| Koninklijk besluit nr. 31 met betrekking tot de toepassingsmodaliteiten van de belasting over de toegevoegde waarde ten aanzien van de handelingen verricht door niet in België gevestigde belastingplichtigen | Koninklijk besluit nr. 31 met betrekking tot de toepassingsmodaliteiten van de belasting over de toegevoegde waarde ten aanzien van de handelingen verricht door niet in België gevestigde belastingplichtigen |
|---|---|
| MINISTERIE VAN FINANCIEN | MINISTERIE VAN FINANCIEN |
| 2 APRIL 2002. - Koninklijk besluit nr. 31 met betrekking tot de | 2 APRIL 2002. - Koninklijk besluit nr. 31 met betrekking tot de |
| toepassingsmodaliteiten van de belasting over de toegevoegde waarde | toepassingsmodaliteiten van de belasting over de toegevoegde waarde |
| ten aanzien van de handelingen verricht door niet in België gevestigde | ten aanzien van de handelingen verricht door niet in België gevestigde |
| belastingplichtigen | belastingplichtigen |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Gelet op het Verdrag van 25 maart 1957 tot oprichting van de Europese | Gelet op het Verdrag van 25 maart 1957 tot oprichting van de Europese |
| Gemeenschap, goedgekeurd bij de wet van 2 december 1957, inzonderheid | Gemeenschap, goedgekeurd bij de wet van 2 december 1957, inzonderheid |
| op artikel 93 (ex-artikel 99); | op artikel 93 (ex-artikel 99); |
| Gelet op de richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 | Gelet op de richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 |
| betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der Lid-Staten inzake | betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der Lid-Staten inzake |
| omzetbelasting - Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de | omzetbelasting - Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de |
| toegevoegde waarde : uniforme grondslag, inzonderheid op artikel 10, § | toegevoegde waarde : uniforme grondslag, inzonderheid op artikel 10, § |
| 2, op artikel 17, gewijzigd bij de richtlijn 91/680/EEG van 16 | 2, op artikel 17, gewijzigd bij de richtlijn 91/680/EEG van 16 |
| december 1991, bij de richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992 en bij | december 1991, bij de richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992 en bij |
| de richtlijn 95/7/EG van 10 april 1995, op artikel 21, gewijzigd bij | de richtlijn 95/7/EG van 10 april 1995, op artikel 21, gewijzigd bij |
| de richtlijn 91/680/EEG van 16 december 1991 en gewijzigd bij de | de richtlijn 91/680/EEG van 16 december 1991 en gewijzigd bij de |
| richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992, bij de richtlijn 95/7/EG | richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992, bij de richtlijn 95/7/EG |
| van 10 april 1995 en bij de richtlijn 1999/59/EG van 17 juni 1999, op | van 10 april 1995 en bij de richtlijn 1999/59/EG van 17 juni 1999, op |
| artikel 22, gewijzigd bij de richtlijn 91/680/EEG van 16 december 1991 | artikel 22, gewijzigd bij de richtlijn 91/680/EEG van 16 december 1991 |
| en gewijzigd bij de richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992 en bij | en gewijzigd bij de richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992 en bij |
| de richtlijn 95/7/EG van 10 april 1995, op artikel 28quater, titel E, | de richtlijn 95/7/EG van 10 april 1995, op artikel 28quater, titel E, |
| vervangen bij de richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992 en | vervangen bij de richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992 en |
| gewijzigd bij de richtlijn 95/7/EG van 10 april 1995, op artikel | gewijzigd bij de richtlijn 95/7/EG van 10 april 1995, op artikel |
| 28septies, ingevoegd bij de richtlijn 91/680/EEG van 16 december 1991 | 28septies, ingevoegd bij de richtlijn 91/680/EEG van 16 december 1991 |
| en gewijzigd bij de richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992 en bij | en gewijzigd bij de richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992 en bij |
| de richtlijn 95/7/EG van 10 april 1995, op artikel 28octies, ingevoegd | de richtlijn 95/7/EG van 10 april 1995, op artikel 28octies, ingevoegd |
| bij de richtlijn 91/680/EEG van 16 december 1991 en gewijzigd bij de | bij de richtlijn 91/680/EEG van 16 december 1991 en gewijzigd bij de |
| richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992 en bij de richtlijn 95/7/EG | richtlijn 92/111/EEG van 14 december 1992 en bij de richtlijn 95/7/EG |
| van 10 april 1995 en op artikel 28nonies, ingevoegd bij de richtlijn | van 10 april 1995 en op artikel 28nonies, ingevoegd bij de richtlijn |
| 91/680/EEG van 16 december 1991 en gewijzigd bij de richtlijn | 91/680/EEG van 16 december 1991 en gewijzigd bij de richtlijn |
| 92/111/EEG van 14 december 1992 en bij de richtlijn 95/7/EG van 10 | 92/111/EEG van 14 december 1992 en bij de richtlijn 95/7/EG van 10 |
| april 1995; | april 1995; |
| Gelet op de richtlijn 2000/65/EG van de Raad van 17 oktober 2000 tot | Gelet op de richtlijn 2000/65/EG van de Raad van 17 oktober 2000 tot |
| wijziging van richtlijn 77/388/EEG met betrekking tot de bepaling van | wijziging van richtlijn 77/388/EEG met betrekking tot de bepaling van |
| degene die tot voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde | degene die tot voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde |
| gehouden is; | gehouden is; |
| Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, | Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, |
