Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 01/07/2006
← Terug naar "Koninklijk besluit houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van de ambtenaren bij het Fonds voor de beroepsziekten "
Koninklijk besluit houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van de ambtenaren bij het Fonds voor de beroepsziekten Koninklijk besluit houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van de ambtenaren bij het Fonds voor de beroepsziekten
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
1 JULI 2006. - Koninklijk besluit houdende hervorming van de 1 JULI 2006. - Koninklijk besluit houdende hervorming van de
bijzondere loopbaan van de ambtenaren bij het Fonds voor de bijzondere loopbaan van de ambtenaren bij het Fonds voor de
beroepsziekten beroepsziekten
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen
met het oog op de responsabilisering van de openbare instellingen van met het oog op de responsabilisering van de openbare instellingen van
sociale zekerheid, met toepassing van artikel 47 van de wet van 6 juli sociale zekerheid, met toepassing van artikel 47 van de wet van 6 juli
1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van
de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, bevestigd door de de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, bevestigd door de
wet van 12 december 1997, inzonderheid op artikel 21, § 1; wet van 12 december 1997, inzonderheid op artikel 21, § 1;
Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 1997 houdende Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 1997 houdende
vereenvoudiging van de bijzondere loopbaan van sommige ambtenaren van vereenvoudiging van de bijzondere loopbaan van sommige ambtenaren van
het Fonds voor de beroepsziekten, gewijzigd bij het koninklijk besluit het Fonds voor de beroepsziekten, gewijzigd bij het koninklijk besluit
van 16 november 2004; van 16 november 2004;
Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 1997 betreffende de Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 1997 betreffende de
hiërarchische indeling van de bijzondere graden waarvan de ambtenaren hiërarchische indeling van de bijzondere graden waarvan de ambtenaren
van het Fonds voor de beroepsziekten kunnen titularis zijn; van het Fonds voor de beroepsziekten kunnen titularis zijn;
Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 1997 tot vaststelling van Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 1997 tot vaststelling van
de weddenschalen verbonden aan de bijzondere graden bij het Fonds voor de weddenschalen verbonden aan de bijzondere graden bij het Fonds voor
de beroepsziekten, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 de beroepsziekten, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4
december 2001, 7 juli 2002, 3 april 2003 en 16 november 2004; december 2001, 7 juli 2002, 3 april 2003 en 16 november 2004;
Gelet op het ministerieel besluit van 15 juli 1997 tot vaststelling Gelet op het ministerieel besluit van 15 juli 1997 tot vaststelling
voor het Fonds voor de beroepsziekten van de bijzondere bepalingen die voor het Fonds voor de beroepsziekten van de bijzondere bepalingen die
voorzien in de uitvoering van het statuut van het personeel van voorzien in de uitvoering van het statuut van het personeel van
sommige instellingen van openbaar nut; sommige instellingen van openbaar nut;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van het Fonds voor de Gelet op het advies van het Beheerscomité van het Fonds voor de
beroepsziekten, gegeven op 8 januari 2003 en 9 februari 2005; beroepsziekten, gegeven op 8 januari 2003 en 9 februari 2005;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 15 Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 15
januari 2003 en op 2 december 2004; januari 2003 en op 2 december 2004;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven
op 2 mei 2005; op 2 mei 2005;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken,
gegeven op 10 maart 2005; gegeven op 10 maart 2005;
Gelet op het advies van het College van de Openbare instellingen van Gelet op het advies van het College van de Openbare instellingen van
Sociale Zekerheid, gegeven op 24 februari 2006; Sociale Zekerheid, gegeven op 24 februari 2006;
Gelet op het protocol van 18 juli 2005 van het Sectorcomité XX; Gelet op het protocol van 18 juli 2005 van het Sectorcomité XX;
Gelet op advies 39322 van de Raad van State, gegeven op 17 november Gelet op advies 39322 van de Raad van State, gegeven op 17 november
2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de
gecoördineerde wetten op de Raad van State; gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister
van Werk, van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
HOOFDSTUK I. - Integratie van de bijzondere graden en van sommige HOOFDSTUK I. - Integratie van de bijzondere graden en van sommige
gemene graden in de loopbaan van niveau A gemene graden in de loopbaan van niveau A

Artikel 1.§ 1. Bij het Fonds voor de beroepsziekten :

Artikel 1.§ 1. Bij het Fonds voor de beroepsziekten :
- worden de volgende graden geschrapt : - worden de volgende graden geschrapt :
1° laboratoriumdirecteur (vlakke loopbaan in uitdoving); 1° laboratoriumdirecteur (vlakke loopbaan in uitdoving);
2° scheikundig adviseur (vlakke loopbaan in uitdoving); 2° scheikundig adviseur (vlakke loopbaan in uitdoving);
- worden de volgende graden afgeschaft : - worden de volgende graden afgeschaft :
1° administrateur-generaal; 1° administrateur-generaal;
2° adjunct-administrateur-generaal. 2° adjunct-administrateur-generaal.

Art. 2.§ 1. De ambtenaren die op 1 december 2004 titularis zijn van

Art. 2.§ 1. De ambtenaren die op 1 december 2004 titularis zijn van
één van de geschrapte of afgeschafte graden die hierna in kolom 1 zijn één van de geschrapte of afgeschafte graden die hierna in kolom 1 zijn
opgenomen, bezoldigd in een weddenschaal opgenomen in kolom 2, worden opgenomen, bezoldigd in een weddenschaal opgenomen in kolom 2, worden
ambtshalve benoemd in de klasse die in kolom 3 is opgenomen, bezoldigd ambtshalve benoemd in de klasse die in kolom 3 is opgenomen, bezoldigd
in de weddenschaal opgenomen in kolom 4 en dragen de titel hier in de weddenschaal opgenomen in kolom 4 en dragen de titel hier
tegenover vermeld in kolom 5. tegenover vermeld in kolom 5.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
§ 2. De ambtenaren voorheen bekleed met de graad van scheikundig § 2. De ambtenaren voorheen bekleed met de graad van scheikundig
adviseur (vlakke loopbaan in uitdoving) en bezoldigd in de bijzondere adviseur (vlakke loopbaan in uitdoving) en bezoldigd in de bijzondere
weddenschaal "28.628,37 - 40.333,05" bekomen de hierna vermelde weddenschaal "28.628,37 - 40.333,05" bekomen de hierna vermelde
weddenschaal zodra zij achttien jaar klasseanciënniteit hebben en voor weddenschaal zodra zij achttien jaar klasseanciënniteit hebben en voor
zover zij op dat ogenblik geen gunstiger weddenschaal genieten. zover zij op dat ogenblik geen gunstiger weddenschaal genieten.
33.978,98 - 48.694,01 33.978,98 - 48.694,01
11 x 2 x 1.337,73 11 x 2 x 1.337,73
(Cl./Kl. 24 a./j. - Niv.A - Gr.B) (Cl./Kl. 24 a./j. - Niv.A - Gr.B)
§ 3. In afwijking van § 1, bekomen de ambtenaren voorheen bekleed met § 3. In afwijking van § 1, bekomen de ambtenaren voorheen bekleed met
de graden van adviseur en van laboratoriumdirecteur (vlakke loopbaan de graden van adviseur en van laboratoriumdirecteur (vlakke loopbaan
in uitdoving), bezoldigd in de hieronder vermelde weddenschaal, de in uitdoving), bezoldigd in de hieronder vermelde weddenschaal, de
weddenschaal A33 zodra ze een geldelijke anciënniteit van ten minste weddenschaal A33 zodra ze een geldelijke anciënniteit van ten minste
veertien jaar hebben. veertien jaar hebben.
33.978,98 - 48.694,01 33.978,98 - 48.694,01
112 x 1.337,73 112 x 1.337,73
(Cl/Kl 24 a./j - Niv. A. - Gr. B) (Cl/Kl 24 a./j - Niv. A. - Gr. B)

