← Terug naar "Koninklijk besluit houdende samenstelling van de evaluatiecommissie voor de mandaten van directeur bij de federale politie "
| Koninklijk besluit houdende samenstelling van de evaluatiecommissie voor de mandaten van directeur bij de federale politie | Koninklijk besluit houdende samenstelling van de evaluatiecommissie voor de mandaten van directeur bij de federale politie |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST | FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST |
| BINNENLANDSE ZAKEN | BINNENLANDSE ZAKEN |
| 4 JULI 2004. - Koninklijk besluit houdende samenstelling van de | 4 JULI 2004. - Koninklijk besluit houdende samenstelling van de |
| evaluatiecommissie voor de mandaten van directeur bij de federale | evaluatiecommissie voor de mandaten van directeur bij de federale |
| politie | politie |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een | Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een |
| geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, | geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, |
| inzonderheid op artikel 107; | inzonderheid op artikel 107; |
| Gelet op de wet van 26 april 2002 houdende de essentiële elementen van | Gelet op de wet van 26 april 2002 houdende de essentiële elementen van |
| het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende | het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende |
| diverse andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten, | diverse andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten, |
| inzonderheid op de artikelen 66 en 75; | inzonderheid op de artikelen 66 en 75; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de | Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de |
| rechtspositie van het personeel van de politiediensten, inzonderheid | rechtspositie van het personeel van de politiediensten, inzonderheid |
| op de artikelen VII.III.3 en VII.III.99, gewijzigd bij het koninklijk | op de artikelen VII.III.3 en VII.III.99, gewijzigd bij het koninklijk |
| besluit van 16 april 2002; | besluit van 16 april 2002; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en van Onze | Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en van Onze |
| Minister van Justitie, en op het advies van Onze in Raad vergaderde | Minister van Justitie, en op het advies van Onze in Raad vergaderde |
| Ministers, | Ministers, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.De evaluatiecommissie voor de mandaten van directeur bij de |
Artikel 1.De evaluatiecommissie voor de mandaten van directeur bij de |
| federale politie bestaat uit de volgende leden : | federale politie bestaat uit de volgende leden : |
| 1° als voorzitter, de commissaris-generaal van de federale politie, | 1° als voorzitter, de commissaris-generaal van de federale politie, |
| indien de te evaluëren mandaathouder onder het commissariaat-generaal | indien de te evaluëren mandaathouder onder het commissariaat-generaal |
| ressorteert, of de directeur-generaal of adjunct-directeur generaal | ressorteert, of de directeur-generaal of adjunct-directeur generaal |
| van de algemene directie van de federale politie waaronder de te | van de algemene directie van de federale politie waaronder de te |
| evalueren mandaathouder ressorteert, aangewezen door de Minister van | evalueren mandaathouder ressorteert, aangewezen door de Minister van |
| Binnenlandse Zaken; | Binnenlandse Zaken; |
| 2° een door de Minister van Binnenlandse zaken aangewezen | 2° een door de Minister van Binnenlandse zaken aangewezen |
| directeur-generaal of adjunct-directeur-generaal van een andere | directeur-generaal of adjunct-directeur-generaal van een andere |
| algemene directie van de federale politie, bijzitter; | algemene directie van de federale politie, bijzitter; |
| 3° de inspecteur-generaal van de algemene inspectie van de federale | 3° de inspecteur-generaal van de algemene inspectie van de federale |
| politie en van de lokale politie of diens afgevaardigde, bijzitter. | politie en van de lokale politie of diens afgevaardigde, bijzitter. |
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
| Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. | Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. |
Art. 3.Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Onze Minister van |
Art. 3.Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Onze Minister van |
| Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit | Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit |
| besluit. | besluit. |
| Gegeven te Brussel, 4 juli 2004. | Gegeven te Brussel, 4 juli 2004. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Justitie, | De Minister van Justitie, |
| Mevr. L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
| De Minister van Binnenlandse Zaken, | De Minister van Binnenlandse Zaken, |
| P. DEWAEL | P. DEWAEL |