| inzonderheid op artikel 54, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, | inzonderheid op artikel 54, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, |
| en op artikel 55, vervangen bij de wet van 7 maart 2002; | en op artikel 55, vervangen bij de wet van 7 maart 2002; |
| Gelet op de wet van 7 maart tot wijziging van de artikelen 50, 51, | Gelet op de wet van 7 maart tot wijziging van de artikelen 50, 51, |
| 51bis, 53quater, 53quinquies, 53sexies, 55 en 61 van het Wetboek van | 51bis, 53quater, 53quinquies, 53sexies, 55 en 61 van het Wetboek van |
| de belasting over de toegevoegde waarde, inzonderheid op artikel 10; | de belasting over de toegevoegde waarde, inzonderheid op artikel 10; |
| Gelet op het koninklijk besluit nr. 31 van 29 december 1992 met | Gelet op het koninklijk besluit nr. 31 van 29 december 1992 met |
| betrekking tot de toepassingsmodaliteiten van de belasting over de | betrekking tot de toepassingsmodaliteiten van de belasting over de |
| toegevoegde waarde ten aanzien van de handelingen verricht door niet | toegevoegde waarde ten aanzien van de handelingen verricht door niet |
| in België gevestigde belastingplichtigen, gewijzigd bij de koninklijke | in België gevestigde belastingplichtigen, gewijzigd bij de koninklijke |
| besluiten van 25 februari 1996 en 28 oktober 1996; | besluiten van 25 februari 1996 en 28 oktober 1996; |
| Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën uitgebracht op 14 | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën uitgebracht op 14 |
| november 2001; | november 2001; |
| Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting gegeven op 20 | Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting gegeven op 20 |
| november 2001; | november 2001; |
| Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door het feit : | Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door het feit : |
| - dat de richtlijn 2000/65/EG in werking is getreden op 21 oktober | - dat de richtlijn 2000/65/EG in werking is getreden op 21 oktober |
| 2000; | 2000; |
| - dat artikel 2, paragraaf 1, eerste lid, van die richtlijn de | - dat artikel 2, paragraaf 1, eerste lid, van die richtlijn de |
| Lid-Staten ertoe verplicht ten laatste op 1 januari 2002 aan deze | Lid-Staten ertoe verplicht ten laatste op 1 januari 2002 aan deze |
| richtlijn te voldoen; | richtlijn te voldoen; |
| - dat genoemde richtlijn in de Belgische rechtsorde door de wet van 7 | - dat genoemde richtlijn in de Belgische rechtsorde door de wet van 7 |
| maart 2002 tot wijziging van de artikelen 50, 51, 51bis, 53quater, | maart 2002 tot wijziging van de artikelen 50, 51, 51bis, 53quater, |
| 53quinquies, 53sexies, 55 en 61 van het Wetboek van de belasting over | 53quinquies, 53sexies, 55 en 61 van het Wetboek van de belasting over |
| de toegevoegde waarde hoofdzakelijk werd omgezet; | de toegevoegde waarde hoofdzakelijk werd omgezet; |
| - dat krachtens artikel 10 van de wet van 7 maart 2002 heeft bedoelde | - dat krachtens artikel 10 van de wet van 7 maart 2002 heeft bedoelde |
| wet uitwerking op 1 januari 2002; | wet uitwerking op 1 januari 2002; |
| - dat het overigens een absolute noodzaak is dat de regelgeving die | - dat het overigens een absolute noodzaak is dat de regelgeving die |
| onverwijld in uitvoering van genoemde wet van 7 maart 2002 dient ook | onverwijld in uitvoering van genoemde wet van 7 maart 2002 dient ook |
| te worden genomen, op 1 januari 2002; | te worden genomen, op 1 januari 2002; |
| - dat de bepalingen van onderhavig besluit, dat juist is dit als | - dat de bepalingen van onderhavig besluit, dat juist is dit als |
| voorwerp heeft, bijgevolg vereisen om op 1 januari 2002 uitwerking te | voorwerp heeft, bijgevolg vereisen om op 1 januari 2002 uitwerking te |
| hebben; | hebben; |
| - dat dit besluit dus dringend moet genomen worden; | - dat dit besluit dus dringend moet genomen worden; |
| Gelet op de adviezen nr. 32.604/4 en nr. 33.177/4 van de Raad van | Gelet op de adviezen nr. 32.604/4 en nr. 33.177/4 van de Raad van |
| State gegeven, respectievelijk op 29 november 2001 en op 20 maart | State gegeven, respectievelijk op 29 november 2001 en op 20 maart |
| 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de | 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de |
| gecoördineerde wetten op de Raad van State; | gecoördineerde wetten op de Raad van State; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, | Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.§ 1. Vooraleer in België : |
Artikel 1.§ 1. Vooraleer in België : |
| - goederen te leveren of diensten te verstrekken, andere dan die | - goederen te leveren of diensten te verstrekken, andere dan die |
| waarvoor overeenkomstig artikel 51, § 2, 1°, 2°, en 5°, van het | waarvoor overeenkomstig artikel 51, § 2, 1°, 2°, en 5°, van het |
| Wetboek de belasting verschuldigd is door de medecontractant, | Wetboek de belasting verschuldigd is door de medecontractant, |
| - goederen in te voeren, een intracommunautaire verwerving van | - goederen in te voeren, een intracommunautaire verwerving van |
| goederen te verrichten of een handeling te stellen waarvoor hij | goederen te verrichten of een handeling te stellen waarvoor hij |
| schuldenaar is van de BTW krachtens artikel 51, § 2, 3° en 4°, van het | schuldenaar is van de BTW krachtens artikel 51, § 2, 3° en 4°, van het |
| Wetboek, | Wetboek, |
