Koninklijk besluit betreffende de toekenning van individuele vergunningen voor de bouw van installaties voor de productie van elektriciteit | Koninklijk besluit betreffende de toekenning van individuele vergunningen voor de bouw van installaties voor de productie van elektriciteit |
---|---|
MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN | MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN |
11 OKTOBER 2000. - Koninklijk besluit betreffende de toekenning van | 11 OKTOBER 2000. - Koninklijk besluit betreffende de toekenning van |
individuele vergunningen voor de bouw van installaties voor de | individuele vergunningen voor de bouw van installaties voor de |
productie van elektriciteit | productie van elektriciteit |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de | Gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de |
elektriciteitsmarkt, inzonderheid op de artikelen 4 en 30, § 2; | elektriciteitsmarkt, inzonderheid op de artikelen 4 en 30, § 2; |
Gelet op het advies van de Commissie voor de Regulering van de | Gelet op het advies van de Commissie voor de Regulering van de |
Elektriciteit en het Gas, gegeven op 23 maart 2000; | Elektriciteit en het Gas, gegeven op 23 maart 2000; |
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven 1 | Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven 1 |
september 2000; | september 2000; |
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven 28 | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven 28 |
september 2000; | september 2000; |
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de | Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de |
omstandigheid dat voornoemde wet van 29 april 1999 de omzetting in | omstandigheid dat voornoemde wet van 29 april 1999 de omzetting in |
Belgisch recht beoogt van de bepalingen van richtlijn 96/92/EG van het | Belgisch recht beoogt van de bepalingen van richtlijn 96/92/EG van het |
Europees Parlement en de Raad van 19 december 1996 betreffende | Europees Parlement en de Raad van 19 december 1996 betreffende |
gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit; | gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit; |
dat de termijn voor de omzetting verstreken is op 19 februari 2000; | dat de termijn voor de omzetting verstreken is op 19 februari 2000; |
dat, aangezien het hier gaat over de bouw van nieuwe installaties voor | dat, aangezien het hier gaat over de bouw van nieuwe installaties voor |
elektriciteitsproductie, deze moet onderworpen worden aan het | elektriciteitsproductie, deze moet onderworpen worden aan het |
vergunningsstelsel voorzien door artikel 4 van voornoemde wet van 29 | vergunningsstelsel voorzien door artikel 4 van voornoemde wet van 29 |
april 1999; dat het hiertoe nodig is dat de procedure en de | april 1999; dat het hiertoe nodig is dat de procedure en de |
toekenningscriteria vooraf worden bepaald; dat dit koninklijk besluit | toekenningscriteria vooraf worden bepaald; dat dit koninklijk besluit |
dus zo spoedig mogelijk moet genomen worden; | dus zo spoedig mogelijk moet genomen worden; |
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 11 juli 2000, | Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 11 juli 2000, |
met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde | met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde |
wetten op de Raad van State; | wetten op de Raad van State; |
Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van | Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van |
Mobiliteit en Vervoer en van Onze Staatssecretaris voor Energie, | Mobiliteit en Vervoer en van Onze Staatssecretaris voor Energie, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
HOOFDSTUK I. - Definities en toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Definities en toepassingsgebied |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
1° "wet" : de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de | 1° "wet" : de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de |
elektriciteitsmarkt; | elektriciteitsmarkt; |
2° "richtlijn 96/92" : de richtlijn 96/92/EG van het Europees | 2° "richtlijn 96/92" : de richtlijn 96/92/EG van het Europees |
Parlement en de Raad van 19 december 1996 betreffende | Parlement en de Raad van 19 december 1996 betreffende |
gemeenschap-pelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit; | gemeenschap-pelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit; |
3° "commissie" : de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit | 3° "commissie" : de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit |
en het Gas opgericht bij artikel 23 van de wet en bij artikel 15 van | en het Gas opgericht bij artikel 23 van de wet en bij artikel 15 van |
de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de gasmarkt en | de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de gasmarkt en |
het fiscaal statuut van de elektriciteitsproducenten; | het fiscaal statuut van de elektriciteitsproducenten; |
4° "installatie" : elke installatie of geheel van installaties met | 4° "installatie" : elke installatie of geheel van installaties met |
laag vermogen die zich op dezelfde site bevinden en bestemd zijn voor | laag vermogen die zich op dezelfde site bevinden en bestemd zijn voor |
elektriciteitsproductie, in de betekenis van artikel 4, § 1, van de | elektriciteitsproductie, in de betekenis van artikel 4, § 1, van de |
wet, met inbegrip van de installaties van zelfopwekkers en de | wet, met inbegrip van de installaties van zelfopwekkers en de |
warmtekrachtkoppelingsinstallaties in de betekenis van artikel 2, 2° | warmtekrachtkoppelingsinstallaties in de betekenis van artikel 2, 2° |
en 3°, van de wet; | en 3°, van de wet; |
5° "bestaande installatie" : elke installatie waarvoor de wettelijk | 5° "bestaande installatie" : elke installatie waarvoor de wettelijk |
vereiste bouw- en milieuvergunningen reeds werden verleend en voor de | vereiste bouw- en milieuvergunningen reeds werden verleend en voor de |
bouw waarvan reeds contracten met één of meerdere aannemers van werken | bouw waarvan reeds contracten met één of meerdere aannemers van werken |
werden ondertekend vóór de inwerkingtreding van dit besluit; | werden ondertekend vóór de inwerkingtreding van dit besluit; |
6° "nieuwe installatie" : elke installatie die geen bestaande | 6° "nieuwe installatie" : elke installatie die geen bestaande |
installatie is; | installatie is; |
7° "netto ontwikkelbaar vermogen" : het maximaal vermogen betreffende | 7° "netto ontwikkelbaar vermogen" : het maximaal vermogen betreffende |
het enig actief vermogen dat doorlopend geproduceerd wordt gedurende | het enig actief vermogen dat doorlopend geproduceerd wordt gedurende |
een periode van verlengde werking, met dien verstande dat de gehele | een periode van verlengde werking, met dien verstande dat de gehele |
installatie verondersteld wordt volledig in werking te zijn en dat | installatie verondersteld wordt volledig in werking te zijn en dat |
rekening wordt gehouden met de gemiddelde klimaatomstandigheden van de | rekening wordt gehouden met de gemiddelde klimaatomstandigheden van de |
site; | site; |
8° "minister" : de federale minister tot wiens bevoegdheid de Energie | 8° "minister" : de federale minister tot wiens bevoegdheid de Energie |
behoort. | behoort. |
Art. 2.§ 1. De voorafgaande toekenning van een individuele vergunning |
Art. 2.§ 1. De voorafgaande toekenning van een individuele vergunning |
bedoeld bij artikel 4, § 1 van de wet, is vereist voor verbouwingen of | bedoeld bij artikel 4, § 1 van de wet, is vereist voor verbouwingen of |
andere aanpassingen van bestaande installaties waarvoor geen door de | andere aanpassingen van bestaande installaties waarvoor geen door de |
wet bedoelde individuele vergunning bestaat, indien deze aanpassingen | wet bedoelde individuele vergunning bestaat, indien deze aanpassingen |
of verbouwingen aanleiding geven tot een elektriciteitstoename met | of verbouwingen aanleiding geven tot een elektriciteitstoename met |
meer dan tien percent van het netto ontwikkelbaar vermogen van de | meer dan tien percent van het netto ontwikkelbaar vermogen van de |
installatie of met meer dan 25 elektrische megawatt van het netto | installatie of met meer dan 25 elektrische megawatt van het netto |
ontwikkelbaar vermogen van de installatie. | ontwikkelbaar vermogen van de installatie. |
De waarde van elke toename lager dan of gelijk aan deze grens en de | De waarde van elke toename lager dan of gelijk aan deze grens en de |
technische eigenschappen van de toename van het netto ontwikkelbaar | technische eigenschappen van de toename van het netto ontwikkelbaar |
vermogen moeten echter voorafgaandelijk gemeld worden aan de commissie | vermogen moeten echter voorafgaandelijk gemeld worden aan de commissie |
en aan de minister of zijn afgevaardigde. | en aan de minister of zijn afgevaardigde. |
§ 2. De bouw van nieuwe installaties is vrijgesteld van de | § 2. De bouw van nieuwe installaties is vrijgesteld van de |
voorafgaande individuele vergunning bedoeld bij artikel 4, § 1 van de | voorafgaande individuele vergunning bedoeld bij artikel 4, § 1 van de |
wet, wanneer het netto ontwikkelbaar vermogen van de installatie lager | wet, wanneer het netto ontwikkelbaar vermogen van de installatie lager |
is dan of gelijk is aan 25 elektrische megawatt. | is dan of gelijk is aan 25 elektrische megawatt. |
Het netto ontwikkelbaar vermogen en de lokalisatie van de installatie | Het netto ontwikkelbaar vermogen en de lokalisatie van de installatie |
worden voorafgaandelijk gemeld aan de commissie en aan de minister of | worden voorafgaandelijk gemeld aan de commissie en aan de minister of |
zijn afgevaardigde. | zijn afgevaardigde. |
Bovendien bezorgt de uitbater van een installatie met een laag | Bovendien bezorgt de uitbater van een installatie met een laag |
vermogen die met toepassing van het eerste lid van de vergunning is | vermogen die met toepassing van het eerste lid van de vergunning is |
vrijgesteld, jaarlijks aan de minister of zijn afgevaardigde de nodige | vrijgesteld, jaarlijks aan de minister of zijn afgevaardigde de nodige |
gegevens om België toe te laten te voldoen aan zijn verplichtingen | gegevens om België toe te laten te voldoen aan zijn verplichtingen |
inzake het meedelen van informatie aan de Europese Commissie, die | inzake het meedelen van informatie aan de Europese Commissie, die |
voortvloeien uit de richtlijnen betreffende de organisatie of de | voortvloeien uit de richtlijnen betreffende de organisatie of de |
werking van de elektriciteitsmarkt. | werking van de elektriciteitsmarkt. |
HOOFDSTUK II. - Toekenningscriteria | HOOFDSTUK II. - Toekenningscriteria |
Art. 3.De criteria voor de toekenning van individuele vergunningen |
Art. 3.De criteria voor de toekenning van individuele vergunningen |
bedoeld bij artikel 4, § 1 van de wet zijn de volgende : | bedoeld bij artikel 4, § 1 van de wet zijn de volgende : |
1° de argumentatie van de aanvrager met betrekking tot de integratie | 1° de argumentatie van de aanvrager met betrekking tot de integratie |
van de installatie in het elektriciteitsnet, om te bewijzen dat deze | van de installatie in het elektriciteitsnet, om te bewijzen dat deze |
installatie bijdraagt tot het respecteren van de openbare | installatie bijdraagt tot het respecteren van de openbare |
dienstverplichtingen op het vlak van kwaliteit en regelmatigheid van | dienstverplichtingen op het vlak van kwaliteit en regelmatigheid van |
de elektriciteitsleveringen en tot het respecteren van de richtsnoeren | de elektriciteitsleveringen en tot het respecteren van de richtsnoeren |
inzake de keuze van primaire bronnen en de aan te bevelen | inzake de keuze van primaire bronnen en de aan te bevelen |
productiekanalen, bepaald in toepassing van artikel 3, § 2 van de wet. | productiekanalen, bepaald in toepassing van artikel 3, § 2 van de wet. |
2° de conformiteit van de installatie met het technisch reglement | 2° de conformiteit van de installatie met het technisch reglement |
genomen in uitvoering van artikel 11 van de wet; | genomen in uitvoering van artikel 11 van de wet; |
3° het gebruik van kanalen met hoog rendement die gebaseerd zijn op | 3° het gebruik van kanalen met hoog rendement die gebaseerd zijn op |
het gebruik van de beste beschikbare technologieën, hetgeen moet | het gebruik van de beste beschikbare technologieën, hetgeen moet |
blijken uit het spaarzaam gebruik van natuurlijke rijkdommen en het | blijken uit het spaarzaam gebruik van natuurlijke rijkdommen en het |
beheersen van specifieke uitstoot, ten einde rekening te houden met de | beheersen van specifieke uitstoot, ten einde rekening te houden met de |
internationale verbintenissen van België en in het bijzonder de | internationale verbintenissen van België en in het bijzonder de |
gemeenschappelijke Europese reglementeringen betreffende de uitstoot | gemeenschappelijke Europese reglementeringen betreffende de uitstoot |
van grote verbrandingsinstallaties; | van grote verbrandingsinstallaties; |
4° de inplanting van de voorgestelde installatie, zijn ligging ten | 4° de inplanting van de voorgestelde installatie, zijn ligging ten |
opzichte van verbruikscentra en de impact van haar integratie op het | opzichte van verbruikscentra en de impact van haar integratie op het |
meest recent bekendgemaakte plan voor de ontwikkeling van het netwerk; | meest recent bekendgemaakte plan voor de ontwikkeling van het netwerk; |
5° rekening houdend met de richtsnoeren bepaald in toepassing van | 5° rekening houdend met de richtsnoeren bepaald in toepassing van |
artikel 3, § 2 van de wet en onverminderd de bepalingen van artikel 7 | artikel 3, § 2 van de wet en onverminderd de bepalingen van artikel 7 |
van de wet, met de aard, de hoeveelheid en de oorsprong van de | van de wet, met de aard, de hoeveelheid en de oorsprong van de |
gebruikte brandstoffen; | gebruikte brandstoffen; |
6° de aanwezigheid bij de aanvrager of in de schoot van de instantie | 6° de aanwezigheid bij de aanvrager of in de schoot van de instantie |
die belast is met de exploitatie, van een aangepaste functionele en | die belast is met de exploitatie, van een aangepaste functionele en |
financiële structuur die de mogelijkheid biedt preventieve maatregelen | financiële structuur die de mogelijkheid biedt preventieve maatregelen |
te plannen en toe te passen ten einde de betrouwbaarheid en de | te plannen en toe te passen ten einde de betrouwbaarheid en de |
veiligheid van de installatie te verzekeren en eveneens, desgevallend, | veiligheid van de installatie te verzekeren en eveneens, desgevallend, |
te zorgen voor een buitendienststelling of definitieve afstand in | te zorgen voor een buitendienststelling of definitieve afstand in |
optimale en veilige omstandigheden en met respect voor het milieu; | optimale en veilige omstandigheden en met respect voor het milieu; |
7° indien de aanvraag uitgaat van een onderneming : | 7° indien de aanvraag uitgaat van een onderneming : |
- oprichting ervan overeenkomstig de Belgische wetgeving, de wetgeving | - oprichting ervan overeenkomstig de Belgische wetgeving, de wetgeving |
van een andere Lidstaat van de Europese Unie of van een Staat ten | van een andere Lidstaat van de Europese Unie of van een Staat ten |
aanzien waarvan verbintenissen zijn aangegaan die gelijkaardig zijn | aanzien waarvan verbintenissen zijn aangegaan die gelijkaardig zijn |
met die welke voortvloeien uit de richtlijn 96/92, | met die welke voortvloeien uit de richtlijn 96/92, |
- beschikking over een centrale adminis-tratie,een voornaamste | - beschikking over een centrale adminis-tratie,een voornaamste |
inrichting of een maatschappelijke zetel gevestigd in een Lidstaat van | inrichting of een maatschappelijke zetel gevestigd in een Lidstaat van |
de Europese Unie of van een Staat ten aanzien waarvan verbintenissen | de Europese Unie of van een Staat ten aanzien waarvan verbintenissen |
zijn aangegaan die gelijkaardig zijn met die welke voortvloeien uit de | zijn aangegaan die gelijkaardig zijn met die welke voortvloeien uit de |
richtlijn 96/92, op voorwaarde dat de activiteit van deze vestiging of | richtlijn 96/92, op voorwaarde dat de activiteit van deze vestiging of |
maatschappelijke zetel een effectief en bestendig verband | maatschappelijke zetel een effectief en bestendig verband |
vertegenwoordigt met de economie van één van deze Staten; | vertegenwoordigt met de economie van één van deze Staten; |
8° de technische bekwaamheden van de aanvrager of van de onderneming | 8° de technische bekwaamheden van de aanvrager of van de onderneming |
die met de oprichting of de exploitatie van de installatie zal belast | die met de oprichting of de exploitatie van de installatie zal belast |
worden; | worden; |
om hun technische bekwaamheden te beoordelen, wordt rekening gehouden | om hun technische bekwaamheden te beoordelen, wordt rekening gehouden |
met de volgende elementen : | met de volgende elementen : |
a) de vermelding van voorgaande realisaties aan de hand waarvan de | a) de vermelding van voorgaande realisaties aan de hand waarvan de |
technische kennis op dit gebied of op een gelijkaardig gebied kan | technische kennis op dit gebied of op een gelijkaardig gebied kan |
worden geëvalueerd, gedurende de drie jaar die het jaar waarin de | worden geëvalueerd, gedurende de drie jaar die het jaar waarin de |
aanvraag wordt ingediend, voorafgaan; | aanvraag wordt ingediend, voorafgaan; |
b) de referenties, diploma's en professionele titels van de | b) de referenties, diploma's en professionele titels van de |
belangrijkste kaderleden van de onderneming en, in het bijzonder, van | belangrijkste kaderleden van de onderneming en, in het bijzonder, van |
diegenen die de betrokken werkzaamheden opvolgen en leiden; | diegenen die de betrokken werkzaamheden opvolgen en leiden; |
c) de technische middelen die men voor ogen heeft voor de realisatie | c) de technische middelen die men voor ogen heeft voor de realisatie |
van de werkzaamheden voor de bouw en de exploitatie van de installatie | van de werkzaamheden voor de bouw en de exploitatie van de installatie |
waarop de aanvraag betrekking heeft; | waarop de aanvraag betrekking heeft; |
9° de beschikking over een voldoende financiële en economische | 9° de beschikking over een voldoende financiële en economische |
capaciteit; | capaciteit; |
om de financiële en economische capaciteit van de aanvrager te | om de financiële en economische capaciteit van de aanvrager te |
beoordelen, bezorgt laatstgenoemde voor de drie laatste jaren : | beoordelen, bezorgt laatstgenoemde voor de drie laatste jaren : |
a) de balansen en resultatenrekeningen; | a) de balansen en resultatenrekeningen; |
b) de omvang van het eigen vermogen; | b) de omvang van het eigen vermogen; |
c) het globaal omzetcijfer en de ratio's kapitaal/omzetcijfer en | c) het globaal omzetcijfer en de ratio's kapitaal/omzetcijfer en |
omzetcijfer/resultaat; | omzetcijfer/resultaat; |
De verstrekte documenten worden voor echt verklaard door een Belgische | De verstrekte documenten worden voor echt verklaard door een Belgische |
bedrijfsrevisor of een persoon met evenwaardige hoedanigheid volgens | bedrijfsrevisor of een persoon met evenwaardige hoedanigheid volgens |
de wetgeving van de Staat waarvan de aanvrager afhangt; | de wetgeving van de Staat waarvan de aanvrager afhangt; |
10° de elementen door de aanvrager voorgelegd om te bewijzen dat hij | 10° de elementen door de aanvrager voorgelegd om te bewijzen dat hij |
voldoet aan de openbare dienstverplichtingen bepaald in toepassing van | voldoet aan de openbare dienstverplichtingen bepaald in toepassing van |
de wet; | de wet; |
11° de verbintenis tot samenstelling van voldoende risicodekking op | 11° de verbintenis tot samenstelling van voldoende risicodekking op |
het vlak van burgerlijke aansprakelijkheid met betrekking tot de | het vlak van burgerlijke aansprakelijkheid met betrekking tot de |
nieuwe installatie, op basis van de algemeen door de | nieuwe installatie, op basis van de algemeen door de |
verzekerings-maatschappijen toegepaste criteria. | verzekerings-maatschappijen toegepaste criteria. |
HOOFDSTUK III. - Toekenningsprocedure | HOOFDSTUK III. - Toekenningsprocedure |
Art. 4.§ 1. De aanvragen voor individuele vergunningen voorafgaand |
Art. 4.§ 1. De aanvragen voor individuele vergunningen voorafgaand |
aan de bouw van nieuwe installaties worden gericht aan de commissie. | aan de bouw van nieuwe installaties worden gericht aan de commissie. |
De aanvraag wordt ingediend via een verzoekschrift in vijftien | De aanvraag wordt ingediend via een verzoekschrift in vijftien |
exemplaren, per aangetekend schrijven. | exemplaren, per aangetekend schrijven. |
§ 2. De aanvraag omvat : | § 2. De aanvraag omvat : |
1° Naam, voornaam, beroep, woonplaats en nationaliteit van de | 1° Naam, voornaam, beroep, woonplaats en nationaliteit van de |
aanvrager; | aanvrager; |
2° Indien het gaat over een vennootschap, de handelsnaam of naam, de | 2° Indien het gaat over een vennootschap, de handelsnaam of naam, de |
juridische vorm, de maatschappelijke zetel en desgevallend de statuten | juridische vorm, de maatschappelijke zetel en desgevallend de statuten |
ervan alsook de documenten waarin de bevoegdheid van de ondertekenaars | ervan alsook de documenten waarin de bevoegdheid van de ondertekenaars |
van de aanvraag wordt bevestigd; | van de aanvraag wordt bevestigd; |
3° Een afzonderlijke technische nota met, op basis van een formulier | 3° Een afzonderlijke technische nota met, op basis van een formulier |
opgesteld door de commissie, gegevens die toelaten de kenmerken van de | opgesteld door de commissie, gegevens die toelaten de kenmerken van de |
installatie te beoordelen en waarin de volgende informatie, op | installatie te beoordelen en waarin de volgende informatie, op |
niet-exhaustieve manier, is opgenomen : | niet-exhaustieve manier, is opgenomen : |
- het netto ontwikkelbaar vermogen; | - het netto ontwikkelbaar vermogen; |
- de uitgangsspanning; | - de uitgangsspanning; |
- de afkoelingsmethoden; | - de afkoelingsmethoden; |
- het type en de kenmerken van de aandrijfgenerator; | - het type en de kenmerken van de aandrijfgenerator; |
- het geraamde rendement; | - het geraamde rendement; |
- het aantal generators en hun kenmerken; | - het aantal generators en hun kenmerken; |
- in geval van warmtekrachtkoppeling, een beschrijving van de soorten | - in geval van warmtekrachtkoppeling, een beschrijving van de soorten |
warmtegebruik en de geraamde rendementen; | warmtegebruik en de geraamde rendementen; |
- het type en de hoeveelheden van de geraamde uitstoot en residu's; | - het type en de hoeveelheden van de geraamde uitstoot en residu's; |
- de plannen van de ontworpen installatie en van de voorziene | - de plannen van de ontworpen installatie en van de voorziene |
aansluiting op het net of met de eindverbruiker in geval van | aansluiting op het net of met de eindverbruiker in geval van |
rechtstreekse lijn; | rechtstreekse lijn; |
4° Een afzonderlijke nota met vermelding van alle elementen die | 4° Een afzonderlijke nota met vermelding van alle elementen die |
toelaten de aanvraag te beoordelen in het licht van de | toelaten de aanvraag te beoordelen in het licht van de |
toekenningscriteria, vermeld in artikel 3. | toekenningscriteria, vermeld in artikel 3. |
§ 3. De commissie kan bijkomende afschriften opvragen van alle of van | § 3. De commissie kan bijkomende afschriften opvragen van alle of van |
sommige van de in de vorige paragraaf bedoelde documenten. | sommige van de in de vorige paragraaf bedoelde documenten. |
§ 4. Bij het indienen van de aanvraag, stort de aanvrager, op de | § 4. Bij het indienen van de aanvraag, stort de aanvrager, op de |
rekening van de commissie, de vergoeding, verschuldigd in toepassing | rekening van de commissie, de vergoeding, verschuldigd in toepassing |
van artikel 25, § 3, van de wet. Het bedrag van de vergoeding is | van artikel 25, § 3, van de wet. Het bedrag van de vergoeding is |
bepaald op vijfentwintigduizend frank. | bepaald op vijfentwintigduizend frank. |
Art. 5.Van zodra de commissie het verzoek bedoeld in artikel 4, § 1 |
Art. 5.Van zodra de commissie het verzoek bedoeld in artikel 4, § 1 |
ontvangen heeft stuurt zij naar de aanvrager een ontvangstbewijs en | ontvangen heeft stuurt zij naar de aanvrager een ontvangstbewijs en |
deelt dit mee aan de minister. Dat informatiedossier vermeldt ten | deelt dit mee aan de minister. Dat informatiedossier vermeldt ten |
minste : | minste : |
- de indentiteit van de aanvrager, | - de indentiteit van de aanvrager, |
- de locatie van de installatie, | - de locatie van de installatie, |
- het netto ontwikkelbaar vermogen, | - het netto ontwikkelbaar vermogen, |
- de geplande brandstof(fen). | - de geplande brandstof(fen). |
Desgevallend verzoekt de commissie de aanvrager haar de ontbrekende | Desgevallend verzoekt de commissie de aanvrager haar de ontbrekende |
stukken over te maken binnen een termijn van dertig werkdagen, te | stukken over te maken binnen een termijn van dertig werkdagen, te |
rekenen vanaf de datum van de brief waarin dit gevraagd wordt. | rekenen vanaf de datum van de brief waarin dit gevraagd wordt. |
Art. 6.§ 1. Na raadpleging van de betrokken partijen overeenkomstig |
Art. 6.§ 1. Na raadpleging van de betrokken partijen overeenkomstig |
de wet, met name de netbeheerder alsook de op basis van hun | de wet, met name de netbeheerder alsook de op basis van hun |
bevoegdheden betrokken federale en gewestelijke overheden, bezorgt de | bevoegdheden betrokken federale en gewestelijke overheden, bezorgt de |
commissie aan de minister of zijn afgevaardigde haar voorstel tot | commissie aan de minister of zijn afgevaardigde haar voorstel tot |
individuele vergunning voor de bouw van de installatie of haar | individuele vergunning voor de bouw van de installatie of haar |
voorstel tot weigering, evenals het volledige desbetreffende dossier, | voorstel tot weigering, evenals het volledige desbetreffende dossier, |
meer bepaald met inbegrip van de stukken bedoeld in artikel 4, § 2. | meer bepaald met inbegrip van de stukken bedoeld in artikel 4, § 2. |
Zij deelt de aanvrager mee dat haar voorstel is overgemaakt. | Zij deelt de aanvrager mee dat haar voorstel is overgemaakt. |
Indien de minister beslist de vergunning toe te kennen, gebeurt dit | Indien de minister beslist de vergunning toe te kennen, gebeurt dit |
via een ministerieel besluit, bij uittreksel bekendgemaakt in het | via een ministerieel besluit, bij uittreksel bekendgemaakt in het |
Belgisch Staatsblad. Desgevallend vermeldt dit besluit bijzondere | Belgisch Staatsblad. Desgevallend vermeldt dit besluit bijzondere |
toekenningsvoorwaarden. | toekenningsvoorwaarden. |
Indien de minister beslist de vergunning niet toe te kennen, worden de | Indien de minister beslist de vergunning niet toe te kennen, worden de |
aanvrager en de commissie daarvan in kennis gesteld bij aangetekend | aanvrager en de commissie daarvan in kennis gesteld bij aangetekend |
schrijven, binnen een termijn van zestig werkdagen te rekenen van de | schrijven, binnen een termijn van zestig werkdagen te rekenen van de |
ontvangst van het voorstel van de commissie. | ontvangst van het voorstel van de commissie. |
§ 2. De beslissing om de individuele vergunning voor de bouw van de | § 2. De beslissing om de individuele vergunning voor de bouw van de |
installatie toe te kennen wordt de aanvrager en de commissie via | installatie toe te kennen wordt de aanvrager en de commissie via |
aangetekend schrijven ter kennis gebracht binnen een termijn van | aangetekend schrijven ter kennis gebracht binnen een termijn van |
zestig werkdagen, te rekenen vanaf de ontvangst van het voorstel van | zestig werkdagen, te rekenen vanaf de ontvangst van het voorstel van |
de commissie. | de commissie. |
Binnen een termijn van tien werkdagen, te rekenen vanaf de ontvangst | Binnen een termijn van tien werkdagen, te rekenen vanaf de ontvangst |
van de informatie, bedoeld in het eerste lid, richt de aanvrager aan | van de informatie, bedoeld in het eerste lid, richt de aanvrager aan |
de minister of zijn afgevaardigde, de fiscale zegels die nodig zijn | de minister of zijn afgevaardigde, de fiscale zegels die nodig zijn |
voor de aflevering van de vergunning. | voor de aflevering van de vergunning. |
Het ministeriële vergunningsbesluit wordt overgemaakt aan de aanvrager | Het ministeriële vergunningsbesluit wordt overgemaakt aan de aanvrager |
binnen een termijn van twintig werkdagen, beginnende vanaf de datum | binnen een termijn van twintig werkdagen, beginnende vanaf de datum |
van de ontvangst van de fiscale zegels, vereist in het kader van het | van de ontvangst van de fiscale zegels, vereist in het kader van het |
tweede lid. | tweede lid. |
HOOFDSTUK IV. - Herziening, intrekking, overdracht | HOOFDSTUK IV. - Herziening, intrekking, overdracht |
Art. 7.§ 1. Elke wijziging van een installatie waarvoor een |
Art. 7.§ 1. Elke wijziging van een installatie waarvoor een |
vergunning bestaat afgeleverd op basis van dit besluit maakt het | vergunning bestaat afgeleverd op basis van dit besluit maakt het |
voorwerp uit van een aanvraag tot herziening van de toegekende | voorwerp uit van een aanvraag tot herziening van de toegekende |
vergunning voor zover de wijziging betrekking heeft op : | vergunning voor zover de wijziging betrekking heeft op : |
- een verandering van de primaire energie die wordt aangewend; | - een verandering van de primaire energie die wordt aangewend; |
- een toename met meer dan tien percent van het netto ontwikkelbaar | - een toename met meer dan tien percent van het netto ontwikkelbaar |
vermogen van de installatie of met meer dan 25 elektrische megawatt | vermogen van de installatie of met meer dan 25 elektrische megawatt |
van het netto ontwikkelbaar vermogen van de installatie vermeld in de | van het netto ontwikkelbaar vermogen van de installatie vermeld in de |
vergunning; | vergunning; |
- een ingrijpende verandering van de productietechnologie. | - een ingrijpende verandering van de productietechnologie. |
§ 2. De aanvraag betreffende de wijziging wordt ingediend en behandeld | § 2. De aanvraag betreffende de wijziging wordt ingediend en behandeld |
overeenkomstig de voorschriften van hoofdstuk III. | overeenkomstig de voorschriften van hoofdstuk III. |
Art. 8.§ 1. De rechten die aan de vergunning verbonden zijn, eindigen |
Art. 8.§ 1. De rechten die aan de vergunning verbonden zijn, eindigen |
door intrekking van deze titel wegens ontzetting of verzaking door de | door intrekking van deze titel wegens ontzetting of verzaking door de |
titularis. | titularis. |
§ 2. Wanneer niet voldaan is aan de voorwaarden van het besluit tot | § 2. Wanneer niet voldaan is aan de voorwaarden van het besluit tot |
toekenning of de verplichtingen van de titularis bedoeld in hoofdstuk | toekenning of de verplichtingen van de titularis bedoeld in hoofdstuk |
V, kan de commissie de titularis van de vergunning bij aangetekend | V, kan de commissie de titularis van de vergunning bij aangetekend |
schrijven in gebreke stellen om zich naar deze voorwaarden of | schrijven in gebreke stellen om zich naar deze voorwaarden of |
verplichtingen te schikken en haar, binnen een termijn van negentig | verplichtingen te schikken en haar, binnen een termijn van negentig |
werkdagen, een dossier met de bewijsstukken over te maken. | werkdagen, een dossier met de bewijsstukken over te maken. |
Na ontvangst van voornoemd dossier of, bij gebreke daaraan, bij het | Na ontvangst van voornoemd dossier of, bij gebreke daaraan, bij het |
verstrijken van de termijn bedoeld in vorig lid, maakt de commissie | verstrijken van de termijn bedoeld in vorig lid, maakt de commissie |
aan de minister of zijn afgevaardigde een voorstel over inzake | aan de minister of zijn afgevaardigde een voorstel over inzake |
intrekking van de vergunning of aanpassing van de | intrekking van de vergunning of aanpassing van de |
vergunningsvoorwaarden alsook het gehele desbetreffende dossier. Zij | vergunningsvoorwaarden alsook het gehele desbetreffende dossier. Zij |
deelt de aanvrager mee dat haar voorstel is overgemaakt. | deelt de aanvrager mee dat haar voorstel is overgemaakt. |
Indien de commissie voorstelt de vergunning niet in te trekken of aan | Indien de commissie voorstelt de vergunning niet in te trekken of aan |
te passen, deelt zij dit via aangetekend schrijven mee aan de minister | te passen, deelt zij dit via aangetekend schrijven mee aan de minister |
of zijn afgevaardigde. | of zijn afgevaardigde. |
Binnen een termijn van zestig werkdagen vanaf de ontvangst van het | Binnen een termijn van zestig werkdagen vanaf de ontvangst van het |
voorstel van de commissie kan de minister overgaan tot intrekking van | voorstel van de commissie kan de minister overgaan tot intrekking van |
de vergunning of tot aanpassing van de vergunningsvoorwaarden via | de vergunning of tot aanpassing van de vergunningsvoorwaarden via |
ministerieel besluit. Indien de minister beslist daartoe niet over te | ministerieel besluit. Indien de minister beslist daartoe niet over te |
gaan, wordt dit binnen dezelfde termijn via aangetekend schrijven aan | gaan, wordt dit binnen dezelfde termijn via aangetekend schrijven aan |
de aanvrager en de commissie megedeeld. | de aanvrager en de commissie megedeeld. |
§ 3. De aanvraag tot verzaking aan de vergunning wordt gericht aan de | § 3. De aanvraag tot verzaking aan de vergunning wordt gericht aan de |
commissie. | commissie. |
De aanvaarding ervan hangt af van de uitvoering van de maatregelen die | De aanvaarding ervan hangt af van de uitvoering van de maatregelen die |
vereist zijn krachtens artikel 11, 2°. Indien zij aanleiding geeft tot | vereist zijn krachtens artikel 11, 2°. Indien zij aanleiding geeft tot |
overdracht van de vergunning, zijn de desbetreffende bepalingen van de | overdracht van de vergunning, zijn de desbetreffende bepalingen van de |
artikelen 11 en 12 van toepassing. | artikelen 11 en 12 van toepassing. |
Na ontvangst van voornoemd dossier, maakt de commissie aan de minister | Na ontvangst van voornoemd dossier, maakt de commissie aan de minister |
of zijn afgevaardigde een voorstel tot goedkeuring of weigering van de | of zijn afgevaardigde een voorstel tot goedkeuring of weigering van de |
verzaking over alsook het gehele desbetreffende dossier. Zij deelt de | verzaking over alsook het gehele desbetreffende dossier. Zij deelt de |
aanvrager mee dat haar voorstel is overgemaakt. | aanvrager mee dat haar voorstel is overgemaakt. |
De verzaking wordt aanvaard of geweigerd door de minister, binnen een | De verzaking wordt aanvaard of geweigerd door de minister, binnen een |
termijn van zestig werkdagen te rekenen vanaf de ontvangst van het | termijn van zestig werkdagen te rekenen vanaf de ontvangst van het |
voorstel van de commissie. | voorstel van de commissie. |
Art. 9.§ 1. De titularissen van een individuele vergunning moeten : |
Art. 9.§ 1. De titularissen van een individuele vergunning moeten : |
1° indien de statuten van de vennootschap waaraan de vergunning is | 1° indien de statuten van de vennootschap waaraan de vergunning is |
toegekend, zoals zij zijn toegevoegd aan de vergunningsaanvraag, | toegekend, zoals zij zijn toegevoegd aan de vergunningsaanvraag, |
aanzienlijk gewijzigd worden, aan de commissie deze wijzigingen | aanzienlijk gewijzigd worden, aan de commissie deze wijzigingen |
meedelen evenals het procesverbaal van de buitengewone algemene | meedelen evenals het procesverbaal van de buitengewone algemene |
vergadering die daartoe heeft beslist; | vergadering die daartoe heeft beslist; |
2° de commissie vooraf informeren over elk voornemen tot | 2° de commissie vooraf informeren over elk voornemen tot |
eigendomsoverdracht evenals verhuring of leasing van de installatie; | eigendomsoverdracht evenals verhuring of leasing van de installatie; |
3° de commissie informeren over elke aanzienlijke wijziging van die | 3° de commissie informeren over elke aanzienlijke wijziging van die |
aard dat zij het technisch en financieel vermogen zullen wijzigen. | aard dat zij het technisch en financieel vermogen zullen wijzigen. |
§ 2. De informatie bedoeld bij § 1 wordt door de commissie meegedeeld | § 2. De informatie bedoeld bij § 1 wordt door de commissie meegedeeld |
aan de minister of zijn afgevaardigde. | aan de minister of zijn afgevaardigde. |
Art. 10.§ 1. In gevallen van overdracht van de installatie door |
Art. 10.§ 1. In gevallen van overdracht van de installatie door |
verkoop, totale of gedeeltelijke overdracht, verdeling, leasing, of | verkoop, totale of gedeeltelijke overdracht, verdeling, leasing, of |
verhuur of in geval van verandering van toezicht, fusie of splitsing | verhuur of in geval van verandering van toezicht, fusie of splitsing |
van de titularis van de vergunning, maakt de commissie aan de minister | van de titularis van de vergunning, maakt de commissie aan de minister |
of zijn afgevaardigde, per aangetekend schrijven, een voorstel om al | of zijn afgevaardigde, per aangetekend schrijven, een voorstel om al |
dan niet over te gaan tot een vernieuwing van de verguning over alsook | dan niet over te gaan tot een vernieuwing van de verguning over alsook |
het gehele desbetreffende dossier. Zij deelt de titularis mee dat haar | het gehele desbetreffende dossier. Zij deelt de titularis mee dat haar |
voorstel is overgemaakt. | voorstel is overgemaakt. |
De beslissing van de minister over de noodzaak van een vernieuwing | De beslissing van de minister over de noodzaak van een vernieuwing |
wordt aan de titularis overgemaakt binnen een termijn van zestig | wordt aan de titularis overgemaakt binnen een termijn van zestig |
werkdagen te rekenen vanaf de ontvangst van dit voorstel. | werkdagen te rekenen vanaf de ontvangst van dit voorstel. |
Indien een vernieuwing noodzakelijk is, is de toekenningsprocedure | Indien een vernieuwing noodzakelijk is, is de toekenningsprocedure |
bedoeld bij hoofdstuk III, van toepassing op de aanvraag tot | bedoeld bij hoofdstuk III, van toepassing op de aanvraag tot |
vernieuwing van de vergunning. | vernieuwing van de vergunning. |
De toekenningscriteria bedoeld bij artikel 3 worden in aanmerking | De toekenningscriteria bedoeld bij artikel 3 worden in aanmerking |
genomen voor zover de omstandigheden die doorslaggevend waren voor de | genomen voor zover de omstandigheden die doorslaggevend waren voor de |
beslissing van de minister, de oorspronkelijke beoordeling zouden | beslissing van de minister, de oorspronkelijke beoordeling zouden |
wijzigen. | wijzigen. |
In het aanvraagdossier verbindt de aanvrager zich ertoe de voorwaarden | In het aanvraagdossier verbindt de aanvrager zich ertoe de voorwaarden |
van de oorspronkelijke vergunning na te leven indien zij ongewijzigd | van de oorspronkelijke vergunning na te leven indien zij ongewijzigd |
zijn. | zijn. |
Bij ontstentenis van een aanvraag tot vernieuwing van de vergunning | Bij ontstentenis van een aanvraag tot vernieuwing van de vergunning |
binnen de negentig werkdagen na de betekening aan de titularis | binnen de negentig werkdagen na de betekening aan de titularis |
krachtens het tweede lid, vervalt de oorspronkelijke vergunning van | krachtens het tweede lid, vervalt de oorspronkelijke vergunning van |
rechtswege. | rechtswege. |
§ 2. Indien de minister geen gebruik maakt van de mogelijkheid die | § 2. Indien de minister geen gebruik maakt van de mogelijkheid die |
voortvloeit uit § 1 wordt de vergunning van rechtswege overgedragen | voortvloeit uit § 1 wordt de vergunning van rechtswege overgedragen |
onder de oorspronkelijke voorwaarden ervan. | onder de oorspronkelijke voorwaarden ervan. |
HOOFDSTUK V | HOOFDSTUK V |
Verplichtingen van de titularissen van een vergunning | Verplichtingen van de titularissen van een vergunning |
Art. 11.De titularissen van een vergunning moeten : |
Art. 11.De titularissen van een vergunning moeten : |
1° gedurende meer dan twee jaar niet zonder rechtsgeldige reden de | 1° gedurende meer dan twee jaar niet zonder rechtsgeldige reden de |
installatie tot stilstand brengen of afzien van de exploitatie; | installatie tot stilstand brengen of afzien van de exploitatie; |
2° alle nodige maatregelen nemen voor de vrijwaring van de veiligheid | 2° alle nodige maatregelen nemen voor de vrijwaring van de veiligheid |
van de installatie, zowel tijdens de bouw als tijdens de exploitatie | van de installatie, zowel tijdens de bouw als tijdens de exploitatie |
ervan en bij de stopzetting ervan; | ervan en bij de stopzetting ervan; |
3° de statuten kiezen of aanpassen van de residente vennootschap ten | 3° de statuten kiezen of aanpassen van de residente vennootschap ten |
gunste waarvan de vergunning is afgeleverd en waarvan de activiteit | gunste waarvan de vergunning is afgeleverd en waarvan de activiteit |
hoofdzakelijk of in tweede instantie bestaat uit de productie van | hoofdzakelijk of in tweede instantie bestaat uit de productie van |
elektriciteit met het oog op de verkoop ervan, derwijze dat deze | elektriciteit met het oog op de verkoop ervan, derwijze dat deze |
vennootschap belastingplichtig is in het kader van de | vennootschap belastingplichtig is in het kader van de |
vennootschapsbelasting; | vennootschapsbelasting; |
4° moeten jaarlijks aan de minister of zijn afgevaardigde de nodige | 4° moeten jaarlijks aan de minister of zijn afgevaardigde de nodige |
administratieve gegevens bezorgen om België in staat te stellen te | administratieve gegevens bezorgen om België in staat te stellen te |
voldoen aan zijn verplichtingen inzake het meedelen van informatie aan | voldoen aan zijn verplichtingen inzake het meedelen van informatie aan |
de Europese Commissie, die voortvloeien uit de richtlijnen betreffende | de Europese Commissie, die voortvloeien uit de richtlijnen betreffende |
de organisatie of de werking van de elektriciteitsmarkt; | de organisatie of de werking van de elektriciteitsmarkt; |
5° moeten jaarlijks aan de commissie de technische en economische | 5° moeten jaarlijks aan de commissie de technische en economische |
gegevens overmaken die nodig zijn voor de uitwerking van het | gegevens overmaken die nodig zijn voor de uitwerking van het |
indicatief programma van de productiemiddelen. | indicatief programma van de productiemiddelen. |
HOOFDSTUK VI. - Diverse en overgangsbepalingen | HOOFDSTUK VI. - Diverse en overgangsbepalingen |
Art. 12.Elke vergunning die wordt toegekend krachtens dit besluit |
Art. 12.Elke vergunning die wordt toegekend krachtens dit besluit |
vervalt van rechtswege indien de exploitatie van de installatie niet | vervalt van rechtswege indien de exploitatie van de installatie niet |
gerealiseerd is binnen een termijn van vijf jaar te rekenen vanaf de | gerealiseerd is binnen een termijn van vijf jaar te rekenen vanaf de |
datum van het ministerieel besluit tot toekenning. | datum van het ministerieel besluit tot toekenning. |
Art. 13.De minister duidt, onder de ambtenaren van het Bestuur |
Art. 13.De minister duidt, onder de ambtenaren van het Bestuur |
Energie van het Ministerie van Economische Zaken de afgevaardigden | Energie van het Ministerie van Economische Zaken de afgevaardigden |
aan, die de minister zullen vertegenwoordigen voor het uitvoeren van | aan, die de minister zullen vertegenwoordigen voor het uitvoeren van |
de formaliteiten voorzien in dit besluit. | de formaliteiten voorzien in dit besluit. |
Art. 14.Tot op de datum van inwerkingtreding van het technisch |
Art. 14.Tot op de datum van inwerkingtreding van het technisch |
reglement, dat moet worden opgesteld in uitvoering van het artikel 11 | reglement, dat moet worden opgesteld in uitvoering van het artikel 11 |
van de wet, moet de conformiteit van de installatie worden geëvalueerd | van de wet, moet de conformiteit van de installatie worden geëvalueerd |
in het kader van de bestaande reglementen en bepalingen inzake het | in het kader van de bestaande reglementen en bepalingen inzake het |
beheer van het transmissienet en de toegang ertoe, zoals toegepast | beheer van het transmissienet en de toegang ertoe, zoals toegepast |
door de beheerder die daadwerkelijk is belast met het transmissienet. | door de beheerder die daadwerkelijk is belast met het transmissienet. |
HOOFDSTUK VII. - Strafbepalingen | HOOFDSTUK VII. - Strafbepalingen |
Art. 15.De inbreuken op de bepalingen van dit besluit worden gestraft |
Art. 15.De inbreuken op de bepalingen van dit besluit worden gestraft |
met een gevangenisstraf van één maand tot zes maanden en met een | met een gevangenisstraf van één maand tot zes maanden en met een |
geldboete van vijftig frank tot twintig duizend frank of met één van | geldboete van vijftig frank tot twintig duizend frank of met één van |
die straffen alleen. | die straffen alleen. |
Art. 16.Onze Vice-Eerste Minister en Onze Minister van Mobiliteit en |
Art. 16.Onze Vice-Eerste Minister en Onze Minister van Mobiliteit en |
Vervoer en Onze Staatssecretaris voor Energie zijn belast, ieder wat | Vervoer en Onze Staatssecretaris voor Energie zijn belast, ieder wat |
hem betreft, met de uitvoering van dit besluit. | hem betreft, met de uitvoering van dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 11 oktober 2000. | Gegeven te Brussel, 11 oktober 2000. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer, | De Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer, |
Mevr. I. DURANT | Mevr. I. DURANT |
De Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling, | De Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling, |
O. DELEUZE | O. DELEUZE |