Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 04/05/2016
← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen "
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE
4 MEI 2016. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk 4 MEI 2016. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk
besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot
erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve
vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen
FILIP, Koning der Belgen, FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een Nationale Gelet op de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een Nationale
Raad voor Coöperatie, artikel 5, tweede lid, vervangen bij de wet van Raad voor Coöperatie, artikel 5, tweede lid, vervangen bij de wet van
12 juli 2013; 12 juli 2013;
Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling
van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van
coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen; coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor de Coöperatie, gegeven Gelet op het advies van de Nationale Raad voor de Coöperatie, gegeven
in juni 2015; in juni 2015;
Gelet op het advies nr. 58.939/1 van de Raad van State, gegeven op 9 Gelet op het advies nr. 58.939/1 van de Raad van State, gegeven op 9
maart 2016 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de maart 2016 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat al de huidige erkenningen van bepaalde duur zijn en op Overwegende dat al de huidige erkenningen van bepaalde duur zijn en op
31 mei 2016 aflopen; 31 mei 2016 aflopen;
Overwegende dat de memorie van toelichting bij de wet van 12 juli 2013 Overwegende dat de memorie van toelichting bij de wet van 12 juli 2013
tot wijziging van de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een tot wijziging van de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een
Nationale Raad voor Coöperatie een erkenning van onbepaalde duur Nationale Raad voor Coöperatie een erkenning van onbepaalde duur
voorstelt, middels de toetsing op regelmatige basis ervan aan de voorstelt, middels de toetsing op regelmatige basis ervan aan de
erkenningsvoorwaarden door de Federale Overheidsdienst Economie, erkenningsvoorwaarden door de Federale Overheidsdienst Economie,
K.M.O., Middenstand en Energie; K.M.O., Middenstand en Energie;
Overwegende dat een bepaald aantal erkenningsvoorwaarden vatbaar zijn Overwegende dat een bepaald aantal erkenningsvoorwaarden vatbaar zijn
voor interpretatie op verschillende wijzen en dus dienen te worden voor interpretatie op verschillende wijzen en dus dienen te worden
herschreven op een meer begrijpbare manier; herschreven op een meer begrijpbare manier;
Op de voordracht van de Minister van Economie, Op de voordracht van de Minister van Economie,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In de Franse tekst van het opschrift van het koninklijk

Artikel 1.In de Franse tekst van het opschrift van het koninklijk
besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot
erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve
vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen, gewijzigd bij vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen, gewijzigd bij
het koninklijk besluit van 24 maart 2015, wordt het woord `nationaux' het koninklijk besluit van 24 maart 2015, wordt het woord `nationaux'
opgeheven. opgeheven.

Art. 2.In de Nederlandse tekst van het opschrift van hetzelfde

Art. 2.In de Nederlandse tekst van het opschrift van hetzelfde
besluit, wordt het woord "nationale" opgeheven. besluit, wordt het woord "nationale" opgeheven.

Art. 3.Artikel 1 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijk

Art. 3.Artikel 1 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijk
besluiten van 24 september 1986 en 10 november 1996, wordt vervangen besluiten van 24 september 1986 en 10 november 1996, wordt vervangen
als volgt : als volgt :
"

Artikel 1.§ 1. De groeperingen die de coöperatieve vennootschappen

 "

Artikel 1.§ 1. De groeperingen die de coöperatieve vennootschappen
vertegenwoordigen, hierna "groeperingen" genoemd, en de coöperatieve vertegenwoordigen, hierna "groeperingen" genoemd, en de coöperatieve
vennootschappen, kunnen slechts worden erkend als organisatie die vennootschappen, kunnen slechts worden erkend als organisatie die
bevoegd is om deel te nemen aan de samenstelling van de algemene bevoegd is om deel te nemen aan de samenstelling van de algemene
vergadering van de Nationale Raad voor de Coöperatie, wanneer hun vergadering van de Nationale Raad voor de Coöperatie, wanneer hun
werking en hun statuten in overeenstemming zijn met de coöperatieve werking en hun statuten in overeenstemming zijn met de coöperatieve
beginselen, bedoeld in artikel 5 van de wet van 20 juli 1955 houdende beginselen, bedoeld in artikel 5 van de wet van 20 juli 1955 houdende
instelling van een Nationale Raad voor Coöperatie, dit wil zeggen instelling van een Nationale Raad voor Coöperatie, dit wil zeggen
wanneer zij onder meer het volgende inhouden : wanneer zij onder meer het volgende inhouden :
1° de toetreding van vennoten gebeurt vrijwillig en de vennootschap 1° de toetreding van vennoten gebeurt vrijwillig en de vennootschap
mag de toetreding van vennoten niet weigeren of de uitsluiting niet mag de toetreding van vennoten niet weigeren of de uitsluiting niet
uitspreken, tenzij de betrokkenen niet of niet langer aan de algemene uitspreken, tenzij de betrokkenen niet of niet langer aan de algemene
toelatingsvoorwaarden zoals bepaald in de statuten, voldoen, of tenzij toelatingsvoorwaarden zoals bepaald in de statuten, voldoen, of tenzij
zij daden verrichten die met de belangen van de vennootschap strijdig zij daden verrichten die met de belangen van de vennootschap strijdig
zijn; zijn;
2° de aandelen van het maatschappelijk kapitaal, zelfs al zijn ze van 2° de aandelen van het maatschappelijk kapitaal, zelfs al zijn ze van
ongelijke waarde, binnen iedere waardecategorie, scheppen gelijke ongelijke waarde, binnen iedere waardecategorie, scheppen gelijke
rechten en verplichtingen, behoudens hetgeen hierna in de bepaling rechten en verplichtingen, behoudens hetgeen hierna in de bepaling
onder 3° is bepaald wat betreft het stemrecht op de algemene onder 3° is bepaald wat betreft het stemrecht op de algemene
vergadering; vergadering;
3° alle vennoten hebben op de algemene vergadering, in alle zaken, een 3° alle vennoten hebben op de algemene vergadering, in alle zaken, een
gelijk stemrecht, ongeacht het aantal aandelen die zij bezitten; gelijk stemrecht, ongeacht het aantal aandelen die zij bezitten;
4° de bestuurders en de commissarissen worden door de algemene 4° de bestuurders en de commissarissen worden door de algemene
vergadering benoemd; vergadering benoemd;
5° het dividend op het maatschappelijk kapitaal, uitgekeerd aan de 5° het dividend op het maatschappelijk kapitaal, uitgekeerd aan de
vennoten, mag niet hoger zijn dan 6 procent van de nominale waarde van vennoten, mag niet hoger zijn dan 6 procent van de nominale waarde van
de aandelen, na aftrek van de roerende voorheffing; de aandelen, na aftrek van de roerende voorheffing;
6° het voornaamste doel van de vennootschap is het verschaffen van een 6° het voornaamste doel van de vennootschap is het verschaffen van een
economisch of sociaal voordeel aan de vennoten ter bevrediging van hun economisch of sociaal voordeel aan de vennoten ter bevrediging van hun
beroeps- of persoonlijke behoeften; beroeps- of persoonlijke behoeften;
7° het mandaat van de bestuurders en de controlerende vennoten is 7° het mandaat van de bestuurders en de controlerende vennoten is
onbezoldigd; onbezoldigd;
8° een gedeelte van de jaarlijkse inkomsten wordt voorbehouden voor 8° een gedeelte van de jaarlijkse inkomsten wordt voorbehouden voor
informatieverstrekking aan en opleiding van haar huidige of potentiële informatieverstrekking aan en opleiding van haar huidige of potentiële
leden of het grote publiek. leden of het grote publiek.
§ 2. In geval van weigering tot toetreding of uitsluiting bedoeld in § 2. In geval van weigering tot toetreding of uitsluiting bedoeld in
paragraaf 1, 1°, deelt de vennootschap de objectieve redenen van de paragraaf 1, 1°, deelt de vennootschap de objectieve redenen van de
weigering tot toetreding of de uitsluiting mee aan de betrokkene die weigering tot toetreding of de uitsluiting mee aan de betrokkene die
daarom verzoekt. daarom verzoekt.
§ 3. De statuten kunnen afwijken van de bepaling van paragraaf 1, 3°, § 3. De statuten kunnen afwijken van de bepaling van paragraaf 1, 3°,
voor zover het aantal stemmen dat een vennoot kan uitbrengen, voor zover het aantal stemmen dat een vennoot kan uitbrengen,
persoonlijk of als gevolmachtigde, niet hoger ligt dan tien procent persoonlijk of als gevolmachtigde, niet hoger ligt dan tien procent
van de stemrechten verbonden aan de aanwezige en de vertegenwoordigde van de stemrechten verbonden aan de aanwezige en de vertegenwoordigde
aandelen. Telt de vennootschap evenwel meer dan duizend vennoten, dan aandelen. Telt de vennootschap evenwel meer dan duizend vennoten, dan
mag er in de tweede graad worden gestemd. mag er in de tweede graad worden gestemd.
§ 4. De bepaling van paragraaf 1, 4°, belet niet dat statutaire § 4. De bepaling van paragraaf 1, 4°, belet niet dat statutaire
bestuurders kunnen worden benoemd in de mate dat de statuten in de bestuurders kunnen worden benoemd in de mate dat de statuten in de
mogelijkheid en de nadere regels voor de algemene vergadering voorzien mogelijkheid en de nadere regels voor de algemene vergadering voorzien
om de benoeming te herroepen. om de benoeming te herroepen.
Zijn één of meer bestuurders of commissarissen evenwel niet door de Zijn één of meer bestuurders of commissarissen evenwel niet door de
algemene vergadering benoemd, maar door de raad van bestuur of door algemene vergadering benoemd, maar door de raad van bestuur of door
een onderscheiden categorie van vennoten, dan heeft de algemene een onderscheiden categorie van vennoten, dan heeft de algemene
vergadering het recht om zich tegen deze benoeming te verzetten. vergadering het recht om zich tegen deze benoeming te verzetten.
§ 5. Indien het voordeel bedoeld in paragraaf 1, 6°, bestaat in een § 5. Indien het voordeel bedoeld in paragraaf 1, 6°, bestaat in een
coöperatieve teruggave, dan kan deze enkel worden toegekend naar rata coöperatieve teruggave, dan kan deze enkel worden toegekend naar rata
van de verrichtingen die de vennoten met de vennootschap hebben van de verrichtingen die de vennoten met de vennootschap hebben
gedaan. gedaan.
§ 6. De statuten kunnen afwijken van de bepaling van paragraaf 1, 7°, § 6. De statuten kunnen afwijken van de bepaling van paragraaf 1, 7°,
voor zover dat de eventuele vergoeding van de bestuurders niet bestaat voor zover dat de eventuele vergoeding van de bestuurders niet bestaat
uit een deelname in de winst van de vennootschap en wordt vastgesteld uit een deelname in de winst van de vennootschap en wordt vastgesteld
door de algemene vergadering. door de algemene vergadering.
§ 7. De bestuurders stellen jaarlijks een bijzonder verslag op over de § 7. De bestuurders stellen jaarlijks een bijzonder verslag op over de
wijze waarop de vennootschap toezicht houdt op de wijze waarop de vennootschap toezicht houdt op de
erkenningsvoorwaarden, in het bijzonder deze bedoeld in paragraaf 1, erkenningsvoorwaarden, in het bijzonder deze bedoeld in paragraaf 1,
6° en 8°, dat in voorkomend geval, wordt ingevoegd in het jaarverslag 6° en 8°, dat in voorkomend geval, wordt ingevoegd in het jaarverslag
dat overeenkomstig de artikelen 95 en 96 van het Wetboek van dat overeenkomstig de artikelen 95 en 96 van het Wetboek van
vennootschappen wordt opgesteld. De bestuurders van de vennootschappen vennootschappen wordt opgesteld. De bestuurders van de vennootschappen
die niet gehouden zijn een jaarverslag op te stellen, bewaren het die niet gehouden zijn een jaarverslag op te stellen, bewaren het
bijzonder verslag op de zetel van de vennootschap. bijzonder verslag op de zetel van de vennootschap.
§ 8. De bepaling van paragraaf 1, 6°, is niet van toepassing op § 8. De bepaling van paragraaf 1, 6°, is niet van toepassing op
coöperatieve vennootschappen met een sociaal oogmerk, die aan de coöperatieve vennootschappen met een sociaal oogmerk, die aan de
voorwaarden voldoen bepaald in de artikelen 661 tot 664 van het voorwaarden voldoen bepaald in de artikelen 661 tot 664 van het
Wetboek van vennootschappen en aan de andere erkenningsvoorwaarden Wetboek van vennootschappen en aan de andere erkenningsvoorwaarden
bedoeld in dit besluit.". bedoeld in dit besluit.".

Art. 4.Artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninkijk

Art. 4.Artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninkijk
besluit van 24 september 1986, wordt opgeheven. besluit van 24 september 1986, wordt opgeheven.

Art. 5.Artikel 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk

Art. 5.Artikel 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk
besluit van 24 maart 2015, wordt vervangen als volgt : besluit van 24 maart 2015, wordt vervangen als volgt :
"

Art. 4.De groepering en de al dan niet bij een groepering

 "

Art. 4.De groepering en de al dan niet bij een groepering
aangesloten coöperatieve vennootschap, dienen bij de Federale aangesloten coöperatieve vennootschap, dienen bij de Federale
Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, hierna "de Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, hierna "de
FOD Economie" genoemd, een aanvraag tot erkenning in, volgens de als FOD Economie" genoemd, een aanvraag tot erkenning in, volgens de als
bijlage bij dit besluit gevoegde modellen. bijlage bij dit besluit gevoegde modellen.
De aanvraag tot erkenning wordt ingediend met de post of met de De aanvraag tot erkenning wordt ingediend met de post of met de
elektronische post. elektronische post.
Bij de aanvraag tot erkenning die door de coöperatieve vennootschappen Bij de aanvraag tot erkenning die door de coöperatieve vennootschappen
wordt ingevuld, worden gevoegd : een bewijs van de oprichting van de wordt ingevuld, worden gevoegd : een bewijs van de oprichting van de
vennootschap in het land waar de vennootschap werd opgericht, een vennootschap in het land waar de vennootschap werd opgericht, een
exemplaar van de gecoördineerde statuten van de vennootschap, een exemplaar van de gecoördineerde statuten van de vennootschap, een
exemplaar van het huishoudelijk reglement van de vennootschap voor exemplaar van het huishoudelijk reglement van de vennootschap voor
zover er een is, de notulen van de laatste algemene vergadering van de zover er een is, de notulen van de laatste algemene vergadering van de
vennootschap, de jaarrekening van de laatste drie boekjaren van de vennootschap, de jaarrekening van de laatste drie boekjaren van de
vennootschap, behalve wanneer deze beschikbaar zijn op de internetsite vennootschap, behalve wanneer deze beschikbaar zijn op de internetsite
van de Balanscentrale of een andere officiële site, alsook elk ander van de Balanscentrale of een andere officiële site, alsook elk ander
document waaruit blijkt dat de erkenningsvoorwaarden bepaald in document waaruit blijkt dat de erkenningsvoorwaarden bepaald in
artikel 1, vervuld zijn. artikel 1, vervuld zijn.
Bij de aanvraag tot erkenning die door de groeperingen van Bij de aanvraag tot erkenning die door de groeperingen van
coöperatieve vennootschappen wordt ingevuld, wordt een exemplaar van coöperatieve vennootschappen wordt ingevuld, wordt een exemplaar van
de gecoördineerde statuten van de groepering gevoegd. de gecoördineerde statuten van de groepering gevoegd.
Wanneer hij dat nodig acht, kan de FOD Economie bij de aanvrager om Wanneer hij dat nodig acht, kan de FOD Economie bij de aanvrager om
bijkomende inlichtingen met betrekking tot de aanvraag tot erkenning bijkomende inlichtingen met betrekking tot de aanvraag tot erkenning
vragen. vragen.
De coöperatieve vennootschappen, aangesloten bij meerdere De coöperatieve vennootschappen, aangesloten bij meerdere
groeperingen, mogen slechts door bemiddeling van één van deze groeperingen, mogen slechts door bemiddeling van één van deze
groeperingen om hun erkenning verzoeken.". groeperingen om hun erkenning verzoeken.".

Art. 6.Artikel 5 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk

Art. 6.Artikel 5 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk
besluit van 24 maart 2015, wordt vervangen als volgt : besluit van 24 maart 2015, wordt vervangen als volgt :
"

Art. 5.De groeperingen en de coöperatieve vennootschappen die

 "

Art. 5.De groeperingen en de coöperatieve vennootschappen die
voldoen aan de voorwaarden bepaald in artikel 1 worden door de voldoen aan de voorwaarden bepaald in artikel 1 worden door de
minister bevoegd voor Economie voor onbepaalde duur erkend. minister bevoegd voor Economie voor onbepaalde duur erkend.
De groeperingen en de coöperatieve vennootschappen die een erkenning De groeperingen en de coöperatieve vennootschappen die een erkenning
hebben verkregen vóór de inwerkingtreding van dit besluit, blijven hebben verkregen vóór de inwerkingtreding van dit besluit, blijven
erkend tot de vervaldag van de toegekende erkenning. erkend tot de vervaldag van de toegekende erkenning.
Na deze vervaldag worden de betrokken groeperingen en de betrokken Na deze vervaldag worden de betrokken groeperingen en de betrokken
coöperatieve vennootschappen beschouwd als erkend voor onbepaalde coöperatieve vennootschappen beschouwd als erkend voor onbepaalde
duur, voor zover zij blijven voldoen aan de erkenningsvoorwaarden duur, voor zover zij blijven voldoen aan de erkenningsvoorwaarden
bepaald in artikel 1. bepaald in artikel 1.
Alvorens een beslissing over de erkenning van een groepering of van Alvorens een beslissing over de erkenning van een groepering of van
een coöperatieve vennootschap te nemen, kan de minister bevoegd voor een coöperatieve vennootschap te nemen, kan de minister bevoegd voor
Economie om het advies van het bureau van de Nationale Raad voor de Economie om het advies van het bureau van de Nationale Raad voor de
Coöperatie verzoeken. Coöperatie verzoeken.
In voorkomend geval, mag hij zich eveneens richten tot een bevoegde In voorkomend geval, mag hij zich eveneens richten tot een bevoegde
autoriteit, bedoeld in artikel 1, 4°, van de wet van 20 juli 1955 autoriteit, bedoeld in artikel 1, 4°, van de wet van 20 juli 1955
houdende instelling van een Nationale Raad voor Coöperatie, om na te houdende instelling van een Nationale Raad voor Coöperatie, om na te
gaan of de coöperatieve vennootschap de bepalingen van het gaan of de coöperatieve vennootschap de bepalingen van het
vennootschapsrecht die voor haar van toepassing zijn, eerbiedigt. ". vennootschapsrecht die voor haar van toepassing zijn, eerbiedigt. ".

Art. 7.Artikel 6 van hetzelfde besluit, opgeheven bij het koninklijk

Art. 7.Artikel 6 van hetzelfde besluit, opgeheven bij het koninklijk
besluit van 24 maart 2015, wordt hersteld als volgt : besluit van 24 maart 2015, wordt hersteld als volgt :
"

Art. 6.De ambtenaren van de FOD Economie gaan op regelmatige basis

 "

Art. 6.De ambtenaren van de FOD Economie gaan op regelmatige basis
na of de groeperingen of coöperatieve vennootschappen aan de na of de groeperingen of coöperatieve vennootschappen aan de
voorwaarden van de erkenning die hun is toegekend blijven voldoen. voorwaarden van de erkenning die hun is toegekend blijven voldoen.
Wanneer hij dat nodig acht, kan de FOD Economie het bijzonder verslag Wanneer hij dat nodig acht, kan de FOD Economie het bijzonder verslag
bedoeld in artikel 1, § 2, of bijkomende inlichtingen bij de bedoeld in artikel 1, § 2, of bijkomende inlichtingen bij de
groepering of de coöperatieve vennootschap vragen in het kader van de groepering of de coöperatieve vennootschap vragen in het kader van de
controle van de erkenningsvoorwaarden.". controle van de erkenningsvoorwaarden.".

Art. 8.In artikel 7 van hetzelfde besluit, vervangen bij het

Art. 8.In artikel 7 van hetzelfde besluit, vervangen bij het
koninklijk besluit van 24 maart 2015, worden de volgende wijzigingen koninklijk besluit van 24 maart 2015, worden de volgende wijzigingen
aangebracht : aangebracht :
1° in het eerste lid worden de woorden "bij artikelen 1 en 2" 1° in het eerste lid worden de woorden "bij artikelen 1 en 2"
vervangen door de woorden "bij artikel 1"; vervangen door de woorden "bij artikel 1";
2° in het derde lid wordt het woord "coöperatieve" ingevoegd tussen de 2° in het derde lid wordt het woord "coöperatieve" ingevoegd tussen de
woorden "Nationale Raad voor de Coöperatie, verneemt dat de" en de woorden "Nationale Raad voor de Coöperatie, verneemt dat de" en de
woorden "vennootschap de bepalingen". woorden "vennootschap de bepalingen".

Art. 9.In hetzelfde besluit worden de bijlagen 1 en 2, vervangen bij

Art. 9.In hetzelfde besluit worden de bijlagen 1 en 2, vervangen bij
het koninklijk besluit van 24 maart 2015, vervangen door de bijlagen 1 het koninklijk besluit van 24 maart 2015, vervangen door de bijlagen 1
en 2 gevoegd bij dit besluit. en 2 gevoegd bij dit besluit.

Art. 10.Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2016.

Art. 10.Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2016.

Art. 11.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering

Art. 11.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering
van dit besluit. van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 4 mei 2016. Gegeven te Brussel, 4 mei 2016.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Economie, De Minister van Economie,
K. PEETERS K. PEETERS
Bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 4 mei 2016 tot wijziging van Bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 4 mei 2016 tot wijziging van
het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de
voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van
coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 4 mei 2016 tot Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 4 mei 2016 tot
wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot
vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale
groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve
vennootschappen. vennootschappen.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Economie, De Minister van Economie,
K. PEETERS K. PEETERS
Bijlage 2 bij het koninklijk besluit van 4 mei 2016 tot wijziging van Bijlage 2 bij het koninklijk besluit van 4 mei 2016 tot wijziging van
het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de
voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van
coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 4 mei 2016 tot Gezien om te worden gevoegd bij ons besluit van 4 mei 2016 tot
wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot
vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale
groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve
vennootschappen. vennootschappen.
FILIP FILIP
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Economie, De Minister van Economie,
K. PEETERS K. PEETERS
^