| Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende de arbeidsvoorwaarden in de grind- en zandexploitaties, de witzandexploitaties uitgezonderd | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende de arbeidsvoorwaarden in de grind- en zandexploitaties, de witzandexploitaties uitgezonderd |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 12 MEI 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 12 MEI 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
| verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2013, gesloten | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2013, gesloten |
| in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven | in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven |
| welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, | welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, |
| West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, | West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, |
| betreffende de arbeidsvoorwaarden in de grind- en zandexploitaties, de | betreffende de arbeidsvoorwaarden in de grind- en zandexploitaties, de |
| witzandexploitaties uitgezonderd (1) | witzandexploitaties uitgezonderd (1) |
| FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| 28; | 28; |
| Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der |
| grind- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de | grind- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de |
| provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en | provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en |
| Vlaams-Brabant; | Vlaams-Brabant; |
| Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2013, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2013, gesloten |
| in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven | in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven |
| welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, | welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, |
| West-Vlaan-deren, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, | West-Vlaan-deren, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, |
| betreffende de arbeidsvoorwaarden in de grind- en zandexploitaties, de | betreffende de arbeidsvoorwaarden in de grind- en zandexploitaties, de |
| witzandexploitaties uitgezonderd. | witzandexploitaties uitgezonderd. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
| dit besluit. | dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 12 mei 2014. | Gegeven te Brussel, 12 mei 2014. |
| FILIP | FILIP |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
| Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Bijlage | Bijlage |
| Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven welke in | Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven welke in |
| openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, | openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, |
| West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant | West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant |
| Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2013 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2013 |
| Arbeidsvoorwaarden in de grind- en zandexploitaties, de | Arbeidsvoorwaarden in de grind- en zandexploitaties, de |
| witzandexploitaties uitgezonderd (Overeenkomst geregistreerd op 13 | witzandexploitaties uitgezonderd (Overeenkomst geregistreerd op 13 |
| september 2013 onder het nummer 116942/CO/102.06) | september 2013 onder het nummer 116942/CO/102.06) |
| HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| de werkgevers en op de werklieden van de grind- en zandgroeven welke | de werkgevers en op de werklieden van de grind- en zandgroeven welke |
| in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, | in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, |
