Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Besluit Van De Vlaamse Regering van 04/02/2011
← Terug naar "Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling "
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling
VLAAMSE OVERHEID VLAAMSE OVERHEID
4 FEBRUARI 2011. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van 4 FEBRUARI 2011. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van
diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 21
december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van
agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor
Plattelandsontwikkeling Plattelandsontwikkeling
De Vlaamse Regering, De Vlaamse Regering,
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der
instellingen, artikel 20, gewijzigd bij bijzondere wet van 16 juli instellingen, artikel 20, gewijzigd bij bijzondere wet van 16 juli
1993; 1993;
Gelet op het decreet van 3 maart 2004 inzake de subsidiëring van meer Gelet op het decreet van 3 maart 2004 inzake de subsidiëring van meer
duurzame landbouwproductiemethoden en de erkenning van centra voor duurzame landbouwproductiemethoden en de erkenning van centra voor
meer duurzame landbouw, artikel 5; meer duurzame landbouw, artikel 5;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2007 tot Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2007 tot
het verlenen van subsidies voor de uitvoering van het verlenen van subsidies voor de uitvoering van
agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor
Plattelandsontwikkeling; Plattelandsontwikkeling;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de
begroting, gegeven op 17 december 2010; begroting, gegeven op 17 december 2010;
Gelet op de goedkeuring van de wijziging van het Vlaams Programma voor Gelet op de goedkeuring van de wijziging van het Vlaams Programma voor
Plattelandsontwikkeling, periode 2007-2013, door de Europese Commissie Plattelandsontwikkeling, periode 2007-2013, door de Europese Commissie
bij beschikking van de Commissie van 11 december 2009 houdende bij beschikking van de Commissie van 11 december 2009 houdende
goedkeuring van de herziening van het goedkeuring van de herziening van het
plattelandsontwikkelingsprogramma van Vlaanderen (België) voor de plattelandsontwikkelingsprogramma van Vlaanderen (België) voor de
programmeringperiode 2007-2013 en houdende wijziging van Beschikking programmeringperiode 2007-2013 en houdende wijziging van Beschikking
C(2007)5555 van de Commissie van 13 november 2007 tot goedkeuring van C(2007)5555 van de Commissie van 13 november 2007 tot goedkeuring van
het plattelandsontwikkelingsprogramma; het plattelandsontwikkelingsprogramma;
Gelet op advies nr. 49090/3 van de Raad van State, gegeven op 11 Gelet op advies nr. 49090/3 van de Raad van State, gegeven op 11
januari 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van januari 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van
de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid, Op voorstel van de Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid,
Landbouw en Plattelandsbeleid; Landbouw en Plattelandsbeleid;
Na beraadslaging, Na beraadslaging,
Besluit : Besluit :

Artikel 1.Aan artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van

Artikel 1.Aan artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van
21 december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van 21 december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van
agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor
Plattelandsontwikkeling wordt een punt 14° toegevoegd, dat luidt als Plattelandsontwikkeling wordt een punt 14° toegevoegd, dat luidt als
volgt : volgt :
« 14° Mestdecreet : het decreet van 22 december 2006 houdende de « 14° Mestdecreet : het decreet van 22 december 2006 houdende de
bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit
agrarische bronnen. » agrarische bronnen. »

Art. 2.Aan artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de

Art. 2.Aan artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de
besluiten van de Vlaamse Regering van 28 november 2008 en 23 april besluiten van de Vlaamse Regering van 28 november 2008 en 23 april
2010, wordt een achtste lid toegevoegd, dat luidt als volgt : 2010, wordt een achtste lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
« Voor de verbintenissen tot toepassing van de agromilieumaatregelen, « Voor de verbintenissen tot toepassing van de agromilieumaatregelen,
vermeld in artikel 2, 1° tot en met 4°, komt de volledig ingezaaide of vermeld in artikel 2, 1° tot en met 4°, komt de volledig ingezaaide of
beteelde oppervlakte in aanmerking voor de subsidie, alsook de beteelde oppervlakte in aanmerking voor de subsidie, alsook de
oppervlakte die noodzakelijk is voor de toepassing van de betreffende oppervlakte die noodzakelijk is voor de toepassing van de betreffende
agromilieumaatregel. » agromilieumaatregel. »

Art. 3.In artikel 4, § 2, van hetzelfde besluit worden de volgende

Art. 3.In artikel 4, § 2, van hetzelfde besluit worden de volgende
wijzigingen aangebracht : wijzigingen aangebracht :
1° punt 3° wordt vervangen door wat volgt : 1° punt 3° wordt vervangen door wat volgt :
« 3° de betreffende percelen in eigen gebruik hebben vanaf de uiterste « 3° de betreffende percelen in eigen gebruik hebben vanaf de uiterste
indieningsdatum van de verzamelaanvraag tot en met 30 december; »; indieningsdatum van de verzamelaanvraag tot en met 30 december; »;
2° in punt 4° worden de woorden « en dit voor een totale periode van 2° in punt 4° worden de woorden « en dit voor een totale periode van
minimum 1 jaar » opgeheven. minimum 1 jaar » opgeheven.

Art. 4.In artikel 5, § 3, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het

Art. 4.In artikel 5, § 3, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het
besluit van de Vlaamse Regering van 28 november 2008, wordt punt 4° besluit van de Vlaamse Regering van 28 november 2008, wordt punt 4°
opgeheven. opgeheven.

Art. 5.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit

Art. 5.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit
van de Vlaamse Regering van 28 november 2008, worden de volgende van de Vlaamse Regering van 28 november 2008, worden de volgende
wijzigingen aangebracht : wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 1, 2°, wordt de zinsnede « vanaf een gemiddelde 1° in paragraaf 1, 2°, wordt de zinsnede « vanaf een gemiddelde
minimum biologische veebezetting van 1,6 grootvee-eenheden per hectare minimum biologische veebezetting van 1,6 grootvee-eenheden per hectare
» vervangen door de zinsnede « als het veebestand van het bedrijf » vervangen door de zinsnede « als het veebestand van het bedrijf
zoals geregistreerd door een controleorgaan, erkend door de Vlaamse zoals geregistreerd door een controleorgaan, erkend door de Vlaamse
overheid krachtens artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering overheid krachtens artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering
van 12 december 2008 betreffende de biologische productie en de van 12 december 2008 betreffende de biologische productie en de
etikettering van biologische producten, minstens gelijk is aan 1,6 etikettering van biologische producten, minstens gelijk is aan 1,6
grootvee-eenheid per hectare begraasbare oppervlakte waarvoor steun grootvee-eenheid per hectare begraasbare oppervlakte waarvoor steun
aangevraagd wordt. »; aangevraagd wordt. »;
2° aan paragraaf 1, 2°, wordt de volgende zin toegevoegd : « Als de 2° aan paragraaf 1, 2°, wordt de volgende zin toegevoegd : « Als de
veebezetting kleiner is dan 1,6 grootvee-eenheden per hectare, wordt veebezetting kleiner is dan 1,6 grootvee-eenheden per hectare, wordt
de subsidie verhoudingsgewijs gereduceerd; »; de subsidie verhoudingsgewijs gereduceerd; »;
3° in paragraaf 2 wordt punt 1° vervangen door wat volgt : 3° in paragraaf 2 wordt punt 1° vervangen door wat volgt :
« 1° alle percelen die het voorwerp uitmaken van de verbintenis, « 1° alle percelen die het voorwerp uitmaken van de verbintenis,
moeten gecertificeerd zijn door een controleorgaan dat erkend is door moeten gecertificeerd zijn door een controleorgaan dat erkend is door
de Vlaamse overheid krachtens het besluit van de Vlaamse Regering van de Vlaamse overheid krachtens het besluit van de Vlaamse Regering van
12 december 2008 betreffende de biologische productie en de 12 december 2008 betreffende de biologische productie en de
etikettering van biologische producten; »; etikettering van biologische producten; »;
4° in paragraaf 2 wordt punt 2° opgeheven. 4° in paragraaf 2 wordt punt 2° opgeheven.

Art. 6.In artikel 7, § 2, van hetzelfde besluit wordt punt 7°

Art. 6.In artikel 7, § 2, van hetzelfde besluit wordt punt 7°
opgeheven. opgeheven.

Art. 7.In hetzelfde besluit wordt een artikel 7/1 ingevoegd, dat

Art. 7.In hetzelfde besluit wordt een artikel 7/1 ingevoegd, dat
luidt als volgt : luidt als volgt :
«

Art. 7/1.§ 1. De begunstigde kan voor de agromilieumaatregel,

 «

Art. 7/1.§ 1. De begunstigde kan voor de agromilieumaatregel,
vermeld in artikel 2, 5°, afhankelijk van de kredieten op de begroting vermeld in artikel 2, 5°, afhankelijk van de kredieten op de begroting
van het Vlaamse Gewest die daartoe goedgekeurd zijn, maximaal de van het Vlaamse Gewest die daartoe goedgekeurd zijn, maximaal de
volgende jaarlijkse subsidie ontvangen : volgende jaarlijkse subsidie ontvangen :
1° 100 euro per dier voor het houden van minimaal vijf dieren van de 1° 100 euro per dier voor het houden van minimaal vijf dieren van de
met uitsterven bedreigde lokale rundveerassen, vermeld in bijlage II. met uitsterven bedreigde lokale rundveerassen, vermeld in bijlage II.
In 2011 kunnen nieuwe verbintenissen worden gesloten met minder dan In 2011 kunnen nieuwe verbintenissen worden gesloten met minder dan
vijf runderen als die dieren afkomstig zijn uit de verruimingsoperatie vijf runderen als die dieren afkomstig zijn uit de verruimingsoperatie
2009. Die dieren moeten een minimale raszuiverheid hebben van 50 %; 2009. Die dieren moeten een minimale raszuiverheid hebben van 50 %;
2° 25 euro per dier voor het houden van minimaal vijf dieren van de 2° 25 euro per dier voor het houden van minimaal vijf dieren van de
met uitsterven bedreigde lokale schapenrassen, vermeld in bijlage II. met uitsterven bedreigde lokale schapenrassen, vermeld in bijlage II.
§ 2. Het maximumaantal dieren waarvoor een begunstigde een subsidie § 2. Het maximumaantal dieren waarvoor een begunstigde een subsidie
kan krijgen voor de agromilieumaatregel, vermeld in paragraaf 1, kan krijgen voor de agromilieumaatregel, vermeld in paragraaf 1,
bedraagt 650 voor de schapenrassen en 125 voor de rundveerassen. bedraagt 650 voor de schapenrassen en 125 voor de rundveerassen.
§ 3. Er worden maximaal 2 500 ooien per ras gesubsidieerd. Op 1 § 3. Er worden maximaal 2 500 ooien per ras gesubsidieerd. Op 1
januari van elk jaar wordt het aantal ooien waarvoor een verbintenis januari van elk jaar wordt het aantal ooien waarvoor een verbintenis
is gesloten, geteld. Het verschil tussen die telling en het is gesloten, geteld. Het verschil tussen die telling en het
vooropgestelde maximum bepaalt het aantal ooien dat via nieuwe vooropgestelde maximum bepaalt het aantal ooien dat via nieuwe
verbintenissen gesubsidieerd wordt. Om dat vooropgestelde maximum te verbintenissen gesubsidieerd wordt. Om dat vooropgestelde maximum te
bereiken, wordt, op basis van een rangschikking van de verbintenissen bereiken, wordt, op basis van een rangschikking van de verbintenissen
per aantal dieren, voorrang gegeven aan de verbintenissen met het per aantal dieren, voorrang gegeven aan de verbintenissen met het
grootste aantal dieren. Als in die rangschikking twee verbintenissen grootste aantal dieren. Als in die rangschikking twee verbintenissen
met hetzelfde aantal dieren voorkomen, worden die onderling met hetzelfde aantal dieren voorkomen, worden die onderling
gerangschikt op basis van de grootste genetische variatie binnen de gerangschikt op basis van de grootste genetische variatie binnen de
populaties van de verbintenissen. De genetische variatie wordt bepaald populaties van de verbintenissen. De genetische variatie wordt bepaald
op basis van de berekende effectieve populatiegrootte. Als een op basis van de berekende effectieve populatiegrootte. Als een
verbintenis een te groot aantal ooien bevat waardoor het verbintenis een te groot aantal ooien bevat waardoor het
vooropgestelde maximum overschreden wordt, kan de begunstigde ervoor vooropgestelde maximum overschreden wordt, kan de begunstigde ervoor
opteren om alleen een verbinteniste sluiten voor het aantal ooien dat opteren om alleen een verbinteniste sluiten voor het aantal ooien dat
nodig is om het maximum te bereiken. nodig is om het maximum te bereiken.
Er worden maximaal 2 500 koeien per ras gesubsidieerd. Op 1 januari Er worden maximaal 2 500 koeien per ras gesubsidieerd. Op 1 januari
van elk jaar wordt het aantal koeien waarvoor een verbintenis is van elk jaar wordt het aantal koeien waarvoor een verbintenis is
gesloten, geteld. Het verschil tussen die telling en het gesloten, geteld. Het verschil tussen die telling en het
vooropgestelde maximum bepaalt het aantal koeien dat via nieuwe vooropgestelde maximum bepaalt het aantal koeien dat via nieuwe
verbintenissen gesubsidieerd wordt. Om dat vooropgestelde maximum te verbintenissen gesubsidieerd wordt. Om dat vooropgestelde maximum te
bereiken, wordt, op basis van een rangschikking van de verbintenissen bereiken, wordt, op basis van een rangschikking van de verbintenissen
per aantal dieren, voorrang gegeven aan de verbintenissen met het per aantal dieren, voorrang gegeven aan de verbintenissen met het
grootste aantal dieren. Als in die rangschikking twee verbintenissen grootste aantal dieren. Als in die rangschikking twee verbintenissen
met hetzelfde aantal dieren voorkomen, worden die onderling met hetzelfde aantal dieren voorkomen, worden die onderling
gerangschikt op basis van het hoogste gemiddelde percentage gerangschikt op basis van het hoogste gemiddelde percentage
raszuiverheid van alle dieren in de verbintenis, met een minimum van raszuiverheid van alle dieren in de verbintenis, met een minimum van
75 % raszuiverheid, vermeld in artikel 8, § 3, tweede lid. Als een 75 % raszuiverheid, vermeld in artikel 8, § 3, tweede lid. Als een
verbintenis een te groot aantal koeien bevat waardoor het verbintenis een te groot aantal koeien bevat waardoor het
vooropgestelde maximum overschreden wordt, kan de begunstigde ervoor vooropgestelde maximum overschreden wordt, kan de begunstigde ervoor
opteren om alleen een verbintenis te sluiten voor het aantal koeien opteren om alleen een verbintenis te sluiten voor het aantal koeien
dat nodig is om het maximum te bereiken. dat nodig is om het maximum te bereiken.
§ 4. Om in aanmerking te komen voor de subsidie, vermeld in paragraaf § 4. Om in aanmerking te komen voor de subsidie, vermeld in paragraaf
1, moet de begunstigde aan al de volgende voorwaarden voldoen : 1, moet de begunstigde aan al de volgende voorwaarden voldoen :
1° in het bezit zijn van een schriftelijke verbintenis als vermeld in 1° in het bezit zijn van een schriftelijke verbintenis als vermeld in
paragraaf 1, aangegaan met het departement, om gedurende vijf paragraaf 1, aangegaan met het departement, om gedurende vijf
opeenvolgende jaren een aantal dieren te houden van een ras als opeenvolgende jaren een aantal dieren te houden van een ras als
vermeld in bijlage II; vermeld in bijlage II;
2° gedurende de looptijd van zijn verbintenis minstens het aantal 2° gedurende de looptijd van zijn verbintenis minstens het aantal
dieren houden, dat is vastgelegd in de verbintenis. dieren houden, dat is vastgelegd in de verbintenis.
Daarnaast moeten de runderen van de begunstigde die een subsidie Daarnaast moeten de runderen van de begunstigde die een subsidie
aanvraagt voor het behoud van met uitsterven bedreigde lokale aanvraagt voor het behoud van met uitsterven bedreigde lokale
rundveerassen, aan al de volgende voorwaarden voldoen : rundveerassen, aan al de volgende voorwaarden voldoen :
1° ingeschreven zijn in een stamboek van de met uitsterven bedreigde 1° ingeschreven zijn in een stamboek van de met uitsterven bedreigde
lokale rundveerassen, vermeld in bijlage II; lokale rundveerassen, vermeld in bijlage II;
2° minstens 75 % raszuiver zijn; 2° minstens 75 % raszuiver zijn;
3° minstens zes maanden oud zijn op 1 januari van elk jaar van de 3° minstens zes maanden oud zijn op 1 januari van elk jaar van de
verbintenis. verbintenis.
Daarnaast moeten de schapen van de begunstigde die een subsidie Daarnaast moeten de schapen van de begunstigde die een subsidie
aanvraagt voor het behoud van met uitsterven bedreigde lokale aanvraagt voor het behoud van met uitsterven bedreigde lokale
schapenrassen, aan al de volgende voorwaarden voldoen : schapenrassen, aan al de volgende voorwaarden voldoen :
1° ingeschreven zijn in de hoofdafdeling van een stamboek van de met 1° ingeschreven zijn in de hoofdafdeling van een stamboek van de met
uitsterven bedreigde lokale schapenrassen, vermeld in bijlage II; uitsterven bedreigde lokale schapenrassen, vermeld in bijlage II;
2° voldoen aan de originele rasstandaard; 2° voldoen aan de originele rasstandaard;
3° minstens één jaar oud zijn op 25 april van elk jaar van de 3° minstens één jaar oud zijn op 25 april van elk jaar van de
verbintenis. verbintenis.
§ 5. Als de begunstigde bij een ongeval of ziekte van de dieren binnen § 5. Als de begunstigde bij een ongeval of ziekte van de dieren binnen
drie maanden opnieuw het vereiste aantal dieren verkrijgt, behoudt hij drie maanden opnieuw het vereiste aantal dieren verkrijgt, behoudt hij
zijn recht op de subsidie. zijn recht op de subsidie.
§ 6. Als de begunstigde gedurende de looptijd van de overeenkomst het § 6. Als de begunstigde gedurende de looptijd van de overeenkomst het
aantal dieren van het betreffende ras vergroot met minder dan 50 %, aantal dieren van het betreffende ras vergroot met minder dan 50 %,
kan de begunstigde het departement verzoeken om de lopende kan de begunstigde het departement verzoeken om de lopende
overeenkomst voor de resterende looptijd uit te breiden met extra overeenkomst voor de resterende looptijd uit te breiden met extra
dieren. De uitbreiding van de bestaande overeenkomst is alleen dieren. De uitbreiding van de bestaande overeenkomst is alleen
mogelijk als de voorwaarden, vermeld in artikel 45, tweede lid, van de mogelijk als de voorwaarden, vermeld in artikel 45, tweede lid, van de
uitvoeringsverordening, worden nageleefd. uitvoeringsverordening, worden nageleefd.
§ 7. Als de begunstigde gedurende de looptijd van de verbintenis het § 7. Als de begunstigde gedurende de looptijd van de verbintenis het
aantal dieren van het betreffende ras aanzienlijk vergroot met meer aantal dieren van het betreffende ras aanzienlijk vergroot met meer
dan 50 % van de oorspronkelijke verbintenis, kan de begunstigde het dan 50 % van de oorspronkelijke verbintenis, kan de begunstigde het
departement verzoeken om de oorspronkelijke overeenkomst te vervangen departement verzoeken om de oorspronkelijke overeenkomst te vervangen
door een nieuwe overeenkomst. De vervanging van de bestaande door een nieuwe overeenkomst. De vervanging van de bestaande
overeenkomst door een nieuwe overeenkomst is alleen mogelijk onder de overeenkomst door een nieuwe overeenkomst is alleen mogelijk onder de
voorwaarden, vermeld in artikel 45, derde lid, van de voorwaarden, vermeld in artikel 45, derde lid, van de
uitvoeringsverordening. uitvoeringsverordening.
§ 8. Het aantal dieren dat in de betalingsaanvraag wordt vermeld en § 8. Het aantal dieren dat in de betalingsaanvraag wordt vermeld en
dat in de overeenkomst is opgenomen, komt in aanmerking voor de dat in de overeenkomst is opgenomen, komt in aanmerking voor de
subsidie, vermeld in paragraaf 1. » subsidie, vermeld in paragraaf 1. »

Art. 8.Artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten

Art. 8.Artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten
van de Vlaamse Regering van 28 november 2008 en 23 april 2010, wordt van de Vlaamse Regering van 28 november 2008 en 23 april 2010, wordt
vervangen door wat volgt : vervangen door wat volgt :
«

Art. 8.§ 1. De begunstigde kan voor de agromilieumaatregel, vermeld

 «

Art. 8.§ 1. De begunstigde kan voor de agromilieumaatregel, vermeld
in artikel 2, 5°, afhankelijk van de kredieten op de begroting van het in artikel 2, 5°, afhankelijk van de kredieten op de begroting van het
Vlaamse Gewest die daartoe goedgekeurd zijn, maximaal 4 euro per boom Vlaamse Gewest die daartoe goedgekeurd zijn, maximaal 4 euro per boom
ontvangen voor het planten en 2 euro per boom voor het onderhouden van ontvangen voor het planten en 2 euro per boom voor het onderhouden van
de zeldzame lokale rassen van hoogstambomen, vermeld in bijlage II. de zeldzame lokale rassen van hoogstambomen, vermeld in bijlage II.
§ 2. Een nieuwe verbintenis voor het planten of onderhouden van § 2. Een nieuwe verbintenis voor het planten of onderhouden van
hoogstambomen kan worden gesloten als de subsidie wordt aangevraagd hoogstambomen kan worden gesloten als de subsidie wordt aangevraagd
voor minimaal 40 euro per jaar. Een hoogstamboom komt voor de voor minimaal 40 euro per jaar. Een hoogstamboom komt voor de
aanplant- of onderhoudssubsidie in aanmerking als hij zich bevindt op aanplant- of onderhoudssubsidie in aanmerking als hij zich bevindt op
een perceel met minimaal drie hoogstambomen. een perceel met minimaal drie hoogstambomen.
§ 3. De minister bepaalt jaarlijks het maximale subsidiebedrag voor § 3. De minister bepaalt jaarlijks het maximale subsidiebedrag voor
het planten of onderhouden van hoogstambomen. Op 1 januari van elk het planten of onderhouden van hoogstambomen. Op 1 januari van elk
jaar wordt het totale subsidiebedrag waarvoor een verbintenis is jaar wordt het totale subsidiebedrag waarvoor een verbintenis is
gesloten, geteld. Het verschil tussen die telling en het maximale gesloten, geteld. Het verschil tussen die telling en het maximale
subsidiebedrag op 1 januari van dat jaar bepaalt het maximale subsidiebedrag op 1 januari van dat jaar bepaalt het maximale
subsidiebedrag voor het sluiten van nieuwe verbintenissen. subsidiebedrag voor het sluiten van nieuwe verbintenissen.
Om dat vooropgestelde maximum te bereiken, wordt, op basis van een Om dat vooropgestelde maximum te bereiken, wordt, op basis van een
indeling van de verbintenissen naar aanplanting of onderhoud of een indeling van de verbintenissen naar aanplanting of onderhoud of een
combinatie van beide, voorrang gegeven aan de verbintenissen die combinatie van beide, voorrang gegeven aan de verbintenissen die
alleen voor het planten aangegaan worden. Als het maximale alleen voor het planten aangegaan worden. Als het maximale
subsidiebedrag daardoor overschreden wordt, worden de verbintenissen subsidiebedrag daardoor overschreden wordt, worden de verbintenissen
die alleen voor het planten aangegaan worden, gerangschikt op basis die alleen voor het planten aangegaan worden, gerangschikt op basis
van de grootste variatie binnen de verbintenis. Als in die van de grootste variatie binnen de verbintenis. Als in die
rangschikking twee verbintenissen met dezelfde variatie voorkomen, rangschikking twee verbintenissen met dezelfde variatie voorkomen,
worden die onderling gerangschikt op basis van het grootste aandeel worden die onderling gerangschikt op basis van het grootste aandeel
zeldzame variëteiten binnen de verbintenis. zeldzame variëteiten binnen de verbintenis.
Als het maximale subsidiebedrag daardoor niet bereikt wordt, komen ook Als het maximale subsidiebedrag daardoor niet bereikt wordt, komen ook
de verbintenissen die zowel voor het aanplanten als voor het de verbintenissen die zowel voor het aanplanten als voor het
onderhouden aangegaan worden, in aanmerking. Als het maximale onderhouden aangegaan worden, in aanmerking. Als het maximale
subsidiebedrag daardoor overschreden wordt, worden de verbintenissen subsidiebedrag daardoor overschreden wordt, worden de verbintenissen
die zowel voor het planten als voor het onderhouden aangegaan worden, die zowel voor het planten als voor het onderhouden aangegaan worden,
gerangschikt op basis van de grootste variatie binnen de verbintenis. gerangschikt op basis van de grootste variatie binnen de verbintenis.
Als in die rangschikking twee verbintenissen met dezelfde variatie Als in die rangschikking twee verbintenissen met dezelfde variatie
voorkomen, worden die onderling gerangschikt op basis van het grootste voorkomen, worden die onderling gerangschikt op basis van het grootste
aandeel zeldzame variëteiten binnen de verbintenis. aandeel zeldzame variëteiten binnen de verbintenis.
Als het maximale subsidiebedrag daardoor niet bereikt wordt, komen ook Als het maximale subsidiebedrag daardoor niet bereikt wordt, komen ook
de verbintenissen die alleen voor het onderhouden aangegaan worden, in de verbintenissen die alleen voor het onderhouden aangegaan worden, in
aanmerking. Als het maximale subsidiebedrag daardoor overschreden aanmerking. Als het maximale subsidiebedrag daardoor overschreden
wordt, worden de verbintenissen die alleen voor het onderhouden wordt, worden de verbintenissen die alleen voor het onderhouden
aangegaan worden, gerangschikt op basis van de grootste variatie aangegaan worden, gerangschikt op basis van de grootste variatie
binnen de verbintenis. Als in die rangschikking twee verbintenissen binnen de verbintenis. Als in die rangschikking twee verbintenissen
met dezelfde variatie voorkomen, worden die onderling gerangschikt op met dezelfde variatie voorkomen, worden die onderling gerangschikt op
basis van het grootste aandeel zeldzame variëteiten binnen de basis van het grootste aandeel zeldzame variëteiten binnen de
verbintenis. verbintenis.
Als bij de rangschikking van de verbintenissen blijkt dat daardoor het Als bij de rangschikking van de verbintenissen blijkt dat daardoor het
vooropgestelde maximale subsidiebedrag overschreden wordt, kan de vooropgestelde maximale subsidiebedrag overschreden wordt, kan de
begunstigde ervoor opteren om alleen een verbintenis te sluiten voor begunstigde ervoor opteren om alleen een verbintenis te sluiten voor
het aantal hoogstambomen dat nodig is om het maximum te bereiken. het aantal hoogstambomen dat nodig is om het maximum te bereiken.
§ 4. Om in aanmerking te komen voor de subsidie, vermeld in paragraaf § 4. Om in aanmerking te komen voor de subsidie, vermeld in paragraaf
1, moet de begunstigde aan al de volgende voorwaarden voldoen : 1, moet de begunstigde aan al de volgende voorwaarden voldoen :
1° in het bezit zijn van een schriftelijke verbintenis, als vermeld in 1° in het bezit zijn van een schriftelijke verbintenis, als vermeld in
paragraaf 1, aangegaan met het agentschap, als gevolg van het indienen paragraaf 1, aangegaan met het agentschap, als gevolg van het indienen
van een steunaanvraag bij het agentschap uiterlijk op 31 mei, om van een steunaanvraag bij het agentschap uiterlijk op 31 mei, om
gedurende vijf opeenvolgende jaren een aantal hoogstambomen te planten gedurende vijf opeenvolgende jaren een aantal hoogstambomen te planten
of te onderhouden van een variëteit als vermeld in bijlage II; of te onderhouden van een variëteit als vermeld in bijlage II;
2° gedurende de looptijd van zijn overeenkomst of verbintenis minstens 2° gedurende de looptijd van zijn overeenkomst of verbintenis minstens
het aantal hoogstambomen houden, dat is vastgelegd in de overeenkomst het aantal hoogstambomen houden, dat is vastgelegd in de overeenkomst
of verbintenis. of verbintenis.
Daarnaast moet de begunstigde voor verbintenissen voor het planten of Daarnaast moet de begunstigde voor verbintenissen voor het planten of
het onderhouden van hoogstambomen aan al de volgende voorwaarden het onderhouden van hoogstambomen aan al de volgende voorwaarden
voldoen : voldoen :
1° de percelen met hoogstambomen het eerste jaar van de verbintenis 1° de percelen met hoogstambomen het eerste jaar van de verbintenis
aangeven in de verzamelaanvraag die dienst doet als eenmalige aangeven in de verzamelaanvraag die dienst doet als eenmalige
betalingsaanvraag voor deze maatregel; betalingsaanvraag voor deze maatregel;
2° de betreffende percelen in eigen gebruik hebben gedurende de 2° de betreffende percelen in eigen gebruik hebben gedurende de
volledige looptijd van de verbintenis. Als de begunstigde een volledige looptijd van de verbintenis. Als de begunstigde een
inscharingscontract als vermeld in artikel 47 van het Mestdecreet, inscharingscontract als vermeld in artikel 47 van het Mestdecreet,
heeft gesloten met als doel een aantal dieren van een andere heeft gesloten met als doel een aantal dieren van een andere
landbouwer op zijn landbouwgronden te laten grazen, hoeft hij niet aan landbouwer op zijn landbouwgronden te laten grazen, hoeft hij niet aan
de voorwaarde, vermeld in punt 2°, te voldoen gedurende de looptijd de voorwaarde, vermeld in punt 2°, te voldoen gedurende de looptijd
van het inscharingscontract. » van het inscharingscontract. »

Art. 9.In artikel 8/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het

Art. 9.In artikel 8/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het
besluit van de Vlaamse Regering van 23 april 2010, worden de volgende besluit van de Vlaamse Regering van 23 april 2010, worden de volgende
wijzigingen aangebracht : wijzigingen aangebracht :
1° tussen het eerst en het tweede lid wordt een lid ingevoegd, dat 1° tussen het eerst en het tweede lid wordt een lid ingevoegd, dat
luidt als volgt : luidt als volgt :
« Evenwel, wanneer het totale aantal geconstateerde hectaren in het « Evenwel, wanneer het totale aantal geconstateerde hectaren in het
Vlaamse Gewest in een kalenderjaar groter is dan 7500 ha, dan wordt Vlaamse Gewest in een kalenderjaar groter is dan 7500 ha, dan wordt
het subsidiebedrag, vermeld in het eerste lid, vermenigvuldigd met een het subsidiebedrag, vermeld in het eerste lid, vermenigvuldigd met een
correctiefactor. De correctiefactor wordt verkregen door het getal correctiefactor. De correctiefactor wordt verkregen door het getal
7500 te delen door het totale aantal geconstateerde hectaren in het 7500 te delen door het totale aantal geconstateerde hectaren in het
kalenderjaar in kwestie. »; kalenderjaar in kwestie. »;
2° in het bestaande tweede lid, dat het derde lid wordt, wordt in punt 2° in het bestaande tweede lid, dat het derde lid wordt, wordt in punt
1° de zinsnede « volgens de voorwaarden die bij de erkenning van het 1° de zinsnede « volgens de voorwaarden die bij de erkenning van het
gebruikte handelsmiddel werden opgelegd » vervangen door de zinsnede « gebruikte handelsmiddel werden opgelegd » vervangen door de zinsnede «
volgens de gebruiksvoorschriften inzake aantal en plaatsing, zoals volgens de gebruiksvoorschriften inzake aantal en plaatsing, zoals
bepaald in de erkenning van het gebruikte handelsmiddel »; bepaald in de erkenning van het gebruikte handelsmiddel »;
3° aan het bestaande tweede lid, dat het derde lid wordt, wordt een 3° aan het bestaande tweede lid, dat het derde lid wordt, wordt een
punt 6° toegevoegd, dat luidt als volgt : punt 6° toegevoegd, dat luidt als volgt :
« 6° geen gedeeltelijke terugbetaling van de toepassingskosten voor de « 6° geen gedeeltelijke terugbetaling van de toepassingskosten voor de
verwarringstechniek hebben aangevraagd in het kader van de verwarringstechniek hebben aangevraagd in het kader van de
Gemeenschappelijke Marktordening voor Groenten en Fruit. » Gemeenschappelijke Marktordening voor Groenten en Fruit. »

Art. 10.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de

Art. 10.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de
Vlaamse Regering van 28 november 2008 en 23 april 2010, wordt bijlage Vlaamse Regering van 28 november 2008 en 23 april 2010, wordt bijlage
I vervangen door de bijlage die bij dit besluit is gevoegd. I vervangen door de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 11.§ 1.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari

Art. 11.§ 1.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari
2011, met uitzondering van artikel 9, 3°, dat uitwerking heeft met 2011, met uitzondering van artikel 9, 3°, dat uitwerking heeft met
ingang van 1 januari 2010. ingang van 1 januari 2010.
§ 2. Het besluit is van toepassing op de op 1 januari 2011 nieuw § 2. Het besluit is van toepassing op de op 1 januari 2011 nieuw
aangegane verbintenissen en overeenkomsten. aangegane verbintenissen en overeenkomsten.
Het besluit is eveneens van toepassing op de op 1 januari 2011 al Het besluit is eveneens van toepassing op de op 1 januari 2011 al
lopende verbintenissen en overeenkomsten, met uitzondering van artikel lopende verbintenissen en overeenkomsten, met uitzondering van artikel
7 en 8. Op deze verbintenissen blijft artikel 8 van het besluit van de 7 en 8. Op deze verbintenissen blijft artikel 8 van het besluit van de
Vlaamse Regering van 21 december 2007 tot het verlenen van subsidies Vlaamse Regering van 21 december 2007 tot het verlenen van subsidies
voor de uitvoering van agromilieumaatregelen met toepassing van het voor de uitvoering van agromilieumaatregelen met toepassing van het
Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling van toepassing zoals het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling van toepassing zoals het
van kracht was op 31 december 2010. Op verzoek van de begunstigde van kracht was op 31 december 2010. Op verzoek van de begunstigde
wordt de op 1 januari 2011 lopende verbintenis voor een wordt de op 1 januari 2011 lopende verbintenis voor een
agromilieumaatregel, vermeld in artikel 2, 5°, omgezet in een nieuwe agromilieumaatregel, vermeld in artikel 2, 5°, omgezet in een nieuwe
verbintenis met een looptijd van vijf jaar, op voorwaarde dat de verbintenis met een looptijd van vijf jaar, op voorwaarde dat de
nieuwe verbintenis voldoet aan de bepalingen van dit besluit. nieuwe verbintenis voldoet aan de bepalingen van dit besluit.

Art. 12.De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, is

Art. 12.De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, is
belast met de uitvoering van dit besluit. belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 4 februari 2011. Brussel, 4 februari 2011.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van
Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid,
K. PEETERS K. PEETERS
Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2011 Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2011
tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse
Regering van 21 december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de Regering van 21 december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de
uitvoering van agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams uitvoering van agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams
Programma voor Plattelandsontwikkeling Programma voor Plattelandsontwikkeling
Bijlage I bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2007 Bijlage I bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2007
tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van
agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor
Plattelandsontwikkeling Plattelandsontwikkeling
Bijlage I. Indeling van de gewassen in teeltgroepen als vermeld in Bijlage I. Indeling van de gewassen in teeltgroepen als vermeld in
artikel 6, § 7, van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 artikel 6, § 7, van het besluit van de Vlaamse Regering van 21
december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van december 2007 tot het verlenen van subsidies voor de uitvoering van
agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor agromilieumaatregelen met toepassing van het Vlaams Programma voor
Plattelandsontwikkeling. Plattelandsontwikkeling.
Teeltgroep Teeltgroep
Gewassen Gewassen
1° Eenjarige akkerbouw- en voederteelten 1° Eenjarige akkerbouw- en voederteelten
Granen Granen
Zaden Zaden
Vlas Vlas
Hennep Hennep
Eenjarige vlinderbloemigen als voederteelt Eenjarige vlinderbloemigen als voederteelt
Aardappelen (andere dan onder bedekking) Aardappelen (andere dan onder bedekking)
Bieten Bieten
Cichorei Cichorei
Voederkool (bladkool) Voederkool (bladkool)
Voederwortelen Voederwortelen
Andere voedergewassen Andere voedergewassen
Niet-eetbare tuinbouwgewassen Niet-eetbare tuinbouwgewassen
2° Grasland, meerjarige voederteelten en begraasbare natuurlijke 2° Grasland, meerjarige voederteelten en begraasbare natuurlijke
begroeiing begroeiing
Blijvend grasland Blijvend grasland
Tijdelijk grasland Tijdelijk grasland
Meerjarige vlinderbloemigen Meerjarige vlinderbloemigen
Begraasbare natuurlijke begroeiing Begraasbare natuurlijke begroeiing
Niet-verharde uitloop Niet-verharde uitloop
3° Eenjarige groenten, kruiden en fruit 3° Eenjarige groenten, kruiden en fruit
Eenjarige groenten Eenjarige groenten
Eenjarige kruiden Eenjarige kruiden
Eenjarige fruitteelt Eenjarige fruitteelt
4° Beschutte teelten 4° Beschutte teelten
Groenten, kruiden en fruit onder bedekking Groenten, kruiden en fruit onder bedekking
Niet-eetbare tuinbouwgewassen onder bedekking Niet-eetbare tuinbouwgewassen onder bedekking
5° Meerjarige fruit-, groente- en kruidenteelt 5° Meerjarige fruit-, groente- en kruidenteelt
Laagstammige fruitbomen en heesters met een dichtheid van minstens 300 Laagstammige fruitbomen en heesters met een dichtheid van minstens 300
per ha per ha
Andere (hoogstammige) fruitbomen met een dichtheid van minstens 15 per Andere (hoogstammige) fruitbomen met een dichtheid van minstens 15 per
ha (homogeen verspreid op het perceel) ha (homogeen verspreid op het perceel)
Meerjarige groenten (asperge, rabarber, aardpeer) Meerjarige groenten (asperge, rabarber, aardpeer)
Meerjarige kruiden Meerjarige kruiden
Hop Hop
Noten Noten
Tabak, champignons, bos, wendakker, kruiden en bloemen in pot en Tabak, champignons, bos, wendakker, kruiden en bloemen in pot en
plantgoed in substraatperspot of bakje worden in deze tabel niet als plantgoed in substraatperspot of bakje worden in deze tabel niet als
teelt beschouwd. teelt beschouwd.
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering
van 4 februari 2011 tot wijziging van diverse bepalingen van het van 4 februari 2011 tot wijziging van diverse bepalingen van het
besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2007 tot het verlenen besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2007 tot het verlenen
van subsidies voor de uitvoering van agromilieumaatregelen met van subsidies voor de uitvoering van agromilieumaatregelen met
toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling. toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling.
Brussel, 4 februari 2011. Brussel, 4 februari 2011.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van
Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid,
K. PEETERS K. PEETERS
^