| Koninklijk besluit betreffende de vergunningen voor de levering van elektriciteit door tussenpersonen en betreffende de gedragsregels die op hen van toepassing zijn | Koninklijk besluit betreffende de vergunningen voor de levering van elektriciteit door tussenpersonen en betreffende de gedragsregels die op hen van toepassing zijn |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE |
| 2 APRIL 2003. - Koninklijk besluit betreffende de vergunningen voor de | 2 APRIL 2003. - Koninklijk besluit betreffende de vergunningen voor de |
| levering van elektriciteit door tussenpersonen en betreffende de | levering van elektriciteit door tussenpersonen en betreffende de |
| gedragsregels die op hen van toepassing zijn | gedragsregels die op hen van toepassing zijn |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de | Gelet op de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de |
| elektriciteitsmarkt, inzonderheid op artikelen 18 en 30, § 2; | elektriciteitsmarkt, inzonderheid op artikelen 18 en 30, § 2; |
| Gelet op het advies van de Commissie voor de Regulering van de | Gelet op het advies van de Commissie voor de Regulering van de |
| Elektriciteit en het Gas gegeven op 10 september 2001; | Elektriciteit en het Gas gegeven op 10 september 2001; |
| Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 |
| juli 2002; | juli 2002; |
| Gelet op het besluit van de Ministerraad over het verzoek om advies | Gelet op het besluit van de Ministerraad over het verzoek om advies |
| door de Raad van State binnen een termijn van een maand; | door de Raad van State binnen een termijn van een maand; |
| Gelet op het advies 33.972/1 van de Raad van State, gegeven op 19 | Gelet op het advies 33.972/1 van de Raad van State, gegeven op 19 |
| december 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de | december 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de |
| gecoördineerde wetten op de Raad van State; | gecoördineerde wetten op de Raad van State; |
| Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van | Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van |
| Mobiliteit en Vervoer en van Onze Staatssecretaris voor Energie, | Mobiliteit en Vervoer en van Onze Staatssecretaris voor Energie, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
| HOOFDSTUK I. - Definities | HOOFDSTUK I. - Definities |
Artikel 1.De definities vervat in artikel 2 van de wet van 29 april |
Artikel 1.De definities vervat in artikel 2 van de wet van 29 april |
| 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt zijn van | 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt zijn van |
| toepassing op dit besluit. | toepassing op dit besluit. |
| Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder »vergunning » | Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder »vergunning » |
| de vergunning bedoeld in artikel 2. | de vergunning bedoeld in artikel 2. |
| HOOFDSTUK II. - Vergunningen voor de levering van elektriciteit | HOOFDSTUK II. - Vergunningen voor de levering van elektriciteit |
| Afdeling 1. - Vergunningen | Afdeling 1. - Vergunningen |
Art. 2.Voor de levering van elektriciteit door een tussenpersoon aan |
Art. 2.Voor de levering van elektriciteit door een tussenpersoon aan |
| in België gevestigde afnemers die verbonden zijn met het | in België gevestigde afnemers die verbonden zijn met het |
| transmissienet of met een directe lijn waarvan de nominale spanning | transmissienet of met een directe lijn waarvan de nominale spanning |
| hoger is dan 70.000 volt, is een vergunning vereist. | hoger is dan 70.000 volt, is een vergunning vereist. |
| De vergunning wordt uitgereikt overeenkomstig dit besluit. | De vergunning wordt uitgereikt overeenkomstig dit besluit. |
| Afdeling 2. - Toekenningscriteria van de vergunningen | Afdeling 2. - Toekenningscriteria van de vergunningen |
