Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genoemd "Fonds 2e pijler PSC 102.09" en vaststelling van zijn statuten | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genoemd "Fonds 2e pijler PSC 102.09" en vaststelling van zijn statuten |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
17 APRIL 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 17 APRIL 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012, | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van | gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van |
niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de | niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de |
bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, | bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, |
tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genoemd "Fonds 2e | tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genoemd "Fonds 2e |
pijler PSC 102.09" en vaststelling van zijn statuten (1) | pijler PSC 102.09" en vaststelling van zijn statuten (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor | Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor |
bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2; | bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2; |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf van | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf van |
de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van | de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van |
de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het | de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het |
Rijk; | Rijk; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012, | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van | gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van |
niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de | niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de |
bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, | bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, |
tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genoemd "Fonds 2e | tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genoemd "Fonds 2e |
pijler PSC 102.09" en vaststelling van zijn statuten. | pijler PSC 102.09" en vaststelling van zijn statuten. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 17 april 2013. | Gegeven te Brussel, 17 april 2013. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. | Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te | Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te |
houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en | houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en |
-ovens op het gehele grondgebied van het Rijk | -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012 |
Oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genoemd "Fonds 2e | Oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genoemd "Fonds 2e |
pijler PSC 102.09" en vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst | pijler PSC 102.09" en vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst |
geregistreerd op 29 oktober 2012 onder het nummer 111876/CO/102.09) | geregistreerd op 29 oktober 2012 onder het nummer 111876/CO/102.09) |
Artikel 1.Toepassingsgebied |
Artikel 1.Toepassingsgebied |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de | Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de |
werkgevers en de werknemers die actief zijn in de ondernemingen die | werkgevers en de werknemers die actief zijn in de ondernemingen die |
onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor het bedrijf van | onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor het bedrijf van |
de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van | de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van |
de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk | de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk |
vallen. | vallen. |
Art. 2.Voorwerp |
Art. 2.Voorwerp |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst voert een fonds "2e pijler" in | Deze collectieve arbeidsovereenkomst voert een fonds "2e pijler" in |
voor de werknemers die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair | voor de werknemers die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair |
Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen | Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen |
kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op | kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op |
het gehele grondgebied van het Rijk waarvan de statuten als bijlage | het gehele grondgebied van het Rijk waarvan de statuten als bijlage |
zijn vermeld. | zijn vermeld. |
Art. 3.Inwerkingtreding en duur |
Art. 3.Inwerkingtreding en duur |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 29 augustus | Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 29 augustus |
2012 en wordt gesloten voor onbepaalde duur. | 2012 en wordt gesloten voor onbepaalde duur. |
Art. 4.Verbreking van de collectieve arbeidsovereenkomst |
Art. 4.Verbreking van de collectieve arbeidsovereenkomst |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan door één van de partijen | Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan door één van de partijen |
worden opgezegd mits een vooropzeg van zes maanden via een bij de post | worden opgezegd mits een vooropzeg van zes maanden via een bij de post |
aangetekend schrijven dat is bestemd voor de voorzitter van het | aangetekend schrijven dat is bestemd voor de voorzitter van het |
Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te | Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te |
houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en - | houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en - |
ovens op het gehele grondgebied van het Rijk. | ovens op het gehele grondgebied van het Rijk. |
De verbreking van deze collectieve arbeidsovereenkomst leidt | De verbreking van deze collectieve arbeidsovereenkomst leidt |
automatisch tot de ontbinding van het "Fonds 2e pijler PSC102.09". | automatisch tot de ontbinding van het "Fonds 2e pijler PSC102.09". |
Art. 5.Algemeen verbindendverklaring |
Art. 5.Algemeen verbindendverklaring |
De partijen vragen de algemeen verbindendverklaring. | De partijen vragen de algemeen verbindendverklaring. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 april | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 april |
2013. | 2013. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012, | Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van | gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van |
niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de | niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de |
bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, | bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, |
tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genoemd "Fonds 2e | tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genoemd "Fonds 2e |
pijler PSC 102.09" en vaststelling van zijn statuten | pijler PSC 102.09" en vaststelling van zijn statuten |
HOOFDSTUK I. - Oprichting, benaming, maatschappelijke zetel, | HOOFDSTUK I. - Oprichting, benaming, maatschappelijke zetel, |
doelstelling en duur | doelstelling en duur |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst richt het fonds voor |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst richt het fonds voor |
bestaanszekerheid op voor het bedrijf van de groeven van niet uit te | bestaanszekerheid op voor het bedrijf van de groeven van niet uit te |
houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en | houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en |
-ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, genoemd "Fonds 2e | -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, genoemd "Fonds 2e |
pijler PSC 102.09" conform de bepalingen van de wet van 7 januari 1958 | pijler PSC 102.09" conform de bepalingen van de wet van 7 januari 1958 |
betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid. | betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid. |
Art. 2.De maatschappelijke zetel van het "Fonds 2e pijler PSC 102.09" |
Art. 2.De maatschappelijke zetel van het "Fonds 2e pijler PSC 102.09" |
is gevestigd c/o FEDIEX, rue Edouard Belin 7, 1435 Mont-Saint-Hubert. | is gevestigd c/o FEDIEX, rue Edouard Belin 7, 1435 Mont-Saint-Hubert. |
Art. 3.Het "Fonds 2e pijler PSC 102.09" wordt opgericht om de rol van |
Art. 3.Het "Fonds 2e pijler PSC 102.09" wordt opgericht om de rol van |
organisator van het sectorale pensioenstelsel te vervullen zoals | organisator van het sectorale pensioenstelsel te vervullen zoals |
bepaald door de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012 | bepaald door de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012 |