| - een handeling te verrichten van plaatsing van goederen onder een | - een handeling te verrichten van plaatsing van goederen onder een |
| andere regeling van entrepot dan douane-entrepot die niet aan de | andere regeling van entrepot dan douane-entrepot die niet aan de |
| belasting is onderworpen, | belasting is onderworpen, |
| a) moet de niet in de Gemeenschap gevestigde belastingplichtige een | a) moet de niet in de Gemeenschap gevestigde belastingplichtige een |
| aansprakelijke vertegenwoordiger laten erkennen overeenkomstig de | aansprakelijke vertegenwoordiger laten erkennen overeenkomstig de |
| bepalingen van dit besluit, tenzij hij ervan ontslagen is bij | bepalingen van dit besluit, tenzij hij ervan ontslagen is bij |
| toepassing van artikel 55, § 1, tweede lid, van het Wetboek; | toepassing van artikel 55, § 1, tweede lid, van het Wetboek; |
| b) kan de niet in België gevestigde belastingplichtige, die gevestigd | b) kan de niet in België gevestigde belastingplichtige, die gevestigd |
| is in de Gemeenschap, een aansprakelijke vertegenwoordiger laten | is in de Gemeenschap, een aansprakelijke vertegenwoordiger laten |
| erkennen overeenkomstig de bepalingen van dit besluit. | erkennen overeenkomstig de bepalingen van dit besluit. |
| Ingeval men wordt ontheven van de erkenning van een aansprakelijke | Ingeval men wordt ontheven van de erkenning van een aansprakelijke |
| vertegenwoordiger, wordt geen enkel BTW-identificatienummer toegekend | vertegenwoordiger, wordt geen enkel BTW-identificatienummer toegekend |
| aan de in a) bedoelde belastingplichtige. | aan de in a) bedoelde belastingplichtige. |
| § 2. Om de erkenning van een aansprakelijke vertegenwoordiger te | § 2. Om de erkenning van een aansprakelijke vertegenwoordiger te |
| verkrijgen richt de niet in België gevestigde belastingplichtige aan | verkrijgen richt de niet in België gevestigde belastingplichtige aan |
| het Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belastingplichtigen een | het Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belastingplichtigen een |
| verzoek waarin hij de volledige identiteit vermeldt van de | verzoek waarin hij de volledige identiteit vermeldt van de |
| aansprakelijke vertegenwoordiger die hij de administratie ter | aansprakelijke vertegenwoordiger die hij de administratie ter |
| erkenning voorstelt. | erkenning voorstelt. |
| Het verzoek moet worden ingediend op een formulier dat bij het | Het verzoek moet worden ingediend op een formulier dat bij het |
| voornoemd kantoor ter beschikking wordt gesteld van de betrokkenen en | voornoemd kantoor ter beschikking wordt gesteld van de betrokkenen en |
| waarvan het model door of namens de Minister van Financiën wordt | waarvan het model door of namens de Minister van Financiën wordt |
| bepaald. | bepaald. |
| Dit verzoek vergezelt de aangifte van aanvang van werkzaamheid | Dit verzoek vergezelt de aangifte van aanvang van werkzaamheid |
| voorgeschreven door artikel 53, eerste lid, 1°, van het Wetboek, | voorgeschreven door artikel 53, eerste lid, 1°, van het Wetboek, |
| tenminste indien de niet in België gevestigde belastingplichtige niet | tenminste indien de niet in België gevestigde belastingplichtige niet |
| reeds voor BTW-doeleinden zou zijn geïdentificeerd hier te lande. | reeds voor BTW-doeleinden zou zijn geïdentificeerd hier te lande. |
| Het Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belastingplichtigen geeft | Het Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belastingplichtigen geeft |
| de niet in België gevestigde belastingplichtige en de aansprakelijke | de niet in België gevestigde belastingplichtige en de aansprakelijke |
| vertegenwoordiger kennis van de erkenning. Tegelijkertijd, in de mate | vertegenwoordiger kennis van de erkenning. Tegelijkertijd, in de mate |
| waarin de belastingplichtige niet reeds voor BTW-doeleinden is | waarin de belastingplichtige niet reeds voor BTW-doeleinden is |
| geïdentificeerd in België, deelt het Centraal kantoor hem, evenals aan | geïdentificeerd in België, deelt het Centraal kantoor hem, evenals aan |
| zijn aansprakelijke vertegenwoordiger, ook het identificatienummer | zijn aansprakelijke vertegenwoordiger, ook het identificatienummer |
| voor de belasting over de toegevoegde waarde mee dat hem is toegekend. | voor de belasting over de toegevoegde waarde mee dat hem is toegekend. |
| § 3. Wanneer een niet in België gevestigde belastingplichtige, aan wie | § 3. Wanneer een niet in België gevestigde belastingplichtige, aan wie |
| een BTW-identificatienummer werd toegekend, de erkenning van zijn | een BTW-identificatienummer werd toegekend, de erkenning van zijn |
| aansprakelijke vertegenwoordiger wil schrappen doch zijn werkzaamheid | aansprakelijke vertegenwoordiger wil schrappen doch zijn werkzaamheid |
| hier te lande voortzet, of zijn aansprakelijke vertegenwoordiger wil | hier te lande voortzet, of zijn aansprakelijke vertegenwoordiger wil |
| vervangen door een andere, dient hij hiervan aangifte te doen bij het | vervangen door een andere, dient hij hiervan aangifte te doen bij het |
| Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belastingplichtigen. | Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belastingplichtigen. |
| De verantwoordelijkheid van de aansprakelijke vertegenwoordiger | De verantwoordelijkheid van de aansprakelijke vertegenwoordiger |
| waarvan de erkenning is afgeschaft, of die wordt vervangen, is onder | waarvan de erkenning is afgeschaft, of die wordt vervangen, is onder |
| deze omstandigheden beperkt tot de handelingen verricht door de niet | deze omstandigheden beperkt tot de handelingen verricht door de niet |
| in België gevestigde belastingplichtige tot de datum van aanvaarding | in België gevestigde belastingplichtige tot de datum van aanvaarding |
| door de administratie van het verzoek dat het voorwerp uitmaakt van | door de administratie van het verzoek dat het voorwerp uitmaakt van |
| deze aangifte. | deze aangifte. |
Art. 2.§ 1. De niet in België gevestigde belastingplichtige die er |
Art. 2.§ 1. De niet in België gevestigde belastingplichtige die er |
| niet voor BTW-doeleinden is geïdentificeerd overeenkomstig artikel 50, | niet voor BTW-doeleinden is geïdentificeerd overeenkomstig artikel 50, |
| § 1, 3° van het Wetboek kan, wanneer hij uitsluitend hier te lande | § 1, 3° van het Wetboek kan, wanneer hij uitsluitend hier te lande |
| hiernavermelde handelingen verricht en onder de voorwaarden en | hiernavermelde handelingen verricht en onder de voorwaarden en |
| modaliteiten bepaald in het huidig besluit, vertegenwoordigd worden | modaliteiten bepaald in het huidig besluit, vertegenwoordigd worden |
| door een persoon die door of vanwege de Minister van Financiën vooraf | door een persoon die door of vanwege de Minister van Financiën vooraf |
| erkend is : | erkend is : |
| 1° wanneer hij schuldenaar is van de belasting ingevolge invoeren van | 1° wanneer hij schuldenaar is van de belasting ingevolge invoeren van |
| goederen in België die niet geplaatst zijn onder een andere regeling | goederen in België die niet geplaatst zijn onder een andere regeling |
| van entrepot dan douane-entrepot, in de mate waarin de invoer is | van entrepot dan douane-entrepot, in de mate waarin de invoer is |
| geschied met het oog op een volgende levering van dezelfde goederen; | geschied met het oog op een volgende levering van dezelfde goederen; |
| 2° wanneer hij schuldenaar is van de belasting ingevolge handelingen | 2° wanneer hij schuldenaar is van de belasting ingevolge handelingen |
| bedoeld in artikel 39quater, § 1, 1° en 3°, van het Wetboek, of | bedoeld in artikel 39quater, § 1, 1° en 3°, van het Wetboek, of |
| wanneer hij een handeling verricht van plaatsing van goederen onder | wanneer hij een handeling verricht van plaatsing van goederen onder |
| een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot die niet aan de | een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot die niet aan de |
| belasting is onderworpen; | belasting is onderworpen; |
| 3° wanneer hij de goederen onttrekt aan een andere regeling van | 3° wanneer hij de goederen onttrekt aan een andere regeling van |
| entrepot dan douane-entrepot, bedoeld in artikel 39quater van het | entrepot dan douane-entrepot, bedoeld in artikel 39quater van het |
| Wetboek; | Wetboek; |
| 4° wanneer hij een intracommunautaire verwerving van goederen of een | 4° wanneer hij een intracommunautaire verwerving van goederen of een |
| krachtens artikel 25quater, § 1, van het Wetboek daarmee | krachtens artikel 25quater, § 1, van het Wetboek daarmee |
| gelijkgestelde handeling verricht en die goederen niet geplaatst zijn | gelijkgestelde handeling verricht en die goederen niet geplaatst zijn |
| onder een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot, in de mate | onder een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot, in de mate |
| waarin de intracommunautaire verwerving van goederen of de daarmee | waarin de intracommunautaire verwerving van goederen of de daarmee |
| gelijkgestelde handeling is geschied met het oog op een volgende | gelijkgestelde handeling is geschied met het oog op een volgende |
| levering van dezelfde goederen vrijgesteld bij artikel 39, § 1, 1° en | levering van dezelfde goederen vrijgesteld bij artikel 39, § 1, 1° en |
| 2°, van het Wetboek; | 2°, van het Wetboek; |
| 5° wanneer hij een intracommunautaire verwerving van goederen of een | 5° wanneer hij een intracommunautaire verwerving van goederen of een |
| krachtens artikel 25quater, § 1, van het Wetboek daarmee | krachtens artikel 25quater, § 1, van het Wetboek daarmee |
| gelijkgestelde handeling verricht en die goederen niet geplaatst zijn | gelijkgestelde handeling verricht en die goederen niet geplaatst zijn |
| onder een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot, met | onder een andere regeling van entrepot dan douane-entrepot, met |
| uitzondering van elke andere handeling onderworpen aan de belasting in | uitzondering van elke andere handeling onderworpen aan de belasting in |
| België. Door of namens de Minister van Financiën kan worden afgeweken | België. Door of namens de Minister van Financiën kan worden afgeweken |
| van deze uitzondering in de gevallen en volgens de regels die hij | van deze uitzondering in de gevallen en volgens de regels die hij |
| bepaalt. | bepaalt. |
| Door of vanwege de Minister van Financiën kan de erkenning beperkt | Door of vanwege de Minister van Financiën kan de erkenning beperkt |
| worden tot de categorieën van personen die hij bepaalt. | worden tot de categorieën van personen die hij bepaalt. |
| § 2. De persoon die een erkenning wil verkrijgen om niet in België | § 2. De persoon die een erkenning wil verkrijgen om niet in België |
| gevestigde belastingplichtigen te vertegenwoordigen die uitsluitend in | gevestigde belastingplichtigen te vertegenwoordigen die uitsluitend in |