| West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, de | West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, de |
| witzandexploitaties uitgezonderd. | witzandexploitaties uitgezonderd. |
| Met "werklieden" worden : de arbeiders en arbeidsters bedoeld. | Met "werklieden" worden : de arbeiders en arbeidsters bedoeld. |
| HOOFDSTUK II. - Lonen | HOOFDSTUK II. - Lonen |
Art. 2.De minimum uurlonen van de werklieden worden op 1 april 2013 |
Art. 2.De minimum uurlonen van de werklieden worden op 1 april 2013 |
| op basis van een wekelijkse arbeidsduur van 40 uren als volgt | op basis van een wekelijkse arbeidsduur van 40 uren als volgt |
| vastgesteld : | vastgesteld : |
| EUR | EUR |
| - | - |
| EUR | EUR |
| Categorie I, handlangers | Categorie I, handlangers |
| 14,4581 | 14,4581 |
| Catégorie I, manoeuvres | Catégorie I, manoeuvres |
| 14,4581 | 14,4581 |
| Categorie IA, handlangers | Categorie IA, handlangers |
| 14,6400 | 14,6400 |
| Catégorie IA, manoeuvres | Catégorie IA, manoeuvres |
| 14,6400 | 14,6400 |
| Categorie II, geoefenden | Categorie II, geoefenden |
| 14,8235 | 14,8235 |
| Catégorie II, spécialisés | Catégorie II, spécialisés |
| 14,8235 | 14,8235 |
| Categorie III, vaklieden | Categorie III, vaklieden |
| 14,1864 | 14,1864 |
| Catégorie III, hommes de métier | Catégorie III, hommes de métier |
| 14,1864 | 14,1864 |
| Categorie IV, ploegbazen | Categorie IV, ploegbazen |
| 15,5532 | 15,5532 |
| Catégorie IV, chefs d'équipe | Catégorie IV, chefs d'équipe |
| 15,5535 | 15,5535 |
| HOOFDSTUK III. - Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de | HOOFDSTUK III. - Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de |
| consumptieprijzen | consumptieprijzen |
Art. 3.De in artikel 2 vastgestelde lonen worden gekoppeld aan het |
Art. 3.De in artikel 2 vastgestelde lonen worden gekoppeld aan het |
| indexcijfer van de consumptieprijzen, maandelijks vastgesteld door de | indexcijfer van de consumptieprijzen, maandelijks vastgesteld door de |
| Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en | Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en |
| bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. | bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. |
Art. 4.De in artikel 2 vastgestelde lonen stemmen overeen met het |
Art. 4.De in artikel 2 vastgestelde lonen stemmen overeen met het |
| indexcijfer 120,21. | indexcijfer 120,21. |
| Telkens wanneer het vorig indexcijfer met 2 pct. stijgt of daalt, | Telkens wanneer het vorig indexcijfer met 2 pct. stijgt of daalt, |
| worden de laatst uitbetaalde lonen met 2 pct. verhoogd of verlaagd. | worden de laatst uitbetaalde lonen met 2 pct. verhoogd of verlaagd. |
| De indexcijfers die een loonsverhoging tot gevolg hebben zijn als | De indexcijfers die een loonsverhoging tot gevolg hebben zijn als |
| volgt vastgesteld : | volgt vastgesteld : |
| 120,21 - 122,56 - etc | 120,21 - 122,56 - etc |
| De indexcijfers die een loonsverlaging tot gevolg hebben zijn als | De indexcijfers die een loonsverlaging tot gevolg hebben zijn als |
| volgt vastgesteld : | volgt vastgesteld : |
| De loonsverlaging die uit een daling van het indexcijfer voortvloeit | De loonsverlaging die uit een daling van het indexcijfer voortvloeit |
| wordt slechts toegepast, wanneer het indexcijfer daalt met een halve | wordt slechts toegepast, wanneer het indexcijfer daalt met een halve |
| schijf beneden de volgende waarde. | schijf beneden de volgende waarde. |
| 118,98 ... | 118,98 ... |
Art. 5.De loonswijzigingen voortvloeiend uit de toepassing van |
Art. 5.De loonswijzigingen voortvloeiend uit de toepassing van |
| artikel 4 gaan in de eerste dag van de maand volgend op die waarvan | artikel 4 gaan in de eerste dag van de maand volgend op die waarvan |
| het indexcijfer aanleiding geeft tot aanpassing van de lonen. | het indexcijfer aanleiding geeft tot aanpassing van de lonen. |
| HOOFDSTUK IV. - Ploegenpremie | HOOFDSTUK IV. - Ploegenpremie |
Art. 6.Er wordt vanaf 1 januari 1993, in de ondernemingen waar men in |
Art. 6.Er wordt vanaf 1 januari 1993, in de ondernemingen waar men in |
| ploegen werkt, een ploegenpremie toegekend berekend op het minimum | ploegen werkt, een ploegenpremie toegekend berekend op het minimum |
| uurloon van categorie 1 van : | uurloon van categorie 1 van : |
| 4 pct. voor de morgenploeg; | 4 pct. voor de morgenploeg; |
| 5,5 pct. voor de namiddagploeg; | 5,5 pct. voor de namiddagploeg; |
| 10 pct. voor de nachtploeg. | 10 pct. voor de nachtploeg. |
| Alleen het werk dat niet aanvangt tussen 7 uur en 9 uur geldt als | Alleen het werk dat niet aanvangt tussen 7 uur en 9 uur geldt als |
| ploegwerk, tenzij een andere arbeidsregeling ingevolge bepaalde | ploegwerk, tenzij een andere arbeidsregeling ingevolge bepaalde |
| omstandigheden wordt toegepast op verzoek van de werklieden. Indien de | omstandigheden wordt toegepast op verzoek van de werklieden. Indien de |
| arbeidsprestaties vóór 7 uur aanvangen en aanleiding geven tot | arbeidsprestaties vóór 7 uur aanvangen en aanleiding geven tot |
| betaling van een supplement voor overwerk is er evenmin aanleiding tot | betaling van een supplement voor overwerk is er evenmin aanleiding tot |
| betaling van de ploegenpremie. | betaling van de ploegenpremie. |
| HOOFDSTUK V. - Zaterdagwerk | HOOFDSTUK V. - Zaterdagwerk |
Art. 7.Voor het werk op zaterdag ontvangen de werklieden een |
Art. 7.Voor het werk op zaterdag ontvangen de werklieden een |
| bijkomende premie die gelijk is aan een derde van het basisuurloon per | bijkomende premie die gelijk is aan een derde van het basisuurloon per |
| uur prestatie. | uur prestatie. |
| HOOFDSTUK VI. - Eindejaarspremie | HOOFDSTUK VI. - Eindejaarspremie |
Art. 8.Uiterlijk op 25 december van het lopende jaar wordt een |
Art. 8.Uiterlijk op 25 december van het lopende jaar wordt een |
| eindejaarspremie uitbetaald volgens de volgende modaliteiten : | eindejaarspremie uitbetaald volgens de volgende modaliteiten : |
| a) de referteperiode loopt van 1 december van het voorgaand jaar tot | a) de referteperiode loopt van 1 december van het voorgaand jaar tot |
| 30 november van het lopende jaar; | 30 november van het lopende jaar; |
| b) elke gewerkte en/of begonnen maand tijdens de referteperiode geeft | b) elke gewerkte en/of begonnen maand tijdens de referteperiode geeft |
| recht op 1/12de van een maandloon. Iemand die de hele referteperiode | recht op 1/12de van een maandloon. Iemand die de hele referteperiode |
| in dienst was heeft dus recht op een maand loon. Het in aanmerking | in dienst was heeft dus recht op een maand loon. Het in aanmerking |
| genomen loon is dat van december van het lopende jaar; | genomen loon is dat van december van het lopende jaar; |
| c) bij overlijden van de werklieden wordt de proportionele | c) bij overlijden van de werklieden wordt de proportionele |
| eindejaarspremie uitbetaald aan de rechtverkrijgenden; | eindejaarspremie uitbetaald aan de rechtverkrijgenden; |
| d) indien de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd tijdens de | d) indien de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd tijdens de |
| referteperiode, wordt de verschuldigde proportionele eindejaarspremie | referteperiode, wordt de verschuldigde proportionele eindejaarspremie |
| betaald samen met de eindafrekening; | betaald samen met de eindafrekening; |
| e) in geval van langdurige ziekte : | e) in geval van langdurige ziekte : |
| - indien de werknemer meer dan 75 dagen effectief gewerkt heeft, heeft | - indien de werknemer meer dan 75 dagen effectief gewerkt heeft, heeft |
| hij recht op de volledige eindejaarspremie; | hij recht op de volledige eindejaarspremie; |