met het oog op de oprichting van een sectoraal pensioenstelsel voor de | met het oog op de oprichting van een sectoraal pensioenstelsel voor de |
werknemers die actief zijn in de ondernemingen die onder de | werknemers die actief zijn in de ondernemingen die onder de |
bevoegdheid vallen van het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de | bevoegdheid vallen van het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de |
groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de | groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de |
bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk. | bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk. |
Art. 4.De rol van organisator van het sectorale pensioenstelsel |
Art. 4.De rol van organisator van het sectorale pensioenstelsel |
beperkt zich tot : | beperkt zich tot : |
- de organisatie van de overbrenging van de gegevens die noodzakelijk | - de organisatie van de overbrenging van de gegevens die noodzakelijk |
zijn voor de toepassing en de werking van het sectorale | zijn voor de toepassing en de werking van het sectorale |
pensioenstelsel; | pensioenstelsel; |
- de eventuele inning van de bijdragen bij de werkgevers van de | - de eventuele inning van de bijdragen bij de werkgevers van de |
sector; | sector; |
- de organisatie van de financiële transfers; | - de organisatie van de financiële transfers; |
- de controle van de algemene werking en van de resultaten van het | - de controle van de algemene werking en van de resultaten van het |
pensioenorgaan dat belast is met het sectorale pensioenstelsel; | pensioenorgaan dat belast is met het sectorale pensioenstelsel; |
- het verstrekken van informatie betreffende het sectorale | - het verstrekken van informatie betreffende het sectorale |
pensioenstelsel aan de leden en aan hun werkgevers; | pensioenstelsel aan de leden en aan hun werkgevers; |
- de bepaling van de modaliteiten en van de procedures die | - de bepaling van de modaliteiten en van de procedures die |
noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de rol van organisator; | noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de rol van organisator; |
- de andere taken die worden opgelegd aan de organisator door de WAP | - de andere taken die worden opgelegd aan de organisator door de WAP |
en de uitvoeringsbesluiten van deze wet. | en de uitvoeringsbesluiten van deze wet. |
HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied |
Art. 5.Deze statuten zijn van toepassing op : |
Art. 5.Deze statuten zijn van toepassing op : |
1° de werkgevers die onder het toepassingsveld vallen van de | 1° de werkgevers die onder het toepassingsveld vallen van de |
collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012 met het oog op de | collectieve arbeidsovereenkomst van 29 augustus 2012 met het oog op de |
oprichting van een sectoraal pensioenstelsel voor de werknemers die | oprichting van een sectoraal pensioenstelsel voor de werknemers die |
actief zijn in de onderneming en die onder de bevoegdheid vallen van | actief zijn in de onderneming en die onder de bevoegdheid vallen van |
het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te | het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te |
houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en | houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en |
-ovens op het gehele grondgebied van het Rijk; | -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk; |
2° de arbeiders en arbeidsters die worden tewerkgesteld door de | 2° de arbeiders en arbeidsters die worden tewerkgesteld door de |
werkgevers bedoeld in 1°. | werkgevers bedoeld in 1°. |
HOOFDSTUK III. - Voordelen | HOOFDSTUK III. - Voordelen |
Art. 6.Het sectorale pensioenstelsel is het voordeel dat wordt |
Art. 6.Het sectorale pensioenstelsel is het voordeel dat wordt |
toegekend door het "Fonds 2e pijler PSC 102.09". | toegekend door het "Fonds 2e pijler PSC 102.09". |
De personen die dit voordeel kunnen genieten, zijn de arbeiders en | De personen die dit voordeel kunnen genieten, zijn de arbeiders en |
arbeidsters die worden tewerkgesteld door de werkgevers die onder het | arbeidsters die worden tewerkgesteld door de werkgevers die onder het |
toepassingsgebied vallen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 | toepassingsgebied vallen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 |
augustus 2012 met het oog op de oprichting van een sectoraal | augustus 2012 met het oog op de oprichting van een sectoraal |
