Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 mei 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie, betreffende het nationaal akkoord 2013-2014 | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 mei 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie, betreffende het nationaal akkoord 2013-2014 |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
10 APRIL 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 10 APRIL 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 mei 2014, gesloten | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 mei 2014, gesloten |
in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en | in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en |
distributie, betreffende het nationaal akkoord 2013-2014 (1) | distributie, betreffende het nationaal akkoord 2013-2014 (1) |
FILIP, Koning der Belgen, | FILIP, Koning der Belgen, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
28; | 28; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : | Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : |
installatie en distributie; | installatie en distributie; |
Op de voordracht van de Minister van Werk, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 9 mei 2014, gesloten | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 9 mei 2014, gesloten |
in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en | in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en |
distributie, betreffende het nationaal akkoord 2013-2014. | distributie, betreffende het nationaal akkoord 2013-2014. |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
dit besluit. | dit besluit. |
Gegeven te Brussel, 10 april 2015. | Gegeven te Brussel, 10 april 2015. |
FILIP | FILIP |
Van Koningswege : | Van Koningswege : |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
_______ | _______ |
Nota | Nota |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Bijlage | Bijlage |
Paritair Subcomité voor de elektriciens : | Paritair Subcomité voor de elektriciens : |
installatie en distributie | installatie en distributie |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 9 mei 2014 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 9 mei 2014 |
Nationaal akkoord 2013-2014 | Nationaal akkoord 2013-2014 |
(Overeenkomst geregistreerd op 24 juli 2014 onder het nummer | (Overeenkomst geregistreerd op 24 juli 2014 onder het nummer |
122622/CO/149.01) | 122622/CO/149.01) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Artikel 1.Toepassingsgebied |
Artikel 1.Toepassingsgebied |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de | Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de |
werkgevers en arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder de | werkgevers en arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder de |
bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : | bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : |
installatie en distributie. | installatie en distributie. |
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt | Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt |
onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. | onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. |
HOOFDSTUK II. - Kader | HOOFDSTUK II. - Kader |
Art. 2.Voorwerp |
Art. 2.Voorwerp |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt neergelegd op de griffie | Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt neergelegd op de griffie |
van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de | van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de |
Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg | Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg |
overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 7 november | overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 7 november |
1969 tot vaststelling van de modaliteiten van neerlegging van de | 1969 tot vaststelling van de modaliteiten van neerlegging van de |
collectieve arbeidsovereenkomsten. | collectieve arbeidsovereenkomsten. |
De ondertekenende partijen vragen de algemeen bindend verklaring bij | De ondertekenende partijen vragen de algemeen bindend verklaring bij |
koninklijk besluit van deze collectieve arbeidsovereenkomst, inclusief | koninklijk besluit van deze collectieve arbeidsovereenkomst, inclusief |
de bijlage. | de bijlage. |
HOOFDSTUK III. - Inkomenzekerheid | HOOFDSTUK III. - Inkomenzekerheid |
Art. 3.Indexering van de minimum en effectieve lonen |
Art. 3.Indexering van de minimum en effectieve lonen |
Alle minimumuurlonen en de effectieve uurlonen worden jaarlijks op 1 | Alle minimumuurlonen en de effectieve uurlonen worden jaarlijks op 1 |
januari aangepast aan de reële index volgens de formule "sociale | januari aangepast aan de reële index volgens de formule "sociale |
index" (= 4-maandelijks gemiddelde) december van het vorige | index" (= 4-maandelijks gemiddelde) december van het vorige |
kalenderjaar tegenover december van het kalenderjaar daarvoor. | kalenderjaar tegenover december van het kalenderjaar daarvoor. |
Art. 4.Anciënniteittoeslag |
Art. 4.Anciënniteittoeslag |
Vanaf 1 januari 2014 bedraagt de anciënniteittoeslag maximum 13,5 pct. | Vanaf 1 januari 2014 bedraagt de anciënniteittoeslag maximum 13,5 pct. |
Opmerking : | Opmerking : |
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake loonvorming van 23 juni 2009 | De collectieve arbeidsovereenkomst inzake loonvorming van 23 juni 2009 |
zal in die zin worden aangepast vanaf 1 januari 2014, en dit voor | zal in die zin worden aangepast vanaf 1 januari 2014, en dit voor |
onbepaalde duur. | onbepaalde duur. |
Art. 5.Sectoraal systeem ecocheques |
Art. 5.Sectoraal systeem ecocheques |
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake sectoraal systeem ecocheques | De collectieve arbeidsovereenkomst inzake sectoraal systeem ecocheques |
van 20 oktober 2011 gesloten voor onbepaalde duur, wordt aangepast | van 20 oktober 2011 gesloten voor onbepaalde duur, wordt aangepast |
rekening houdend met volgende principes : | rekening houdend met volgende principes : |
§ 1. Een alternatieve besteding voor deze ecocheques op | § 1. Een alternatieve besteding voor deze ecocheques op |
ondernemingsvlak is mogelijk op voorwaarde dat het jaarlijks bedrag | ondernemingsvlak is mogelijk op voorwaarde dat het jaarlijks bedrag |
van 250 EUR gegarandeerd wordt. | van 250 EUR gegarandeerd wordt. |
Indien er een vakbondsafvaardiging aanwezig is binnen de onderneming, | Indien er een vakbondsafvaardiging aanwezig is binnen de onderneming, |
dient deze alternatieve besteding te worden opgenomen in een | dient deze alternatieve besteding te worden opgenomen in een |
collectieve arbeidsovereenkomst, welke moet worden ondertekend door | collectieve arbeidsovereenkomst, welke moet worden ondertekend door |
alle partijen vertegenwoordigd binnen deze vakbondsafvaardiging. | alle partijen vertegenwoordigd binnen deze vakbondsafvaardiging. |
Ondernemingen zonder een vakbondsafvaardiging kunnen voorzien in een | Ondernemingen zonder een vakbondsafvaardiging kunnen voorzien in een |
alternatieve besteding ofwel via een collectieve arbeidsovereenkomst | alternatieve besteding ofwel via een collectieve arbeidsovereenkomst |
ofwel via een toetredingsakte. | ofwel via een toetredingsakte. |
§ 2. De alternatieve besteding kan betrekking hebben op een omzetting | § 2. De alternatieve besteding kan betrekking hebben op een omzetting |
van de 250 EUR in een loonsverhoging van 0,0875 EUR per uur, en dit op | van de 250 EUR in een loonsverhoging van 0,0875 EUR per uur, en dit op |
basis van 38 uur per week. In ondernemingen zonder een | basis van 38 uur per week. In ondernemingen zonder een |
vakbondsafvaardiging die gebruik maken van een toetredingsakte kan de | vakbondsafvaardiging die gebruik maken van een toetredingsakte kan de |
alternatieve besteding enkel betrekking hebben op een omzetting van de | alternatieve besteding enkel betrekking hebben op een omzetting van de |
250 EUR in een loonsverhoging van 0,0875 EUR per uur. | 250 EUR in een loonsverhoging van 0,0875 EUR per uur. |
Opmerking : | Opmerking : |
Rekening houdend met bovenvermelde principes dient de collectieve | Rekening houdend met bovenvermelde principes dient de collectieve |
arbeidsovereenkomst inzake sectoraal systeem ecocheques van 20 oktober | arbeidsovereenkomst inzake sectoraal systeem ecocheques van 20 oktober |
2011 te worden aangepast, met ingang van 1 januari 2014, en dit voor | 2011 te worden aangepast, met ingang van 1 januari 2014, en dit voor |
onbepaalde duur. | onbepaalde duur. |
Art. 6.Fonds voor bestaanszekerheid |
Art. 6.Fonds voor bestaanszekerheid |
§ 1. Vanaf 1 juli 2014 worden volgende aanvullende vergoedingen | § 1. Vanaf 1 juli 2014 worden volgende aanvullende vergoedingen |
geïndexeerd op basis van de reële loonindexeringen op 1 januari 2012 | geïndexeerd op basis van de reële loonindexeringen op 1 januari 2012 |
en op 1 januari 2013 (de sociale index van de maand december van het | en op 1 januari 2013 (de sociale index van de maand december van het |
voorgaande kalenderjaar wordt vergeleken met de sociale index van de | voorgaande kalenderjaar wordt vergeleken met de sociale index van de |
maand december van het kalenderjaar daarvoor). | maand december van het kalenderjaar daarvoor). |
Door deze berekening, met name 3,18 pct. op 1 januari 2012 en 2,30 | Door deze berekening, met name 3,18 pct. op 1 januari 2012 en 2,30 |
pct. op 1 januari 2013, worden de aanvullende vergoedingen met 5,55 | pct. op 1 januari 2013, worden de aanvullende vergoedingen met 5,55 |
pct. geïndexeerd. | pct. geïndexeerd. |
Hierdoor worden de aanvullende vergoedingen vanaf 1 juli 2014 de | Hierdoor worden de aanvullende vergoedingen vanaf 1 juli 2014 de |
volgende : | volgende : |
- aanvullende vergoeding bij volledige werkloosheid, voor oudere | - aanvullende vergoeding bij volledige werkloosheid, voor oudere |
werklozen, oudere zieken en minimumvergoeding bij stelsel werkloosheid | werklozen, oudere zieken en minimumvergoeding bij stelsel werkloosheid |
met bedrijfstoeslag: 5,79 EUR per werkloosheids- en ziekte uitkering | met bedrijfstoeslag: 5,79 EUR per werkloosheids- en ziekte uitkering |
en 2,90 EUR per halve werkloosheids- en ziekte uitkering; | en 2,90 EUR per halve werkloosheids- en ziekte uitkering; |
- aanvullende vergoeding bij ziekte : 1,63 EUR per ziekte uitkering en | - aanvullende vergoeding bij ziekte : 1,63 EUR per ziekte uitkering en |
0,82 EUR per halve ziekte uitkering; | 0,82 EUR per halve ziekte uitkering; |
- aanvullende vergoeding bij sluiting : 287,53 EUR + 14,48 EUR/jaar | - aanvullende vergoeding bij sluiting : 287,53 EUR + 14,48 EUR/jaar |
met een maximum van 948,32 EUR; | met een maximum van 948,32 EUR; |
- aanvullende vergoeding bij halftijds tijdskrediet : 71,88 EUR. | - aanvullende vergoeding bij halftijds tijdskrediet : 71,88 EUR. |
§ 2. Vanaf 1 juli 2014 worden de aanvullende vergoedingen bij | § 2. Vanaf 1 juli 2014 worden de aanvullende vergoedingen bij |
tijdelijke werkloosheid verhoogd tot 10,00 EUR. | tijdelijke werkloosheid verhoogd tot 10,00 EUR. |
§ 3. Vanaf 1 januari 2015 wordt het systeem van de aanvullende | § 3. Vanaf 1 januari 2015 wordt het systeem van de aanvullende |
vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid als volgt aangepast : | vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid als volgt aangepast : |
- De aanvullende vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid omwille van | - De aanvullende vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid omwille van |
economische redenen (artikel 51 van de wet van 3 juli 1978 betreffende | economische redenen (artikel 51 van de wet van 3 juli 1978 betreffende |
de arbeidsovereenkomsten) worden beperkt tot maximum 150 dagen (6 | de arbeidsovereenkomsten) worden beperkt tot maximum 150 dagen (6 |
dagen/week) per kalenderjaar, waarvan de eerste 60 dagen betaald | dagen/week) per kalenderjaar, waarvan de eerste 60 dagen betaald |
worden door het fonds voor bestaanszekerheid. De werkgever betaalt | worden door het fonds voor bestaanszekerheid. De werkgever betaalt |
vanaf de 61ste dag tot de 150e dag, en dit telkens bij de | vanaf de 61ste dag tot de 150e dag, en dit telkens bij de |
loonafrekening van de maand volgend op de werkloosheidsmaand waarop de | loonafrekening van de maand volgend op de werkloosheidsmaand waarop de |
vergoedingen betrekking hebben. Het fonds voor bestaanszekerheid | vergoedingen betrekking hebben. Het fonds voor bestaanszekerheid |
recupereert bij de werkgever de betaling van de 49ste dag tot de 60ste | recupereert bij de werkgever de betaling van de 49ste dag tot de 60ste |
dag tijdelijke werkloosheid; | dag tijdelijke werkloosheid; |
- De aanvullende vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid omwille van | - De aanvullende vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid omwille van |
overmacht, technische stoornis, sluiting van de onderneming wegens | overmacht, technische stoornis, sluiting van de onderneming wegens |
jaarlijks verlof, slecht weer (artikel 26, 1°, 28, 1°, 49 en 50 van de | jaarlijks verlof, slecht weer (artikel 26, 1°, 28, 1°, 49 en 50 van de |
wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten) zijn | wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten) zijn |
onbeperkt in duur en worden voor de ganse periode betaald door het | onbeperkt in duur en worden voor de ganse periode betaald door het |
fonds voor bestaanszekerheid. | fonds voor bestaanszekerheid. |
§ 4. Partijen engageren zich om het ganse systeem van de tijdelijke | § 4. Partijen engageren zich om het ganse systeem van de tijdelijke |
werkloosheid binnen het fonds voor bestaanszekerheid te evalueren voor | werkloosheid binnen het fonds voor bestaanszekerheid te evalueren voor |
31 december 2015. | 31 december 2015. |
§ 5. De aanvullende vergoedingen bij volledige werkloosheid worden | § 5. De aanvullende vergoedingen bij volledige werkloosheid worden |
stopgezet vanaf 1 juli 2015. | stopgezet vanaf 1 juli 2015. |
Deze aanvullende vergoedingen blijven echter doorlopen na 1 juli 2015 | Deze aanvullende vergoedingen blijven echter doorlopen na 1 juli 2015 |
voor arbeiders : | voor arbeiders : |
- die tewerkgesteld zijn met een contract van bepaalde duur; | - die tewerkgesteld zijn met een contract van bepaalde duur; |
- die zijn ontslagen na 1 januari 2014 in het kader van collectieve | - die zijn ontslagen na 1 januari 2014 in het kader van collectieve |
ontslagen tot 31 december 2013; | ontslagen tot 31 december 2013; |
- die reeds aanvullende vergoedingen bij volledige werkloosheid of als | - die reeds aanvullende vergoedingen bij volledige werkloosheid of als |
oudere werkloze ontvangen op 30 juni 2015 en hun saldo nog kunnen | oudere werkloze ontvangen op 30 juni 2015 en hun saldo nog kunnen |
uitputten. | uitputten. |
§ 6. Indien een arbeider in het kader van een stelsel werkloosheid met | § 6. Indien een arbeider in het kader van een stelsel werkloosheid met |
bedrijfstoeslag, zijn rechten hieromtrent bij de Rijksdienst voor | bedrijfstoeslag, zijn rechten hieromtrent bij de Rijksdienst voor |
Arbeidsvoorziening heeft vastgeklikt, wordt ook de uitbetaling van de | Arbeidsvoorziening heeft vastgeklikt, wordt ook de uitbetaling van de |
aanvullende vergoeding in dit kader bij het fonds voor | aanvullende vergoeding in dit kader bij het fonds voor |
bestaanszekerheid vastgeklikt. | bestaanszekerheid vastgeklikt. |
§ 7. Partijen engageren zich om de mogelijkheid te onderzoeken in | § 7. Partijen engageren zich om de mogelijkheid te onderzoeken in |
hoeverre anciënniteitsvoorwaarden in het kader van volledige | hoeverre anciënniteitsvoorwaarden in het kader van volledige |
werkloosheid, oudere werklozen en stelsel werkloosheid met | werkloosheid, oudere werklozen en stelsel werkloosheid met |
bedrijfstoeslag kunnen worden opengetrokken tot andere | bedrijfstoeslag kunnen worden opengetrokken tot andere |
metaal-aanverwante sectoren. | metaal-aanverwante sectoren. |
§ 8. Partijen onderzoeken de installatie van een regeling inzake | § 8. Partijen onderzoeken de installatie van een regeling inzake |
weerverlet via het fonds voor bestaanszekerheid. Partijen zetten in de | weerverlet via het fonds voor bestaanszekerheid. Partijen zetten in de |
loop van 2014 de nodige stappen om de juridische haalbaarheid en | loop van 2014 de nodige stappen om de juridische haalbaarheid en |
betaalbaarheid van het systeem te onderzoeken. | betaalbaarheid van het systeem te onderzoeken. |
Opmerking : | Opmerking : |
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten fonds voor | De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten fonds voor |
bestaanszekerheid van 20 oktober 2011, gewijzigd bij de collectieve | bestaanszekerheid van 20 oktober 2011, gewijzigd bij de collectieve |
arbeidsovereenkomsten van 8 oktober 2012 en 27 maart 2013 inzake | arbeidsovereenkomsten van 8 oktober 2012 en 27 maart 2013 inzake |
wijziging van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid, zal | wijziging van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid, zal |
vanaf 1 juli 2014 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde | vanaf 1 juli 2014 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde |
duur. | duur. |
Art. 7.Sectoraal pensioenfonds |
Art. 7.Sectoraal pensioenfonds |
Vanaf 1 juli 2014 wordt de bijdrage van 1,70 pct. van de brutolonen | Vanaf 1 juli 2014 wordt de bijdrage van 1,70 pct. van de brutolonen |
aan 108 pct. van de arbeiders voor het sectoraal pensioenstelsel | aan 108 pct. van de arbeiders voor het sectoraal pensioenstelsel |
verhoogd tot 1,80 pct. | verhoogd tot 1,80 pct. |
Opmerking : | Opmerking : |
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake wijziging en coördinatie van | De collectieve arbeidsovereenkomst inzake wijziging en coördinatie van |
het sociaal sectoraal pensioenstelsel van 23 november 2011 zal vanaf 1 | het sociaal sectoraal pensioenstelsel van 23 november 2011 zal vanaf 1 |
juli 2014 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. | juli 2014 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. |
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten fonds voor | De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten fonds voor |
bestaanszekerheid van 20 oktober 2011, gewijzigd bij de collectieve | bestaanszekerheid van 20 oktober 2011, gewijzigd bij de collectieve |
arbeidsovereenkomsten van 8 oktober 2012 en van 27 maart 2013 inzake | arbeidsovereenkomsten van 8 oktober 2012 en van 27 maart 2013 inzake |
wijziging van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid, zal | wijziging van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid, zal |
vanaf 1 juli 2014 in die zin worden aangepast voor onbepaalde duur. | vanaf 1 juli 2014 in die zin worden aangepast voor onbepaalde duur. |
HOOFDSTUK IV. - Werkzekerheid | HOOFDSTUK IV. - Werkzekerheid |
Art. 8.Economische werkloosheid |
Art. 8.Economische werkloosheid |
De sociale partners vragen aan de Koning om, voor een periode van twee | De sociale partners vragen aan de Koning om, voor een periode van twee |
jaar, de maximumduur van de volledige schorsing van de uitvoering van | jaar, de maximumduur van de volledige schorsing van de uitvoering van |
de arbeidsovereenkomst voor tijdelijke werkloosheid om economische | de arbeidsovereenkomst voor tijdelijke werkloosheid om economische |
redenen van de arbeider op 8 weken te brengen. | redenen van de arbeider op 8 weken te brengen. |
Art. 9.Onderaanneming |
Art. 9.Onderaanneming |
De sociale partners engageren zich om de problematiek van de | De sociale partners engageren zich om de problematiek van de |
onderaanneming aan te pakken, met het oog op een bespreking van de | onderaanneming aan te pakken, met het oog op een bespreking van de |
problematiek van deloyale concurrentie en sociale dumping. Om deze | problematiek van deloyale concurrentie en sociale dumping. Om deze |
problematiek aan te pakken dient er te worden samengewerkt met andere | problematiek aan te pakken dient er te worden samengewerkt met andere |
sectoren en met overheidsinstanties. | sectoren en met overheidsinstanties. |
HOOFDSTUK V. - Vorming en innovatie | HOOFDSTUK V. - Vorming en innovatie |
Art. 10.Algemene bepalingen |
Art. 10.Algemene bepalingen |
§ 1. De sociale partners engageren zich de nodige maatregelen te | § 1. De sociale partners engageren zich de nodige maatregelen te |
treffen inzake vorming en opleiding om de participatiegraad van | treffen inzake vorming en opleiding om de participatiegraad van |
arbeiders jaarlijks met 5 pct. te verhogen. | arbeiders jaarlijks met 5 pct. te verhogen. |
§ 2. De bestaande collectieve arbeidsovereenkomst inzake vorming en | § 2. De bestaande collectieve arbeidsovereenkomst inzake vorming en |
innovatie van 20 oktober 2011 (106748/CO/149.01) wordt verlengd van 1 | innovatie van 20 oktober 2011 (106748/CO/149.01) wordt verlengd van 1 |
januari 2014 tot en met 25 maart 2014. De bepalingen met betrekking | januari 2014 tot en met 25 maart 2014. De bepalingen met betrekking |
tot de bijdragen voor risicogroepen en permanente vorming blijven | tot de bijdragen voor risicogroepen en permanente vorming blijven |
gelden voor onbepaalde duur. | gelden voor onbepaalde duur. |
Art. 11.Opbouw premiekrediet |
Art. 11.Opbouw premiekrediet |
§ 1. De mogelijkheid tot opname van het collectief opgebouwde | § 1. De mogelijkheid tot opname van het collectief opgebouwde |
premiekrediet van 8 uur per arbeider per jaar blijft voor de | premiekrediet van 8 uur per arbeider per jaar blijft voor de |
ondernemingen beperkt tot het betrokken jaar. Bovendien is een | ondernemingen beperkt tot het betrokken jaar. Bovendien is een |
voorafname van dit premiekrediet mogelijk tot de 2 daaropvolgende | voorafname van dit premiekrediet mogelijk tot de 2 daaropvolgende |
jaren volgens de formule N+1+2, waarvoor N wijst op het betrokken | jaren volgens de formule N+1+2, waarvoor N wijst op het betrokken |
jaar. | jaar. |
Dit betekent concreet dat het collectief opgebouwde premiekrediet van | Dit betekent concreet dat het collectief opgebouwde premiekrediet van |
2014 kan worden opgenomen in 2014 en dat een voorafname mogelijk is | 2014 kan worden opgenomen in 2014 en dat een voorafname mogelijk is |
voor de jaren 2015 en 2016. | voor de jaren 2015 en 2016. |
§ 2. Een onderneming heeft de mogelijkheid om het niet opgenomen | § 2. Een onderneming heeft de mogelijkheid om het niet opgenomen |
premiekrediet van de voorgaande jaren vooralsnog op te nemen. Dit is | premiekrediet van de voorgaande jaren vooralsnog op te nemen. Dit is |
echter beperkt tot de 2 voorgaande jaren volgens de formule N-1-2, | echter beperkt tot de 2 voorgaande jaren volgens de formule N-1-2, |
waarvoor N verwijst naar het betrokken jaar. | waarvoor N verwijst naar het betrokken jaar. |
Dit betekent concreet dat een onderneming in 2014 het niet opgenomen | Dit betekent concreet dat een onderneming in 2014 het niet opgenomen |
premiekrediet kan opnemen voor de jaren 2013 en 2012, op voorwaarde | premiekrediet kan opnemen voor de jaren 2013 en 2012, op voorwaarde |
dat dit nog niet was opgenomen. | dat dit nog niet was opgenomen. |
Opmerking : | Opmerking : |
Een collectieve arbeidsovereenkomst inzake vorming en innovatie zal | Een collectieve arbeidsovereenkomst inzake vorming en innovatie zal |
vanaf 26 maart 2014 tot en met 31 december 2014 in die zin worden | vanaf 26 maart 2014 tot en met 31 december 2014 in die zin worden |
opgemaakt. De bepalingen met betrekking tot de bijdragen voor | opgemaakt. De bepalingen met betrekking tot de bijdragen voor |
risicogroepen en permanente vorming blijven gelden voor onbepaalde | risicogroepen en permanente vorming blijven gelden voor onbepaalde |
duur. | duur. |
Art. 12.Individueel recht op opleiding |
Art. 12.Individueel recht op opleiding |
§ 1. Vanaf 1 januari 2015 wordt een autonoom individueel recht op | § 1. Vanaf 1 januari 2015 wordt een autonoom individueel recht op |
vorming ingevoerd van 1 dag per jaar voor elke arbeider. | vorming ingevoerd van 1 dag per jaar voor elke arbeider. |
§ 2. Het individueel recht op vorming staat los van het collectief | § 2. Het individueel recht op vorming staat los van het collectief |
opgebouwde opleidingskrediet van 8 uur per arbeider per jaar. | opgebouwde opleidingskrediet van 8 uur per arbeider per jaar. |
§ 3. Het individueel recht op vorming geldt enkel voor sector | § 3. Het individueel recht op vorming geldt enkel voor sector |
gerelateerde en sector relevante opleidingen en kan worden opgenomen | gerelateerde en sector relevante opleidingen en kan worden opgenomen |
voor het betrokken jaar en de 2 daarovolgende jaren volgens de formule | voor het betrokken jaar en de 2 daarovolgende jaren volgens de formule |
N+1+2. Dit betekent dat een arbeider in 2015 zijn recht kan opnemen | N+1+2. Dit betekent dat een arbeider in 2015 zijn recht kan opnemen |
voor de jaren 2015, 2016 en 2017, wat neerkomt op 3 dagen. | voor de jaren 2015, 2016 en 2017, wat neerkomt op 3 dagen. |
§ 4. De modaliteiten voor dit individueel recht worden uitgewerkt | § 4. De modaliteiten voor dit individueel recht worden uitgewerkt |
tegen uiterlijk 1 januari 2015. | tegen uiterlijk 1 januari 2015. |
Art. 13.Outplacement |
Art. 13.Outplacement |
Opmerking : | Opmerking : |
De bestaande collectieve arbeidsovereenkomst inzake outplacement, | De bestaande collectieve arbeidsovereenkomst inzake outplacement, |
sectorale tewerkstellingscel en informatie/oriëntatie van 20 oktober | sectorale tewerkstellingscel en informatie/oriëntatie van 20 oktober |
2011 (nr. 106747/CO/149.01) wordt verlengd van 1 januari 2014 tot en | 2011 (nr. 106747/CO/149.01) wordt verlengd van 1 januari 2014 tot en |
met 31 december 2014. | met 31 december 2014. |
Art. 14.OpleidingsCV |
Art. 14.OpleidingsCV |
De sociale partners engageren zich om een opleidingsCV uit te werken | De sociale partners engageren zich om een opleidingsCV uit te werken |
vóór 1 januari 2015 via een systeem van een sectorale databank met de | vóór 1 januari 2015 via een systeem van een sectorale databank met de |
mogelijkheid tot opting-out, mits voldaan aan volgende voorwaarden : | mogelijkheid tot opting-out, mits voldaan aan volgende voorwaarden : |
- enkel indien het gaat om een systeem welke gelijkwaardig is aan het | - enkel indien het gaat om een systeem welke gelijkwaardig is aan het |
sectorale systeem; | sectorale systeem; |
- enkel indien er reeds een eigen systeem bestond vóór 1 januari 2014; | - enkel indien er reeds een eigen systeem bestond vóór 1 januari 2014; |
- met de verplichting om de globale gegevens jaarlijks over te maken | - met de verplichting om de globale gegevens jaarlijks over te maken |
aan Vormelek. | aan Vormelek. |
HOOFDSTUK VI. - Arbeidstijd en flexibiliteit | HOOFDSTUK VI. - Arbeidstijd en flexibiliteit |
Art. 15.Tewerkstellingsbevorderende maatregel |
Art. 15.Tewerkstellingsbevorderende maatregel |
De ondernemingen kunnen in het geval van herstructurering of indien de | De ondernemingen kunnen in het geval van herstructurering of indien de |
arbeidsorganisatie kan versoepeld worden, via een collectieve | arbeidsorganisatie kan versoepeld worden, via een collectieve |
arbeidsovereenkomst de tewerkstelling bevorderen door onder meer | arbeidsovereenkomst de tewerkstelling bevorderen door onder meer |
collectieve arbeidsduurvermindering toe te passen. | collectieve arbeidsduurvermindering toe te passen. |
Ze kunnen hiervoor gebruik maken van de bestaande wettelijke en | Ze kunnen hiervoor gebruik maken van de bestaande wettelijke en |
decretale aanmoedigingspremies en de omzetting van de | decretale aanmoedigingspremies en de omzetting van de |
loonsverhogingen. | loonsverhogingen. |
Art. 16.Flexibiliteit |
Art. 16.Flexibiliteit |
Opmerking : | Opmerking : |
De bestaande collectieve arbeidsovereenkomst inzake flexibiliteit van | De bestaande collectieve arbeidsovereenkomst inzake flexibiliteit van |
20 oktober 2011 (nr. 106858/CO/149.01) wordt verlengd van 1 januari | 20 oktober 2011 (nr. 106858/CO/149.01) wordt verlengd van 1 januari |
2014 tot en met 31 maart 2015. | 2014 tot en met 31 maart 2015. |
Art. 17.Arbeidsorganisatie |
Art. 17.Arbeidsorganisatie |
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake arbeidsorganisatie (nr. | De collectieve arbeidsovereenkomst inzake arbeidsorganisatie (nr. |
106859/CO/149.01) van 20 oktober 2011 wordt verlengd vanaf 1 januari | 106859/CO/149.01) van 20 oktober 2011 wordt verlengd vanaf 1 januari |
2014 tot 31 december 2014 en aangepast rekening houdend met volgende | 2014 tot 31 december 2014 en aangepast rekening houdend met volgende |
principes : | principes : |
- De referteperiode wordt op 1 kalenderjaar gebracht en de interne | - De referteperiode wordt op 1 kalenderjaar gebracht en de interne |
grens vastgesteld op 91 uur; | grens vastgesteld op 91 uur; |
- Keuzemogelijkheid van de arbeider om de 1e 91 overuren per | - Keuzemogelijkheid van de arbeider om de 1e 91 overuren per |
kalenderjaar (omwille van buitengewone vermeerdering van het werk of | kalenderjaar (omwille van buitengewone vermeerdering van het werk of |
omwille van onvoorziene noodzakelijkheid) te recupereren of uitbetaald | omwille van onvoorziene noodzakelijkheid) te recupereren of uitbetaald |
te krijgen; | te krijgen; |
- Mogelijkheid tot het verhogen tot 130 overuren. In ondernemingen met | - Mogelijkheid tot het verhogen tot 130 overuren. In ondernemingen met |
een vakbondsafvaardiging dient dit te gebeuren via een collectieve | een vakbondsafvaardiging dient dit te gebeuren via een collectieve |
arbeidsovereenkomst; | arbeidsovereenkomst; |
- Verhogen van 130 overuren tot 143 overuren is enkel mogelijk via een | - Verhogen van 130 overuren tot 143 overuren is enkel mogelijk via een |
collectieve arbeidsovereenkomst op ondernemingsvlak. | collectieve arbeidsovereenkomst op ondernemingsvlak. |
Opmerking : | Opmerking : |
Rekening houdend met bovenvermelde principes dient de collectieve | Rekening houdend met bovenvermelde principes dient de collectieve |
arbeidsovereenkomst inzake arbeidsorganisatie van 20 oktober 2011 te | arbeidsovereenkomst inzake arbeidsorganisatie van 20 oktober 2011 te |
worden aangepast, met ingang van 1 januari 2014 en dit tot 31 december | worden aangepast, met ingang van 1 januari 2014 en dit tot 31 december |
2014. | 2014. |
HOOFDSTUK VII. - Eéngemaakt werknemersstatuut | HOOFDSTUK VII. - Eéngemaakt werknemersstatuut |
Art. 18.Werkgroep arbeiders - bedienden |
Art. 18.Werkgroep arbeiders - bedienden |
De sociale partners engageren zich om een inventaris op te maken van | De sociale partners engageren zich om een inventaris op te maken van |
de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders en bedienden die | de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders en bedienden die |
behoren tot de sector elektriciens (PSC 149.01 en PC 218). | behoren tot de sector elektriciens (PSC 149.01 en PC 218). |
In deze vergelijking dienen onder meer volgende thema's te worden | In deze vergelijking dienen onder meer volgende thema's te worden |
opgenomen : | opgenomen : |
- functieclassificatie; | - functieclassificatie; |
- anciënniteitsbarema's; | - anciënniteitsbarema's; |
- aanvullend pensioen; | - aanvullend pensioen; |
- vormingsdagen vakbondsafgevaardigden. | - vormingsdagen vakbondsafgevaardigden. |
HOOFDSTUK VIII. - Loopbaanplanning | HOOFDSTUK VIII. - Loopbaanplanning |
Art. 19.Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag |
Art. 19.Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag |
§ 1. Vanaf 1 januari 2014 wordt een stelsel van werkloosheid met | § 1. Vanaf 1 januari 2014 wordt een stelsel van werkloosheid met |
bedrijfstoeslag ingevoerd voor zware beroepen, alsook een medisch | bedrijfstoeslag ingevoerd voor zware beroepen, alsook een medisch |
stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag. | stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag. |
Opmerking : | Opmerking : |
In die zin zullen collectieve arbeidsovereenkomsten inzake stelsel van | In die zin zullen collectieve arbeidsovereenkomsten inzake stelsel van |
werkloosheid met bedrijfstoeslag voor zware beroepen en inzake een | werkloosheid met bedrijfstoeslag voor zware beroepen en inzake een |
medisch stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag worden opgemaakt | medisch stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag worden opgemaakt |
vanaf 1 januari 2014. | vanaf 1 januari 2014. |
§ 2. Op vlak van stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag bevelen | § 2. Op vlak van stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag bevelen |
de partijen in het kader van de arbeidsherverdelende maatregelen op | de partijen in het kader van de arbeidsherverdelende maatregelen op |
ondernemingsvlak volgende procedure aan : minstens drie maand voor het | ondernemingsvlak volgende procedure aan : minstens drie maand voor het |
bereiken van de brugpensioenleeftijd nodigt de werkgever de betrokken | bereiken van de brugpensioenleeftijd nodigt de werkgever de betrokken |
arbeider bij aangetekende brief uit tot een onderhoud tijdens de | arbeider bij aangetekende brief uit tot een onderhoud tijdens de |
werkuren op de zetel van de onderneming. Bij dit onderhoud kan de | werkuren op de zetel van de onderneming. Bij dit onderhoud kan de |
arbeider zich laten bijstaan door zijn vakbondsafgevaardigde. Bij dit | arbeider zich laten bijstaan door zijn vakbondsafgevaardigde. Bij dit |
onderhoud zullen zowel naar timing van het stelsel van werkloosheid | onderhoud zullen zowel naar timing van het stelsel van werkloosheid |
met bedrijfstoeslag als naar opleiding van de vervanger sluitende | met bedrijfstoeslag als naar opleiding van de vervanger sluitende |
afspraken gemaakt worden. | afspraken gemaakt worden. |
Art. 20.Tijdkrediet en loopbaanvermindering |
Art. 20.Tijdkrediet en loopbaanvermindering |
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake recht op tijdkrediet en | De collectieve arbeidsovereenkomst inzake recht op tijdkrediet en |
loopbaanvermindering van 27 juni 2007 dient te worden aangepast aan de | loopbaanvermindering van 27 juni 2007 dient te worden aangepast aan de |
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 gesloten in de Nationale | collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 gesloten in de Nationale |
Arbeidsraad tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, | Arbeidsraad tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, |
loopbaanvermindering en landingsbanen. | loopbaanvermindering en landingsbanen. |
In die zin wordt bovendien een recht geïnstalleerd op een voltijds en | In die zin wordt bovendien een recht geïnstalleerd op een voltijds en |
halftijds tijdkrediet voor motief zorg en opleiding, conform artikel | halftijds tijdkrediet voor motief zorg en opleiding, conform artikel |
4, § 1, 3° van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni | 4, § 1, 3° van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni |
2012, gesloten in de Nationale Arbeidsraad tot invoering van een | 2012, gesloten in de Nationale Arbeidsraad tot invoering van een |
stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen. | stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen. |
Opmerking : | Opmerking : |
De collectieve arbeidsovereenkomst inzake recht op tijdkrediet en | De collectieve arbeidsovereenkomst inzake recht op tijdkrediet en |
loopbaanvermindering van 27 juni 2007 zal vanaf 1 april 2014 in die | loopbaanvermindering van 27 juni 2007 zal vanaf 1 april 2014 in die |
zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. | zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. |
HOOFDSTUK IX. - Sectorale projecten | HOOFDSTUK IX. - Sectorale projecten |
Art. 21.Statuut vakbondsafvaardiging |
Art. 21.Statuut vakbondsafvaardiging |
De partijen engageren zich om tijdens de duurtijd van dit akkoord de | De partijen engageren zich om tijdens de duurtijd van dit akkoord de |
bestaande collectieve arbeidsovereenkomsten van 27 juni 2007 inzake | bestaande collectieve arbeidsovereenkomsten van 27 juni 2007 inzake |
het statuut van de vakbondsafvaardigingen en van 27 juni 2007 inzake | het statuut van de vakbondsafvaardigingen en van 27 juni 2007 inzake |
het statuut van de vakbondsafvaardigingen in ondernemingen met minder | het statuut van de vakbondsafvaardigingen in ondernemingen met minder |
dan 50 arbeiders en minstens 35 werknemers van te herschrijven en te | dan 50 arbeiders en minstens 35 werknemers van te herschrijven en te |
integreren tot één collectieve arbeidsovereenkomst inzake het statuut | integreren tot één collectieve arbeidsovereenkomst inzake het statuut |
van de vakbondsafvaardigingen. | van de vakbondsafvaardigingen. |
Opmerking : | Opmerking : |
De collectieve arbeidsovereenkomsten inzake het statuut van de | De collectieve arbeidsovereenkomsten inzake het statuut van de |
vakbondsafvaardigingen van 27 juni 2007 en inzake het statuut van de | vakbondsafvaardigingen van 27 juni 2007 en inzake het statuut van de |
vakbondsafvaardigingen in ondernemingen met minder dan 50 arbeiders en | vakbondsafvaardigingen in ondernemingen met minder dan 50 arbeiders en |
minstens 35 werknemers van 27 juni 2007 worden geïntegreerd in een | minstens 35 werknemers van 27 juni 2007 worden geïntegreerd in een |
gecoördineerde collectieve arbeidsovereenkomst inzake het statuut van | gecoördineerde collectieve arbeidsovereenkomst inzake het statuut van |
de vakbondsafvaardigingen. | de vakbondsafvaardigingen. |
Art. 22.Werkbare loopbanen en activeringsbeleid |
Art. 22.Werkbare loopbanen en activeringsbeleid |
De sociale partners verbinden er zich toe om in de loop van 2014 de | De sociale partners verbinden er zich toe om in de loop van 2014 de |
elementen te onderzoeken van een sectoraal beleid in het kader van : | elementen te onderzoeken van een sectoraal beleid in het kader van : |
- loopbaanverlenging; | - loopbaanverlenging; |
- tewerkstelling van jongeren; | - tewerkstelling van jongeren; |
- maatregelen voor werknemer in moeilijkheden; | - maatregelen voor werknemer in moeilijkheden; |
- activering en begeleiding van ontslagen en met ontslag bedreigde | - activering en begeleiding van ontslagen en met ontslag bedreigde |
arbeiders. | arbeiders. |
Dit onderzoek is geïnspireerd vanuit de wet van 26 december 2013 | Dit onderzoek is geïnspireerd vanuit de wet van 26 december 2013 |
inzake de invoering van een eenheidsstatuut voor arbeiders en | inzake de invoering van een eenheidsstatuut voor arbeiders en |
bedienden voor de opzegtermijnen en de carenzdag, evenals de | bedienden voor de opzegtermijnen en de carenzdag, evenals de |
begeleidende maatregelen (Belgisch Staatsblad van 31 december 2013, | begeleidende maatregelen (Belgisch Staatsblad van 31 december 2013, |
editie 3). | editie 3). |
HOOFDSTUK X. - Sociale vrede en duurtijd akkoord | HOOFDSTUK X. - Sociale vrede en duurtijd akkoord |
Art. 23.Sociale vrede |
Art. 23.Sociale vrede |
De sociale vrede zal verzekerd zijn in de sector tijdens de duurtijd | De sociale vrede zal verzekerd zijn in de sector tijdens de duurtijd |
van onderhavige overeenkomst. Bijgevolg zal op nationaal of regionaal | van onderhavige overeenkomst. Bijgevolg zal op nationaal of regionaal |
vlak of op ondernemingsvlak geen enkele eis van algemene of | vlak of op ondernemingsvlak geen enkele eis van algemene of |
collectieve aard gesteld, aangemoedigd of ondersteund worden die van | collectieve aard gesteld, aangemoedigd of ondersteund worden die van |
aard zou zijn de verbintenissen van de ondernemingen voorzien in deze | aard zou zijn de verbintenissen van de ondernemingen voorzien in deze |
overeenkomst uit te breiden of die van aard zou zijn de loonkosten van | overeenkomst uit te breiden of die van aard zou zijn de loonkosten van |
de ondernemingen te verhogen. | de ondernemingen te verhogen. |
Art. 24.Duur |
Art. 24.Duur |
Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor bepaalde | Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor bepaalde |
duur, gaande van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014, tenzij | duur, gaande van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014, tenzij |
anders bepaald. | anders bepaald. |
De artikels die van toepassing zijn voor onbepaalde duur kunnen worden | De artikels die van toepassing zijn voor onbepaalde duur kunnen worden |
opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend per | opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend per |
aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité | aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité |
voor de elektriciens : installatie en distributie en aan de | voor de elektriciens : installatie en distributie en aan de |
ondertekenende organisaties. | ondertekenende organisaties. |
De artikels die van toepassing zijn op het fonds voor | De artikels die van toepassing zijn op het fonds voor |
bestaanszekerheid voor onbepaalde duur kunnen worden opgezegd mits een | bestaanszekerheid voor onbepaalde duur kunnen worden opgezegd mits een |
opzeggingstermijn van zes maanden, betekend per aangetekend schrijven | opzeggingstermijn van zes maanden, betekend per aangetekend schrijven |
aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : | aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : |
installatie en distributie en aan de ondertekenende organisaties. | installatie en distributie en aan de ondertekenende organisaties. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 april | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 april |
2015. | 2015. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 mei 2014, | Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 mei 2014, |
gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie | gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie |
en distributie, betreffende het nationaal akkoord 2013-2014 | en distributie, betreffende het nationaal akkoord 2013-2014 |
Premies Vlaamse Gewest | Premies Vlaamse Gewest |
De ondertekenende partijen verklaren dat de arbeiders ressorterend | De ondertekenende partijen verklaren dat de arbeiders ressorterend |
onder het Paritair subcomité voor de elektriciens : installatie en | onder het Paritair subcomité voor de elektriciens : installatie en |
distributie en die inzake domicilie en tewerkstelling voldoen aan de | distributie en die inzake domicilie en tewerkstelling voldoen aan de |
omschrijving van het Vlaamse Gewest gebruik kunnen maken van de | omschrijving van het Vlaamse Gewest gebruik kunnen maken van de |
aanmoedigingspremies van kracht in het Vlaamse Gewest namelijk : | aanmoedigingspremies van kracht in het Vlaamse Gewest namelijk : |
- zorgkrediet; | - zorgkrediet; |
- opleidingskrediet; | - opleidingskrediet; |
- ondernemingen in moeilijkheden of herstructureringen. | - ondernemingen in moeilijkheden of herstructureringen. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 april | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 april |
2015. | 2015. |
De Minister van Werk, | De Minister van Werk, |
K. PEETERS | K. PEETERS |