| - indien hij minder dan 75 dagen effectief gewerkt heeft, ontvangt hij | - indien hij minder dan 75 dagen effectief gewerkt heeft, ontvangt hij |
| 1/12de per effectief begonnen maand. | 1/12de per effectief begonnen maand. |
Art. 9.Eventuele klachten betreffende de toepassing van artikel 8 |
Art. 9.Eventuele klachten betreffende de toepassing van artikel 8 |
| kunnen op verzoek van de betrokken partijen voorgelegd worden aan het | kunnen op verzoek van de betrokken partijen voorgelegd worden aan het |
| bevoegd paritair comité, dat als verzoeningscomité zetelt. | bevoegd paritair comité, dat als verzoeningscomité zetelt. |
| HOOFDSTUK VII. - Anciënniteitsverlof | HOOFDSTUK VII. - Anciënniteitsverlof |
Art. 10.Aan alle werklieden die tien jaar anciënniteit hebben in een |
Art. 10.Aan alle werklieden die tien jaar anciënniteit hebben in een |
| of meerdere ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité | of meerdere ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité |
| voor het bedrijf der grind- en zandgroeven die in openlucht | voor het bedrijf der grind- en zandgroeven die in openlucht |
| geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, | geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, |
| Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, zal één dag | Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, zal één dag |
| anciënniteitsverlof toegekend worden. | anciënniteitsverlof toegekend worden. |
| Voor de betrokkenen die 15 jaar anciënniteit hebben wordt dit twee | Voor de betrokkenen die 15 jaar anciënniteit hebben wordt dit twee |
| dagen. | dagen. |
| Voor de betrokkenen die 20 jaar anciënniteit hebben wordt dit drie | Voor de betrokkenen die 20 jaar anciënniteit hebben wordt dit drie |
| dagen. | dagen. |
| Voor de betrokkenen die 25 anciënniteit hebben wordt dit vier dagen. | Voor de betrokkenen die 25 anciënniteit hebben wordt dit vier dagen. |
| Voor de betrokkenen die 30 jaar anciënniteit hebben wordt dit vijf | Voor de betrokkenen die 30 jaar anciënniteit hebben wordt dit vijf |
| dagen. | dagen. |
| Voor de betrokkenen die 35 jaar anciënniteit hebben wordt dit zes | Voor de betrokkenen die 35 jaar anciënniteit hebben wordt dit zes |
| dagen. | dagen. |
| HOOFDSTUK VIII. - Dienstjarenpremie | HOOFDSTUK VIII. - Dienstjarenpremie |
Art. 11.De werklieden die in de loop van het dienstjaar vijf jaren |
Art. 11.De werklieden die in de loop van het dienstjaar vijf jaren |
| dienst tellen, hebben recht op een dienstjarenpremie van 43,92 EUR. | dienst tellen, hebben recht op een dienstjarenpremie van 43,92 EUR. |
| Dit bedrag wordt vanaf het zesde dienstjaar verhoogd met 8,79 EUR per | Dit bedrag wordt vanaf het zesde dienstjaar verhoogd met 8,79 EUR per |
| bijkomend dienstjaar, inclusief interim periode, zo deze op een | bijkomend dienstjaar, inclusief interim periode, zo deze op een |
| ononderbroken periode slaat. | ononderbroken periode slaat. |
| De arbeider die in de loop van het kalenderjaar om eender welke reden | De arbeider die in de loop van het kalenderjaar om eender welke reden |
| uit dienst treedt, heeft per gepresteerde maand recht op 1/12de van de | uit dienst treedt, heeft per gepresteerde maand recht op 1/12de van de |
| dienstjarenpremie. | dienstjarenpremie. |
| Wat de arbeiders betreft die tijdens de eerste helft van het | Wat de arbeiders betreft die tijdens de eerste helft van het |
| dienstjaar uit dienst zijn getreden geeft bovenstaande regeling | dienstjaar uit dienst zijn getreden geeft bovenstaande regeling |
| onmiddellijk aanleiding tot uitbetaling. | onmiddellijk aanleiding tot uitbetaling. |
| De betaling van deze dienstjarenpremie geschiedt samen met de | De betaling van deze dienstjarenpremie geschiedt samen met de |
| afrekening van het loon voor de maand juli van het lopende dienstjaar. | afrekening van het loon voor de maand juli van het lopende dienstjaar. |
| HOOFDSTUK IX. - Vakbondspremie | HOOFDSTUK IX. - Vakbondspremie |
Art. 12.De werklieden, die de hierna vastgestelde voorwaarden |
Art. 12.De werklieden, die de hierna vastgestelde voorwaarden |
| vervullen, ontvangen vanaf de betaling in 2009 een vakbondspremie van | vervullen, ontvangen vanaf de betaling in 2009 een vakbondspremie van |
| 135 EUR per jaar. | 135 EUR per jaar. |
| De werklieden die genieten van een stelsel van werkloosheid met | De werklieden die genieten van een stelsel van werkloosheid met |
| bedrijfstoeslag, die de hierna vastgestelde voorwaarden vervullen, | bedrijfstoeslag, die de hierna vastgestelde voorwaarden vervullen, |
| ontvangen vanaf de betalingen 2009, een vakbondspremie van 87 EUR per | ontvangen vanaf de betalingen 2009, een vakbondspremie van 87 EUR per |
| jaar. | jaar. |
| Het is een engagement van de partijen om een automatische aanpassing | Het is een engagement van de partijen om een automatische aanpassing |
| naar omhoog van de vakbondspremie indien het door de wetgever | naar omhoog van de vakbondspremie indien het door de wetgever |
| toegelaten wordt. | toegelaten wordt. |
| Hebben recht op de vakbondspremie, de werklieden die gedurende het | Hebben recht op de vakbondspremie, de werklieden die gedurende het |
| betrokken jaar ingeschreven zijn geweest in het personeelsregister van | betrokken jaar ingeschreven zijn geweest in het personeelsregister van |
| een in artikel 1 bedoelde onderneming, evenals de genieters van het | een in artikel 1 bedoelde onderneming, evenals de genieters van het |
| stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, en die tezelfdertijd lid | stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, en die tezelfdertijd lid |
| zijn geweest van een van de interprofessionele werknemersorganisaties, | zijn geweest van een van de interprofessionele werknemersorganisaties, |
| die op nationaal vlak verbonden zijn. | die op nationaal vlak verbonden zijn. |
| De rechthebbenden die aan deze voorwaarden niet voldoen gedurende het | De rechthebbenden die aan deze voorwaarden niet voldoen gedurende het |
| gehele jaar, ontvangen één twaalfde van de vakbondspremie per maand | gehele jaar, ontvangen één twaalfde van de vakbondspremie per maand |
| tijdens dewelke zij voldoen aan voornoemde voorwaarden. | tijdens dewelke zij voldoen aan voornoemde voorwaarden. |
Art. 13.De werkgevers overhandigen aan de rechthebbenden een kaart in |
Art. 13.De werkgevers overhandigen aan de rechthebbenden een kaart in |
| drievoud waarop zij vermelden : | drievoud waarop zij vermelden : |
| a) de naam en het adres van de onderneming; | a) de naam en het adres van de onderneming; |
| b) de naam en het adres van de betrokken rechthebbende; | b) de naam en het adres van de betrokken rechthebbende; |
| c) het aantal in aanmerking te nemen maanden gedurende het jaar. | c) het aantal in aanmerking te nemen maanden gedurende het jaar. |
| Tezelfdertijd stort de werkgever een bedrag gelijk aan de in artikel | Tezelfdertijd stort de werkgever een bedrag gelijk aan de in artikel |
| 12, vastgestelde premie per in het personeelsregister ingeschreven | 12, vastgestelde premie per in het personeelsregister ingeschreven |
| werkman en per genieter van het stelsel van werkloosheid met | werkman en per genieter van het stelsel van werkloosheid met |
| bedrijfstoeslag aan het "Sociaal Fonds voor de grind- en zandgroeven" | bedrijfstoeslag aan het "Sociaal Fonds voor de grind- en zandgroeven" |
| (rekening nr. 001-1862473-52), Mgr. Broekxplein 6, te 3500 Hasselt. | (rekening nr. 001-1862473-52), Mgr. Broekxplein 6, te 3500 Hasselt. |
| De rechthebbenden overhandigen hun kaart aan hun vakbond. | De rechthebbenden overhandigen hun kaart aan hun vakbond. |
| De vakbond vermeldt op de hem overhandigde kaarten de duur van het | De vakbond vermeldt op de hem overhandigde kaarten de duur van het |
