Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 04/05/2004
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het halftijds brugpensioen in uitvoering van artikel 13, § 2 van het nationaal akkoord 2003-2004 van 14 mei 2003 "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het halftijds brugpensioen in uitvoering van artikel 13, § 2 van het nationaal akkoord 2003-2004 van 14 mei 2003 Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het halftijds brugpensioen in uitvoering van artikel 13, § 2 van het nationaal akkoord 2003-2004 van 14 mei 2003
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
4 MEI 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt 4 MEI 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003, gesloten verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003, gesloten
in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het
halftijds brugpensioen in uitvoering van artikel 13, § 2 van het halftijds brugpensioen in uitvoering van artikel 13, § 2 van het
nationaal akkoord 2003-2004 van 14 mei 2003 (1) nationaal akkoord 2003-2004 van 14 mei 2003 (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
28; 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het koetswerk; Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het koetswerk;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003, gesloten overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003, gesloten
in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het
halftijds brugpensioen in uitvoering van artikel 13, § 2 van het halftijds brugpensioen in uitvoering van artikel 13, § 2 van het
nationaal akkoord 2003-2004 van 14 mei 2003. nationaal akkoord 2003-2004 van 14 mei 2003.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

besluit. besluit.
Gegeven te Brussel, 4 mei 2004. Gegeven te Brussel, 4 mei 2004.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
F. VANDENBROUCKE F. VANDENBROUCKE
_______ _______
Nota Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Bijlage
Paritair Subcomité voor het koetswerk Paritair Subcomité voor het koetswerk
Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003 Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003
Halftijds brugpensioen in uitvoering van artikel 13, § 2 van het Halftijds brugpensioen in uitvoering van artikel 13, § 2 van het
nationaal akkoord 2003-2004 van 14 mei 2003 (Overeenkomst nationaal akkoord 2003-2004 van 14 mei 2003 (Overeenkomst
geregistreerd op 9 september 2003 onder het nummer 67380/CO/149.02) geregistreerd op 9 september 2003 onder het nummer 67380/CO/149.02)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

de werkgevers en werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder de werkgevers en werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder
het Paritair Subcomité voor het koetswerk. het Paritair Subcomité voor het koetswerk.
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt
onder « werklieden » verstaan : de werklieden en de werksters. onder « werklieden » verstaan : de werklieden en de werksters.
HOOFDSTUK II. - Algemene beschikkingen HOOFDSTUK II. - Algemene beschikkingen

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten :

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten :

- overeenkomstig en in uitvoering van de bepalingen opgenomen in de - overeenkomstig en in uitvoering van de bepalingen opgenomen in de
collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55 van 13 juli 1993, gesloten in collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55 van 13 juli 1993, gesloten in
de Nationale Arbeidsraad en algemeen verbindend verklaard bij de Nationale Arbeidsraad en algemeen verbindend verklaard bij
koninklijk besluit van 17 november 1993, tot instelling van een koninklijk besluit van 17 november 1993, tot instelling van een
regeling van aanvullende vergoeding voor sommige oudere werknemers, in regeling van aanvullende vergoeding voor sommige oudere werknemers, in
geval van halvering van de arbeidsprestaties, hierna collectieve geval van halvering van de arbeidsprestaties, hierna collectieve
arbeidsovereenkomst nr. 55 genoemd; arbeidsovereenkomst nr. 55 genoemd;
- overeenkomstig en in uitvoering van artikel 13 en artikel 14 van de - overeenkomstig en in uitvoering van artikel 13 en artikel 14 van de
wet van 1 april 2003 houdende uitvoering van het interprofessioneel wet van 1 april 2003 houdende uitvoering van het interprofessioneel
akkoord voor de periode 2003-2004 (Belgisch Staatsblad van 16 mei akkoord voor de periode 2003-2004 (Belgisch Staatsblad van 16 mei
2003). 2003).
HOOFDSTUK III. - Leeftijdsvoorwaarde HOOFDSTUK III. - Leeftijdsvoorwaarde

Art. 3.In de sector koetswerk wordt een recht op halftijds

Art. 3.In de sector koetswerk wordt een recht op halftijds

brugpensioen ingevoerd en overeenkomstig artikel 112 van de wet van 26 brugpensioen ingevoerd en overeenkomstig artikel 112 van de wet van 26
maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid
1998 en houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 1 april 1998 en houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 1 april
1999), wordt de leeftijd voor de werklieden bepaald op 55 jaar. 1999), wordt de leeftijd voor de werklieden bepaald op 55 jaar.
HOOFDSTUK IV. - Toepassingsmodaliteiten op ondernemingsniveau HOOFDSTUK IV. - Toepassingsmodaliteiten op ondernemingsniveau

Art. 4.Op ondernemingsniveau dient een collectieve

Art. 4.Op ondernemingsniveau dient een collectieve

arbeidsovereenkomst te worden gesloten, die de concrete modaliteiten arbeidsovereenkomst te worden gesloten, die de concrete modaliteiten
vastlegt voor invoering binnen de onderneming van de regeling bedoeld vastlegt voor invoering binnen de onderneming van de regeling bedoeld
bij collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55, inzonderheid voor al deze bij collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55, inzonderheid voor al deze
modaliteiten die niet expliciet worden geregeld door de collectieve modaliteiten die niet expliciet worden geregeld door de collectieve
arbeidsovereenkomst nr. 55. arbeidsovereenkomst nr. 55.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst op ondernemingsniveau dient ter Deze collectieve arbeidsovereenkomst op ondernemingsniveau dient ter
goedkeuring te worden voorgelegd aan het Paritair Subcomité voor het goedkeuring te worden voorgelegd aan het Paritair Subcomité voor het
koetswerk. koetswerk.

Art. 5.Bovendien zal voor alle betrokken werklieden, afzonderlijk en

Art. 5.Bovendien zal voor alle betrokken werklieden, afzonderlijk en

schriftelijk een arbeidsovereenkomst voor deeltijdse arbeid worden schriftelijk een arbeidsovereenkomst voor deeltijdse arbeid worden
vastgesteld volgens de modaliteiten bepaald in artikel 11bis van de vastgesteld volgens de modaliteiten bepaald in artikel 11bis van de
wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten (Belgisch wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten (Belgisch
Staatsblad van 22 augustus 1978), en dit uiterlijk op de dag waarop de Staatsblad van 22 augustus 1978), en dit uiterlijk op de dag waarop de
betrokken werklieden in halftijds brugpensioen worden gesteld. betrokken werklieden in halftijds brugpensioen worden gesteld.
De inhoud van en de modaliteiten voor deze individuele De inhoud van en de modaliteiten voor deze individuele
arbeidsovereenkomst zullen worden vastgelegd in de collectieve arbeidsovereenkomst zullen worden vastgelegd in de collectieve
arbeidsovereenkomst op ondernemingsniveau bedoeld in artikel 4. arbeidsovereenkomst op ondernemingsniveau bedoeld in artikel 4.
HOOFDSTUK V. - Betaling van de aanvullende vergoeding HOOFDSTUK V. - Betaling van de aanvullende vergoeding

Art. 6.In uitvoering van artikel 9, § 1, van de collectieve

Art. 6.In uitvoering van artikel 9, § 1, van de collectieve

arbeidsovereenkomst nr. 55 wordt de betaalplicht van de aanvullende arbeidsovereenkomst nr. 55 wordt de betaalplicht van de aanvullende
vergoeding van de werkgever overgedragen aan het « Sociaal Fonds voor vergoeding van de werkgever overgedragen aan het « Sociaal Fonds voor
het koetswerk ». het koetswerk ».
Het « Sociaal Fonds voor het koetswerk » zal hiertoe de nodige Het « Sociaal Fonds voor het koetswerk » zal hiertoe de nodige
modaliteiten uitwerken. modaliteiten uitwerken.
HOOFDSTUK VI. - Overgang naar het voltijds brugpensioen HOOFDSTUK VI. - Overgang naar het voltijds brugpensioen

Art. 7.De overgang van het halftijdse naar het voltijdse brugpensioen

Art. 7.De overgang van het halftijdse naar het voltijdse brugpensioen

is mogelijk volgens de voorwaarden en modaliteiten bepaald in het is mogelijk volgens de voorwaarden en modaliteiten bepaald in het
artikel 11 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55. artikel 11 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55.
HOOFDSTUK VII. - Geldigheid HOOFDSTUK VII. - Geldigheid

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met

ingang van 1 januari 2003 en treedt buiten werking op 31 december ingang van 1 januari 2003 en treedt buiten werking op 31 december
2004. 2004.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 4 mei 2004. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 4 mei 2004.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
F. VANDENBROUCKE F. VANDENBROUCKE
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003 Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2003
gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk
Tussen de onderneming : Tussen de onderneming :
hierbij vertegenwoordigd door : hierbij vertegenwoordigd door :
en volgende werknemersorganisaties : en volgende werknemersorganisaties :
vertegenwoordigd door : vertegenwoordigd door :
wordt overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 55 van wordt overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 55 van
13 juli 1993 en in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst 13 juli 1993 en in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst
gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk op 8 juli 2003 gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk op 8 juli 2003
in het raam van het halftijds brugpensioen het volgende overeengekomen in het raam van het halftijds brugpensioen het volgende overeengekomen
: :
Toepassingsmodaliteiten Toepassingsmodaliteiten

Artikel 1.§ 1.De deeltijdse arbeidsregeling, met name het aantal

Artikel 1.§ 1.De deeltijdse arbeidsregeling, met name het aantal

wekelijks te presteren uren, waarin de werknemer in het raam van het wekelijks te presteren uren, waarin de werknemer in het raam van het
halftijds brugpensioen instapt, wordt als volgt bepaald : halftijds brugpensioen instapt, wordt als volgt bepaald :
§ 2. Inzake het werkrooster van de halftijds bruggepensioneerde kan § 2. Inzake het werkrooster van de halftijds bruggepensioneerde kan
een keuze worden gemaakt tussen : een keuze worden gemaakt tussen :
- een halftijds werkrooster op dagbasis; - een halftijds werkrooster op dagbasis;
- een halftijds werkrooster op weekbasis; - een halftijds werkrooster op weekbasis;
- een halftijds werkrooster week per week; - een halftijds werkrooster week per week;
- een halftijds werkrooster op maandbasis; - een halftijds werkrooster op maandbasis;
- eender welk andere formule met akkoord tussen werkgever en - eender welk andere formule met akkoord tussen werkgever en
werknemer. werknemer.
§ 3. Bovenvermelde arbeidsregeling en werkrooster dienen in onderling § 3. Bovenvermelde arbeidsregeling en werkrooster dienen in onderling
akkoord tussen werkgever en werknemer schriftelijk te worden akkoord tussen werkgever en werknemer schriftelijk te worden
vastgelegd, en dit ten laatste op de dag waarop de werknemer in vastgelegd, en dit ten laatste op de dag waarop de werknemer in
halftijds brugpensioen wordt gesteld. halftijds brugpensioen wordt gesteld.
Vervangingsplicht van de halftijds bruggepensioneerde Vervangingsplicht van de halftijds bruggepensioneerde

Art. 2.In uitvoering van afdeling 3 van het koninklijk besluit van 30

Art. 2.In uitvoering van afdeling 3 van het koninklijk besluit van 30

juli 1994 betreffende het halftijds brugpensioen is de werkgever juli 1994 betreffende het halftijds brugpensioen is de werkgever
verplicht de werknemer die in halftijds brugpensioen wordt gesteld te verplicht de werknemer die in halftijds brugpensioen wordt gesteld te
vervangen door een volledig uitkeringsgerechtigde werkloze. vervangen door een volledig uitkeringsgerechtigde werkloze.
Duurtijd Duurtijd

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is geldig vanaf.........

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is geldig vanaf.........

tot en met......... tot en met.........
Namens de onderneming : Namens de onderneming :
Namens de werknemersorganisaties : Namens de werknemersorganisaties :
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 4 mei 2004. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 4 mei 2004.
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
F. VANDENBROUCKE F. VANDENBROUCKE
^