| § 1 bedoelde handelingen verrichten, richt een verzoek aan het | § 1 bedoelde handelingen verrichten, richt een verzoek aan het |
| Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belastingplichtigen. | Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse belastingplichtigen. |
| Bij de erkenning van deze persoon, kent het Centraal BTW-kantoor voor | Bij de erkenning van deze persoon, kent het Centraal BTW-kantoor voor |
| buitenlandse belastingplichtigen twee globale BTW-identificatienummers | buitenlandse belastingplichtigen twee globale BTW-identificatienummers |
| toe die verschillen naargelang die handelingen bedoeld zijn, hetzij in | toe die verschillen naargelang die handelingen bedoeld zijn, hetzij in |
| 1°, hetzij in 2° tot 5°, van die paragraaf. Het Centraal BTW-kantoor | 1°, hetzij in 2° tot 5°, van die paragraaf. Het Centraal BTW-kantoor |
| voor buitenlandse belastingplichtigen stelt de erkende persoon hiervan | voor buitenlandse belastingplichtigen stelt de erkende persoon hiervan |
| in kennis. | in kennis. |
| Door of vanwege de Minister van Financiën worden de | Door of vanwege de Minister van Financiën worden de |
| gebruiksvoorwaarden van de nummers bedoeld in het voorgaande lid | gebruiksvoorwaarden van de nummers bedoeld in het voorgaande lid |
| bepaald. | bepaald. |
| § 3. De vooraf erkende persoon bedoeld in § 1, eerste lid, wordt in de | § 3. De vooraf erkende persoon bedoeld in § 1, eerste lid, wordt in de |
| plaats gesteld van zijn lastgever ten aanzien van alle rechten die aan | plaats gesteld van zijn lastgever ten aanzien van alle rechten die aan |
| laatstgenoemde zijn verleend of van alle verplichtingen die hem zijn | laatstgenoemde zijn verleend of van alle verplichtingen die hem zijn |
| opgelegd door of ter uitvoering van dit Wetboek voor de handelingen | opgelegd door of ter uitvoering van dit Wetboek voor de handelingen |
| die hij verricht of die hem hier te lande worden verstrekt onder het | die hij verricht of die hem hier te lande worden verstrekt onder het |
| globale BTW-identificatienummer. | globale BTW-identificatienummer. |
Art. 3.De aansprakelijke vertegenwoordiger bedoeld in artikel 1 of de |
Art. 3.De aansprakelijke vertegenwoordiger bedoeld in artikel 1 of de |
| vooraf erkende persoon bedoeld in artikel 2 moet bekwaam zijn om | vooraf erkende persoon bedoeld in artikel 2 moet bekwaam zijn om |
| contracten aan te gaan, in België gevestigd zijn, voldoende solvabel | contracten aan te gaan, in België gevestigd zijn, voldoende solvabel |
| zijn om de door het Wetboek of ter uitvoering ervan aan | zijn om de door het Wetboek of ter uitvoering ervan aan |
| belastingplichtigen opgelegde verplichtingen na te komen en aanvaarden | belastingplichtigen opgelegde verplichtingen na te komen en aanvaarden |
| de belastingplichtige te vertegenwoordigen. | de belastingplichtige te vertegenwoordigen. |
| Door of vanwege de Minister van Financiën wordt de solvabiliteit van | Door of vanwege de Minister van Financiën wordt de solvabiliteit van |
| de aansprakelijke vertegenwoordiger of van de vooraf erkende persoon | de aansprakelijke vertegenwoordiger of van de vooraf erkende persoon |
| beoordeeld rekening houdend met hun verplichtingen. | beoordeeld rekening houdend met hun verplichtingen. |
| Indien de aansprakelijke vertegenwoordiger of de vooraf erkende | Indien de aansprakelijke vertegenwoordiger of de vooraf erkende |
| persoon niet voldoende solvabel is, wordt een zekerheid gevraagd tot | persoon niet voldoende solvabel is, wordt een zekerheid gevraagd tot |
| waarborg van de invordering van al wat opeisbaar zou kunnen worden aan | waarborg van de invordering van al wat opeisbaar zou kunnen worden aan |
| belasting, geldboeten, interesten en kosten ten laste van de | belasting, geldboeten, interesten en kosten ten laste van de |
| vertegenwoordigde belastingplichtige(n). Ze wordt periodiek herzien | vertegenwoordigde belastingplichtige(n). Ze wordt periodiek herzien |
| rekening houdend met de verplichtingen van de aansprakelijke | rekening houdend met de verplichtingen van de aansprakelijke |
| vertegenwoordiger of de vooraf erkende persoon. | vertegenwoordiger of de vooraf erkende persoon. |
| Het bedrag van de zekerheid wordt vastgesteld op ten hoogste een | Het bedrag van de zekerheid wordt vastgesteld op ten hoogste een |
| vierde van de belasting die door de niet in België gevestigde | vierde van de belasting die door de niet in België gevestigde |
| belastingplichtige verschuldigd is over een periode van twaalf | belastingplichtige verschuldigd is over een periode van twaalf |
| kalendermaanden. In het geval van vertegenwoordiging onder een globaal | kalendermaanden. In het geval van vertegenwoordiging onder een globaal |
| nummer door een vooraf erkende persoon, wordt de zekerheid vastgesteld | nummer door een vooraf erkende persoon, wordt de zekerheid vastgesteld |
| op ten hoogste tien pct. van de verschuldigde belasting voor het | op ten hoogste tien pct. van de verschuldigde belasting voor het |
| geheel van de vertegenwoordigde belastingplichtigen. | geheel van de vertegenwoordigde belastingplichtigen. |
| Wanneer een vooraf erkende persoon beschikt over twee globale nummers, | Wanneer een vooraf erkende persoon beschikt over twee globale nummers, |
| zal het bedrag van de zekerheid worden bepaald in functie van het | zal het bedrag van de zekerheid worden bepaald in functie van het |
| geheel van de verrichte handelingen onder de twee nummers en zal het | geheel van de verrichte handelingen onder de twee nummers en zal het |
| zonder onderscheid, geheel of gedeeltelijk, kunnen worden gebruikt om | zonder onderscheid, geheel of gedeeltelijk, kunnen worden gebruikt om |
| de invordering van de verschuldigde sommen te verzekeren voor de | de invordering van de verschuldigde sommen te verzekeren voor de |
| handelingen verricht onder het een of het andere van deze twee | handelingen verricht onder het een of het andere van deze twee |
| nummers. | nummers. |
| De zekerheid kan bestaan uit een hypotheek in eerste rang op in België | De zekerheid kan bestaan uit een hypotheek in eerste rang op in België |
| gelegen onroerende goederen, een borgtocht in speciën, een borgtocht | gelegen onroerende goederen, een borgtocht in speciën, een borgtocht |
| in effecten of een persoonlijke borgstelling van een | in effecten of een persoonlijke borgstelling van een |
| verzekeringsonderneming of van een bank of private spaarkas die hun | verzekeringsonderneming of van een bank of private spaarkas die hun |
| activiteiten in België uitoefenen. | activiteiten in België uitoefenen. |
Art. 4.§ 1. De niet in België gevestigde belastingplichtige stuurt de |
Art. 4.§ 1. De niet in België gevestigde belastingplichtige stuurt de |
| voor zijn medecontractant bestemde factuur naar zijn aansprakelijke | voor zijn medecontractant bestemde factuur naar zijn aansprakelijke |
| vertegenwoordiger of naar de vooraf erkende persoon die hij | vertegenwoordiger of naar de vooraf erkende persoon die hij |
| vertegenwoordigt zonder het bedrag van de verschuldigde belasting erop | vertegenwoordigt zonder het bedrag van de verschuldigde belasting erop |
| te vermelden. | te vermelden. |
| § 2. De aansprakelijke vertegenwoordiger of de vooraf erkende persoon | § 2. De aansprakelijke vertegenwoordiger of de vooraf erkende persoon |
| stelt in die hoedanigheid een stuk in tweevoud op, waarin de bij | stelt in die hoedanigheid een stuk in tweevoud op, waarin de bij |
| artikel 5, § 1, van het koninklijk besluit nr. 1 met betrekking tot de | artikel 5, § 1, van het koninklijk besluit nr. 1 met betrekking tot de |
| regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde | regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde |
| waarde bedoelde vermeldingen voorkomen. Hij stuurt het origineel van | waarde bedoelde vermeldingen voorkomen. Hij stuurt het origineel van |
| dat stuk naar de medecontractant van de niet in België gevestigde | dat stuk naar de medecontractant van de niet in België gevestigde |
| belastingplichtige na de factuur welke die belastingplichtige voor | belastingplichtige na de factuur welke die belastingplichtige voor |
| zijn medecontractant heeft bestemd eraan gehecht te hebben. Hij | zijn medecontractant heeft bestemd eraan gehecht te hebben. Hij |
| bewaart het dubbel van dat stuk. | bewaart het dubbel van dat stuk. |
| Het stuk bedoeld in het voorgaande lid dient te worden beschouwd als | Het stuk bedoeld in het voorgaande lid dient te worden beschouwd als |
| noodzakelijk deel uitmakend van de factuur die wordt uitgereikt door | noodzakelijk deel uitmakend van de factuur die wordt uitgereikt door |
| de niet in België gevestigde belastingplichtige. | de niet in België gevestigde belastingplichtige. |
| § 3. Door of vanwege de Minister van Financiën kan in de gevallen die | § 3. Door of vanwege de Minister van Financiën kan in de gevallen die |
| hij aanwijst en onder de voorwaarden die hij bepaalt de aansprakelijke | hij aanwijst en onder de voorwaarden die hij bepaalt de aansprakelijke |
| vertegenwoordiger van de niet in België gevestigde belastingplichtige | vertegenwoordiger van de niet in België gevestigde belastingplichtige |
| worden toegestaan het in § 2 bedoelde stuk niet op te stellen. | worden toegestaan het in § 2 bedoelde stuk niet op te stellen. |
Art. 5.§ 1. Wanneer de niet in België gevestigde belastingplichtige |
Art. 5.§ 1. Wanneer de niet in België gevestigde belastingplichtige |
| niet wordt vertegenwoordigd door een aansprakelijke vertegenwoordiger | niet wordt vertegenwoordigd door een aansprakelijke vertegenwoordiger |
| of een vooraf erkende persoon voor handelingen waarvoor hij | of een vooraf erkende persoon voor handelingen waarvoor hij |
| overeenkomstig artikel 51, § 1, 1°, van het Wetboek schuldenaar is van | overeenkomstig artikel 51, § 1, 1°, van het Wetboek schuldenaar is van |
| de belasting, of niet voor de BTW geïdentificeerd is, voldoet zijn | de belasting, of niet voor de BTW geïdentificeerd is, voldoet zijn |
| medecontractant de belasting die verschuldigd is over de aan hem | medecontractant de belasting die verschuldigd is over de aan hem |
| verrichte leveringen van goederen en de aan hem verstrekte diensten op | verrichte leveringen van goederen en de aan hem verstrekte diensten op |
| de volgende wijze : | de volgende wijze : |
| 1° wanneer hij een belastingplichtige is die gehouden is een in | 1° wanneer hij een belastingplichtige is die gehouden is een in |
| artikel 53, eerste lid, 3°, van het Wetboek bedoelde aangifte in te | artikel 53, eerste lid, 3°, van het Wetboek bedoelde aangifte in te |
| dienen, door ze op te nemen in het bedrag van de verschuldigde | dienen, door ze op te nemen in het bedrag van de verschuldigde |
| belasting dat wordt vermeld in de aangifte met betrekking tot het | belasting dat wordt vermeld in de aangifte met betrekking tot het |
| tijdvak waarin de belasting opeisbaar is geworden; | tijdvak waarin de belasting opeisbaar is geworden; |
| 2° wanneer hij een persoon is die gehouden is de in artikel 53ter, 1°, | 2° wanneer hij een persoon is die gehouden is de in artikel 53ter, 1°, |
| van het Wetboek bedoelde aangifte in te dienen, door ze op te nemen in | van het Wetboek bedoelde aangifte in te dienen, door ze op te nemen in |
| het bedrag van de verschuldigde belasting dat wordt vermeld in de | het bedrag van de verschuldigde belasting dat wordt vermeld in de |
| aangifte met betrekking tot het tijdvak waarin de belasting opeisbaar | aangifte met betrekking tot het tijdvak waarin de belasting opeisbaar |
| is; | is; |
| 3° wanneer hij een andere persoon is, door middel van een storting of | 3° wanneer hij een andere persoon is, door middel van een storting of |
| overschrijving op een postrekening aangeduid door of vanwege de | overschrijving op een postrekening aangeduid door of vanwege de |
| Minister van Financiën. | Minister van Financiën. |
| Door of vanwege de Minister van Financiën kunnen, in voorkomend geval, | Door of vanwege de Minister van Financiën kunnen, in voorkomend geval, |
| andere wijzen van betaling van de belasting worden bepaald. | andere wijzen van betaling van de belasting worden bepaald. |
| § 2. De in § 1 bedoelde medecontractant voldoet de belasting op basis | § 2. De in § 1 bedoelde medecontractant voldoet de belasting op basis |
| van de ontvangen factuur of, bij ontstentenis, op een stuk dat hij | van de ontvangen factuur of, bij ontstentenis, op een stuk dat hij |
| daarvoor opmaakt. | daarvoor opmaakt. |
| Het in het eerste lid bedoelde stuk moet de datum waarop het is | Het in het eerste lid bedoelde stuk moet de datum waarop het is |
| opgesteld bevatten, een verwijzing naar de inschrijving in de | opgesteld bevatten, een verwijzing naar de inschrijving in de |
| boekhouding van de medecontractant, de vermeldingen bedoeld in artikel | boekhouding van de medecontractant, de vermeldingen bedoeld in artikel |
| 9, § 2, 1°, 2°, 4° en 5°, van het koninklijk besluit nr. 1 met | 9, § 2, 1°, 2°, 4° en 5°, van het koninklijk besluit nr. 1 met |
| betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de | betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de |
| toegevoegde waarde, evenals de datum van de levering van de goederen | toegevoegde waarde, evenals de datum van de levering van de goederen |
| of van de voltooiing van de dienst en, in de in artikel 1, § 1, 2°, | of van de voltooiing van de dienst en, in de in artikel 1, § 1, 2°, |
| van hetzelfde koninklijk besluit bedoelde gevallen, de datum waarop de | van hetzelfde koninklijk besluit bedoelde gevallen, de datum waarop de |
| belasting opeisbaar wordt, of, indien de datum niet nauwkeurig kan | belasting opeisbaar wordt, of, indien de datum niet nauwkeurig kan |
| worden bepaald, het tijdvak waarin de handeling is verricht. | worden bepaald, het tijdvak waarin de handeling is verricht. |
| § 3. Wanneer de persoon voor de in § 1, eerste lid, 2°, bedoelde | § 3. Wanneer de persoon voor de in § 1, eerste lid, 2°, bedoelde |
| voldoening de in artikel 53ter van het Wetboek bedoelde aangifte een | voldoening de in artikel 53ter van het Wetboek bedoelde aangifte een |
| eerste maal moet indienen en hij nog niet voor de belasting over de | eerste maal moet indienen en hij nog niet voor de belasting over de |
| toegevoegde waarde is geïdentificeerd bij toepassing van artikel 50 | toegevoegde waarde is geïdentificeerd bij toepassing van artikel 50 |
| van het Wetboek, dient hij zich vooraf kenbaar te maken bij het | van het Wetboek, dient hij zich vooraf kenbaar te maken bij het |
| controlekantoor van de belasting over de toegevoegde waarde dat | controlekantoor van de belasting over de toegevoegde waarde dat |
| bevoegd is voor de plaats waar hij gevestigd is. | bevoegd is voor de plaats waar hij gevestigd is. |
| De persoon bedoeld in § 1, eerste lid, 3°, is eveneens gehouden zich | De persoon bedoeld in § 1, eerste lid, 3°, is eveneens gehouden zich |
| vóór elke storting of overschrijving kenbaar te maken bij het | vóór elke storting of overschrijving kenbaar te maken bij het |
| controlekantoor van de BTW dat bevoegd is voor de plaats waar hij | controlekantoor van de BTW dat bevoegd is voor de plaats waar hij |
| gevestigd is. | gevestigd is. |
Art. 6.§ 1. De niet in België gevestigde belastingplichtige die in |
Art. 6.§ 1. De niet in België gevestigde belastingplichtige die in |
| België niet voor BTW-doeleinden is geïdentificeerd, kan teruggaaf | België niet voor BTW-doeleinden is geïdentificeerd, kan teruggaaf |
| verkrijgen van de belasting die geheven is van de hem geleverde | verkrijgen van de belasting die geheven is van de hem geleverde |
| goederen, van de hem verstrekte diensten en van de door hem verrichte | goederen, van de hem verstrekte diensten en van de door hem verrichte |
| invoeren hier te lande, mits een aanvraag tot teruggaaf wordt | invoeren hier te lande, mits een aanvraag tot teruggaaf wordt |
| ingediend bij het hoofd van het Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse | ingediend bij het hoofd van het Centraal BTW-kantoor voor buitenlandse |
| belastingplichtigen. Nochtans kan hij geen teruggaaf krijgen van de | belastingplichtigen. Nochtans kan hij geen teruggaaf krijgen van de |