| lidmaatschap van het betrokken lid bij de vakbond gedurende het | lidmaatschap van het betrokken lid bij de vakbond gedurende het |
| dienstjaar en betaalt de premie aan de rechthebbende. | dienstjaar en betaalt de premie aan de rechthebbende. |
| De vakbond zendt de ingevulde kaarten aan het "Sociaal Fonds voor de | De vakbond zendt de ingevulde kaarten aan het "Sociaal Fonds voor de |
| grind- en zandgroeven". | grind- en zandgroeven". |
| Na ontvangst van de kaarten maakt het "Sociaal Fonds voor de grind- en | Na ontvangst van de kaarten maakt het "Sociaal Fonds voor de grind- en |
| zandgroeven" aan de vakorganisaties de afrekening van de te storten | zandgroeven" aan de vakorganisaties de afrekening van de te storten |
| bedragen. | bedragen. |
| HOOFDSTUK X. - Bestaanszekerheid | HOOFDSTUK X. - Bestaanszekerheid |
Art. 14.Vanaf 1 mei 2011, hebben de werklieden recht op een |
Art. 14.Vanaf 1 mei 2011, hebben de werklieden recht op een |
| bestaanszekerheidsuitkering van 15,81EUR per dag wanneer ze door de | bestaanszekerheidsuitkering van 15,81EUR per dag wanneer ze door de |
| werkgever tijdelijk werkloos worden gesteld. | werkgever tijdelijk werkloos worden gesteld. |
| In geval van werkloosheid wegens slecht weer, wordt voormeld bedrag | In geval van werkloosheid wegens slecht weer, wordt voormeld bedrag |
| verhoogd met 18,56 EUR per dag. | verhoogd met 18,56 EUR per dag. |
| Vanaf 1 juli 2013, hebben de werklieden recht op een | Vanaf 1 juli 2013, hebben de werklieden recht op een |
| bestaanszekerheidsuitkering van 16,76 EUR per dag (geïndexeerd) | bestaanszekerheidsuitkering van 16,76 EUR per dag (geïndexeerd) |
| wanneer ze door de werkgever tijdelijk werkloos worden gesteld. | wanneer ze door de werkgever tijdelijk werkloos worden gesteld. |
| Vanaf 1 juli 2013, in geval van werkloosheid wegens slecht weer, wordt | Vanaf 1 juli 2013, in geval van werkloosheid wegens slecht weer, wordt |
| voormeld bedrag (geïndexeerd) verhoogd met 19,67 EUR per dag. | voormeld bedrag (geïndexeerd) verhoogd met 19,67 EUR per dag. |
| De betaling van de bestaanszekerheidsuitkering gebeurt op de normale | De betaling van de bestaanszekerheidsuitkering gebeurt op de normale |
| dagen van de loonbetaling. | dagen van de loonbetaling. |
Art. 15.In geval van tijdelijke werkloosheid zal de invoering van een |
Art. 15.In geval van tijdelijke werkloosheid zal de invoering van een |
| beurtregeling besproken worden op het vlak van de onderneming. | beurtregeling besproken worden op het vlak van de onderneming. |
| HOOFDSTUK XI. - Werkzekerheid binnen de sector | HOOFDSTUK XI. - Werkzekerheid binnen de sector |
Art. 16.Ingeval tot ontslag om economische reden moet worden |
Art. 16.Ingeval tot ontslag om economische reden moet worden |
| overgegaan zal voorafgaandelijk op bedrijfsvlak met de | overgegaan zal voorafgaandelijk op bedrijfsvlak met de |
| vakbondsafvaardigingen worden onderhandeld. | vakbondsafvaardigingen worden onderhandeld. |
| Zo deze procedure wordt toegepast, wordt uiteindelijk de beslissing | Zo deze procedure wordt toegepast, wordt uiteindelijk de beslissing |
| van de werkgever als geldig aanvaard. | van de werkgever als geldig aanvaard. |
| Zo deze procedure niet wordt toegepast, wordt het verzoeningscomité | Zo deze procedure niet wordt toegepast, wordt het verzoeningscomité |
| van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven | van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven |
| welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, | welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, |
| West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant | West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant |
| samengeroepen. Bij het in gebreke stellen van de werkgever wordt als | samengeroepen. Bij het in gebreke stellen van de werkgever wordt als |
| sanctie een mogelijke verdubbeling van de opzegperiode vooropgesteld. | sanctie een mogelijke verdubbeling van de opzegperiode vooropgesteld. |
| HOOFDSTUK XII. - Vervoerskosten | HOOFDSTUK XII. - Vervoerskosten |
Art. 17.Onverminderd de toepassing van de collectieve |
Art. 17.Onverminderd de toepassing van de collectieve |
| arbeidsovereenkomst nr. 19octies van 20 februari 2009, gesloten in de | arbeidsovereenkomst nr. 19octies van 20 februari 2009, gesloten in de |
| Nationale Arbeidsraad, ter vervanging van de collectieve | Nationale Arbeidsraad, ter vervanging van de collectieve |
| arbeidsovereenkomst nr. 19ter van 5 maart 1991, gesloten in de | arbeidsovereenkomst nr. 19ter van 5 maart 1991, gesloten in de |
| Nationale Arbeidsraad, tot vervanging van de collectieve | Nationale Arbeidsraad, tot vervanging van de collectieve |
| arbeidsovereenkomst nr. 19 betreffende de financiële bijdrage van de | arbeidsovereenkomst nr. 19 betreffende de financiële bijdrage van de |
| werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers, algemeen | werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers, algemeen |
| verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 21 mei 1991, ontvangen | verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 21 mei 1991, ontvangen |
| de werklieden, vanaf 1 mei 2009, ongeacht het vervoermiddel dat zij | de werklieden, vanaf 1 mei 2009, ongeacht het vervoermiddel dat zij |
| gebruiken, een bedrag gelijk aan minstens 110 pct. van de prijs van de | gebruiken, een bedrag gelijk aan minstens 110 pct. van de prijs van de |
| treinkaart geldend als trajectkaart (één maand/tweede klasse) voor de | treinkaart geldend als trajectkaart (één maand/tweede klasse) voor de |
| afstand langs de weg tussen de woonplaats en de werkplaats, zoals | afstand langs de weg tussen de woonplaats en de werkplaats, zoals |
| gepubliceerd in de officiële verzameling van de tarieven van de | gepubliceerd in de officiële verzameling van de tarieven van de |
| Maatschappij der Belgische Spoorwegen. | Maatschappij der Belgische Spoorwegen. |
| De terugbetaling heeft minstens maandelijks plaats. | De terugbetaling heeft minstens maandelijks plaats. |
| HOOFDSTUK XIII. - Carenzdag | HOOFDSTUK XIII. - Carenzdag |
Art. 18.Vanaf 2001 wordt de carenzdag betaald. |
Art. 18.Vanaf 2001 wordt de carenzdag betaald. |
| HOOFDSTUK XIV. - Kernactiviteit in onderaanneming | HOOFDSTUK XIV. - Kernactiviteit in onderaanneming |
Art. 19.De kernactiviteit moet bij voorkeur uitgeoefend worden door |
Art. 19.De kernactiviteit moet bij voorkeur uitgeoefend worden door |
| personeel eigen aan het bedrijf. | personeel eigen aan het bedrijf. |
| Zo de noodzaak zich voordoet derden in te schakelen, wordt dit | Zo de noodzaak zich voordoet derden in te schakelen, wordt dit |
| voorafgaandelijk en gemotiveerd gemeld aan de vakbondsafvaardigingen, | voorafgaandelijk en gemotiveerd gemeld aan de vakbondsafvaardigingen, |
| of bij ontstentenis, aan de ondertekenende vakorganisaties. | of bij ontstentenis, aan de ondertekenende vakorganisaties. |
| HOOFDSTUK XV. - Maaltijdcheques | HOOFDSTUK XV. - Maaltijdcheques |
Art. 20.Vanaf 2010, worden er maaltijdcheques toegekend aan de |
Art. 20.Vanaf 2010, worden er maaltijdcheques toegekend aan de |
| werknemers. | werknemers. |
| Vanaf 1 januari 2012 is de nominale waarde van de maaltijdcheques op 6 | Vanaf 1 januari 2012 is de nominale waarde van de maaltijdcheques op 6 |
| EUR/dag gebracht waarvan 1,09 EUR/dag ten laste is van de werknemer. | EUR/dag gebracht waarvan 1,09 EUR/dag ten laste is van de werknemer. |
| Met ingang op 1 juli 2013 zal de nominale waarde van de | Met ingang op 1 juli 2013 zal de nominale waarde van de |
| maaltijdcheques op 6,24 EUR/dag gebracht worden (indexaties bedrag 6 | maaltijdcheques op 6,24 EUR/dag gebracht worden (indexaties bedrag 6 |