pensioenstelsel voor de werknemers die actief zijn in de ondernemingen | pensioenstelsel voor de werknemers die actief zijn in de ondernemingen |
die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Subcomité voor het | die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Subcomité voor het |
bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de | bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de |
kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele | kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele |
grondgebied van het Rijk. | grondgebied van het Rijk. |
Bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst vermeldt de aard van dit | Bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst vermeldt de aard van dit |
voordeel, de toekenningsvoorwaarden en de betaling ervan. | voordeel, de toekenningsvoorwaarden en de betaling ervan. |
HOOFDSTUK IV. - Beheer | HOOFDSTUK IV. - Beheer |
Art. 7.Het "Fonds 2e pijler PSC 102.09" wordt beheerd door een raad |
Art. 7.Het "Fonds 2e pijler PSC 102.09" wordt beheerd door een raad |
van bestuur die paritair is samengesteld uit vertegenwoordigers van de | van bestuur die paritair is samengesteld uit vertegenwoordigers van de |
werkgevers en van de werknemers op wie dit sectoraal pensioenstelsel | werkgevers en van de werknemers op wie dit sectoraal pensioenstelsel |
van toepassing is. | van toepassing is. |
Deze raad is samengesteld uit vier effectieve leden, twee | Deze raad is samengesteld uit vier effectieve leden, twee |
vertegenwoordigers van de werkgevers en twee vertegenwoordigers van de | vertegenwoordigers van de werkgevers en twee vertegenwoordigers van de |
werknemers. | werknemers. |
De raad van bestuur wordt aangevuld met 4 plaatsvervangende leden die | De raad van bestuur wordt aangevuld met 4 plaatsvervangende leden die |
zonder stemrecht kunnen deelnemen aan de vergaderingen, behalve | zonder stemrecht kunnen deelnemen aan de vergaderingen, behalve |
wanneer de effectieve leden verhinderd zijn; de plaatsvervangende | wanneer de effectieve leden verhinderd zijn; de plaatsvervangende |
leden vervangen de effectieve leden en oefenen dezelfde macht uit. | leden vervangen de effectieve leden en oefenen dezelfde macht uit. |
De organisaties die vertegenwoordigd zijn in het paritair subcomité, | De organisaties die vertegenwoordigd zijn in het paritair subcomité, |
duiden na overleg onder hun effectieve leden, de effectieve leden in | duiden na overleg onder hun effectieve leden, de effectieve leden in |
de raad van bestuur van het fonds aan. | de raad van bestuur van het fonds aan. |
De plaatsvervangende leden van elke vertegenwoordiging worden | De plaatsvervangende leden van elke vertegenwoordiging worden |
aangeduid door de effectieve leden van hun respectieve | aangeduid door de effectieve leden van hun respectieve |
vertegenwoordiging, dit voor een duur van vier jaar. | vertegenwoordiging, dit voor een duur van vier jaar. |
Het mandaat van een effectief lid verstrijkt gelijktijdig met diens | Het mandaat van een effectief lid verstrijkt gelijktijdig met diens |
mandaat als lid van het paritair subcomité. | mandaat als lid van het paritair subcomité. |
In geval van overlijden of ontslag van een bestuurder, voorziet de | In geval van overlijden of ontslag van een bestuurder, voorziet de |
raad van bestuur in dienst vervanging met naleving van bovengenoemde | raad van bestuur in dienst vervanging met naleving van bovengenoemde |
regels. | regels. |
Art. 8.De raad van bestuur duidt zijn voorzitter aan voor een periode |
Art. 8.De raad van bestuur duidt zijn voorzitter aan voor een periode |
van twee jaar, respectievelijk bij elke vertegenwoordiging, te | van twee jaar, respectievelijk bij elke vertegenwoordiging, te |
beginnen bij een voorzitter van de werkgeversafvaardiging. | beginnen bij een voorzitter van de werkgeversafvaardiging. |
De raad van bestuur duidt op voorstel van de werkgeversafvaardiging | De raad van bestuur duidt op voorstel van de werkgeversafvaardiging |
een secretaris aan. Deze is belast met het dagelijkse bestuur van het | een secretaris aan. Deze is belast met het dagelijkse bestuur van het |
fonds. De secretaris hoeft niet noodzakelijk lid te zijn van de raad | fonds. De secretaris hoeft niet noodzakelijk lid te zijn van de raad |
van bestuur. | van bestuur. |
Art. 9.De raad van bestuur vergadert na uitnodiging door de |
Art. 9.De raad van bestuur vergadert na uitnodiging door de |
voorzitter. Bij afwezigheid van de voorzitter vergadert de raad na | voorzitter. Bij afwezigheid van de voorzitter vergadert de raad na |