Art. 3.De klasseanciënniteit van de ambtenaren, benoemd in toepassing

Art. 3.De klasseanciënniteit van de ambtenaren, benoemd in toepassing
van artikel 2, is gelijk aan de graadanciënniteit welke verkregen was van artikel 2, is gelijk aan de graadanciënniteit welke verkregen was
in de graad waarvan ze op 30 november 2004 titularis waren. in de graad waarvan ze op 30 november 2004 titularis waren.
De anciënniteit verkregen in niveau 1 wordt geacht verkregen te zijn De anciënniteit verkregen in niveau 1 wordt geacht verkregen te zijn
in niveau A. in niveau A.
De door deze ambtenaren verkregen geldelijke anciënniteit wordt geacht De door deze ambtenaren verkregen geldelijke anciënniteit wordt geacht
verkregen te zijn in de nieuwe weddenschaal. verkregen te zijn in de nieuwe weddenschaal.
In afwijking van artikel 2, § 1, en in voorkomend geval, behouden de In afwijking van artikel 2, § 1, en in voorkomend geval, behouden de
ambtenaren het voordeel van de weddenschaal van de graad waarmee ze ambtenaren het voordeel van de weddenschaal van de graad waarmee ze
waren bekleed, voor zover deze gunstiger is. waren bekleed, voor zover deze gunstiger is.
HOOFDSTUK II. - Integratie van de bijzondere graden in de loopbaan van HOOFDSTUK II. - Integratie van de bijzondere graden in de loopbaan van
niveau B, C of D niveau B, C of D

Art. 4.§ 1. De ambtenaren ambtshalve benoemd tot de graad van

Art. 4.§ 1. De ambtenaren ambtshalve benoemd tot de graad van
technisch deskundige, voorheen bekleed met de geschrapte graad van technisch deskundige, voorheen bekleed met de geschrapte graad van
paramedicus, die, als overgangsmaatregel, de hierna vermelde paramedicus, die, als overgangsmaatregel, de hierna vermelde
weddenschaal genoten, behouden het voordeel van deze weddenschaal : weddenschaal genoten, behouden het voordeel van deze weddenschaal :
18.101,57 - 28.258,64 18.101,57 - 28.258,64
31 x 535,13 31 x 535,13
122 x 712,64 122 x 712,64
(Cl/Kl 23 a./j - Niv. B - G. A) (Cl/Kl 23 a./j - Niv. B - G. A)
§ 2. de ambtenaren bedoeld in § 1 kunnen deelnemen aan § 2. de ambtenaren bedoeld in § 1 kunnen deelnemen aan
competentiemeting 2. competentiemeting 2.
De geslaagden bekomen de competentietoelage onder de voorwaarden De geslaagden bekomen de competentietoelage onder de voorwaarden
vastgesteld in artikel 35 van het koninklijk besluit van 10 april 1995 vastgesteld in artikel 35 van het koninklijk besluit van 10 april 1995
tot vaststelling van de weddenschalen der aan verscheidene federale tot vaststelling van de weddenschalen der aan verscheidene federale
overheidsdiensten gemene graden. overheidsdiensten gemene graden.
§ 3. De ambtenaren voorheen bekleed met de geschrapte graad van § 3. De ambtenaren voorheen bekleed met de geschrapte graad van
paramedicus en begunstigde van de in § 1 vermelde weddenschaal die ten paramedicus en begunstigde van de in § 1 vermelde weddenschaal die ten
minste 12 jaar graadanciënniteit hebben op 1 oktober 2002, bekomen, minste 12 jaar graadanciënniteit hebben op 1 oktober 2002, bekomen,
wanneer ze geslaagd zijn voor competentiemeting 2, de weddenschaal BT2 wanneer ze geslaagd zijn voor competentiemeting 2, de weddenschaal BT2
van zodra ze 18 jaar graadanciënniteit hebben. van zodra ze 18 jaar graadanciënniteit hebben.
De niet-geslaagden bekomen, van zodra zij 18 jaar graadanciënniteit De niet-geslaagden bekomen, van zodra zij 18 jaar graadanciënniteit
hebben, de weddenschaal 28 E. Zij kunnen deelnemen aan hebben, de weddenschaal 28 E. Zij kunnen deelnemen aan
competentiemeting 2. competentiemeting 2.
Indien zou blijken dat de algemene bepalingen inzake integratie Indien zou blijken dat de algemene bepalingen inzake integratie
gunstiger zijn dan deze van deze paragraaf, dan worden de voordeligste gunstiger zijn dan deze van deze paragraaf, dan worden de voordeligste
bepalingen toegepast. bepalingen toegepast.