Art. 3.§ 1. De aanvrager van een vergunning moet aantonen dat hij |
Art. 3.§ 1. De aanvrager van een vergunning moet aantonen dat hij |
| beschikt over voldoende middelen om : | beschikt over voldoende middelen om : |
| 1° zijn financiële verplichtingen na te leven ten opzichte van zijn | 1° zijn financiële verplichtingen na te leven ten opzichte van zijn |
| producent, distributeur, tussenpersoon of afnemer, alsook van de | producent, distributeur, tussenpersoon of afnemer, alsook van de |
| netbeheerder en de overheden; | netbeheerder en de overheden; |
| 2° de naleving van de openbare dienstverplichtingen, bedoeld in de | 2° de naleving van de openbare dienstverplichtingen, bedoeld in de |
| genoemde wet van 29 april 1999 en de uitvoeringsbesluiten, die hem | genoemde wet van 29 april 1999 en de uitvoeringsbesluiten, die hem |
| zijn toegewezen, te verzekeren; | zijn toegewezen, te verzekeren; |
| 3° het technisch reglement na te leven. | 3° het technisch reglement na te leven. |
| § 2. Om de elektriciteitsbevoorrading van de afnemers van de aanvrager | § 2. Om de elektriciteitsbevoorrading van de afnemers van de aanvrager |
| van een vergunning en het gebruik van het transmissienet op een | van een vergunning en het gebruik van het transmissienet op een |
| veilige, betrouwbare en doelmatige wijze te laten verlopen, bewijst de | veilige, betrouwbare en doelmatige wijze te laten verlopen, bewijst de |
| aanvrager van een vergunning bovendien dat hij beschikt over : | aanvrager van een vergunning bovendien dat hij beschikt over : |
| 1° voldoende personeel met de nodige ervaring op het vlak van de | 1° voldoende personeel met de nodige ervaring op het vlak van de |
| levering van elektriciteit; | levering van elektriciteit; |
| 2° een beheersstructuur alsook een administratieve en boekhoudkundige | 2° een beheersstructuur alsook een administratieve en boekhoudkundige |
| organisatie, aangepast aan de activiteiten die hij gaat uitoefenen. | organisatie, aangepast aan de activiteiten die hij gaat uitoefenen. |
| § 3. De aanvrager van een vergunning verbindt er zich toe te | § 3. De aanvrager van een vergunning verbindt er zich toe te |
| beschikken over voldoende capaciteiten inzake vermogen en energie, om | beschikken over voldoende capaciteiten inzake vermogen en energie, om |
| de bevoorrading van zijn afnemers te verzekeren, overeenkomstig het | de bevoorrading van zijn afnemers te verzekeren, overeenkomstig het |
| technisch reglement en de met zijn afnemers gesloten en/of nog af te | technisch reglement en de met zijn afnemers gesloten en/of nog af te |
| sluiten contracten, en om de naleving van de hem opgelegde openbare | sluiten contracten, en om de naleving van de hem opgelegde openbare |
| dienstverplichtingen te verzekeren. | dienstverplichtingen te verzekeren. |
| Afdeling 3. - Toekenningsprocedure van de vergunning | Afdeling 3. - Toekenningsprocedure van de vergunning |
Art. 4.De vergunning kan worden aangevraagd door een natuurlijke of |
Art. 4.De vergunning kan worden aangevraagd door een natuurlijke of |
| rechtspersoon gevestigd in één van de staten die deel uitmaken van de | rechtspersoon gevestigd in één van de staten die deel uitmaken van de |
| Europese Economische Ruimte. | Europese Economische Ruimte. |
Art. 5.De vergunningsaanvraag wordt in drie exemplaren gericht aan de |
Art. 5.De vergunningsaanvraag wordt in drie exemplaren gericht aan de |
| commissie per aangetekend schrijven met ontvangstbewijs. De aanvraag | commissie per aangetekend schrijven met ontvangstbewijs. De aanvraag |
| wordt door de aanvrager of zijn gemachtigde ondertekend en | wordt door de aanvrager of zijn gemachtigde ondertekend en |
| gedagtekend. | gedagtekend. |
Art. 6.Op straffe van onontvankelijkheid van de vergunningsaanvraag, |
Art. 6.Op straffe van onontvankelijkheid van de vergunningsaanvraag, |
