| Ministerieel besluit betreffende de toekenning van een verklaring van vrijstelling voor het nemen van een loods of het gebruikmaken van loodsen op afstand | Ministerieel besluit betreffende de toekenning van een verklaring van vrijstelling voor het nemen van een loods of het gebruikmaken van loodsen op afstand |
|---|---|
| MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP | MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP |
| 23 AUGUSTUS 2002. - Ministerieel besluit betreffende de toekenning van | 23 AUGUSTUS 2002. - Ministerieel besluit betreffende de toekenning van |
| een verklaring van vrijstelling voor het nemen van een loods of het | een verklaring van vrijstelling voor het nemen van een loods of het |
| gebruikmaken van loodsen op afstand | gebruikmaken van loodsen op afstand |
| De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, | De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, |
| Gelet op het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie en | Gelet op het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie en |
| de werking van de loodsdienst van het Vlaamse Gewest en betreffende | de werking van de loodsdienst van het Vlaamse Gewest en betreffende |
| het brevet van havenloods, inzonderheid op artikel 7, § 2, 3°; | het brevet van havenloods, inzonderheid op artikel 7, § 2, 3°; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 15 juli 2002 | Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 15 juli 2002 |
| betreffende de verscherpte loodsplicht voor vaartuigen in de Belgische | betreffende de verscherpte loodsplicht voor vaartuigen in de Belgische |
| territoriale zee en vaarwateren onder de bevoegdheid van het Vlaamse | territoriale zee en vaarwateren onder de bevoegdheid van het Vlaamse |
| Gewest, inzonderheid op artikel 5; | Gewest, inzonderheid op artikel 5; |
| Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering, op 23 juni 1998, | Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering, op 23 juni 1998, |
| betreffende de aanvraag om advies bij de Raad van State; | betreffende de aanvraag om advies bij de Raad van State; |
| Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 24 november | Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 24 november |
| 1998, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de | 1998, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de |
| gecoördineerde wetten op de Raad van State, | gecoördineerde wetten op de Raad van State, |
| HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen | HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
| 1° decreet : het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie | 1° decreet : het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie |
| en de werking van de loodsdienst van het Vlaamse Gewest en betreffende | en de werking van de loodsdienst van het Vlaamse Gewest en betreffende |
| het brevet van havenloods; | het brevet van havenloods; |
| 2° verklaring van vrijstelling : de vrijstelling van de loodsplicht | 2° verklaring van vrijstelling : de vrijstelling van de loodsplicht |
| zoals bedoeld in artikel 7, § 2, 3°, van het decreet; | zoals bedoeld in artikel 7, § 2, 3°, van het decreet; |
| 3° bevoegde autoriteit : de leidend ambtenaar van de administratie | 3° bevoegde autoriteit : de leidend ambtenaar van de administratie |
| Waterwegen en Zeewezen of iedere door de leidend ambtenaar aangestelde | Waterwegen en Zeewezen of iedere door de leidend ambtenaar aangestelde |
| plaatsvervanger; | plaatsvervanger; |
| 4° traject : de wateren of een gedeelte daarvan zoals bepaald in | 4° traject : de wateren of een gedeelte daarvan zoals bepaald in |
| artikel 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 15 juli 2002 | artikel 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 15 juli 2002 |
| betreffende de verscherpte loodsplicht voor vaartuigen in de Belgische | betreffende de verscherpte loodsplicht voor vaartuigen in de Belgische |
| territoriale zee en vaarwateren onder de bevoegdheid van het Vlaamse | territoriale zee en vaarwateren onder de bevoegdheid van het Vlaamse |
| Gewest; | Gewest; |
| 5° gelijksoortige vaartuigen : vaartuigen die naar het oordeel van de | 5° gelijksoortige vaartuigen : vaartuigen die naar het oordeel van de |
| bevoegde autoriteit vergelijkbaar zijn. Ze worden ten minste op de | bevoegde autoriteit vergelijkbaar zijn. Ze worden ten minste op de |
| volgende aspecten beoordeeld : | volgende aspecten beoordeeld : |
| a) scheepstype, | a) scheepstype, |
| b) hoofdafmetingen; | b) hoofdafmetingen; |
| 6° examencommissie : de commissie belast met de organisatie en | 6° examencommissie : de commissie belast met de organisatie en |
| afneming van de bekwaamheidsproef tot het verkrijgen van een | afneming van de bekwaamheidsproef tot het verkrijgen van een |
| verklaring van vrijstelling; | verklaring van vrijstelling; |
| 7° verklaringhouder : de houder van de verklaring van vrijstelling. | 7° verklaringhouder : de houder van de verklaring van vrijstelling. |
| HOOFDSTUK II. - Voorwaarden tot het verkrijgen van een verklaring van | HOOFDSTUK II. - Voorwaarden tot het verkrijgen van een verklaring van |
| vrijstelling | vrijstelling |
Art. 2.Om een verklaring van vrijstelling te verkrijgen, dient de |
Art. 2.Om een verklaring van vrijstelling te verkrijgen, dient de |
| gezagvoerder of de bevoegde officier die de feitelijke navigatie | gezagvoerder of de bevoegde officier die de feitelijke navigatie |
| leidt, te voldoen aan de volgende voorwaarden : | leidt, te voldoen aan de volgende voorwaarden : |
| 1° het bewijs leveren dat de aanvrager bevoegd is om op te treden als | 1° het bewijs leveren dat de aanvrager bevoegd is om op te treden als |
| kapitein van het vaartuig; | kapitein van het vaartuig; |
| 2° het bewijs leveren dat de aanvrager in dienstverband als kapitein | 2° het bewijs leveren dat de aanvrager in dienstverband als kapitein |
| of bevoegd officier werkzaam is bij een werkgever op één of meer | of bevoegd officier werkzaam is bij een werkgever op één of meer |
| gelijksoortige vaartuigen waarvoor de verklaring wordt aangevraagd; | gelijksoortige vaartuigen waarvoor de verklaring wordt aangevraagd; |
| 3° het bewijs leveren dat de aanvrager per jaar hetzelfde traject | 3° het bewijs leveren dat de aanvrager per jaar hetzelfde traject |
| tenminste vierentwintig maal in en vierentwintig maal uit zal bevaren; | tenminste vierentwintig maal in en vierentwintig maal uit zal bevaren; |
| 4° slagen in een bekwaamheidsproef, zoals vastgesteld in bijlage I van | 4° slagen in een bekwaamheidsproef, zoals vastgesteld in bijlage I van |
| dit besluit, die handelt over de kennis van het traject waarvoor de | dit besluit, die handelt over de kennis van het traject waarvoor de |
| aanvraag werd ingediend. | aanvraag werd ingediend. |
Art. 3.§ 1. De examencommissie bestaat uit een voorzitter met |
Art. 3.§ 1. De examencommissie bestaat uit een voorzitter met |
| nautische ervaring, en vier leden met nautische kennis. | nautische ervaring, en vier leden met nautische kennis. |
| De vier leden van de examencommissie geven een afzonderlijke | De vier leden van de examencommissie geven een afzonderlijke |
| beoordeling aan de hand van het programma zoals bepaald in bijlage I. | beoordeling aan de hand van het programma zoals bepaald in bijlage I. |
| Bij staking van stemmen over het eindresultaat is de beslissing van de | Bij staking van stemmen over het eindresultaat is de beslissing van de |
| voorzitter doorslaggevend. | voorzitter doorslaggevend. |
| De bekwaamheidsproef wordt georganiseerd binnen drie maanden na | De bekwaamheidsproef wordt georganiseerd binnen drie maanden na |
| ontvangst van de schriftelijke aanvraag van de kandidaat, gericht aan | ontvangst van de schriftelijke aanvraag van de kandidaat, gericht aan |
| de bevoegde autoriteit. | de bevoegde autoriteit. |
| § 2. De minister benoemt de voorzitter en een plaatsvervangend | § 2. De minister benoemt de voorzitter en een plaatsvervangend |
| voorzitter voor een termijn van 5 jaar. Het mandaat kan verlengd | voorzitter voor een termijn van 5 jaar. Het mandaat kan verlengd |
| worden. | worden. |
| De leden worden ad hoc aangesteld door de bevoegde autoriteit. | De leden worden ad hoc aangesteld door de bevoegde autoriteit. |
Art. 4.De kandidaat dient eerst te slagen in het algemene en het |
Art. 4.De kandidaat dient eerst te slagen in het algemene en het |
| specifieke gedeelte van het examen waarvan het programma en de | specifieke gedeelte van het examen waarvan het programma en de |
| puntenwaardering vastgesteld zijn in I en II van de bijlage I van dit | puntenwaardering vastgesteld zijn in I en II van de bijlage I van dit |
| besluit. Daarna dient de kandidaat binnen een termijn van één jaar, | besluit. Daarna dient de kandidaat binnen een termijn van één jaar, |
| met goed gevolg een reeks van 3 proefreizen in beide richtingen af te | met goed gevolg een reeks van 3 proefreizen in beide richtingen af te |
| leggen zoals vastgesteld in III van bijlage I van dit besluit. De | leggen zoals vastgesteld in III van bijlage I van dit besluit. De |
| kandidaat kan slechts één bijkomende reeks proefreizen afleggen, | kandidaat kan slechts één bijkomende reeks proefreizen afleggen, |
| binnen de gestelde termijn, indien hij de eerste reeks niet met goed | binnen de gestelde termijn, indien hij de eerste reeks niet met goed |
| gevolg afgelegd heeft. | gevolg afgelegd heeft. |
Art. 5.De einduitslag, met vermelding van de data van de proeven en |
Art. 5.De einduitslag, met vermelding van de data van de proeven en |
| de proefreizen evenals de behaalde resultaten, wordt door de | de proefreizen evenals de behaalde resultaten, wordt door de |
| voorzitter van de examencommissie ter kennis gebracht van de bevoegde | voorzitter van de examencommissie ter kennis gebracht van de bevoegde |
| autoriteit. | autoriteit. |
| HOOFDSTUK III. - Uitreiking van de verklaring van vrijstelling | HOOFDSTUK III. - Uitreiking van de verklaring van vrijstelling |
Art. 6.Na het slagen voor de bekwaamheidsproef reikt de bevoegde |
Art. 6.Na het slagen voor de bekwaamheidsproef reikt de bevoegde |
| autoriteit aan de kandidaat een verklaring van vrijstelling uit zoals | autoriteit aan de kandidaat een verklaring van vrijstelling uit zoals |
| vastgesteld in bijlage II bij dit besluit. De vrijstelling is geldig | vastgesteld in bijlage II bij dit besluit. De vrijstelling is geldig |
| vanaf de eerste dag van de tweede maand volgend op de datum van de | vanaf de eerste dag van de tweede maand volgend op de datum van de |
| laatste proefreis. | laatste proefreis. |
| HOOFDSTUK IV. - Verplichtingen van de verklaringhouder en controle | HOOFDSTUK IV. - Verplichtingen van de verklaringhouder en controle |
Art. 7.De verklaringhouder meldt zich aan bij de bevoegde autoriteit |
Art. 7.De verklaringhouder meldt zich aan bij de bevoegde autoriteit |
| voor het binnenkomen van het betreffende traject waarvoor de | voor het binnenkomen van het betreffende traject waarvoor de |
| verklaring van vrijstelling is afgegeven en deelt zijn naam en het | verklaring van vrijstelling is afgegeven en deelt zijn naam en het |
| nummer van de verklaring van vrijstelling mee. | nummer van de verklaring van vrijstelling mee. |
Art. 8.De verklaringhouder moet steeds in het bezit zijn van de |
Art. 8.De verklaringhouder moet steeds in het bezit zijn van de |
| verklaring van vrijstelling tijdens de vaart op het traject waarvoor | verklaring van vrijstelling tijdens de vaart op het traject waarvoor |
| deze verklaring is afgegeven. | deze verklaring is afgegeven. |
Art. 9.Uiterlijk één maand na elke periode van zes maanden na de |
Art. 9.Uiterlijk één maand na elke periode van zes maanden na de |
| datum van inwerkingtreding van de verklaring van vrijstelling bezorgt | datum van inwerkingtreding van de verklaring van vrijstelling bezorgt |
| de verklaringhouder aan de bevoegde autoriteit een opgave met de data | de verklaringhouder aan de bevoegde autoriteit een opgave met de data |
| en tijdstippen waarop de verklaringhouder het traject in kwestie heeft | en tijdstippen waarop de verklaringhouder het traject in kwestie heeft |
| bevaren. | bevaren. |
Art. 10.De verklaringhouder licht de bevoegde autoriteit schriftelijk |
Art. 10.De verklaringhouder licht de bevoegde autoriteit schriftelijk |
| in over elke verandering van werkgever en over elke andere wijziging | in over elke verandering van werkgever en over elke andere wijziging |
| die van invloed kan zijn op de geldigheid van de verklaring van | die van invloed kan zijn op de geldigheid van de verklaring van |
| vrijstelling. | vrijstelling. |
Art. 11.De bevoegde autoriteit kan nagaan of de persoon, die aan |
Art. 11.De bevoegde autoriteit kan nagaan of de persoon, die aan |
| boord van een vaartuig de navigatie leidt, in het bezit is van een | boord van een vaartuig de navigatie leidt, in het bezit is van een |
| verklaring van vrijstelling. | verklaring van vrijstelling. |
| HOOFDSTUK V. - Verlies van geldigheid en intrekking van de verklaring | HOOFDSTUK V. - Verlies van geldigheid en intrekking van de verklaring |
| van vrijstelling | van vrijstelling |
Art. 12.De verklaring van vrijstelling verliest haar geldigheid van |
Art. 12.De verklaring van vrijstelling verliest haar geldigheid van |
| rechtswege en wordt ingetrokken als één van de volgende situaties zich | rechtswege en wordt ingetrokken als één van de volgende situaties zich |
| voordoet : | voordoet : |
| 1° de verklaringhouder niet meer bevoegd is om op te treden als | 1° de verklaringhouder niet meer bevoegd is om op te treden als |
| kapitein van het vaartuig; | kapitein van het vaartuig; |
| 2° de verklaringhouder niet in dienstverband als kapitein of bevoegd | 2° de verklaringhouder niet in dienstverband als kapitein of bevoegd |
| officier bij de werkgever op één of meer gelijksoortige vaartuigen | officier bij de werkgever op één of meer gelijksoortige vaartuigen |
| waarvoor de verklaring is aangevraagd werkzaam is; | waarvoor de verklaring is aangevraagd werkzaam is; |
| 3° de verklaringhouder in de voorbije twaalf maanden geen | 3° de verklaringhouder in de voorbije twaalf maanden geen |
| vierentwintig maal in beide richtingen het traject, waarvoor de | vierentwintig maal in beide richtingen het traject, waarvoor de |
| vrijstelling is verleend, heeft afgelegd; | vrijstelling is verleend, heeft afgelegd; |
| 4° het vaartuig waarop de verklaring betrekking heeft, verbouwd is | 4° het vaartuig waarop de verklaring betrekking heeft, verbouwd is |
| waardoor het scheepstype of de hoofdafmetingen zijn gewijzigd. | waardoor het scheepstype of de hoofdafmetingen zijn gewijzigd. |
Art. 13.Vanaf de datum van verlies van geldigheid van de verklaring |
Art. 13.Vanaf de datum van verlies van geldigheid van de verklaring |
| van vrijstelling, worden de gegeven kortingen teruggevorderd. | van vrijstelling, worden de gegeven kortingen teruggevorderd. |
Art. 14.De bevoegde autoriteit kan de verklaring van vrijstelling |
Art. 14.De bevoegde autoriteit kan de verklaring van vrijstelling |
| intrekken indien de verklaringhouder de voor het betreffende traject | intrekken indien de verklaringhouder de voor het betreffende traject |
| geldende regelgeving niet naleeft. | geldende regelgeving niet naleeft. |
| HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen | HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen |
Art. 15.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2002. |
Art. 15.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2002. |
| Brussel, 23 augustus 2002. | Brussel, 23 augustus 2002. |
| De minister vice-president van de Vlaamse regering, | De minister vice-president van de Vlaamse regering, |
| Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, | Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, |
| S. STEVAERT | S. STEVAERT |
| Bijlage I | Bijlage I |
| Programma voor het verwerven van de verklaring van vrijstelling | Programma voor het verwerven van de verklaring van vrijstelling |
| Minimum te behalen aantal punten : 130 op een totaal van 200 punten. | Minimum te behalen aantal punten : 130 op een totaal van 200 punten. |
| I. Algemeen programma : mondeling | I. Algemeen programma : mondeling |
| Minimum te behalen aantal punten : 60 op 100. | Minimum te behalen aantal punten : 60 op 100. |
| 1. Reglementen (algemeen) | 1. Reglementen (algemeen) |
| - Internationale Bepalingen ter Voorkoming van Aanvaringen op Zee 1972 | - Internationale Bepalingen ter Voorkoming van Aanvaringen op Zee 1972 |
| (met amendementen). | (met amendementen). |
| - Het IALA-maritiem betonningsstelsel (International Association of | - Het IALA-maritiem betonningsstelsel (International Association of |
| Lighthouse Authorities). | Lighthouse Authorities). |
| 2. Manoeuvres | 2. Manoeuvres |
| - Manoeuvreren in havens, op rivieren, op kanalen en op zee : | - Manoeuvreren in havens, op rivieren, op kanalen en op zee : |
| Verschillende voortstuwingsmethoden, | Verschillende voortstuwingsmethoden, |
| Effect van enkel- en dubbelschroevers i.v.m. de draairichting vooruit | Effect van enkel- en dubbelschroevers i.v.m. de draairichting vooruit |
| en achteruit, | en achteruit, |
| Effect van enkel- en dubbelroeren, boeg- en hekschroeven. | Effect van enkel- en dubbelroeren, boeg- en hekschroeven. |
| Aanmeren en vertrek van ligplaatsen waar stroom loopt. | Aanmeren en vertrek van ligplaatsen waar stroom loopt. |
| Stopweg. | Stopweg. |
| Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| - Manoeuvreren met behulp van ankers. | - Manoeuvreren met behulp van ankers. |
| 3. Communicatie | 3. Communicatie |
| - Elementaire kennis van het zeevaartinspectiereglement inzake | - Elementaire kennis van het zeevaartinspectiereglement inzake |
| radiovoorschriften. | radiovoorschriften. |
| - Reglementering : algemene kennis van de artikels 17, 18, 33, 34, 35, | - Reglementering : algemene kennis van de artikels 17, 18, 33, 34, 35, |
| 36, 37 van de radioreglementen. | 36, 37 van de radioreglementen. |
| - Praktische kennis van de radiotelefonische procedure, | - Praktische kennis van de radiotelefonische procedure, |
| gespreksdiscipline. | gespreksdiscipline. |
| - Kennis spellingstabel letters en cijfers. | - Kennis spellingstabel letters en cijfers. |
| 4. Milieubescherming | 4. Milieubescherming |
| Meldingsplicht en maatregelen bij vervuiling en verontreiniging. | Meldingsplicht en maatregelen bij vervuiling en verontreiniging. |
| II. Specifiek programma : mondeling | II. Specifiek programma : mondeling |
| Minimum te behalen aantal punten : 70 op 100. | Minimum te behalen aantal punten : 70 op 100. |
| - Lokale scheepvaartreglementen en bijzondere verordeningen voor het | - Lokale scheepvaartreglementen en bijzondere verordeningen voor het |
| traject waarvoor de verklaring van vrijstelling wordt aangevraagd. | traject waarvoor de verklaring van vrijstelling wordt aangevraagd. |
| - Kennisgevingen en dienstorders. | - Kennisgevingen en dienstorders. |
| - Nautisch-technische kennis van het vaargebied (tracés, afstanden, | - Nautisch-technische kennis van het vaargebied (tracés, afstanden, |
| koersen, diepten, betonning en bebakening, seinen en signalering, | koersen, diepten, betonning en bebakening, seinen en signalering, |
| enz...). | enz...). |
| - Algemene kennis van de infrastructuur van de haven waarvoor de | - Algemene kennis van de infrastructuur van de haven waarvoor de |
| verklaring van vrijstelling wordt aangevraagd (dokken, kaden, | verklaring van vrijstelling wordt aangevraagd (dokken, kaden, |
| steigers, sluizen, bruggen, droogdokken, enz...). | steigers, sluizen, bruggen, droogdokken, enz...). |
| - Radarnavigatie onder alle omstandigheden. | - Radarnavigatie onder alle omstandigheden. |
| - Manoeuvreersimulaties met betrekking tot het vaargebied. | - Manoeuvreersimulaties met betrekking tot het vaargebied. |
| III. Proefreizen | III. Proefreizen |
| De kandidaat dient, op het traject waarvoor de verklaring van | De kandidaat dient, op het traject waarvoor de verklaring van |
| vrijstelling wordt aangevraagd, 3 proefreizen in beide richtingen af | vrijstelling wordt aangevraagd, 3 proefreizen in beide richtingen af |
| te leggen, waarvan de helft 's nachts, vergezeld van een loods en een | te leggen, waarvan de helft 's nachts, vergezeld van een loods en een |
| aangestelde van de bevoegde autoriteit, waarbij zijn praktische kennis | aangestelde van de bevoegde autoriteit, waarbij zijn praktische kennis |
| getoetst wordt. De loods en de aangestelde van de bevoegde autoriteit | getoetst wordt. De loods en de aangestelde van de bevoegde autoriteit |
| maken per reis, elk een schriftelijk verslag op, dat aan de | maken per reis, elk een schriftelijk verslag op, dat aan de |
| examencommissie wordt voorgelegd. | examencommissie wordt voorgelegd. |
| De examencommissie oordeelt aan de hand van de verslagen of de | De examencommissie oordeelt aan de hand van de verslagen of de |
| kandidaat de proefreizen met goed gevolg heeft volbracht. | kandidaat de proefreizen met goed gevolg heeft volbracht. |
| Brussel, 23 augustus 2002. | Brussel, 23 augustus 2002. |
| Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 23 | Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 23 |
| augustus 2002 betreffende de voorwaarden voor het verkrijgen van een | augustus 2002 betreffende de voorwaarden voor het verkrijgen van een |
| verklaring van vrijstelling van het nemen van een loods of gebruik te | verklaring van vrijstelling van het nemen van een loods of gebruik te |
| maken van loodsen op afstand. | maken van loodsen op afstand. |
| De minister vice-president van de Vlaamse regering, | De minister vice-president van de Vlaamse regering, |
| Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, | Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, |
| S. STEVAERT | S. STEVAERT |
| Bijlage II | Bijlage II |
| Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 23 | Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 23 |
| augustus 2002 betreffende de voorwaarden voor het verkrijgen van een | augustus 2002 betreffende de voorwaarden voor het verkrijgen van een |
| verklaring van vrijstelling van het nemen van een loods of gebruik te | verklaring van vrijstelling van het nemen van een loods of gebruik te |
| maken van loodsen op afstand. | maken van loodsen op afstand. |
| De minister vice-president van de Vlaamse regering, | De minister vice-president van de Vlaamse regering, |
| Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, | Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, |
| S. STEVAERT | S. STEVAERT |