Besluit van de Waalse Regering betreffende de toekenning van een premie aan de ondernemingen die een beroep doen op een Rentic | Besluit van de Waalse Regering betreffende de toekenning van een premie aan de ondernemingen die een beroep doen op een Rentic |
---|---|
MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST | MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST |
19 SEPTEMBER 2002. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de | 19 SEPTEMBER 2002. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de |
toekenning van een premie aan de ondernemingen die een beroep doen op | toekenning van een premie aan de ondernemingen die een beroep doen op |
een Rentic | een Rentic |
De Waalse Regering, | De Waalse Regering, |
Gelet op het decreet van 11 juli 2002 betreffende de toekenning van | Gelet op het decreet van 11 juli 2002 betreffende de toekenning van |
een premie voor de invoering van e-business in de kleine en | een premie voor de invoering van e-business in de kleine en |
middelgrote ondernemingen; | middelgrote ondernemingen; |
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 12 | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 12 |
september 2002; | september 2002; |
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 19 | Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 19 |
september 2002; | september 2002; |
Gelet op de beraadslaging van de Regering over het verzoek om | Gelet op de beraadslaging van de Regering over het verzoek om |
adviesverlening door de Raad van State binnen een termijn van minder | adviesverlening door de Raad van State binnen een termijn van minder |
dan één maand; | dan één maand; |
Gelet op het advies 33.976/2 van de Raad van State, gegeven op 21 | Gelet op het advies 33.976/2 van de Raad van State, gegeven op 21 |
augustus 2002, in toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de | augustus 2002, in toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de |
wetten op de Raad van State; | wetten op de Raad van State; |
Op de voordracht van de Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en | Op de voordracht van de Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en |
Nieuwe Technologieën, | Nieuwe Technologieën, |
Besluit : | Besluit : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan |
onder : | onder : |
1° het decreet : het decreet van 11 juli 2002 betreffende de | 1° het decreet : het decreet van 11 juli 2002 betreffende de |
toekenning van een premie voor de invoering van e-business in de | toekenning van een premie voor de invoering van e-business in de |
kleine en middelgrote ondernemingen; | kleine en middelgrote ondernemingen; |
2° de Minister : de Minister bevoegd voor Onderzoek en Nieuwe | 2° de Minister : de Minister bevoegd voor Onderzoek en Nieuwe |
Technologieën; | Technologieën; |
3° het Bestuur : het Directoraat-generaal Technologie, Onderzoek en | 3° het Bestuur : het Directoraat-generaal Technologie, Onderzoek en |
Energie van het Ministerie van het Waalse Gewest; | Energie van het Ministerie van het Waalse Gewest; |
4° de onderneming : de bedrijfseenheid zoals omschreven in artikel 1, | 4° de onderneming : de bedrijfseenheid zoals omschreven in artikel 1, |
§ 1, van het decreet; | § 1, van het decreet; |
5° de Rentic : hij die verantwoordelijk is voor een project ter | 5° de Rentic : hij die verantwoordelijk is voor een project ter |
invoering van e-business in een onderneming; | invoering van e-business in een onderneming; |
6° de premie : de tegemoetkoming die wordt toegekend aan de | 6° de premie : de tegemoetkoming die wordt toegekend aan de |
ondernemingen die een beroep doen op een Rentic. | ondernemingen die een beroep doen op een Rentic. |
Art. 2.Om voor de premie in aanmerking te komen, dient de onderneming |
Art. 2.Om voor de premie in aanmerking te komen, dient de onderneming |
een aanvraag in bij het Bestuur. | een aanvraag in bij het Bestuur. |
De aanvraag wordt ingediend volgens een model dat door de Minister is | De aanvraag wordt ingediend volgens een model dat door de Minister is |
vastgesteld. | vastgesteld. |
Bij de aanvraag worden gevoegd : | Bij de aanvraag worden gevoegd : |
1° een afschrift van de statuten van de onderneming; | 1° een afschrift van de statuten van de onderneming; |
2° een dossier waarin het project uiteengezet wordt waarvoor de | 2° een dossier waarin het project uiteengezet wordt waarvoor de |
onderneming wenst een beroep te doen op een Rentic, met : | onderneming wenst een beroep te doen op een Rentic, met : |
de inhoud en de kenmerken van het project; | de inhoud en de kenmerken van het project; |
de doelstellingen die de onderneming nastreeft met het oog op de | de doelstellingen die de onderneming nastreeft met het oog op de |
integratie van het elektronisch zakendoen in zijn werking; | integratie van het elektronisch zakendoen in zijn werking; |
de in het vooruitzicht gestelde middelen voor de overname van de | de in het vooruitzicht gestelde middelen voor de overname van de |
technische en organisatorische impact, evenals voor de aanpassing van | technische en organisatorische impact, evenals voor de aanpassing van |
de human ressources die uit het project voortvloeien; | de human ressources die uit het project voortvloeien; |
de strategische visie van de onderneming wat diens positionnering | de strategische visie van de onderneming wat diens positionnering |
betreft ten gevolge van de daadwerkelijke inbedding van het project; | betreft ten gevolge van de daadwerkelijke inbedding van het project; |
de eventuele middelen voor de bevordering van het project; | de eventuele middelen voor de bevordering van het project; |
3° het bedrag dat wordt vrijgemaakt voor de bezoldiging van de Rentic | 3° het bedrag dat wordt vrijgemaakt voor de bezoldiging van de Rentic |
en de tijd die geëvalueerd wordt voor de zorgvuldige verwezenlijking | en de tijd die geëvalueerd wordt voor de zorgvuldige verwezenlijking |
van het project; | van het project; |
4° de identiteit van de Rentic; | 4° de identiteit van de Rentic; |
5° een lijst met de de minimis-steun die aan de onderneming is | 5° een lijst met de de minimis-steun die aan de onderneming is |
toegekend in de periode van drie jaar voorafgaand aan de indiening van | toegekend in de periode van drie jaar voorafgaand aan de indiening van |
de aanvraag, of die nog toegekend zouden kunnen worden op de datum | de aanvraag, of die nog toegekend zouden kunnen worden op de datum |
waarop tot de toekenning van de premie beslist wordt; | waarop tot de toekenning van de premie beslist wordt; |
6° bij ontstentenis van de lijst bedoeld onder 5°, een verklaring | 6° bij ontstentenis van de lijst bedoeld onder 5°, een verklaring |
waarmee de onderneming stelt dat hij geen de minimis-steun heeft | waarmee de onderneming stelt dat hij geen de minimis-steun heeft |
gekregen tijdens de periode van drie jaar voorafgaand aan de indiening | gekregen tijdens de periode van drie jaar voorafgaand aan de indiening |
van de aanvraag en dat hij er niet voor in aanmerking zou kunnen komen | van de aanvraag en dat hij er niet voor in aanmerking zou kunnen komen |
op de datum waarop tot de toekenning van de premie beslist wordt; | op de datum waarop tot de toekenning van de premie beslist wordt; |
7° de stukken aan de hand waarvan bewezen wordt dat de onderneming | 7° de stukken aan de hand waarvan bewezen wordt dat de onderneming |
beantwoordt aan de criteria bedoeld in artikel 1, § 1, van het | beantwoordt aan de criteria bedoeld in artikel 1, § 1, van het |
decreet; | decreet; |
8° de documenten aan de hand waarvan bewezen wordt dat de onderneming | 8° de documenten aan de hand waarvan bewezen wordt dat de onderneming |
de fiscale, sociale en milieuwet- en -regelgeving naleeft. | de fiscale, sociale en milieuwet- en -regelgeving naleeft. |
Art. 3.§ 1. Voor elke aanvraag die wordt ingediend, wordt er een |
Art. 3.§ 1. Voor elke aanvraag die wordt ingediend, wordt er een |
ontvangstbericht aan de promotor gericht binnen de vijf werkdagen, | ontvangstbericht aan de promotor gericht binnen de vijf werkdagen, |
waarbij melding wordt gemaakt van de ontvangstdatum alsmede van de | waarbij melding wordt gemaakt van de ontvangstdatum alsmede van de |
naam van het personeelslid van het Bestuur dat het project behandelt. | naam van het personeelslid van het Bestuur dat het project behandelt. |
§ 2. Voor elk ontvangen project waarvoor de onderneming een beroep | § 2. Voor elk ontvangen project waarvoor de onderneming een beroep |
wenst te doen op een Rentic ten opzichte van de context en de noden | wenst te doen op een Rentic ten opzichte van de context en de noden |
van bedoelde onderneming gaat het Bestuur na of bedoeld project | van bedoelde onderneming gaat het Bestuur na of bedoeld project |
geschikt en haalbaar is, welke de opdrachtomschrijving van de Rentic | geschikt en haalbaar is, welke de opdrachtomschrijving van de Rentic |
is, binnen welke termijn het project verwezenlijkt moet worden, of de | is, binnen welke termijn het project verwezenlijkt moet worden, of de |
middelen die door de onderneming worden vrijgemaakt voor de | middelen die door de onderneming worden vrijgemaakt voor de |
verwezenlijking van het project redelijk zijn en of de | verwezenlijking van het project redelijk zijn en of de |
toekenningsvoorwaarden verenigd zijn. | toekenningsvoorwaarden verenigd zijn. |
Het Bestuur wordt bijgestaan door een externe deskundige die deel | Het Bestuur wordt bijgestaan door een externe deskundige die deel |
uitmaakt van de betrokken sector. De deskundige wordt gekozen op een | uitmaakt van de betrokken sector. De deskundige wordt gekozen op een |
lijst deskundigen die door de Minister wordt vastgesteld en | lijst deskundigen die door de Minister wordt vastgesteld en |
bijgehouden. | bijgehouden. |
§ 3. Indien het Bestuur niet over alle bestanddelen beschikt die | § 3. Indien het Bestuur niet over alle bestanddelen beschikt die |
noodzakelijk zijn voor de evaluatie van het project, worden aan de | noodzakelijk zijn voor de evaluatie van het project, worden aan de |
onderneming aanvullende bestanddelen gevraagd, binnen de vijftien | onderneming aanvullende bestanddelen gevraagd, binnen de vijftien |
werkdagen na ontvangst van het project. Als de onderneming geen gevolg | werkdagen na ontvangst van het project. Als de onderneming geen gevolg |
geeft aan bedoeld verzoek binnen de dertig dagen na ontvangst ervan, | geeft aan bedoeld verzoek binnen de dertig dagen na ontvangst ervan, |
wordt hij geacht zijn project te hebben ingetrokken; de onderneming | wordt hij geacht zijn project te hebben ingetrokken; de onderneming |
kan evenwel het Bestuur erover inlichten dat hij bedoelde termijn | kan evenwel het Bestuur erover inlichten dat hij bedoelde termijn |
verlengt met een periode die hij bepaalt. | verlengt met een periode die hij bepaalt. |
§ 4. Binnen een termijn van zestig werkdagen vanaf de ontvangst van | § 4. Binnen een termijn van zestig werkdagen vanaf de ontvangst van |
het project of vanaf de ontvangst van de bestanddelen bedoeld in § 3, | het project of vanaf de ontvangst van de bestanddelen bedoeld in § 3, |
deelt het Bestuur de onderneming in het met redenen omklede voorstel | deelt het Bestuur de onderneming in het met redenen omklede voorstel |
mee dat het voornemens is aan de Minister te richten, namelijk | mee dat het voornemens is aan de Minister te richten, namelijk |
toekenning van de premie met vermelding van het bedrag ervan, dan wel | toekenning van de premie met vermelding van het bedrag ervan, dan wel |
weigering. | weigering. |
Binnen de vijftien werkdagen na ontvangst van bedoelde mededeling kan | Binnen de vijftien werkdagen na ontvangst van bedoelde mededeling kan |
de onderneming een uiteenzetting van de redenen waarom hij acht dat | de onderneming een uiteenzetting van de redenen waarom hij acht dat |
hij niet met de voorgestelde beslissing kan instemmen, aan het Bestuur | hij niet met de voorgestelde beslissing kan instemmen, aan het Bestuur |
richten. Het Bestuur maakt bedoelde uiteenzetting over aan de | richten. Het Bestuur maakt bedoelde uiteenzetting over aan de |
Minister, gelijk met zijn conclusies. | Minister, gelijk met zijn conclusies. |
§ 5. Indien de beslissing van de Minister gunstig is, worden het | § 5. Indien de beslissing van de Minister gunstig is, worden het |
voorwerp, het bedrag en de begunstigde van de premie in een besluit | voorwerp, het bedrag en de begunstigde van de premie in een besluit |
vastgelegd, alsmede de termijn waarvoor het voorgestelde beroep op de | vastgelegd, alsmede de termijn waarvoor het voorgestelde beroep op de |
Rentic aanvaard wordt. Daarna wordt er een overeenkomst afgesloten met | Rentic aanvaard wordt. Daarna wordt er een overeenkomst afgesloten met |
de onderneming, waarbij de voorwaarden en de modaliteiten van bedoelde | de onderneming, waarbij de voorwaarden en de modaliteiten van bedoelde |
tussenkomst worden omschreven. | tussenkomst worden omschreven. |
Door de gunstige beslissing van de Minister bedoeld in vorig lid kan | Door de gunstige beslissing van de Minister bedoeld in vorig lid kan |
de onderneming een verzoek indienen om zijn project tot integratie van | de onderneming een verzoek indienen om zijn project tot integratie van |
het elektronisch zakendoen te consolideren via een wervingsprocedure | het elektronisch zakendoen te consolideren via een wervingsprocedure |
die plaatsvindt in het kader van het decreet van 25 april 2002 | die plaatsvindt in het kader van het decreet van 25 april 2002 |
betreffende de tegemoetkomingen ter bevordering van de indienstneming | betreffende de tegemoetkomingen ter bevordering van de indienstneming |
van niet-werkende werkzoekenden door de plaatselijke, gewestelijke en | van niet-werkende werkzoekenden door de plaatselijke, gewestelijke en |
gemeenschapsoverheden, door bepaalde werkgevers in de niet-commerciële | gemeenschapsoverheden, door bepaalde werkgevers in de niet-commerciële |
sector, het onderwijs en de commerciële sector. Het advies van de | sector, het onderwijs en de commerciële sector. Het advies van de |
Minister over bedoelde aanvraag wordt daarna als gunstig beschouwd in | Minister over bedoelde aanvraag wordt daarna als gunstig beschouwd in |
de zin van artikel 32, derde lid, van bovenvermeld decreet. | de zin van artikel 32, derde lid, van bovenvermeld decreet. |
§ 6. In de overeenkomst bedoeld in vorige paragraaf wordt vermeld dat | § 6. In de overeenkomst bedoeld in vorige paragraaf wordt vermeld dat |
de onderneming verplicht is om het Bestuur in te lichten over elke | de onderneming verplicht is om het Bestuur in te lichten over elke |
nieuwe de minimis-steun die hij aanvraagt of toegekend krijgt van | nieuwe de minimis-steun die hij aanvraagt of toegekend krijgt van |
ongeacht welke overheid, tijdens een periode van drie jaar te rekenen | ongeacht welke overheid, tijdens een periode van drie jaar te rekenen |
van de beslissing tot toekenning van de premie. | van de beslissing tot toekenning van de premie. |
Als de de minimis-steunbedragen, samen opgeteld, tijdens bedoelde | Als de de minimis-steunbedragen, samen opgeteld, tijdens bedoelde |
periode van drie jaar de grens van 100.000 euro dreigen te | periode van drie jaar de grens van 100.000 euro dreigen te |
overschrijden, wordt de onderneming, alsmede de overheid bevoegd voor | overschrijden, wordt de onderneming, alsmede de overheid bevoegd voor |
de nieuwe de minimis-steun daarover door het Bestuur ingelicht. | de nieuwe de minimis-steun daarover door het Bestuur ingelicht. |
§ 7. Bij beëindiging van het project richt de onderneming een verslag | § 7. Bij beëindiging van het project richt de onderneming een verslag |
aan het Bestuur waarin het resultaat van de opdracht van de Rentic | aan het Bestuur waarin het resultaat van de opdracht van de Rentic |
uiteen wordt gezet. | uiteen wordt gezet. |
Art. 4.Het staat de onderneming vrij een Rentic te kiezen. Hij kan de |
Art. 4.Het staat de onderneming vrij een Rentic te kiezen. Hij kan de |
Rentic evenwel niet middels een arbeidsovereenkomst in dienst nemen. | Rentic evenwel niet middels een arbeidsovereenkomst in dienst nemen. |
De Rentic mag geen deel hebben uitgemaakt van de onderneming of van | De Rentic mag geen deel hebben uitgemaakt van de onderneming of van |
ondernemingen van dezelfde groep. | ondernemingen van dezelfde groep. |
De overeenkomst die dient te worden afgesloten tussen de onderneming | De overeenkomst die dient te worden afgesloten tussen de onderneming |
en de Rentic heeft een duur die ten minste gelijk is aan de duur op | en de Rentic heeft een duur die ten minste gelijk is aan de duur op |
grond waarvan de premie is toegekend. | grond waarvan de premie is toegekend. |
Art. 5.De premie kan niet meer bedragen dan 5.000 euro per maand. De |
Art. 5.De premie kan niet meer bedragen dan 5.000 euro per maand. De |
duur van de opdracht van Rentic is begrepen tussen minstens drie | duur van de opdracht van Rentic is begrepen tussen minstens drie |
maanden en hoogstens één jaar. | maanden en hoogstens één jaar. |
Art. 6.De premie wordt aan de onderneming uitbetaald op volgende |
Art. 6.De premie wordt aan de onderneming uitbetaald op volgende |
wijze : | wijze : |
1° 50 % van de premie wordt uitbetaald na afsluiten van de | 1° 50 % van de premie wordt uitbetaald na afsluiten van de |
overeenkomst met het Waalse Gewest; | overeenkomst met het Waalse Gewest; |
2° het saldo van de premie wordt per driemaandelijkse schijf | 2° het saldo van de premie wordt per driemaandelijkse schijf |
uitbetaald, op grond van de factuur die is opgemaakt door de Rentic | uitbetaald, op grond van de factuur die is opgemaakt door de Rentic |
waarin zijn prestaties in detail worden vermeld en op grond van de | waarin zijn prestaties in detail worden vermeld en op grond van de |
overeenstemmende betaalbewijzen; | overeenstemmende betaalbewijzen; |
3° de uitbetaling van de laatste driemaandelijkse schijf wordt | 3° de uitbetaling van de laatste driemaandelijkse schijf wordt |
ondergeschikt gemaakt aan de mededeling aan het Bestuur van het | ondergeschikt gemaakt aan de mededeling aan het Bestuur van het |
verslag bedoeld in artikel 3, § 7. | verslag bedoeld in artikel 3, § 7. |
Art. 7.De overeenkomst die af te sluiten is tussen de onderneming en |
Art. 7.De overeenkomst die af te sluiten is tussen de onderneming en |
de Rentic bepaalt dat de eventuele intellectuele eigendomsrechten die | de Rentic bepaalt dat de eventuele intellectuele eigendomsrechten die |
verbonden zijn aan de resultaten van de opdracht van de Rentic aan de | verbonden zijn aan de resultaten van de opdracht van de Rentic aan de |
onderneming worden afgestaan. | onderneming worden afgestaan. |
Art. 8.De ondernemingen die vermeld staan onder de NACE-codes 2233, |
Art. 8.De ondernemingen die vermeld staan onder de NACE-codes 2233, |
3000, 3002, 7200, 7210, 7220, 7230, 7240, 7250 en 7260 kunnen niet in | 3000, 3002, 7200, 7210, 7220, 7230, 7240, 7250 en 7260 kunnen niet in |
aanmerking komen voor de premie. | aanmerking komen voor de premie. |
De verwijzing naar de NACE-code is een vermoeden van het domein waarin | De verwijzing naar de NACE-code is een vermoeden van het domein waarin |
de onderneming actief is. Bijgevolg kan de onderneming niet bepalen | de onderneming actief is. Bijgevolg kan de onderneming niet bepalen |
dat de hem toegewezen NACE-code niet overeenstemt met zijn | dat de hem toegewezen NACE-code niet overeenstemt met zijn |
bedrijvigheid. | bedrijvigheid. |
Art. 9.Wat betreft de vastlegging, de goedkeuring en de |
Art. 9.Wat betreft de vastlegging, de goedkeuring en de |
ordonnancering van de uitgaven met betrekking tot de premie, wordt | ordonnancering van de uitgaven met betrekking tot de premie, wordt |
delegatie verleend aan de directeur-generaal van het | delegatie verleend aan de directeur-generaal van het |
Directoraat-generaal Technologie, Onderzoek en Energie van het | Directoraat-generaal Technologie, Onderzoek en Energie van het |
Ministerie van het Waalse Gewest. Bij diens afwezigheid of | Ministerie van het Waalse Gewest. Bij diens afwezigheid of |
verhindering wordt de hem verleende delegatie tijdens de duur van | verhindering wordt de hem verleende delegatie tijdens de duur van |
bedoelde afwezigheid of verhindering toegekend aan de | bedoelde afwezigheid of verhindering toegekend aan de |
inspecteur-generaal of aan de directeur van de betrokken Directie. | inspecteur-generaal of aan de directeur van de betrokken Directie. |
Art. 10.De Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en Nieuwe |
Art. 10.De Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en Nieuwe |
Technologieën, is belast met de uitvoering van dit besluit. | Technologieën, is belast met de uitvoering van dit besluit. |
Art. 11.Dit besluit treedt in werking de dag van diens bekendmaking |
Art. 11.Dit besluit treedt in werking de dag van diens bekendmaking |
in het Belgisch Staatsblad . | in het Belgisch Staatsblad . |
Namen, 19 september 2002. | Namen, 19 september 2002. |
De Minister-President, | De Minister-President, |
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE | J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE |
De Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en Nieuwe Technologieën, | De Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en Nieuwe Technologieën, |
S. KUBLA | S. KUBLA |