| omvat het dossier dat bij de aanvraag wordt gevoegd : | omvat het dossier dat bij de aanvraag wordt gevoegd : |
| 1° de identiteit van de aanvrager, zijn volledig adres en eventueel | 1° de identiteit van de aanvrager, zijn volledig adres en eventueel |
| het adres waar de exploitatie zal plaatsvinden in België; de statuten | het adres waar de exploitatie zal plaatsvinden in België; de statuten |
| van de aanvrager indien hij opgericht is onder de vorm van een | van de aanvrager indien hij opgericht is onder de vorm van een |
| rechtspersoon, of het ontwerp van de statuten van de op te richten | rechtspersoon, of het ontwerp van de statuten van de op te richten |
| rechtspersoon; | rechtspersoon; |
| 2° de algemene en technische informatie betreffende de organisatie van | 2° de algemene en technische informatie betreffende de organisatie van |
| de aanvrager die de commissie moet toelaten te oordelen of de | de aanvrager die de commissie moet toelaten te oordelen of de |
| aanvrager in staat is om zijn verbintenissen en verplichtingen, | aanvrager in staat is om zijn verbintenissen en verplichtingen, |
| bedoeld in artikel 3, na te komen. | bedoeld in artikel 3, na te komen. |
| De informatie die door de aanvrager in het raam van het eerste lid, | De informatie die door de aanvrager in het raam van het eerste lid, |
| 2°, verstrekt wordt, omvat in het bijzonder : | 2°, verstrekt wordt, omvat in het bijzonder : |
| - een eensluidend verklaard afschrift van de goedgekeurde | - een eensluidend verklaard afschrift van de goedgekeurde |
| jaarrekeningen van de drie laatste boekjaren die zijn neergelegd bij | jaarrekeningen van de drie laatste boekjaren die zijn neergelegd bij |
| de griffie van de rechtbank van koophandel en bij de balanscentrale | de griffie van de rechtbank van koophandel en bij de balanscentrale |
| van de nationale bank of elke andere equivalente instantie in het | van de nationale bank of elke andere equivalente instantie in het |
| buitenland, wanneer zij ter beschikking zijn; | buitenland, wanneer zij ter beschikking zijn; |
| - een prognose met betrekking tot de balansen en jaarrekeningen voor | - een prognose met betrekking tot de balansen en jaarrekeningen voor |
| de vijf volgende jaren; | de vijf volgende jaren; |
| - een schriftelijke verklaring waarin de aanvrager zich ertoe verbindt | - een schriftelijke verklaring waarin de aanvrager zich ertoe verbindt |
| het technisch reglement na te leven. | het technisch reglement na te leven. |
| - een boekhoudkundig plan; | - een boekhoudkundig plan; |
| - een gedetailleerd plan betreffende het personeel met organigram; | - een gedetailleerd plan betreffende het personeel met organigram; |
| - een overzicht van de maatregelen die genomen zijn om de | - een overzicht van de maatregelen die genomen zijn om de |
| vertrouwelijkheid van de commerciële gegevens te waarborgen. | vertrouwelijkheid van de commerciële gegevens te waarborgen. |
Art. 7.Binnen tien kalenderdagen na ontvangst van de aanvraag stuurt |
Art. 7.Binnen tien kalenderdagen na ontvangst van de aanvraag stuurt |
| de commissie naar de aanvrager een ontvangstbewijs en deelt dit mee | de commissie naar de aanvrager een ontvangstbewijs en deelt dit mee |
| aan de minister. Desgevallend verzoekt de commissie de aanvrager haar | aan de minister. Desgevallend verzoekt de commissie de aanvrager haar |
| de ontbrekende stukken of bijkomende inlichtingen te bezorgen binnen | de ontbrekende stukken of bijkomende inlichtingen te bezorgen binnen |
| een termijn van dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf de dag van de | een termijn van dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf de dag van de |
| ontvangst van de kennisgeving. | ontvangst van de kennisgeving. |
| Indien op het einde van deze termijn, de aanvrager in gebreke blijft | Indien op het einde van deze termijn, de aanvrager in gebreke blijft |
| ontbrekende stukken of de bijkomende inlichtingen te verschaffen, | ontbrekende stukken of de bijkomende inlichtingen te verschaffen, |
| wordt de aanvraag verworpen. | wordt de aanvraag verworpen. |
Art. 8.Binnen de dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf de |
Art. 8.Binnen de dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf de |
| ontvangstdatum van de aanvraag, of desgevallend vanaf de | ontvangstdatum van de aanvraag, of desgevallend vanaf de |
| ontvangstdatum van de ontbrekende stukken of de bijkomende | ontvangstdatum van de ontbrekende stukken of de bijkomende |
| inlichtingen, bezorgt de commissie per aangetekend schrijven aan de | inlichtingen, bezorgt de commissie per aangetekend schrijven aan de |
| minister of aan zijn afgevaardigde, haar voorstel tot vergunning, of | minister of aan zijn afgevaardigde, haar voorstel tot vergunning, of |
| haar voorstel tot weigering, evenals het volledige desbetreffende | haar voorstel tot weigering, evenals het volledige desbetreffende |
| dossier, inzonderheid met inbegrip van de stukken bedoeld in artikel | dossier, inzonderheid met inbegrip van de stukken bedoeld in artikel |
| 6. Indien de commissie voorstelt de vergunning te weigeren, wordt haar | 6. Indien de commissie voorstelt de vergunning te weigeren, wordt haar |
| voorstel met redenen omkleed. De commissie deelt de aanvrager mee dat | voorstel met redenen omkleed. De commissie deelt de aanvrager mee dat |
| haar voorstel werd overgemaakt aan de minister. | haar voorstel werd overgemaakt aan de minister. |
| Indien de minister beslist de vergunning toe te kennen, wordt het | Indien de minister beslist de vergunning toe te kennen, wordt het |
| desbetreffende ministerieel besluit bij uittreksel in het Belgisch | desbetreffende ministerieel besluit bij uittreksel in het Belgisch |
| Staatsblad bekendgemaakt. Indien de tussenpersoon elektriciteit levert | Staatsblad bekendgemaakt. Indien de tussenpersoon elektriciteit levert |
| aan eindafnemers die niet in aanmerking komen, kan het ministerieel | aan eindafnemers die niet in aanmerking komen, kan het ministerieel |
| besluit specifieke toekenningsvoorwaarden betreffende statistische en | besluit specifieke toekenningsvoorwaarden betreffende statistische en |
| boekhoudingsgegevens bevatten. | boekhoudingsgegevens bevatten. |
| Indien de minister beslist de vergunning niet toe te kennen, worden de | Indien de minister beslist de vergunning niet toe te kennen, worden de |
| aanvrager en de commissie daarvan in kennis gesteld bij aangetekend | aanvrager en de commissie daarvan in kennis gesteld bij aangetekend |
| schrijven, binnen een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen | schrijven, binnen een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen |
| vanaf de ontvangst van het voorstel van de commissie. | vanaf de ontvangst van het voorstel van de commissie. |
Art. 9.Het ministerieel besluit waarbij de vergunning wordt |
Art. 9.Het ministerieel besluit waarbij de vergunning wordt |
| toegekend, wordt de aanvrager, de commissie en de netbeheerder per | toegekend, wordt de aanvrager, de commissie en de netbeheerder per |
| aangetekende brief ter kennis gebracht binnen een termijn van dertig | aangetekende brief ter kennis gebracht binnen een termijn van dertig |
| kalenderdagen, te rekenen vanaf de ontvangst van het voorstel van de | kalenderdagen, te rekenen vanaf de ontvangst van het voorstel van de |
| commissie. | commissie. |
Art. 10.De vergunning bevat de informatie bedoeld in het artikel 6, |
Art. 10.De vergunning bevat de informatie bedoeld in het artikel 6, |
| 1°, met uitzondering van deze betreffende de statuten. | 1°, met uitzondering van deze betreffende de statuten. |
Art. 11.De vergunning wordt toegekend voor een duur van vijf jaar. |