uitnodiging door de secretaris en wordt voorgezeten door het oudste | uitnodiging door de secretaris en wordt voorgezeten door het oudste |
lid in functie van de werkgeversafvaardiging. | lid in functie van de werkgeversafvaardiging. |
De voorzitter moet de raad tenminste één keer per jaar bijeenroepen en | De voorzitter moet de raad tenminste één keer per jaar bijeenroepen en |
binnen een periode van vijftien dagen, wanneer twee leden hierom | binnen een periode van vijftien dagen, wanneer twee leden hierom |
vragen. | vragen. |
De uitnodigingen vermelden de agendapunten. | De uitnodigingen vermelden de agendapunten. |
De notulen van de vergaderingen worden opgesteld door de secretaris en | De notulen van de vergaderingen worden opgesteld door de secretaris en |
naar de bestuurders verstuurd binnen de 30 dagen na de vergadering. Ze | naar de bestuurders verstuurd binnen de 30 dagen na de vergadering. Ze |
worden ondertekend door de voorzitter of door twee bestuurders. | worden ondertekend door de voorzitter of door twee bestuurders. |
De beslissingen zijn slechts geldig als tenminste twee leden van elke | De beslissingen zijn slechts geldig als tenminste twee leden van elke |
representatieve groep ervoor stemmen en op voorwaarde dat het punt op | representatieve groep ervoor stemmen en op voorwaarde dat het punt op |
de agenda van de vergadering stond. | de agenda van de vergadering stond. |
Art. 10.De raad van bestuur heeft alle macht voor het beheer en het |
Art. 10.De raad van bestuur heeft alle macht voor het beheer en het |
bestuur van het "Fonds 2e pijler PSC 102.09" en kan alle maatregelen | bestuur van het "Fonds 2e pijler PSC 102.09" en kan alle maatregelen |
nemen die nodig zijn voor de goede werking ervan. | nemen die nodig zijn voor de goede werking ervan. |
Telkens wanneer de raad in rechte moet optreden wordt deze | Telkens wanneer de raad in rechte moet optreden wordt deze |
vertegenwoordigd door de voorzitter of de bestuurder die hiertoe wordt | vertegenwoordigd door de voorzitter of de bestuurder die hiertoe wordt |
aangeduid. | aangeduid. |
De raad van bestuur kan al zijn macht of een deel ervan overdragen aan | De raad van bestuur kan al zijn macht of een deel ervan overdragen aan |
één of meerdere van zijn leden of zelfs aan derden. | één of meerdere van zijn leden of zelfs aan derden. |
Art. 11.De bestuurders gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan |
Art. 11.De bestuurders gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan |
met betrekking tot de verbintenissen van het fonds. Hun | met betrekking tot de verbintenissen van het fonds. Hun |
verantwoordelijkheid is beperkt tot de uitoefening van het mandaat | verantwoordelijkheid is beperkt tot de uitoefening van het mandaat |
waarmee ze werden bekleed. | waarmee ze werden bekleed. |
Voor hun mandaat ontvangen ze geen verloning. | Voor hun mandaat ontvangen ze geen verloning. |
HOOFDSTUK V. - Financiële transfer | HOOFDSTUK V. - Financiële transfer |
Art. 12.De bijdragen voor de financiering van het sectorale |
Art. 12.De bijdragen voor de financiering van het sectorale |
pensioenstelsel worden alleen vastgelegd door de collectieve | pensioenstelsel worden alleen vastgelegd door de collectieve |
arbeidsovereenkomsten die worden gesloten binnen het Paritair | arbeidsovereenkomsten die worden gesloten binnen het Paritair |
Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen | Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen |
kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op | kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op |
het gehele grondgebied van het Rijk. | het gehele grondgebied van het Rijk. |
Art. 13.De raad van bestuur neemt beslissingen in verband met het |
Art. 13.De raad van bestuur neemt beslissingen in verband met het |
feit of de bijdragen zullen worden geïnd en ingevorderd door de | feit of de bijdragen zullen worden geïnd en ingevorderd door de |
Rijksdienst voor Sociale Zekerheid dan wel of deze rechtstreeks zullen | Rijksdienst voor Sociale Zekerheid dan wel of deze rechtstreeks zullen |
worden geïnd bij elke werkgever die onder de bevoegdheid van deze | worden geïnd bij elke werkgever die onder de bevoegdheid van deze |
collectieve arbeidsovereenkomst valt. De raad zal hierover enerzijds | collectieve arbeidsovereenkomst valt. De raad zal hierover enerzijds |
de werkgevers inlichten en anderzijds het pensioenorgaan, zodat deze | de werkgevers inlichten en anderzijds het pensioenorgaan, zodat deze |