Art. 5.§ 1. De ambtenaren ambtshalve benoemd tot de graad van

Art. 5.§ 1. De ambtenaren ambtshalve benoemd tot de graad van
administratief assistent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van administratief assistent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van
bestuursassistent, die, als overgangsmaatregel, de hierna vermelde bestuursassistent, die, als overgangsmaatregel, de hierna vermelde
weddenschaal genoten, behouden het voordeel van deze weddenschaal : weddenschaal genoten, behouden het voordeel van deze weddenschaal :
16.416,43 - 24.968,81 16.416,43 - 24.968,81
31 x 267,31 31 x 267,31
22 x 356,34 22 x 356,34
22 x 712,64 22 x 712,64
92 x 623,61 92 x 623,61
(Cl/Kl 20 a./j - N. C - G. A) (Cl/Kl 20 a./j - N. C - G. A)
§ 2. De ambtenaren bedoeld in § 1 kunnen deelnemen aan § 2. De ambtenaren bedoeld in § 1 kunnen deelnemen aan
competentiemeting 4. competentiemeting 4.
De geslaagden bekomen de competentietoelage onder de voorwaarden De geslaagden bekomen de competentietoelage onder de voorwaarden
vastgesteld in artikel 34 van het koninklijk besluit van 10 april 1995 vastgesteld in artikel 34 van het koninklijk besluit van 10 april 1995
tot vaststelling van de weddenschalen der aan verscheidene federale tot vaststelling van de weddenschalen der aan verscheidene federale
overheidsdiensten gemene graden. overheidsdiensten gemene graden.
§ 3. In afwijking van § 2, tweede lid, wordt het bedrag van de § 3. In afwijking van § 2, tweede lid, wordt het bedrag van de
competentietoelage, in voorkomend geval, beperkt tot het verschil competentietoelage, in voorkomend geval, beperkt tot het verschil
tussen het maximumbedrag van de weddenschaal CA2 vermeerderd met het tussen het maximumbedrag van de weddenschaal CA2 vermeerderd met het
bedrag van de competentietoelage, en de wedde van de weddenschaal bedrag van de competentietoelage, en de wedde van de weddenschaal
vermeld in § 1. vermeld in § 1.
§ 4. De geslaagden bedoeld in § 2, die een anciënniteit van 4 jaar § 4. De geslaagden bedoeld in § 2, die een anciënniteit van 4 jaar
hebben in de weddenschaal vermeld in § 1, bekomen de weddenschaal CA3 hebben in de weddenschaal vermeld in § 1, bekomen de weddenschaal CA3
en dit ten vroegste op 1 september 2003. De anciënniteit verworven in en dit ten vroegste op 1 september 2003. De anciënniteit verworven in
de oude weddenschaal vermeld in § 1 wordt in aanmerking genomen voor de oude weddenschaal vermeld in § 1 wordt in aanmerking genomen voor
de berekening van deze 4 jaar. de berekening van deze 4 jaar.
De ambtenaren die gedurende 6 jaar de weddenschaal CA3 genoten hebben, De ambtenaren die gedurende 6 jaar de weddenschaal CA3 genoten hebben,
bekomen de weddenschaal 22B voor zover er betrekkingen in deze schaal bekomen de weddenschaal 22B voor zover er betrekkingen in deze schaal
vacant zijn. vacant zijn.

Art. 6.§ 1. De ambtenaren ambtshalve benoemd tot de graad van

Art. 6.§ 1. De ambtenaren ambtshalve benoemd tot de graad van
administratief assistent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van administratief assistent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van
bestuursassistent, die, als overgangsmaatregel, de hierna vermelde bestuursassistent, die, als overgangsmaatregel, de hierna vermelde
weddenschaal genoten, behouden het voordeel van deze weddenschaal : weddenschaal genoten, behouden het voordeel van deze weddenschaal :
14.099,06 - 22.651,44 14.099,06 - 22.651,44
31 x 267,31 31 x 267,31
22 x 356,34 22 x 356,34
22 x 712,64 22 x 712,64
92 x 623,61 92 x 623,61
(Cl/Kl 20 a./j - N. C - G. A) (Cl/Kl 20 a./j - N. C - G. A)
§ 2. De ambtenaren bedoeld in § 1 verkrijgen, na afloop van de periode § 2. De ambtenaren bedoeld in § 1 verkrijgen, na afloop van de periode
van 8 jaar gedurende de welke zij de jaarlijkse competentietoelage van 8 jaar gedurende de welke zij de jaarlijkse competentietoelage
kregen die verbonden was aan competentiemeting 1, de weddenschaal CA2. kregen die verbonden was aan competentiemeting 1, de weddenschaal CA2.
Zij mogen deelnemen aan competentiemeting 3. Zij mogen deelnemen aan competentiemeting 3.

Art. 7.De ziekenoppasser (afgeschafte graad) geniet de hierna

Art. 7.De ziekenoppasser (afgeschafte graad) geniet de hierna
vermelde bijzondere weddenschaal : vermelde bijzondere weddenschaal :
12.902,40 - 17.509,82 12.902,40 - 17.509,82
31 x 140,09 31 x 140,09
52 x 278,95 52 x 278,95
82 x 349,05 82 x 349,05
(Cl/Kl 18 a./j - N. D - G. A) (Cl/Kl 18 a./j - N. D - G. A)
HOOFDSTUK III. - Overgangs-, opheffings- en slotbepalingen HOOFDSTUK III. - Overgangs-, opheffings- en slotbepalingen

Art. 8.In afwijking van de bepalingen van de artikelen 14 en 15 van

Art. 8.In afwijking van de bepalingen van de artikelen 14 en 15 van
het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling
van het personeel der federale overheidsdiensten en voor zover de van het personeel der federale overheidsdiensten en voor zover de
betrokkenen uiterlijk op 29 februari 1980 in dienst waren : betrokkenen uiterlijk op 29 februari 1980 in dienst waren :
a) worden eveneens als nuttige dienstjaren beschouwd voor de a) worden eveneens als nuttige dienstjaren beschouwd voor de
berekening van de wedde van het medisch personeel (full-time en berekening van de wedde van het medisch personeel (full-time en
part-time), de jaren vanaf de datum van het bekomen van het diploma part-time), de jaren vanaf de datum van het bekomen van het diploma
van doctor in de geneeskunde; van doctor in de geneeskunde;
b) worden eveneens als nuttige dienstjaren beschouwd voor de b) worden eveneens als nuttige dienstjaren beschouwd voor de
berekening van de wedde van het verplegend en verzorgend personeel, de berekening van de wedde van het verplegend en verzorgend personeel, de
tijd gedurende dewelke zij een beroepsactiviteit hebben uitgeoefend tijd gedurende dewelke zij een beroepsactiviteit hebben uitgeoefend
buiten de openbare diensten en gedurende dewelke zij titularis waren buiten de openbare diensten en gedurende dewelke zij titularis waren
van een bezoldigd ambt met volledige prestaties. De tijd van de in van een bezoldigd ambt met volledige prestaties. De tijd van de in
aanmerking te nemen diensten kan nooit meer bedragen dan vijftien aanmerking te nemen diensten kan nooit meer bedragen dan vijftien
jaar. jaar.

Art. 9.De bepalingen bedoeld in de artikelen 227 tot 230 van het

Art. 9.De bepalingen bedoeld in de artikelen 227 tot 230 van het
koninklijk besluit van 4 augustus 2004 betreffende de loopbaan van koninklijk besluit van 4 augustus 2004 betreffende de loopbaan van
niveau A van het Rijkspersoneel zijn van toepassing op de ambtenaren niveau A van het Rijkspersoneel zijn van toepassing op de ambtenaren
waarvan de geschrapte graad geïntegreerd werd in overeenstemming met waarvan de geschrapte graad geïntegreerd werd in overeenstemming met
artikel 2 van dit besluit. artikel 2 van dit besluit.

Art. 10.Worden opgeheven :

Art. 10.Worden opgeheven :
- het koninklijk besluit van 9 juli 1997 houdende vereenvoudiging van - het koninklijk besluit van 9 juli 1997 houdende vereenvoudiging van
de bijzondere loopbaan van sommige ambtenaren van het Fonds voor de de bijzondere loopbaan van sommige ambtenaren van het Fonds voor de
beroepsziekten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 november beroepsziekten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 november
2004; 2004;
- het koninklijk besluit van 9 juli 1997 betreffende de hiërarchische - het koninklijk besluit van 9 juli 1997 betreffende de hiërarchische
indeling van de bijzondere graden waarvan de ambtenaren van het Fonds indeling van de bijzondere graden waarvan de ambtenaren van het Fonds
voor de beroepsziekten kunnen titularis zijn; voor de beroepsziekten kunnen titularis zijn;
- het koninklijk besluit van 9 juli 1997 tot vaststelling van de - het koninklijk besluit van 9 juli 1997 tot vaststelling van de
weddenschalen verbonden aan de bijzondere graden bij het Fonds voor de weddenschalen verbonden aan de bijzondere graden bij het Fonds voor de
beroepsziekten, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december beroepsziekten, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 december
2001, 7 juli 2002, 3 april 2003 en 16 november 2004; 2001, 7 juli 2002, 3 april 2003 en 16 november 2004;
- het ministerieel besluit van 15 juli 1997 tot vaststelling voor het - het ministerieel besluit van 15 juli 1997 tot vaststelling voor het
Fonds voor de beroepsziekten van de bijzondere bepalingen die voorzien Fonds voor de beroepsziekten van de bijzondere bepalingen die voorzien
in de uitvoering van het statuut van het personeel van sommige in de uitvoering van het statuut van het personeel van sommige
instellingen van openbaar nut. instellingen van openbaar nut.

Art. 11.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 december 2004,

Art. 11.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 december 2004,
met uitzondering van; met uitzondering van;
1° de bepalingen die de overgang verzekeren van de niveaus 4 en 3 naar 1° de bepalingen die de overgang verzekeren van de niveaus 4 en 3 naar
niveau D, die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2002; niveau D, die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2002;
2° de bepalingen die de overgang verzekeren van de niveaus 2 naar 2° de bepalingen die de overgang verzekeren van de niveaus 2 naar
niveau C, die uitwerking hebben met ingang van 1 juni 2002; niveau C, die uitwerking hebben met ingang van 1 juni 2002;
3° de bepalingen die de overgang verzekeren van de niveau 2+ naar 3° de bepalingen die de overgang verzekeren van de niveau 2+ naar
niveau B, die uitwerking hebben met ingang van 1 oktober 2002. niveau B, die uitwerking hebben met ingang van 1 oktober 2002.

Art. 12.Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister van Werk

Art. 12.Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister van Werk
zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 1 juli 2006. Gegeven te Brussel, 1 juli 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken, De Minister van Sociale Zaken,
R. DEMOTTE R. DEMOTTE
De Minister van Werk, De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
^