Art. 11.De vergunning wordt toegekend voor een duur van vijf jaar. |
| Afdeling 4. - Schorsing, herziening en intrekking van de vergunning | Afdeling 4. - Schorsing, herziening en intrekking van de vergunning |
Art. 12.§ 1. De commissie stelt de houder van de vergunning in |
Art. 12.§ 1. De commissie stelt de houder van de vergunning in |
| gebreke als hij : | gebreke als hij : |
| 1° in gebreke blijft de bepalingen van dit besluit na te leven; | 1° in gebreke blijft de bepalingen van dit besluit na te leven; |
| 2° de hem opgelegde openbaredienst-verplichtingen inzake de regelmaat | 2° de hem opgelegde openbaredienst-verplichtingen inzake de regelmaat |
| en kwaliteit van de elektriciteitsleveringen en inzake de bevoorrading | en kwaliteit van de elektriciteitsleveringen en inzake de bevoorrading |
| van de niet in aanmerking komende afnemers niet naleeft; | van de niet in aanmerking komende afnemers niet naleeft; |
| 3° de bepalingen inzake het technisch reglement die op hem van | 3° de bepalingen inzake het technisch reglement die op hem van |
| toepassing zijn, niet naleeft. | toepassing zijn, niet naleeft. |
| § 2. De commissie stelt de vergunninghouder in gebreke per | § 2. De commissie stelt de vergunninghouder in gebreke per |
| aangetekend, met redenen omkleed schrijven en verleent hem, behoudens | aangetekend, met redenen omkleed schrijven en verleent hem, behoudens |
| bedrog of herhaling, dertig kalenderdagen, om zich in overeenstemming | bedrog of herhaling, dertig kalenderdagen, om zich in overeenstemming |
| te stellen met de niet nageleefde verplichtingen. Een afschrift van | te stellen met de niet nageleefde verplichtingen. Een afschrift van |
| deze ingebrekestelling wordt gericht aan de minister. | deze ingebrekestelling wordt gericht aan de minister. |
| § 3. De termijn van dertig kalenderdagen als bedoeld in § 2 kan | § 3. De termijn van dertig kalenderdagen als bedoeld in § 2 kan |
| ingekort worden ingeval de commissie vaststelt dat de tekortkoming of | ingekort worden ingeval de commissie vaststelt dat de tekortkoming of |
| waargenomen fout schade kan toebrengen aan de veiligheid van het net. | waargenomen fout schade kan toebrengen aan de veiligheid van het net. |
| § 4. Indien de vergunninghouder binnen de termijn die hem in de | § 4. Indien de vergunninghouder binnen de termijn die hem in de |
| gebrekstelling wordt opgelegd, zijn verplichtingen niet is nagekomen, | gebrekstelling wordt opgelegd, zijn verplichtingen niet is nagekomen, |
| kan de commissie, na de vergunninghouder gehoord te hebben, aan de | kan de commissie, na de vergunninghouder gehoord te hebben, aan de |
| minister voorstellen om de vergunning gedurende een periode van dertig | minister voorstellen om de vergunning gedurende een periode van dertig |
| kalenderdagen te schorsen of om de vergunning te herzien, gepaard | kalenderdagen te schorsen of om de vergunning te herzien, gepaard |
| gaande met specifieke en tijdelijke voorwaarden, of om de vergunning | gaande met specifieke en tijdelijke voorwaarden, of om de vergunning |
| definitief in te trekken. | definitief in te trekken. |
| Ingeval van bedrog of herhaling, kan de minister de vergunning | Ingeval van bedrog of herhaling, kan de minister de vergunning |
| onmiddellijk intrekken. | onmiddellijk intrekken. |
| De minister brengt de vergunninghouder, de commissie en de | De minister brengt de vergunninghouder, de commissie en de |
| netbeheerder op de hoogte van zijn beslissing per aangetekend | netbeheerder op de hoogte van zijn beslissing per aangetekend |
| schrijven. | schrijven. |
| § 5. De minister trekt de vergunning in ingeval van vereffening of | § 5. De minister trekt de vergunning in ingeval van vereffening of |
| faillissement van de vergunninghouder. Hij informeert er per | faillissement van de vergunninghouder. Hij informeert er per |
| aangetekend schrijven, de vergunninghouder, de commissie en de | aangetekend schrijven, de vergunninghouder, de commissie en de |
| netbeheerder van. | netbeheerder van. |
| § 6. De vergunning wordt ingetrokken bij ministerieel besluit, dat bij | § 6. De vergunning wordt ingetrokken bij ministerieel besluit, dat bij |
| uittreksel wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad . | uittreksel wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad . |
Art. 13.De vergunning mag aan geen enkele natuurlijke of |
Art. 13.De vergunning mag aan geen enkele natuurlijke of |
| rechtspersoon worden overgedragen. Er moet een nieuwe vergunning | rechtspersoon worden overgedragen. Er moet een nieuwe vergunning |
| worden aangevraagd overeenkomstig de toekenningsprocedure bedoeld in | worden aangevraagd overeenkomstig de toekenningsprocedure bedoeld in |
| afdeling 3. | afdeling 3. |
| HOOFDSTUK III. - Gedragsregels toepasbaar op de tussenpersonen | HOOFDSTUK III. - Gedragsregels toepasbaar op de tussenpersonen |
| Afdeling 1. - Algemene bepalingen | Afdeling 1. - Algemene bepalingen |
Art. 14.De houder van een vergunning is verplicht : |
Art. 14.De houder van een vergunning is verplicht : |
| 1° het technisch reglement na te leven; | 1° het technisch reglement na te leven; |
| 2° zijn financiële verplichtingen na te leven ten opzichte van zijn | 2° zijn financiële verplichtingen na te leven ten opzichte van zijn |
| producent, distributeur, tussenpersoon of afnemer, alsook van de | producent, distributeur, tussenpersoon of afnemer, alsook van de |
| netbeheerder en de overheden; | netbeheerder en de overheden; |
| 3° de openbare dienstverplichtingen na te leven; | 3° de openbare dienstverplichtingen na te leven; |
| 4° over voldoende personeel te beschikken met de nodige ervaring op | 4° over voldoende personeel te beschikken met de nodige ervaring op |
| het vlak van de levering van elektriciteit; | het vlak van de levering van elektriciteit; |
| 5° over een beheerstructuur te beschikken alsook een administratieve | 5° over een beheerstructuur te beschikken alsook een administratieve |
| en boekhoudkundige organisatie, aangepast aan de activiteiten die hij | en boekhoudkundige organisatie, aangepast aan de activiteiten die hij |
| gaat uitoefenen. | gaat uitoefenen. |
| Afdeling 2. - Onderbreking van de leveringen | Afdeling 2. - Onderbreking van de leveringen |
Art. 15.In de mate van het mogelijke brengt de vergunninghouder |
Art. 15.In de mate van het mogelijke brengt de vergunninghouder |
| vooraf zijn afnemers en de netbeheerder op hoogte van de data en uren | vooraf zijn afnemers en de netbeheerder op hoogte van de data en uren |
| van de onderbrekingen. | van de onderbrekingen. |
Art. 16.Ingeval van incident op het transmissienet dat een |
Art. 16.Ingeval van incident op het transmissienet dat een |
| onmiddellijke onderbreking noodzakelijk maakt, brengt de | onmiddellijke onderbreking noodzakelijk maakt, brengt de |
| vergunninghouder zijn afnemers zo snel mogelijk op de hoogte van de | vergunninghouder zijn afnemers zo snel mogelijk op de hoogte van de |
| termijn en van de redelijkerwijze te voorziene duur van de | termijn en van de redelijkerwijze te voorziene duur van de |
| onderbreking, in functie van de informatie die verstrekt wordt door de | onderbreking, in functie van de informatie die verstrekt wordt door de |
| netbeheerder. | netbeheerder. |
| Afdeling 3. - Het leveringscontract | Afdeling 3. - Het leveringscontract |
Art. 17.Het leveringscontract regelt de rechten en verplichtingen van |
Art. 17.Het leveringscontract regelt de rechten en verplichtingen van |
| de vergunninghouder en van een welbepaalde afnemer. | de vergunninghouder en van een welbepaalde afnemer. |
Art. 18.Het contract bepaalt ten minste : |
Art. 18.Het contract bepaalt ten minste : |
| 1° het afnamepunt of de afnamepunten; | 1° het afnamepunt of de afnamepunten; |
| 2° de hoeveelheden te leveren elektriciteit; | 2° de hoeveelheden te leveren elektriciteit; |
| 3° de prijzen; | 3° de prijzen; |
| 4° de leveringsvoorwaarden; | 4° de leveringsvoorwaarden; |
| 5° in voorkomend geval, de onderbrekings- en verminderingsvoorwaarden | 5° in voorkomend geval, de onderbrekings- en verminderingsvoorwaarden |
| van de leveringen; | van de leveringen; |
| 6° de voorwaarden betreffende de facturering en betalingen; | 6° de voorwaarden betreffende de facturering en betalingen; |
| 7° de duur van het contract. | 7° de duur van het contract. |
Art. 19.De vergunninghouder kan met zijn afnemers overeenkomen om |
Art. 19.De vergunninghouder kan met zijn afnemers overeenkomen om |
| elektriciteit te leveren op een niet-vaste basis. In dit geval kunnen | elektriciteit te leveren op een niet-vaste basis. In dit geval kunnen |
| de leveringen onderbroken worden gedurende de duur van het | de leveringen onderbroken worden gedurende de duur van het |
| leveringscontract in overeenstemming met de contractuele bepalingen | leveringscontract in overeenstemming met de contractuele bepalingen |
| maar onverminderd artikel 15 en 16 van dit besluit. | maar onverminderd artikel 15 en 16 van dit besluit. |
| Afdeling 4. - Informatie | Afdeling 4. - Informatie |
Art. 20.De vergunninghouder deelt aan zijn afnemers elke informatie |
Art. 20.De vergunninghouder deelt aan zijn afnemers elke informatie |
| mede die een technische invloed kan hebben op hun uitbatingvoorwaarden | mede die een technische invloed kan hebben op hun uitbatingvoorwaarden |
| en aan de netbeheerder alle inlichtingen die vereist zijn krachtens | en aan de netbeheerder alle inlichtingen die vereist zijn krachtens |
| het technisch reglement. | het technisch reglement. |
Art. 21.De vergunninghouder deelt jaarlijks, vóór 1 maart, aan de |
Art. 21.De vergunninghouder deelt jaarlijks, vóór 1 maart, aan de |
| commissie en aan de minister een activiteitsverslag mede met | commissie en aan de minister een activiteitsverslag mede met |
| betrekking tot het jaar dat het lopende jaar voorafgaat en dat | betrekking tot het jaar dat het lopende jaar voorafgaat en dat |
| betrekking heeft op : | betrekking heeft op : |
| 1° de hoeveelheden elektrische energie die werden aangekocht bij | 1° de hoeveelheden elektrische energie die werden aangekocht bij |
| producenten in België; | producenten in België; |
| 2° de hoeveelheden elektrische energie die werden aangekocht in het | 2° de hoeveelheden elektrische energie die werden aangekocht in het |
| buitenland, met vermelding van de landen van oorsprong; | buitenland, met vermelding van de landen van oorsprong; |
| 3° de hoeveelheden energie die werden geleverd respectievelijk aan de | 3° de hoeveelheden energie die werden geleverd respectievelijk aan de |
| eindafnemers, aan de distributeurs en aan de tussenpersonen; | eindafnemers, aan de distributeurs en aan de tussenpersonen; |
| 4° een specifiek verslag over de uitvoering van de openbare | 4° een specifiek verslag over de uitvoering van de openbare |
| dienstverplichtingen, die hem werden opgelegd. | dienstverplichtingen, die hem werden opgelegd. |
| De minister kan, na advies van de commissie, het model van een | De minister kan, na advies van de commissie, het model van een |
| formulier vaststellen voor het opstellen van dit verslag. | formulier vaststellen voor het opstellen van dit verslag. |
Art. 22.De vergunninghouder is gehouden jaarlijks aan de minister of |
Art. 22.De vergunninghouder is gehouden jaarlijks aan de minister of |
| zijn afgevaardigde de noodzakelijke administratieve gegevens over te | zijn afgevaardigde de noodzakelijke administratieve gegevens over te |
| maken om België toe te laten te voldoen aan zijn verplichtingen inzake | maken om België toe te laten te voldoen aan zijn verplichtingen inzake |
| mededeling van informatie aan de internationale instanties. | mededeling van informatie aan de internationale instanties. |
| HOOFDSTUK IV. - Strafbepalingen | HOOFDSTUK IV. - Strafbepalingen |
Art. 23.Wordt gestraft met gevangenisstraf van één maand tot zes |
Art. 23.Wordt gestraft met gevangenisstraf van één maand tot zes |
| maanden en met geldboete van vijftig tot twintigduizend euro of met | maanden en met geldboete van vijftig tot twintigduizend euro of met |
| één van deze straffen alleen : | één van deze straffen alleen : |
| 1° elke tussenpersoon die leveringen van elektriciteit verricht aan in | 1° elke tussenpersoon die leveringen van elektriciteit verricht aan in |
| België gevestigde afnemers die verbonden zijn met het transmissienet | België gevestigde afnemers die verbonden zijn met het transmissienet |
| of met een directe lijn waarvan de nominale spanning hoger is dan | of met een directe lijn waarvan de nominale spanning hoger is dan |
| 70.000 volt zonder over de vereiste vergunning te beschikken; | 70.000 volt zonder over de vereiste vergunning te beschikken; |
| 2° elke tussenpersoon die de gedragsregels vastgesteld in dit besluit | 2° elke tussenpersoon die de gedragsregels vastgesteld in dit besluit |
| niet naleeft. | niet naleeft. |
| HOOFDSTUK V. - Slot- en overgangsbepalingen | HOOFDSTUK V. - Slot- en overgangsbepalingen |
Art. 24.Elke tussenpersoon die op de datum van de inwerkingtreding |
Art. 24.Elke tussenpersoon die op de datum van de inwerkingtreding |
| van dit besluit leveringen van elektriciteit verricht aan in België | van dit besluit leveringen van elektriciteit verricht aan in België |
| gevestigde afnemers die verbonden zijn met het transmissienet of met | gevestigde afnemers die verbonden zijn met het transmissienet of met |
| een directe lijn, waarvan de nominale spanning hoger is dan 70.000 | een directe lijn, waarvan de nominale spanning hoger is dan 70.000 |
| volt beschikt over een voorlopige vergunning. Hij is gehouden de | volt beschikt over een voorlopige vergunning. Hij is gehouden de |
| bepalingen van dit besluit na te leven en beschikt over een termijn | bepalingen van dit besluit na te leven en beschikt over een termijn |
| van twee maanden na de inwerkingtreding van dit besluit om een | van twee maanden na de inwerkingtreding van dit besluit om een |
| aanvraag voor een definitieve vergunning in te dienen. | aanvraag voor een definitieve vergunning in te dienen. |
| De voorlopige vergunning houdt op uitwerking te hebben op de dag dat | De voorlopige vergunning houdt op uitwerking te hebben op de dag dat |
| de definitieve vergunning bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad | de definitieve vergunning bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad |
| wordt bekendgemaakt of vanaf de ontvangst van de ministeriële | wordt bekendgemaakt of vanaf de ontvangst van de ministeriële |
| beslissing waarin geweigerd wordt een definitieve vergunning toe te | beslissing waarin geweigerd wordt een definitieve vergunning toe te |
| kennen. | kennen. |
Art. 25.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en |
Art. 25.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en |
| Vervoer en Onze Staatssecretaris voor Energie zijn, ieder wat hem | Vervoer en Onze Staatssecretaris voor Energie zijn, ieder wat hem |
| betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. | betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Gegeven te Brussel, 2 april 2003. | Gegeven te Brussel, 2 april 2003. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer, | De Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer, |
| Mevr. I. DURANT | Mevr. I. DURANT |
| De Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling, | De Staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling, |
| O. DELEUZE | O. DELEUZE |