| EUR collectieve arbeidsovereenkomst 2011-2012) waarvan 1,09 EUR/dag | EUR collectieve arbeidsovereenkomst 2011-2012) waarvan 1,09 EUR/dag |
| ten laste is van de werknemer. | ten laste is van de werknemer. |
| Het aantal maaltijdcheques wordt berekend volgens de alternatieve | Het aantal maaltijdcheques wordt berekend volgens de alternatieve |
| berekening bepaald in artikel 19bis van het koninklijk besluit van 28 | berekening bepaald in artikel 19bis van het koninklijk besluit van 28 |
| november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot | november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot |
| herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de | herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de |
| maatschappelijke zekerheid der arbeiders (Belgisch Staatsblad van 5 | maatschappelijke zekerheid der arbeiders (Belgisch Staatsblad van 5 |
| december 1969), zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 13 | december 1969), zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 13 |
| februari 2009 (Belgisch Staatsblad van 12 maart 2009) en het | februari 2009 (Belgisch Staatsblad van 12 maart 2009) en het |
| koninklijk besluit van 12 oktober 2010 (Belgisch Staatsblad van 23 | koninklijk besluit van 12 oktober 2010 (Belgisch Staatsblad van 23 |
| november 2010). | november 2010). |
| HOOFDSTUK XVI. - Veiligheidsvoorschriften | HOOFDSTUK XVI. - Veiligheidsvoorschriften |
Art. 21.In een werkgroep van het paritair subcomité, zal een |
Art. 21.In een werkgroep van het paritair subcomité, zal een |
| aanbeveling worden uitgewerkt omtrent specifieke | aanbeveling worden uitgewerkt omtrent specifieke |
| veiligheidsvoorschriften, in het bijzonder voor werknemers die alleen | veiligheidsvoorschriften, in het bijzonder voor werknemers die alleen |
| tewerkgesteld worden op de arbeidsplaats. Voor 31 december 2013 zal de | tewerkgesteld worden op de arbeidsplaats. Voor 31 december 2013 zal de |
| werkgroep verslag uitbrengen aan het paritair subcomité. | werkgroep verslag uitbrengen aan het paritair subcomité. |
| HOOFDSTUK XVII. - Oprichting van een tweede pijler | HOOFDSTUK XVII. - Oprichting van een tweede pijler |
Art. 22.Er wordt een sociaal sectorale tweede pijler opgericht. |
Art. 22.Er wordt een sociaal sectorale tweede pijler opgericht. |
| Er wordt een sectoraal minimum basis vastgesteld : | Er wordt een sectoraal minimum basis vastgesteld : |
| - voor 2013 : 100 EUR + 25 EUR van het "Sociaal Fonds voor de grind- | - voor 2013 : 100 EUR + 25 EUR van het "Sociaal Fonds voor de grind- |
| en zandgroeven"; | en zandgroeven"; |
| - voor 2014 : 200 EUR + 50 EUR van het "Sociaal Fonds voor de grind- | - voor 2014 : 200 EUR + 50 EUR van het "Sociaal Fonds voor de grind- |
| en zandgroeven". | en zandgroeven". |
| De administratiekosten worden opgenomen door het "Sociaal Fonds voor | De administratiekosten worden opgenomen door het "Sociaal Fonds voor |
| de grind- en zandgroeven". | de grind- en zandgroeven". |
| Daarentegen zal het "Sociaal fonds voor de grind- en zandgroeven" het | Daarentegen zal het "Sociaal fonds voor de grind- en zandgroeven" het |
| beheer van het solidariteitsluik op zich nemen. | beheer van het solidariteitsluik op zich nemen. |
| HOOFDSTUK XVIII. - Geldigheid | HOOFDSTUK XVIII. - Geldigheid |
Art. 23.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
Art. 23.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
| ingang van 1 januari 2013 en treedt buiten werking op 31 december | ingang van 1 januari 2013 en treedt buiten werking op 31 december |
| 2014. | 2014. |
| Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 mei | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 mei |
| 2014. | 2014. |
| De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
| Mevr. M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |