| Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst van 27 augustus 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst van 27 augustus 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf | 
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | 
| 11 MEI 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 11 MEI 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 
| verklaard de interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst van 27 | verklaard de interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst van 27 | 
| augustus 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf | augustus 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf | 
| (1) | (1) | 
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, | 
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | 
| Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | 
| arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | 
| 28; | 28; | 
| Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het hotelbedrijf; | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het hotelbedrijf; | 
| Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | 
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | 
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage  | 
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage  | 
| overgenomen interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst van 27 | overgenomen interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst van 27 | 
| augustus 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf. | augustus 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf. | 
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering  | 
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering  | 
| van dit besluit. | van dit besluit. | 
| Gegeven te Brussel, 11 mei 2003. | Gegeven te Brussel, 11 mei 2003. | 
| ALBERT | ALBERT | 
| Van Koningswege : | Van Koningswege : | 
| De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, | 
| Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX | 
| _______ | _______ | 
| Nota | Nota | 
| (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | 
| Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | 
| Bijlage | Bijlage | 
| Paritair Comité voor het hotelbedrijf | Paritair Comité voor het hotelbedrijf | 
| Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 augustus 2001 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 augustus 2001 | 
| Interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst (Overeenkomst | Interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst (Overeenkomst | 
| geregistreerd op 19 oktober 2001 onder het nummer 59235/CO/302) | geregistreerd op 19 oktober 2001 onder het nummer 59235/CO/302) | 
Artikel 1.Deze interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst is van  | 
Artikel 1.Deze interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst is van  | 
| toepassing op de werkgevers en werknemers van de ondernemingen die | toepassing op de werkgevers en werknemers van de ondernemingen die | 
| ressorteren onder het Paritair Comité voor het hotelbedrijf. | ressorteren onder het Paritair Comité voor het hotelbedrijf. | 
| Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt | Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt | 
| onder "werknemers" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werknemers. | onder "werknemers" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werknemers. | 
Art. 2.Het behoud van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 1 van 25  | 
Art. 2.Het behoud van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 1 van 25  | 
| juni 1997 en meer in het bijzonder het artikel 33, betekent dat | juni 1997 en meer in het bijzonder het artikel 33, betekent dat | 
| uitdrukkelijk bepaald en aanvaard wordt door de sociale partners dat | uitdrukkelijk bepaald en aanvaard wordt door de sociale partners dat | 
| vanaf 1 juli 1997, alle werknemers vermeld in de artikelen 2 en 4 van | vanaf 1 juli 1997, alle werknemers vermeld in de artikelen 2 en 4 van | 
| de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997 (koninklijk besluit | de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 1997 (koninklijk besluit | 
| van 20 mei 1998 - Belgisch Staatsblad van 3 september 1998), welke ook | van 20 mei 1998 - Belgisch Staatsblad van 3 september 1998), welke ook | 
| de wijze van verloning is die hen in het verleden werd toegekend, | de wijze van verloning is die hen in het verleden werd toegekend, | 
| kunnen verloond worden op twee verschillende manieren, te weten : | kunnen verloond worden op twee verschillende manieren, te weten : | 
| 1. op basis van het dienstgeld of de verdeling van de verzamelde | 1. op basis van het dienstgeld of de verdeling van de verzamelde | 
| dienstgelden; | dienstgelden; | 
| 2. op basis van een vast loon. | 2. op basis van een vast loon. | 
Art. 3.Voor de werknemers die een functie uitoefenden zoals opgesomd  | 
Art. 3.Voor de werknemers die een functie uitoefenden zoals opgesomd  | 
| in de artikelen 2 en 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 | in de artikelen 2 en 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 | 
| mei 1997, tot verdeling van fooien en dienstpercentage, en die, al dan | mei 1997, tot verdeling van fooien en dienstpercentage, en die, al dan | 
| niet wettelijk, bezoldigd werden op basis van een vast loon op 30 juni | niet wettelijk, bezoldigd werden op basis van een vast loon op 30 juni | 
| 1997, wordt het wettelijk karakter van de verloning op basis van een | 1997, wordt het wettelijk karakter van de verloning op basis van een | 
| vast loon expliciet erkend vanaf 1 juli 1997, en dit, met inachtname | vast loon expliciet erkend vanaf 1 juli 1997, en dit, met inachtname | 
| van de artikelen 14 tot 19 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. | van de artikelen 14 tot 19 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. | 
| 1 van 25 juni 1997. | 1 van 25 juni 1997. | 
| In dit geval zal het artikel 33 van de eerder genoemde collectieve | In dit geval zal het artikel 33 van de eerder genoemde collectieve | 
| arbeidsovereenkomst nr. 1 van 25 juni 1997 niet van toepassing zijn. | arbeidsovereenkomst nr. 1 van 25 juni 1997 niet van toepassing zijn. | 
Art. 4.Het artikel 33 van de eerder genoemde collectieve  | 
Art. 4.Het artikel 33 van de eerder genoemde collectieve  | 
| arbeidsovereenkomst nr. 1 van 25 juni 1997 blijft van toepassing voor | arbeidsovereenkomst nr. 1 van 25 juni 1997 blijft van toepassing voor | 
| de ondernemingen waarvoor een dossier met betrekking tot de wijze van | de ondernemingen waarvoor een dossier met betrekking tot de wijze van | 
| verloning, toegepast op het bedienend personeel vóór 1 juli 1997, | verloning, toegepast op het bedienend personeel vóór 1 juli 1997, | 
| ingeleid wordt bij de geschillencommissie zoals voorzien in artikel 5 | ingeleid wordt bij de geschillencommissie zoals voorzien in artikel 5 | 
| van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst en onverminderd het | van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst en onverminderd het | 
| recht voor elke partij de verjaring in te roepen of te betwisten. | recht voor elke partij de verjaring in te roepen of te betwisten. | 
| Een dossier kan slechts aanhangig gemaakt worden bij deze commissie | Een dossier kan slechts aanhangig gemaakt worden bij deze commissie | 
| door één van de organisaties die de huidige collectieve | door één van de organisaties die de huidige collectieve | 
| arbeidsovereenkomst ondertekende. | arbeidsovereenkomst ondertekende. | 
Art. 5.Onder de auspiciën van het Paritair Comité voor het  | 
Art. 5.Onder de auspiciën van het Paritair Comité voor het  | 
| hotelbedrijf wordt op 1 september 2001 een geschillencommissie | hotelbedrijf wordt op 1 september 2001 een geschillencommissie | 
| opgericht die fungeert als verzoeningsbureau, belast met het | opgericht die fungeert als verzoeningsbureau, belast met het | 
| behandelen van de geschillen tussen werknemers en hun werkgevers met | behandelen van de geschillen tussen werknemers en hun werkgevers met | 
| betrekking tot de toepassing van het artikel 33 van de collectieve | betrekking tot de toepassing van het artikel 33 van de collectieve | 
| arbeidsovereenkomst nr. 1 van 25 juni 1997. | arbeidsovereenkomst nr. 1 van 25 juni 1997. | 
Art. 6.De huidige interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst  | 
Art. 6.De huidige interpretatieve collectieve arbeidsovereenkomst  | 
| heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2001 en werd afgesloten voor | heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2001 en werd afgesloten voor | 
| een onbepaalde duur. Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, | een onbepaalde duur. Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, | 
| met een opzegtermijn van drie maanden bij een ter post aangetekende | met een opzegtermijn van drie maanden bij een ter post aangetekende | 
| brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het | brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het | 
| hotelbedrijf en aan de daarin vertegenwoordigde organisaties. | hotelbedrijf en aan de daarin vertegenwoordigde organisaties. | 
| Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 mei | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 mei | 
| 2003. | 2003. | 
| De Minister van Werkgelegenheid, | De Minister van Werkgelegenheid, | 
| Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |