot 55 jaar voor 1997 en tot 56 | 
| jaar voor 1998, voor zover de werkman in toepassing van de | jaar voor 1998, voor zover de werkman in toepassing van de | 
| brugpensioenreglementering 33 jaar beroepsverleden kan rechtvaardigen | brugpensioenreglementering 33 jaar beroepsverleden kan rechtvaardigen | 
| en 20 jaar gewerkt heeft in een nachtregeling zoals bepaald bij | en 20 jaar gewerkt heeft in een nachtregeling zoals bepaald bij | 
| collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46. | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46. | 
| f. De tussenkomst van het fonds voor bestaanszekerheid van BEF 3 100 | f. De tussenkomst van het fonds voor bestaanszekerheid van BEF 3 100 | 
| per maand in de last van het brugpensioen vanaf 57 jaar voor de mannen | per maand in de last van het brugpensioen vanaf 57 jaar voor de mannen | 
| en 55 jaar voor de vrouwen wordt behouden voor alle brugpensioenen die | en 55 jaar voor de vrouwen wordt behouden voor alle brugpensioenen die | 
| ingaan tussen 1 januari 1997 en 30 juni 1999. | ingaan tussen 1 januari 1997 en 30 juni 1999. | 
| g. De bijkomende hoofdelijke bijdragen voor de bruggepensioneerden, | g. De bijkomende hoofdelijke bijdragen voor de bruggepensioneerden, | 
| die in het kader van de bestaande en verlengde overeenkomsten tussen 1 | die in het kader van de bestaande en verlengde overeenkomsten tussen 1 | 
| januari 1997 en 30 juni 1999 in brugpensioen worden gesteld, worden | januari 1997 en 30 juni 1999 in brugpensioen worden gesteld, worden | 
| vanaf 57 jaar voor de mannen en 55 jaar voor de vrouwen eveneens ten | vanaf 57 jaar voor de mannen en 55 jaar voor de vrouwen eveneens ten | 
| laste genomen door het fonds voor bestaanszekerheid. | laste genomen door het fonds voor bestaanszekerheid. | 
| 3.3. Halftijds brugpensioen | 3.3. Halftijds brugpensioen | 
| Voor de periode van 13 mei 1997 tot 31 december 1998 wordt de leeftijd | Voor de periode van 13 mei 1997 tot 31 december 1998 wordt de leeftijd | 
| van het halftijds brugpensioen zoals voorzien bij collectieve | van het halftijds brugpensioen zoals voorzien bij collectieve | 
| arbeidsovereenkomst nr. 55 op 55 jaar gebracht op voorwaarde dat de | arbeidsovereenkomst nr. 55 op 55 jaar gebracht op voorwaarde dat de | 
| arbeider erom verzoekt en dat de werkgever zijn instemming betuigt. | arbeider erom verzoekt en dat de werkgever zijn instemming betuigt. | 
| 3.4. Tewerkstellingsmaatregelen op ondernemingsvla | 3.4. Tewerkstellingsmaatregelen op ondernemingsvla | 
| Sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten zullen worden afgesloten | Sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten zullen worden afgesloten | 
| inzake het recht op volledige loopbaanonderbreking en inzake een | inzake het recht op volledige loopbaanonderbreking en inzake een | 
| sectorale regeling voor ingroeibanen | sectorale regeling voor ingroeibanen | 
| Deze beide regelingen kunnen vervolgens op ondernemingsvlak worden | Deze beide regelingen kunnen vervolgens op ondernemingsvlak worden | 
| geconcretiseerd met het oog op de bevordering van de werkgelegenheid | geconcretiseerd met het oog op de bevordering van de werkgelegenheid | 
| in de sector | in de sector | 
| 3.5. Arbeidsorganisatie | 3.5. Arbeidsorganisatie | 
| a. Partijen vragen het koninklijk besluit "Kleine flexibiliteit" van | a. Partijen vragen het koninklijk besluit "Kleine flexibiliteit" van | 
| 19 oktober 1995 te verlengen tot 31 december 1998. | 19 oktober 1995 te verlengen tot 31 december 1998. | 
| b. Het artikel 6, § 3, van het nationaal akkoord 1995/1996 van 19 juni | b. Het artikel 6, § 3, van het nationaal akkoord 1995/1996 van 19 juni | 
| 1995, dat voorziet in de mogelijkheid de inhaalrust ten belope van | 1995, dat voorziet in de mogelijkheid de inhaalrust ten belope van | 
| maximaal het wettelijk bepaald aantal overuren niet toe te kennen, | maximaal het wettelijk bepaald aantal overuren niet toe te kennen, | 
| onder voorwaarde dat er op ondernemingsvlak een collectieve | onder voorwaarde dat er op ondernemingsvlak een collectieve | 
| arbeidsovereenkomst wordt gesloten, wordt verlengd tot 31 december | arbeidsovereenkomst wordt gesloten, wordt verlengd tot 31 december | 
| 1998. | 1998. | 
| c. Voor de duur van het akkoord kan in de ondernemingen met of zonder | c. Voor de duur van het akkoord kan in de ondernemingen met of zonder | 
| syndicale delegatie de normale arbeidsduur, vastgelegd door het | syndicale delegatie de normale arbeidsduur, vastgelegd door het | 
| arbeidsreglement, verlengd of verkort worden en vervangen door | arbeidsreglement, verlengd of verkort worden en vervangen door | 
| speciale uurroosters overeenkomstig de bepalingen van artikel 20bis | speciale uurroosters overeenkomstig de bepalingen van artikel 20bis | 
| van de arbeidswet op basis van onderstaand model. | van de arbeidswet op basis van onderstaand model. | 
| Onderstaand model kan evenwel niet worden toegepast in ondernemingen | Onderstaand model kan evenwel niet worden toegepast in ondernemingen | 
| waar reeds afspraken gemaakt werden inzake jaartijd. | waar reeds afspraken gemaakt werden inzake jaartijd. | 
| De invoering van het sectoraal model volgens onderstaande procedure | De invoering van het sectoraal model volgens onderstaande procedure | 
| beperkt zich tot de arbeiders in dag- en tweeploegenstelsels. Voor de | beperkt zich tot de arbeiders in dag- en tweeploegenstelsels. Voor de | 
| invoering van nieuwe ploegenstelsels, weekend werk alsook flexibele | invoering van nieuwe ploegenstelsels, weekend werk alsook flexibele | 
| uurroosters die verder gaan dan onderstaand model is een collectieve | uurroosters die verder gaan dan onderstaand model is een collectieve | 
| arbeidsovereenkomst op ondernemingvlak vereist. | arbeidsovereenkomst op ondernemingvlak vereist. | 
| Het model kan eveneens niet worden ingevoerd voor arbeiders | Het model kan eveneens niet worden ingevoerd voor arbeiders | 
| tewerkgesteld op zaterdag en/of zondag, hiervoor is een specifieke | tewerkgesteld op zaterdag en/of zondag, hiervoor is een specifieke | 
| onderhandeling noodzakelijk. | onderhandeling noodzakelijk. | 
| 1. Sectoraal model | 1. Sectoraal model | 
| De wekelijkse arbeidsduur kan maximum 5 uren boven of beneden de | De wekelijkse arbeidsduur kan maximum 5 uren boven of beneden de | 
| normale arbeidsduur in de onderneming liggen, zonder dat dit | normale arbeidsduur in de onderneming liggen, zonder dat dit | 
| aanleiding geeft tot de betaling van een toeslag. | aanleiding geeft tot de betaling van een toeslag. | 
| De dagelijkse arbeidsduur kan maximum 1 uur boven of onder de normale | De dagelijkse arbeidsduur kan maximum 1 uur boven of onder de normale | 
| arbeidsduur in de onderneming liggen, zonder dat dit aanleiding geeft | arbeidsduur in de onderneming liggen, zonder dat dit aanleiding geeft | 
| tot betaling van een toeslag. | tot betaling van een toeslag. | 
| De onderneming moet op jaarbasis de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur | De onderneming moet op jaarbasis de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur | 
| zoals bepaald in de in de onderneming geldende collectieve | zoals bepaald in de in de onderneming geldende collectieve | 
| arbeidsovereenkomsten respecteren. | arbeidsovereenkomsten respecteren. | 
| De overschrijdingen worden bij voorkeur gecompenseerd door hele dagen. | De overschrijdingen worden bij voorkeur gecompenseerd door hele dagen. | 
| 2. Procedure op ondernemingsvlak | 2. Procedure op ondernemingsvlak | 
| Indien de onderneming bovenstaand sectoraal model van jaartijd wenst | Indien de onderneming bovenstaand sectoraal model van jaartijd wenst | 
| toe te passen wordt het arbeidsreglement aangepast conform de | toe te passen wordt het arbeidsreglement aangepast conform de | 
| bepalingen van de wet van 8 april 1965 tot instelling van de | bepalingen van de wet van 8 april 1965 tot instelling van de | 
| arbeidsreglementen (Belgisch Staatsblad van 5 mei 1965). Deze | arbeidsreglementen (Belgisch Staatsblad van 5 mei 1965). Deze | 
| aanpassing geldt tot uiterlijk 31 december 1998. Als dit sectoraal | aanpassing geldt tot uiterlijk 31 december 1998. Als dit sectoraal | 
| model niet verlengd wordt op sector- of op ondernemingsvlak, dan | model niet verlengd wordt op sector- of op ondernemingsvlak, dan | 
| worden vanaf 1 januari 1999 automatisch de aangepaste bepalingen | worden vanaf 1 januari 1999 automatisch de aangepaste bepalingen | 
| inzake jaartijd uit het arbeidsreglement geschrapt. | inzake jaartijd uit het arbeidsreglement geschrapt. | 
| De aangepaste bepalingen inzake jaartijd worden eveneens uit het | De aangepaste bepalingen inzake jaartijd worden eveneens uit het | 
| arbeidsreglement geschrapt, bij herstructurering of wanneer de | arbeidsreglement geschrapt, bij herstructurering of wanneer de | 
| onderneming overgaat tot meervoudig ontslag, zoals bepaald in | onderneming overgaat tot meervoudig ontslag, zoals bepaald in | 
| hoofdstuk II, 2.1., § 4, van deze overeenkomst, tenzij anders wordt | hoofdstuk II, 2.1., § 4, van deze overeenkomst, tenzij anders wordt | 
| overeengekomen. | overeengekomen. | 
| De onderneming die wenst gebruik te maken van dit sectoraal model | De onderneming die wenst gebruik te maken van dit sectoraal model | 
| dient voorafgaandelijk de syndicale delegatie, of bij ontstentenis de | dient voorafgaandelijk de syndicale delegatie, of bij ontstentenis de | 
| arbeiders, de nodige informatie en motivatie te geven. | arbeiders, de nodige informatie en motivatie te geven. | 
| Zonder dat het principe van de invoering van het sectoraal model in | Zonder dat het principe van de invoering van het sectoraal model in | 
| vraag wordt gesteld worden voorafgaandelijk aan de invoering concrete | vraag wordt gesteld worden voorafgaandelijk aan de invoering concrete | 
| omkaderingsmaatregelen uitgewerkt. Deze betreffen onder meer de | omkaderingsmaatregelen uitgewerkt. Deze betreffen onder meer de | 
| concrete uurroosters, de referteperiode voor de berekening van de | concrete uurroosters, de referteperiode voor de berekening van de | 
| gemiddelde arbeidstijd, de verwittigingstijd,... Tot de concrete | gemiddelde arbeidstijd, de verwittigingstijd,... Tot de concrete | 
| omkaderingsmaatregelen behoren eveneens het aantal interimarissen en | omkaderingsmaatregelen behoren eveneens het aantal interimarissen en | 
| het aantal contracten van bepaalde duur. | het aantal contracten van bepaalde duur. | 
| 3. Bijkomende voorwaarden | 3. Bijkomende voorwaarden | 
| Het koninklijk besluit "Kleine flexibiliteit", zoals vermeld onder | Het koninklijk besluit "Kleine flexibiliteit", zoals vermeld onder | 
| punt 3.5.a. van deze overeenkomst, is niet van toepassing op de | punt 3.5.a. van deze overeenkomst, is niet van toepassing op de | 
| arbeiders waarvoor het sectoraal model "jaartijd" ingevoerd werd. | arbeiders waarvoor het sectoraal model "jaartijd" ingevoerd werd. | 
| De ondernemingen die het sectoraal model "jaartijd" invoeren moeten, | De ondernemingen die het sectoraal model "jaartijd" invoeren moeten, | 
| indien zij beroep doen op uitzendkrachten omwille van buitengewone | indien zij beroep doen op uitzendkrachten omwille van buitengewone | 
| vermeerdering van werk, deze contracten beperken tot maximaal drie | vermeerdering van werk, deze contracten beperken tot maximaal drie | 
| maanden. Indien beroep gedaan wordt op arbeiders met contracten van | maanden. Indien beroep gedaan wordt op arbeiders met contracten van | 
| bepaalde duur dienen deze een minimum duurtijd te hebben van 6 | bepaalde duur dienen deze een minimum duurtijd te hebben van 6 | 
| maanden. | maanden. | 
| 4. Evaluatie | 4. Evaluatie | 
| Op het einde van het jaar 1997 en het jaar 1998 wordt in de Nationale | Op het einde van het jaar 1997 en het jaar 1998 wordt in de Nationale | 
| Paritaire Sectie 111.03 het verloop van de besprekingen ter uitvoering | Paritaire Sectie 111.03 het verloop van de besprekingen ter uitvoering | 
| van de bepalingen van dit punt geëvalueerd. | van de bepalingen van dit punt geëvalueerd. | 
| HOOFDSTUK IV. - Loonvoorwaarden | HOOFDSTUK IV. - Loonvoorwaarden | 
| 4.1. Koopkracht | 4.1. Koopkracht | 
| a. Index | a. Index | 
| Op 1 mei 1997 zullen alle effectieve en baremieke lonen worden | Op 1 mei 1997 zullen alle effectieve en baremieke lonen worden | 
| aangepast aan de index op basis van de formule "sociale index" (= | aangepast aan de index op basis van de formule "sociale index" (= | 
| 4-maandelijks gemiddelde) april 1997 / huidige spilindex 119,35. | 4-maandelijks gemiddelde) april 1997 / huidige spilindex 119,35. | 
| Op 1 juli 1998 zullen alle effectieve en baremieke lonen worden | Op 1 juli 1998 zullen alle effectieve en baremieke lonen worden | 
| aangepast aan de index op basis van de formule "sociale index" (= | aangepast aan de index op basis van de formule "sociale index" (= | 
| 4-maandelijks gemiddelde) juni 1998 / april 1997. | 4-maandelijks gemiddelde) juni 1998 / april 1997. | 
| Daarna en voor een eerste maal in 1999 worden de lonen ieder jaar | Daarna en voor een eerste maal in 1999 worden de lonen ieder jaar | 
| aangepast aan de index op datum van 1 juli. Deze aanpassing wordt | aangepast aan de index op datum van 1 juli. Deze aanpassing wordt | 
| berekend door het indexcijfer van de maand juni voorafgaand aan de | berekend door het indexcijfer van de maand juni voorafgaand aan de | 
| aanpassing te plaatsen tegenover het indexcijfer van de maand juni van | aanpassing te plaatsen tegenover het indexcijfer van de maand juni van | 
| het voorafgaande jaar. De collectieve arbeidsovereenkomst | het voorafgaande jaar. De collectieve arbeidsovereenkomst | 
| "loonvoorwaarden" zal in die zin worden aangepast voor onbepaalde | "loonvoorwaarden" zal in die zin worden aangepast voor onbepaalde | 
| duur. | duur. | 
| b. Loonsverhoging | b. Loonsverhoging | 
| Op 1 juli 1997 worden alle effectieve, baremieke en minimumuurlonen | Op 1 juli 1997 worden alle effectieve, baremieke en minimumuurlonen | 
| verhoogd met 0,9 pct. | verhoogd met 0,9 pct. | 
| Op 1 januari 1998 worden alle effectieve, baremieke en minimumuurlonen | Op 1 januari 1998 worden alle effectieve, baremieke en minimumuurlonen | 
| verhoogd met 0,9 pct. | verhoogd met 0,9 pct. | 
| c. Uitzonderingen | c. Uitzonderingen | 
| Ondernemingen in herstructurering kunnen de enveloppe anders aanwenden | Ondernemingen in herstructurering kunnen de enveloppe anders aanwenden | 
| via een collectieve arbeidsovereenkomst op bedrijfsvlak. | via een collectieve arbeidsovereenkomst op bedrijfsvlak. | 
| 4.2. Classificatie | 4.2. Classificatie | 
| De bestaande paritaire werkgroep zal haar werkzaamheden inzake | De bestaande paritaire werkgroep zal haar werkzaamheden inzake | 
| functieclassificatie in uitvoering van het protocol van nationaal | functieclassificatie in uitvoering van het protocol van nationaal | 
| akkoord 93-94 van 15 maart 1993 afronden. | akkoord 93-94 van 15 maart 1993 afronden. | 
| In geval van classificatieproblemen op ondernemingsvlak verklaren de | In geval van classificatieproblemen op ondernemingsvlak verklaren de | 
| ondertekenende partijen zich akkoord om deze problemen, in functie van | ondertekenende partijen zich akkoord om deze problemen, in functie van | 
| een advies, voor te leggen aan een paritaire werkgroep | een advies, voor te leggen aan een paritaire werkgroep | 
| "classificatie". Mits toestemming van de werkgever, kan deze paritaire | "classificatie". Mits toestemming van de werkgever, kan deze paritaire | 
| werkgroep zich ter plaatse vergewissen van het probleem. | werkgroep zich ter plaatse vergewissen van het probleem. | 
| 4.3. Eindejaarspremie | 4.3. Eindejaarspremie | 
| De schorsingen van de arbeidsovereenkomst wegens zwangerschaps- en | De schorsingen van de arbeidsovereenkomst wegens zwangerschaps- en | 
| bevallingsrust zullen voor de berekening van de eindejaarspremie | bevallingsrust zullen voor de berekening van de eindejaarspremie | 
| worden gelijkgesteld met effectieve prestaties. | worden gelijkgesteld met effectieve prestaties. | 
| HOOFDSTUK V. - Diversen | HOOFDSTUK V. - Diversen | 
| 5.1. Verlenging bestaande bepalingen van bepaalde duur | 5.1. Verlenging bestaande bepalingen van bepaalde duur | 
| Naast de in deze overeenkomst reeds genoemde verlengingen, worden | Naast de in deze overeenkomst reeds genoemde verlengingen, worden | 
| eveneens de bepalingen van bepaalde duur in de statuten van het fonds | eveneens de bepalingen van bepaalde duur in de statuten van het fonds | 
| voor bestaanszekerheid, met uitzondering van het artikel 14, § 5, 4°, | voor bestaanszekerheid, met uitzondering van het artikel 14, § 5, 4°, | 
| (bijdrage risicogroepen) verlengd tot 31 december 1998. | (bijdrage risicogroepen) verlengd tot 31 december 1998. | 
| 5.2. Syndicale premie | 5.2. Syndicale premie | 
| De syndicale premie wordt voor de actieven in 1997 en 1998 bepaald in | De syndicale premie wordt voor de actieven in 1997 en 1998 bepaald in | 
| onderling akkoord tussen de drie ondertekenende vakbonden en omgezet | onderling akkoord tussen de drie ondertekenende vakbonden en omgezet | 
| in een collectieve arbeidsovereenkomst, rekening houdend met | in een collectieve arbeidsovereenkomst, rekening houdend met | 
| bijzondere toepassingsmodaliteiten van het fonds voor | bijzondere toepassingsmodaliteiten van het fonds voor | 
| bestaanszekerheid. | bestaanszekerheid. | 
| De bijkomende kost van de premie 1997 wordt gefinancierd vanuit de | De bijkomende kost van de premie 1997 wordt gefinancierd vanuit de | 
| bestaande middelen syndicale waarborgen. Voor 1998 wordt de bijkomende | bestaande middelen syndicale waarborgen. Voor 1998 wordt de bijkomende | 
| kost gefinancierd door een bijkomende patronale bijdrage aan het fonds | kost gefinancierd door een bijkomende patronale bijdrage aan het fonds | 
| voor bestaanszekerheid van 0,1 pct. voor het jaar 1998. | voor bestaanszekerheid van 0,1 pct. voor het jaar 1998. | 
| 5.3. Paritaire Werkgroep | 5.3. Paritaire Werkgroep | 
| De werking van de paritaire werkgroep, opgericht door het nationaal | De werking van de paritaire werkgroep, opgericht door het nationaal | 
| akkoord 1995-1996 van 26 september 1995 met als opdracht de | akkoord 1995-1996 van 26 september 1995 met als opdracht de | 
| problematiek van de onwettige en alternatieve | problematiek van de onwettige en alternatieve | 
| tewerkstellingspraktijken met negatieve weerslag op de sector te | tewerkstellingspraktijken met negatieve weerslag op de sector te | 
| onderzoeken, zal worden versterkt | onderzoeken, zal worden versterkt | 
| 5.4. Sociale vrede | 5.4. Sociale vrede | 
| De sociale vrede zal verzekerd zijn in de sector tijdens de duurtijd | De sociale vrede zal verzekerd zijn in de sector tijdens de duurtijd | 
| van deze overeenkomst. | van deze overeenkomst. | 
| Bijgevolg zal op ondernemingsvlak geen enkele eis van algemene of | Bijgevolg zal op ondernemingsvlak geen enkele eis van algemene of | 
| collectieve aard gesteld of ondersteund worden die van aard zou zijn | collectieve aard gesteld of ondersteund worden die van aard zou zijn | 
| de verbintenissen van de ondernemingen voorzien in deze overeenkomst | de verbintenissen van de ondernemingen voorzien in deze overeenkomst | 
| uit te breiden. | uit te breiden. | 
| Deze overeenkomst werd gesloten in een geest van wederzijdse rechten | Deze overeenkomst werd gesloten in een geest van wederzijdse rechten | 
| en verplichtingen. Bijgevolg is de naleving van de verplichtingen van | en verplichtingen. Bijgevolg is de naleving van de verplichtingen van | 
| elk van de partijen afhankelijk van de eerbiediging door de andere | elk van de partijen afhankelijk van de eerbiediging door de andere | 
| ondertekenaars van hun verplichtingen. | ondertekenaars van hun verplichtingen. | 
| Partijen bevestigen de conventionele bepalingen geldig in de sector | Partijen bevestigen de conventionele bepalingen geldig in de sector | 
| wat de procedure betreft, en meer bepaald artikel 2 van de | wat de procedure betreft, en meer bepaald artikel 2 van de | 
| verzoeningsprocedure zoals vastgelegd in het paritair comité op 13 | verzoeningsprocedure zoals vastgelegd in het paritair comité op 13 | 
| januari 1965. | januari 1965. | 
| 5.5. Duur | 5.5. Duur | 
| Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor bepaalde | Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor bepaalde | 
| duur, gaande van 1 januari 1997 tot 31 december 1998, behoudens waar | duur, gaande van 1 januari 1997 tot 31 december 1998, behoudens waar | 
| anders vermeld. | anders vermeld. | 
| Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 juli | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 juli | 
| 2006. | 2006. | 
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, | 
| P. VANVELTHOVEN | P. VANVELTHOVEN | 
| Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997 | Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997 | 
| gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en | gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en | 
| elektrische bouw, betreffende het nationaal akkoord 1997-1998 in | elektrische bouw, betreffende het nationaal akkoord 1997-1998 in | 
| uitvoering van het protocol van nationaal akkoord van 15 mei 1997 | uitvoering van het protocol van nationaal akkoord van 15 mei 1997 | 
| Toetredingsakte tot het nationaal akkoord van 15 mei 1997 in het kader | Toetredingsakte tot het nationaal akkoord van 15 mei 1997 in het kader | 
| van de wet van 26 juli 1996 en van het koninklijk besluit van 24 | van de wet van 26 juli 1996 en van het koninklijk besluit van 24 | 
| februari 1997 | februari 1997 | 
| Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | 
| Terugsturen aan : | Terugsturen aan : | 
| Dhr. D. SOURIS, | Dhr. D. SOURIS, | 
| Voorzitter a.i. p.c. 111 | Voorzitter a.i. p.c. 111 | 
| Ministerie van Arbeid en Tewerkstelling | Ministerie van Arbeid en Tewerkstelling | 
| Belliardstraat 51-53 | Belliardstraat 51-53 | 
| B-1040 Brussel | B-1040 Brussel | 
| Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 juli | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 juli | 
| 2006. | 2006. | 
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, | 
| P. VANVELTHOVEN | P. VANVELTHOVEN |