| belasting die geheven is van de handelingen die hij heeft verricht of | belasting die geheven is van de handelingen die hij heeft verricht of |
| die hem werden verstrekt hier te lande onder het globale | die hem werden verstrekt hier te lande onder het globale |
| BTW-identificatienummer dat overeenkomstig artikel 50, § 2, van het | BTW-identificatienummer dat overeenkomstig artikel 50, § 2, van het |
| Wetboek, werd toegekend aan een vooraf erkende persoon bedoeld in | Wetboek, werd toegekend aan een vooraf erkende persoon bedoeld in |
| artikel 3, § 1. | artikel 3, § 1. |
| § 2. De aanvraag moet bij de in § 1 bedoelde ambtenaar toekomen, in | § 2. De aanvraag moet bij de in § 1 bedoelde ambtenaar toekomen, in |
| drie exemplaren, vóór het verstrijken van het derde kalenderjaar | drie exemplaren, vóór het verstrijken van het derde kalenderjaar |
| volgend op dat waarin de oorzaak van de teruggaaf zich heeft | volgend op dat waarin de oorzaak van de teruggaaf zich heeft |
| voorgedaan. | voorgedaan. |
| De vorm van de aanvraag tot teruggaaf, de over te leggen stukken en de | De vorm van de aanvraag tot teruggaaf, de over te leggen stukken en de |
| modaliteiten van de teruggaaf worden door of vanwege de Minister van | modaliteiten van de teruggaaf worden door of vanwege de Minister van |
| Financiën bepaald. | Financiën bepaald. |
| § 3. De teruggaaf geschiedt hetzij door overschrijving op de in België | § 3. De teruggaaf geschiedt hetzij door overschrijving op de in België |
| of in het buitenland geopende postrekening op naam van de | of in het buitenland geopende postrekening op naam van de |
| rechthebbende op teruggaaf, hetzij door overmaking op de rekening | rechthebbende op teruggaaf, hetzij door overmaking op de rekening |
| geopend op zijn naam bij een bank, instelling of onderneming bedoeld | geopend op zijn naam bij een bank, instelling of onderneming bedoeld |
| in artikel 12, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 4 met | in artikel 12, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 4 met |
| betrekking tot de teruggaven inzake belasting over de toegevoegde | betrekking tot de teruggaven inzake belasting over de toegevoegde |
| waarde, of bij een bank in het buitenland. | waarde, of bij een bank in het buitenland. |
| De teruggaaf die niet kan worden uitgevoerd op de in het eerste lid | De teruggaaf die niet kan worden uitgevoerd op de in het eerste lid |
| beschreven wijze, geschiedt door middel van een postassignatie gesteld | beschreven wijze, geschiedt door middel van een postassignatie gesteld |
| op naam van de rechthebbende op teruggaaf. | op naam van de rechthebbende op teruggaaf. |
| § 4. Op de aanvraag tot teruggaaf wordt niet ingegaan indien zij | § 4. Op de aanvraag tot teruggaaf wordt niet ingegaan indien zij |
| betrekking heeft op een bedrag van minder dan 25 EUR. | betrekking heeft op een bedrag van minder dan 25 EUR. |
Art. 7.Dit besluit vervangt het koninklijk besluit nr. 31 van 29 |
Art. 7.Dit besluit vervangt het koninklijk besluit nr. 31 van 29 |
| december 1992 met betrekking tot de toepassingsmodaliteiten van de | december 1992 met betrekking tot de toepassingsmodaliteiten van de |
| belasting over de toegevoegde waarde ten aanzien van de handelingen | belasting over de toegevoegde waarde ten aanzien van de handelingen |
| verricht door in het buitenland gevestigde belastingplichtigen. | verricht door in het buitenland gevestigde belastingplichtigen. |
Art. 8.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2002. |
Art. 8.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2002. |
Art. 9.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van |
Art. 9.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van |
| dit besluit. | dit besluit. |
| Gegeven te Nice, 2 april 2002. | Gegeven te Nice, 2 april 2002. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Van Koningswege : |
| De Minister van Financiën, | De Minister van Financiën, |
| D. REYNDERS | D. REYNDERS |
| _______ | _______ |
| Nota | Nota |
| Koninklijk besluit nr. 31 met betrekking tot de | Koninklijk besluit nr. 31 met betrekking tot de |
| toepassingsmodaliteiten van de belasting over de toegevoegde waarde | toepassingsmodaliteiten van de belasting over de toegevoegde waarde |
| ten aanzien van de handelingen verricht door niet in België gevestigde | ten aanzien van de handelingen verricht door niet in België gevestigde |
| belastingplichtigen (1) | belastingplichtigen (1) |
| (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
| Wet van 3 juli 1969, Belgisch Staatsblad van 17 juli 1969. | Wet van 3 juli 1969, Belgisch Staatsblad van 17 juli 1969. |
| Wet van 28 december 1992, Belgisch Staatsblad van 31 december 1992, | Wet van 28 december 1992, Belgisch Staatsblad van 31 december 1992, |
| 1ste editie. | 1ste editie. |
| Wet van 7 maart 2002, Belgisch Staatsblad van 13 maart 2002, 3e | Wet van 7 maart 2002, Belgisch Staatsblad van 13 maart 2002, 3e |
| editie. | editie. |
| Koninklijk besluit van 29 december 1992, Belgisch Staatsblad van 31 | Koninklijk besluit van 29 december 1992, Belgisch Staatsblad van 31 |
| december 1992, 4e editie. | december 1992, 4e editie. |
| Koninklijk besluit van 25 februari 1996, Belgisch Staatsblad van 5 | Koninklijk besluit van 25 februari 1996, Belgisch Staatsblad van 5 |
| maart 1996. | maart 1996. |
| Koninklijk besluit van 28 oktober 1996, Belgisch Staatsblad van 29 | Koninklijk besluit van 28 oktober 1996, Belgisch Staatsblad van 29 |
| november 1996. | november 1996. |