ten gepasten tijde de administratieve beslissingen kunnen nemen. | ten gepasten tijde de administratieve beslissingen kunnen nemen. |
Art. 14.Zoals bepaald in artikel 7 van de wet van 7 januari 1958 |
Art. 14.Zoals bepaald in artikel 7 van de wet van 7 januari 1958 |
betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid is de manier waarop deze | betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid is de manier waarop deze |
bijdragen en de eventuele verhogingen van de bijdragen worden | bijdragen en de eventuele verhogingen van de bijdragen worden |
berekend, geïnd en ingevorderd alsook de verwijlinterest dezelfde die | berekend, geïnd en ingevorderd alsook de verwijlinterest dezelfde die |
van toepassing is inzake de bijdragen op het vlak van de sociale | van toepassing is inzake de bijdragen op het vlak van de sociale |
zekerheid. | zekerheid. |
Art. 15.Deze bijdragen worden gestort aan het pensioenorgaan dat |
Art. 15.Deze bijdragen worden gestort aan het pensioenorgaan dat |
belast is met het sectorale pensioenstelsel. De raad van bestuur kan | belast is met het sectorale pensioenstelsel. De raad van bestuur kan |
het pensioenorgaan mandateren, opdat dit deze bijdragen int hetzij | het pensioenorgaan mandateren, opdat dit deze bijdragen int hetzij |
rechtstreeks bij de werkgevers, hetzij rechtstreeks bij de Rijksdienst | rechtstreeks bij de werkgevers, hetzij rechtstreeks bij de Rijksdienst |
voor Sociale Zekerheid. | voor Sociale Zekerheid. |
Art. 16.De oefening gaat van start op 1 januari en eindigt op 31 |
Art. 16.De oefening gaat van start op 1 januari en eindigt op 31 |
december; de eerste oefening zal echter een periode van zestien | december; de eerste oefening zal echter een periode van zestien |
maanden omvatten die van start gaat op 1 september 2012 en eindigt op | maanden omvatten die van start gaat op 1 september 2012 en eindigt op |
31 december 2013. | 31 december 2013. |
Art. 17.Elk jaar moet het budget ten laatste in de loop van de maand |
Art. 17.Elk jaar moet het budget ten laatste in de loop van de maand |
maart ter goedkeuring worden voorgelegd aan het paritair comité. | maart ter goedkeuring worden voorgelegd aan het paritair comité. |
Art. 18.De rekeningen van het afgelopen boekjaar worden afgesloten op |
Art. 18.De rekeningen van het afgelopen boekjaar worden afgesloten op |
31 december. De raad van bestuur en de revisor of de boekhoudkundige | 31 december. De raad van bestuur en de revisor of de boekhoudkundige |
expert die met toepassing van artikel 12 van de wet van 7 januari 1958 | expert die met toepassing van artikel 12 van de wet van 7 januari 1958 |
betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid wordt aangeduid door het | betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid wordt aangeduid door het |
paritair subcomité, maken elk een schriftelijk jaarverslag op | paritair subcomité, maken elk een schriftelijk jaarverslag op |
betreffende de uitvoering van hun taak tijdens het afgelopen jaar. De | betreffende de uitvoering van hun taak tijdens het afgelopen jaar. De |
rekeningen en de jaarverslagen moeten ten laatste in de loop van de | rekeningen en de jaarverslagen moeten ten laatste in de loop van de |
maand juni ter beschikking worden voorgelegd aan het paritair | maand juni ter beschikking worden voorgelegd aan het paritair |
subcomité. | subcomité. |
HOOFDSTUK VI. - Ontbinding | HOOFDSTUK VI. - Ontbinding |
Art. 19.In geval van ontbinding van het "Fonds 2e pijler PSC 102.09", |
Art. 19.In geval van ontbinding van het "Fonds 2e pijler PSC 102.09", |
duidt het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet | duidt het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet |
uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven | uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven |
en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk de vereffenaars aan, | en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk de vereffenaars aan, |
bepaalt hun macht en bezoldiging en legt vast wat er precies moet | bepaalt hun macht en bezoldiging en legt vast wat er precies moet |
gebeuren met het vermogen van het "Fonds 2e pijler PSC 102.09". | gebeuren met het vermogen van het "Fonds 2e pijler PSC 102.09". |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 april | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 april |
2013. | 2013. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |