← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 160/2021 van 18 november 2021 Rolnummer 7307 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende het decreet van het Waalse Gewest van 16 juli 2015 « tot invoering van
een kilometerheffing voor het wegengebruik door zware vr Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters
P. Nihoul en L. Lavrysen, en de rechters(...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 160/2021 van 18 november 2021 Rolnummer 7307 In zake : de prejudiciële vraag betreffende het decreet van het Waalse Gewest van 16 juli 2015 « tot invoering van een kilometerheffing voor het wegengebruik door zware vr Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, en de rechters(...) | Uittreksel uit arrest nr. 160/2021 van 18 november 2021 Rolnummer 7307 In zake : de prejudiciële vraag betreffende het decreet van het Waalse Gewest van 16 juli 2015 « tot invoering van een kilometerheffing voor het wegengebruik door zware vr Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, en de rechters(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | GRONDWETTELIJK HOF |
| Uittreksel uit arrest nr. 160/2021 van 18 november 2021 | Uittreksel uit arrest nr. 160/2021 van 18 november 2021 |
| Rolnummer 7307 | Rolnummer 7307 |
| In zake : de prejudiciële vraag betreffende het decreet van het Waalse | In zake : de prejudiciële vraag betreffende het decreet van het Waalse |
| Gewest van 16 juli 2015 « tot invoering van een kilometerheffing voor | Gewest van 16 juli 2015 « tot invoering van een kilometerheffing voor |
| het wegengebruik door zware vrachtwagens », gesteld door de Rechtbank | het wegengebruik door zware vrachtwagens », gesteld door de Rechtbank |
| van eerste aanleg Luik, afdeling Luik. | van eerste aanleg Luik, afdeling Luik. |
| Het Grondwettelijk Hof, | Het Grondwettelijk Hof, |
| samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, en de | samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, en de |
| rechters J.-P. Moerman, T. Giet, J. Moerman, M. Pâques en D. Pieters, | rechters J.-P. Moerman, T. Giet, J. Moerman, M. Pâques en D. Pieters, |
| bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van | bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van |
| voorzitter P. Nihoul, | voorzitter P. Nihoul, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
| Bij vonnis van 5 november 2019, waarvan de expeditie ter griffie van | Bij vonnis van 5 november 2019, waarvan de expeditie ter griffie van |
| het Hof is ingekomen op 25 november 2019, heeft de Rechtbank van | het Hof is ingekomen op 25 november 2019, heeft de Rechtbank van |
| eerste aanleg Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vraag | eerste aanleg Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vraag |
| gesteld : | gesteld : |
| « Schendt het decreet van 16 juli 2015 tot invoering van een | « Schendt het decreet van 16 juli 2015 tot invoering van een |
| kilometerheffing voor het wegengebruik door zware vrachtwagens de | kilometerheffing voor het wegengebruik door zware vrachtwagens de |
| artikelen 10 en 11 van de Grondwet, eventueel in samenhang gelezen met | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, eventueel in samenhang gelezen met |
| artikel 172 van de Grondwet, in zoverre alleen motorvoertuigen en | artikel 172 van de Grondwet, in zoverre alleen motorvoertuigen en |
| combinaties van voertuigen, ongeacht of zij al dan niet uitsluitend | combinaties van voertuigen, ongeacht of zij al dan niet uitsluitend |
| zijn bedoeld of worden gebruikt voor goederenvervoer over de weg, en | zijn bedoeld of worden gebruikt voor goederenvervoer over de weg, en |
| waarvan de maximaal toegelaten massa (MTM) meer dan 3,5 ton bedraagt, | waarvan de maximaal toegelaten massa (MTM) meer dan 3,5 ton bedraagt, |
| aan de kilometerheffing worden onderworpen, met uitsluiting van : | aan de kilometerheffing worden onderworpen, met uitsluiting van : |
| i. de motorvoertuigen en combinaties van voertuigen, ongeacht of zij | i. de motorvoertuigen en combinaties van voertuigen, ongeacht of zij |
| al dan niet uitsluitend zijn bedoeld of worden gebruikt voor | al dan niet uitsluitend zijn bedoeld of worden gebruikt voor |
| personenvervoer over de weg, waarvan de maximaal toegelaten massa | personenvervoer over de weg, waarvan de maximaal toegelaten massa |
| (MTM) meer dan 3,5 ton bedraagt; | (MTM) meer dan 3,5 ton bedraagt; |
| ii. de motorvoertuigen en combinaties van voertuigen, ongeacht of zij | ii. de motorvoertuigen en combinaties van voertuigen, ongeacht of zij |
| al dan niet uitsluitend zijn bedoeld of worden gebruikt voor | al dan niet uitsluitend zijn bedoeld of worden gebruikt voor |
| goederenvervoer over de weg, waarvan de maximaal toegelaten massa | goederenvervoer over de weg, waarvan de maximaal toegelaten massa |
| (MTM) niet meer dan 3,5 ton bedraagt; | (MTM) niet meer dan 3,5 ton bedraagt; |
| iii. de motorvoertuigen en combinaties van voertuigen, ongeacht of zij | iii. de motorvoertuigen en combinaties van voertuigen, ongeacht of zij |
| al dan niet uitsluitend zijn bedoeld of worden gebruikt voor | al dan niet uitsluitend zijn bedoeld of worden gebruikt voor |
| goederenvervoer over de weg, waarvan de maximaal toegelaten massa | goederenvervoer over de weg, waarvan de maximaal toegelaten massa |
| (MTM) niet meer dan 3,5 ton bedraagt, zelfs wanneer die voertuigen | (MTM) niet meer dan 3,5 ton bedraagt, zelfs wanneer die voertuigen |
| voor het vervoer van goederen gebruikmaken van een aanhangwagen | voor het vervoer van goederen gebruikmaken van een aanhangwagen |
| waardoor de totale MTM ervan meer dan 3,5 ton bedraagt; | waardoor de totale MTM ervan meer dan 3,5 ton bedraagt; |
| iv. de personenwagens; | iv. de personenwagens; |
| v. verschillende andere voertuigen, bijvoorbeeld landbouwmachines, | v. verschillende andere voertuigen, bijvoorbeeld landbouwmachines, |
| zelfs wanneer zij worden gebruikt voor goederenvervoer over de weg ? | zelfs wanneer zij worden gebruikt voor goederenvervoer over de weg ? |
| ». | ». |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. In rechte |
| (...) | (...) |
| Ten aanzien van het in het geding zijnde decreet en de context ervan | Ten aanzien van het in het geding zijnde decreet en de context ervan |
| B.1.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op het decreet van het | B.1.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op het decreet van het |
| Waalse Gewest van 16 juli 2015 « tot invoering van een | Waalse Gewest van 16 juli 2015 « tot invoering van een |
| kilometerheffing voor het wegengebruik door zware vrachtwagens » | kilometerheffing voor het wegengebruik door zware vrachtwagens » |
| (hierna : het decreet van 16 juli 2015). De kilometerheffing is een | (hierna : het decreet van 16 juli 2015). De kilometerheffing is een |
| heffing die verschuldigd is door de houders van bepaalde | heffing die verschuldigd is door de houders van bepaalde |
| motorvoertuigen, en die wordt berekend op basis van de afgelegde | motorvoertuigen, en die wordt berekend op basis van de afgelegde |
| afstand. | afstand. |
| Uit de prejudiciële vraag en de motivering van het verwijzingsvonnis | Uit de prejudiciële vraag en de motivering van het verwijzingsvonnis |
| blijkt dat het Hof wordt verzocht de bestaanbaarheid te onderzoeken | blijkt dat het Hof wordt verzocht de bestaanbaarheid te onderzoeken |
| van de artikelen 2, 16°, en 9, § 1, van dat decreet, die het | van de artikelen 2, 16°, en 9, § 1, van dat decreet, die het |
| toepassingsgebied van de kilometerheffing bepalen met betrekking tot | toepassingsgebied van de kilometerheffing bepalen met betrekking tot |
| de beoogde voertuigen, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, | de beoogde voertuigen, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, |
| eventueel in samenhang gelezen met artikel 172 ervan. | eventueel in samenhang gelezen met artikel 172 ervan. |
| B.1.2. Artikel 2 van het decreet van 16 juli 2015 bepaalt : | B.1.2. Artikel 2 van het decreet van 16 juli 2015 bepaalt : |
| « Voor de toepassing van dit decreet en de desbetreffende | « Voor de toepassing van dit decreet en de desbetreffende |
| uitvoeringsbesluiten wordt verstaan onder : | uitvoeringsbesluiten wordt verstaan onder : |
| [...] | [...] |
| 16° voertuig : een motorvoertuig of een samenstel van voertuigen | 16° voertuig : een motorvoertuig of een samenstel van voertuigen |
| bedoeld of gebruikt, al dan niet uitsluitend, voor het vervoer over de | bedoeld of gebruikt, al dan niet uitsluitend, voor het vervoer over de |
| weg van goederen en waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht meer | weg van goederen en waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht meer |
| dan 3,5 ton bedraagt; | dan 3,5 ton bedraagt; |
| [...] ». | [...] ». |
| Artikel 9, § 1, van het decreet van 16 juli 2015 bepaalt : | Artikel 9, § 1, van het decreet van 16 juli 2015 bepaalt : |
| « Op verzoek van de verschuldigde worden de volgende voertuigen | « Op verzoek van de verschuldigde worden de volgende voertuigen |
| vrijgesteld van de kilometerheffing : | vrijgesteld van de kilometerheffing : |
| 1° de voertuigen die uitsluitend gebruikt worden voor en door | 1° de voertuigen die uitsluitend gebruikt worden voor en door |
| defensie, bescherming burgerbevolking, brandweer en politie en als | defensie, bescherming burgerbevolking, brandweer en politie en als |
| zodanig uiterlijk herkenbaar zijn; | zodanig uiterlijk herkenbaar zijn; |
| 2° de voertuigen die speciaal en uitsluitend voor medische doeleinden | 2° de voertuigen die speciaal en uitsluitend voor medische doeleinden |
| zijn uitgerust en als zodanig uiterlijk herkenbaar zijn; | zijn uitgerust en als zodanig uiterlijk herkenbaar zijn; |
| 3° de voertuigen van het type landbouw, tuinbouw of bosbouw die | 3° de voertuigen van het type landbouw, tuinbouw of bosbouw die |
| slechts af en toe op de openbare weg in België rijden en uitsluitend | slechts af en toe op de openbare weg in België rijden en uitsluitend |
| voor landbouw-, tuinbouw-, visteelt- of bosbouwwerkzaamheden worden | voor landbouw-, tuinbouw-, visteelt- of bosbouwwerkzaamheden worden |
| gebruikt. | gebruikt. |
| [...] ». | [...] ». |
| B.1.3. De richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad | B.1.3. De richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad |
| van 17 juni 1999 « betreffende het in rekening brengen van het gebruik | van 17 juni 1999 « betreffende het in rekening brengen van het gebruik |
| van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen » | van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen » |
| (hierna : de richtlijn 1999/62/EG), gewijzigd bij de richtlijn | (hierna : de richtlijn 1999/62/EG), gewijzigd bij de richtlijn |
| 2006/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 en | 2006/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 en |
| bij de richtlijn 2011/76/EU van het Europees Parlement en de Raad van | bij de richtlijn 2011/76/EU van het Europees Parlement en de Raad van |
| 27 september 2011, wordt bij het decreet van 16 juli 2015 omgezet. Die | 27 september 2011, wordt bij het decreet van 16 juli 2015 omgezet. Die |
| richtlijn harmoniseert de voorwaarden waaronder de nationale | richtlijn harmoniseert de voorwaarden waaronder de nationale |
| autoriteiten belastingen, tolgelden en gebruiksrechten kunnen heffen | autoriteiten belastingen, tolgelden en gebruiksrechten kunnen heffen |
| op goederen die over de weg worden vervoerd. | op goederen die over de weg worden vervoerd. |
| Daarnaast wordt de richtlijn 2004/52/EG van het Europees Parlement en | Daarnaast wordt de richtlijn 2004/52/EG van het Europees Parlement en |
| de Raad van 29 april 2004 « betreffende de interoperabiliteit van | de Raad van 29 april 2004 « betreffende de interoperabiliteit van |
| elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer in de | elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer in de |
| Gemeenschap » gedeeltelijk omgezet bij dit decreet. Die richtlijn | Gemeenschap » gedeeltelijk omgezet bij dit decreet. Die richtlijn |
| voorziet in de oprichting van een Europese elektronische | voorziet in de oprichting van een Europese elektronische |
| tolheffingsdienst ter aanvulling van de nationale elektronische | tolheffingsdienst ter aanvulling van de nationale elektronische |
| tolheffingsdiensten van de lidstaten. | tolheffingsdiensten van de lidstaten. |
| B.1.4. Voorafgaand aan het decreet van 16 juli 2015, hebben de drie | B.1.4. Voorafgaand aan het decreet van 16 juli 2015, hebben de drie |
| gewesten een samenwerkingsakkoord gesloten : het samenwerkingsakkoord | gewesten een samenwerkingsakkoord gesloten : het samenwerkingsakkoord |
| van 31 januari 2014 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en | van 31 januari 2014 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en |
| het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest « betreffende de invoering van de | het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest « betreffende de invoering van de |
| kilometerheffing op het grondgebied van de drie Gewesten en tot | kilometerheffing op het grondgebied van de drie Gewesten en tot |
| oprichting van een publiekrechtelijk vormgegeven interregionaal | oprichting van een publiekrechtelijk vormgegeven interregionaal |
| Samenwerkingsverband Viapass onder de vorm van een gemeenschappelijke | Samenwerkingsverband Viapass onder de vorm van een gemeenschappelijke |
| instelling zoals bedoeld in artikel 92bis, § 1, van de bijzondere wet | instelling zoals bedoeld in artikel 92bis, § 1, van de bijzondere wet |
| van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen ». | van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen ». |
| Volgens artikel 2 van dat akkoord beoogt het de samenwerking te | Volgens artikel 2 van dat akkoord beoogt het de samenwerking te |
| regelen tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse | regelen tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse |
| Hoofdstedelijke Gewest bij de uitoefening van hun respectieve | Hoofdstedelijke Gewest bij de uitoefening van hun respectieve |
| bevoegdheden inzake het beheer van de wegen en hun aanhorigheden en | bevoegdheden inzake het beheer van de wegen en hun aanhorigheden en |
| tot bepaling van het juridisch stelsel van de landwegenis, zoals | tot bepaling van het juridisch stelsel van de landwegenis, zoals |
| bedoeld in artikel 6, § 1, X, eerste lid, 1° en 2°bis, van de | bedoeld in artikel 6, § 1, X, eerste lid, 1° en 2°bis, van de |
| bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. | bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. |
| In dat samenwerkingsakkoord, dat werd gewijzigd bij het | In dat samenwerkingsakkoord, dat werd gewijzigd bij het |
| samenwerkingsakkoord van 24 april 2015, hebben de gewesten afspraken | samenwerkingsakkoord van 24 april 2015, hebben de gewesten afspraken |
| gemaakt over de wijze waarop de kilometerheffing wordt ingevoerd en | gemaakt over de wijze waarop de kilometerheffing wordt ingevoerd en |
| over de oprichting van een publiekrechtelijk interregionaal | over de oprichting van een publiekrechtelijk interregionaal |
| samenwerkingsverband, genaamd Viapass, dat voor het dagelijks beheer | samenwerkingsverband, genaamd Viapass, dat voor het dagelijks beheer |
| van het kilometerheffingssysteem instaat. | van het kilometerheffingssysteem instaat. |
| Met respect voor de eigenheid van elk gewest en de na te streven | Met respect voor de eigenheid van elk gewest en de na te streven |
| doelstellingen door elk gewest, beoogt het samenwerkingsakkoord die | doelstellingen door elk gewest, beoogt het samenwerkingsakkoord die |
| aangelegenheden gezamenlijk af te spreken of die regelingen vast te | aangelegenheden gezamenlijk af te spreken of die regelingen vast te |
| stellen die zijn vereist om de invoering, de organisatie en handhaving | stellen die zijn vereist om de invoering, de organisatie en handhaving |
| van de kilometerheffing in de drie gewesten doelmatig en | van de kilometerheffing in de drie gewesten doelmatig en |
| kostenefficiënt te realiseren (artikel 2, tweede lid). | kostenefficiënt te realiseren (artikel 2, tweede lid). |
| B.2.1. De memorie van toelichting bij het decreet van 16 juli 2015 | B.2.1. De memorie van toelichting bij het decreet van 16 juli 2015 |
| vermeldt : | vermeldt : |
| « De invoering van de kilometerheffing past binnen een algemene | « De invoering van de kilometerheffing past binnen een algemene |
| dynamiek die aanwezig is in de ons omringende landen en die ertoe | dynamiek die aanwezig is in de ons omringende landen en die ertoe |
| strekt de sector van het goederenvervoer te sensibiliseren voor de | strekt de sector van het goederenvervoer te sensibiliseren voor de |
| werkelijke kosten die voortvloeien uit het intensieve gebruik van het | werkelijke kosten die voortvloeien uit het intensieve gebruik van het |
| wegennet » (Parl. St., Waals Parlement, 2014-2015, nr. 236/1, p. 2). | wegennet » (Parl. St., Waals Parlement, 2014-2015, nr. 236/1, p. 2). |
| In de artikelsgewijze bespreking wordt gepreciseerd dat met de term « | In de artikelsgewijze bespreking wordt gepreciseerd dat met de term « |
| goederenvervoer » « elk vervoer van goederen of van zaken dat in | goederenvervoer » « elk vervoer van goederen of van zaken dat in |
| principe het laden en het lossen van de vracht van een voertuig | principe het laden en het lossen van de vracht van een voertuig |
| impliceert », wordt bedoeld (ibid., p. 5). | impliceert », wordt bedoeld (ibid., p. 5). |
| B.2.2. Wat betreft de doelstellingen die met de invoering van de | B.2.2. Wat betreft de doelstellingen die met de invoering van de |
| kilometerheffing worden nagestreefd, vermeldt de memorie van | kilometerheffing worden nagestreefd, vermeldt de memorie van |
| toelichting bij het decreet van 16 juli 2015 : | toelichting bij het decreet van 16 juli 2015 : |
| « - de kosten van de investeringen en van het onderhoud van de wegen | « - de kosten van de investeringen en van het onderhoud van de wegen |
| op een eerlijke manier door de weggebruikers laten dragen; | op een eerlijke manier door de weggebruikers laten dragen; |
| - de mobiliteit op het grondgebied verbeteren door de | - de mobiliteit op het grondgebied verbeteren door de |
| vervoersmaatschappijen aan te moedigen tot een efficiënter vervoer van | vervoersmaatschappijen aan te moedigen tot een efficiënter vervoer van |
| de goederen; | de goederen; |
| - bijdragen tot de verbetering van de prestaties van het | - bijdragen tot de verbetering van de prestaties van het |
| vervoerssysteem rekening houdend met de specifieke kenmerken van de | vervoerssysteem rekening houdend met de specifieke kenmerken van de |
| voertuigen die aan de kilometerheffing onderworpen zijn » (ibid., p. | voertuigen die aan de kilometerheffing onderworpen zijn » (ibid., p. |
| 2). | 2). |
| In de commissie van het Waals Parlement voegde de minister van | In de commissie van het Waals Parlement voegde de minister van |
| Begroting, van Openbaar Ambt en van Administratieve Vereenvoudiging | Begroting, van Openbaar Ambt en van Administratieve Vereenvoudiging |
| daaraan toe : | daaraan toe : |
| « In de eerste plaats verzekert de kilometerheffing een gelijke | « In de eerste plaats verzekert de kilometerheffing een gelijke |
| behandeling van de zware vrachtwagens, ongeacht de plaats van | behandeling van de zware vrachtwagens, ongeacht de plaats van |
| inschrijving ervan. | inschrijving ervan. |
| [...] | [...] |
| Vervolgens wordt met de kilometerheffing de gebruiker | Vervolgens wordt met de kilometerheffing de gebruiker |
| geresponsabiliseerd via het principe 'de gebruiker betaalt'. Zij die | geresponsabiliseerd via het principe 'de gebruiker betaalt'. Zij die |
| veel rijden betalen immers meer dan zij die minder rijden. Met de | veel rijden betalen immers meer dan zij die minder rijden. Met de |
| kilometerheffing wordt dus een efficiënter wegvervoer aangemoedigd | kilometerheffing wordt dus een efficiënter wegvervoer aangemoedigd |
| via, bijvoorbeeld, het beperken van het leeg vervoer » (Parl. St., | via, bijvoorbeeld, het beperken van het leeg vervoer » (Parl. St., |
| Waals Parlement, 2014-2015, nr. 236/4, p. 3). | Waals Parlement, 2014-2015, nr. 236/4, p. 3). |
| B.3.1. Artikel 2 van de voormelde richtlijn 1999/62/EG definieert een | B.3.1. Artikel 2 van de voormelde richtlijn 1999/62/EG definieert een |
| « voertuig » als « een motorvoertuig of een samenstel van voertuigen | « voertuig » als « een motorvoertuig of een samenstel van voertuigen |
| bedoeld of gebruikt voor het vervoer over de weg van goederen en | bedoeld of gebruikt voor het vervoer over de weg van goederen en |
| waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht meer dan 3,5 t bedraagt | waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht meer dan 3,5 t bedraagt |
| ». | ». |
| B.3.2. Overweging 9 van de richtlijn 2011/76/EU van het Europees | B.3.2. Overweging 9 van de richtlijn 2011/76/EU van het Europees |
| Parlement en de Raad van 27 september 2011 « tot wijziging van | Parlement en de Raad van 27 september 2011 « tot wijziging van |
| Richtlijn 1999/62/EG betreffende het in rekening brengen van het | Richtlijn 1999/62/EG betreffende het in rekening brengen van het |
| gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware | gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware |
| vrachtvoertuigen », waarbij die definitie van het begrip « voertuig » | vrachtvoertuigen », waarbij die definitie van het begrip « voertuig » |
| werd ingevoegd in de richtlijn 1999/62/EG, vermeldt : | werd ingevoegd in de richtlijn 1999/62/EG, vermeldt : |
| « Deze richtlijn belet de lidstaten niet nationale regels toe te | « Deze richtlijn belet de lidstaten niet nationale regels toe te |
| passen voor het belasten van andere weggebruikers die buiten de | passen voor het belasten van andere weggebruikers die buiten de |
| werkingssfeer van deze richtlijn vallen ». | werkingssfeer van deze richtlijn vallen ». |
| B.4. Artikel 1, 18°, van het voormelde samenwerkingsakkoord van 31 | B.4. Artikel 1, 18°, van het voormelde samenwerkingsakkoord van 31 |
| januari 2014, zoals gewijzigd bij het samenwerkingsakkoord van 24 | januari 2014, zoals gewijzigd bij het samenwerkingsakkoord van 24 |
| april 2015, definieert een « voertuig » als volgt : | april 2015, definieert een « voertuig » als volgt : |
| « een motorvoertuig of een samenstel van voertuigen, bedoeld of | « een motorvoertuig of een samenstel van voertuigen, bedoeld of |
| gebruikt, al dan niet uitsluitend, voor het vervoer over de weg van | gebruikt, al dan niet uitsluitend, voor het vervoer over de weg van |
| goederen en waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht meer dan 3,5 | goederen en waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht meer dan 3,5 |
| ton bedraagt ». | ton bedraagt ». |
| Ten aanzien van de prejudiciële vraag | Ten aanzien van de prejudiciële vraag |
| B.5.1. Het Hof wordt verzocht de bestaanbaarheid te onderzoeken van de | B.5.1. Het Hof wordt verzocht de bestaanbaarheid te onderzoeken van de |
| artikelen 2, 16°, en 9, § 1, van het decreet van 16 juli 2015, met het | artikelen 2, 16°, en 9, § 1, van het decreet van 16 juli 2015, met het |
| beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie in zoverre die | beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie in zoverre die |
| bepalingen een verschil in behandeling doen ontstaan tussen, | bepalingen een verschil in behandeling doen ontstaan tussen, |
| enerzijds, de houders van een motorvoertuig of een samenstel van | enerzijds, de houders van een motorvoertuig of een samenstel van |
| voertuigen bedoeld of gebruikt, al dan niet uitsluitend, voor het | voertuigen bedoeld of gebruikt, al dan niet uitsluitend, voor het |
| vervoer over de weg van goederen en waarvan het maximaal toegestane | vervoer over de weg van goederen en waarvan het maximaal toegestane |
| totaalgewicht meer dan 3,5 ton bedraagt, die onderworpen zijn aan de | totaalgewicht meer dan 3,5 ton bedraagt, die onderworpen zijn aan de |
| kilometerheffing, en, anderzijds, de houders van andere voertuigen, | kilometerheffing, en, anderzijds, de houders van andere voertuigen, |
| die niet onderworpen zijn aan de kilometerheffing. | die niet onderworpen zijn aan de kilometerheffing. |
| B.5.2. Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie sluit niet | B.5.2. Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie sluit niet |
| uit dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen | uit dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen |
| wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium | wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium |
| berust en het redelijk verantwoord is. | berust en het redelijk verantwoord is. |
| Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld | Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld |
| rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel | rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel |
| en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van | en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van |
| gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat | gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat |
| er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de | er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de |
| aangewende middelen en het beoogde doel. | aangewende middelen en het beoogde doel. |
| B.5.3. De omstandigheid dat de in het geding zijnde bepalingen | B.5.3. De omstandigheid dat de in het geding zijnde bepalingen |
| Europese richtlijnen omzetten in het interne recht, kan de door de | Europese richtlijnen omzetten in het interne recht, kan de door de |
| verwijzende rechter opgeworpen verschillen in behandeling niet | verwijzende rechter opgeworpen verschillen in behandeling niet |
| rechtvaardigen, aangezien die richtlijnen de nationale wetgevers niet | rechtvaardigen, aangezien die richtlijnen de nationale wetgevers niet |
| verbieden om de kilometerheffing uit te breiden tot andere | verbieden om de kilometerheffing uit te breiden tot andere |
| weggebruikers dan diegenen op wie die richtlijnen betrekking hebben. | weggebruikers dan diegenen op wie die richtlijnen betrekking hebben. |
| B.6. De decreetgever beschikt over een ruime beoordelingsbevoegdheid | B.6. De decreetgever beschikt over een ruime beoordelingsbevoegdheid |
| om zijn beleid in sociaal-economische aangelegenheden te bepalen. Uit | om zijn beleid in sociaal-economische aangelegenheden te bepalen. Uit |
| de in B.2 geciteerde uittreksels van de parlementaire voorbereiding | de in B.2 geciteerde uittreksels van de parlementaire voorbereiding |
| blijkt dat, met de in het geding zijnde kilometerheffing, de | blijkt dat, met de in het geding zijnde kilometerheffing, de |
| decreetgever het principe « de gebruiker betaalt » gericht heeft | decreetgever het principe « de gebruiker betaalt » gericht heeft |
| willen toepassen, en tegelijkertijd de sector van het goederenvervoer | willen toepassen, en tegelijkertijd de sector van het goederenvervoer |
| heeft willen aanmoedigen om zijn verplaatsingen te rationaliseren | heeft willen aanmoedigen om zijn verplaatsingen te rationaliseren |
| teneinde de luchtverontreiniging en de verkeerscongestie te | teneinde de luchtverontreiniging en de verkeerscongestie te |
| bestrijden. De decreetgever heeft overigens niet uitgesloten dat | bestrijden. De decreetgever heeft overigens niet uitgesloten dat |
| dezelfde heffing of een soortgelijke heffing in de toekomst zal worden | dezelfde heffing of een soortgelijke heffing in de toekomst zal worden |
| toegepast op andere types voertuigen, op basis van het gebruik van de | toegepast op andere types voertuigen, op basis van het gebruik van de |
| Waalse wegeninfrastructuur. | Waalse wegeninfrastructuur. |
| B.7.1. Met de in de prejudiciële vraag opgeworpen eerste vergelijking | B.7.1. Met de in de prejudiciële vraag opgeworpen eerste vergelijking |
| tussen de houders van voertuigen die aan de kilometerheffing | tussen de houders van voertuigen die aan de kilometerheffing |
| onderworpen zijn en de houders van voertuigen die niet aan de | onderworpen zijn en de houders van voertuigen die niet aan de |
| kilometerheffing onderworpen zijn wordt het Hof verzocht de voertuigen | kilometerheffing onderworpen zijn wordt het Hof verzocht de voertuigen |
| voor goederenvervoer en de voertuigen voor personenvervoer te | voor goederenvervoer en de voertuigen voor personenvervoer te |
| vergelijken. | vergelijken. |
| B.7.2. Het verschil in behandeling berust op een objectief criterium. | B.7.2. Het verschil in behandeling berust op een objectief criterium. |
| Dat criterium is ook pertinent in het licht van de doelstellingen van | Dat criterium is ook pertinent in het licht van de doelstellingen van |
| de in het geding zijnde kilometerheffing, zoals zij in B.2.2 in | de in het geding zijnde kilometerheffing, zoals zij in B.2.2 in |
| herinnering zijn gebracht. Immers, ook al is het juist dat de sector | herinnering zijn gebracht. Immers, ook al is het juist dat de sector |
| van het personenvervoer eveneens gebruik maakt van de | van het personenvervoer eveneens gebruik maakt van de |
| wegeninfrastructuur en in dat opzicht bijdraagt tot de | wegeninfrastructuur en in dat opzicht bijdraagt tot de |
| luchtverontreiniging en de congestie van het verkeer, vermocht de | luchtverontreiniging en de congestie van het verkeer, vermocht de |
| decreetgever toch rekening te houden met de omstandigheid dat de | decreetgever toch rekening te houden met de omstandigheid dat de |
| verontreiniging en de verkeerscongestie die worden veroorzaakt door de | verontreiniging en de verkeerscongestie die worden veroorzaakt door de |
| sector van het goederenvervoer over de weg aanzienlijk groter zijn dan | sector van het goederenvervoer over de weg aanzienlijk groter zijn dan |
| die welke worden veroorzaakt door de sector van het collectief | die welke worden veroorzaakt door de sector van het collectief |
| personenvervoer. Vervolgens vermocht de decreetgever het aanbod van | personenvervoer. Vervolgens vermocht de decreetgever het aanbod van |
| collectief personenvervoer, dat de verkeerscongestie mee kan | collectief personenvervoer, dat de verkeerscongestie mee kan |
| verminderen, aan te moedigen in de plaats van het gebruik van | verminderen, aan te moedigen in de plaats van het gebruik van |
| personenwagens. Ten slotte kon de decreetgever redelijkerwijs oordelen | personenwagens. Ten slotte kon de decreetgever redelijkerwijs oordelen |
| dat de sector van het goederenvervoer over de weg ertoe moest worden | dat de sector van het goederenvervoer over de weg ertoe moest worden |
| aangezet de verplaatsingen van voertuigen voor goederenvervoer te | aangezet de verplaatsingen van voertuigen voor goederenvervoer te |
| rationaliseren, terwijl dat niet noodzakelijk diende te gebeuren voor | rationaliseren, terwijl dat niet noodzakelijk diende te gebeuren voor |
| de voertuigen voor personenvervoer. | de voertuigen voor personenvervoer. |
| B.8.1. Met de in de prejudiciële vraag opgeworpen tweede vergelijking | B.8.1. Met de in de prejudiciële vraag opgeworpen tweede vergelijking |
| tussen de houders van voertuigen die aan de kilometerheffing | tussen de houders van voertuigen die aan de kilometerheffing |
| onderworpen zijn en de houders van voertuigen die niet aan de | onderworpen zijn en de houders van voertuigen die niet aan de |
| kilometerheffing onderworpen zijn wordt het Hof verzocht de voertuigen | kilometerheffing onderworpen zijn wordt het Hof verzocht de voertuigen |
| voor goederenvervoer waarvan de maximaal toegelaten massa meer dan 3,5 | voor goederenvervoer waarvan de maximaal toegelaten massa meer dan 3,5 |
| ton bedraagt en de voertuigen voor goederenvervoer waarvan de maximaal | ton bedraagt en de voertuigen voor goederenvervoer waarvan de maximaal |
| toegelaten massa minder dan 3,5 ton bedraagt, te vergelijken. Met de | toegelaten massa minder dan 3,5 ton bedraagt, te vergelijken. Met de |
| in de prejudiciële vraag opgeworpen vierde vergelijking tussen de | in de prejudiciële vraag opgeworpen vierde vergelijking tussen de |
| houders van voertuigen die aan de kilometerheffing onderworpen zijn en | houders van voertuigen die aan de kilometerheffing onderworpen zijn en |
| de houders van voertuigen die niet aan de kilometerheffing onderworpen | de houders van voertuigen die niet aan de kilometerheffing onderworpen |
| zijn wordt het Hof verzocht de voertuigen voor goederenvervoer waarvan | zijn wordt het Hof verzocht de voertuigen voor goederenvervoer waarvan |
| de maximaal toegelaten massa meer dan 3,5 ton bedraagt en de | de maximaal toegelaten massa meer dan 3,5 ton bedraagt en de |
| personenwagens te vergelijken. | personenwagens te vergelijken. |
| B.8.2. Die verschillen in behandeling berusten op het criterium van de | B.8.2. Die verschillen in behandeling berusten op het criterium van de |
| maximaal toegelaten massa, dat een objectief criterium is. Het is niet | maximaal toegelaten massa, dat een objectief criterium is. Het is niet |
| onredelijk te oordelen dat de slijtage van de wegeninfrastructuur | onredelijk te oordelen dat de slijtage van de wegeninfrastructuur |
| aanzienlijker is wanneer de voertuigen die ervan gebruik maken | aanzienlijker is wanneer de voertuigen die ervan gebruik maken |
| zwaarder zijn. Aangezien de voertuigen waarvan de maximaal toegelaten | zwaarder zijn. Aangezien de voertuigen waarvan de maximaal toegelaten |
| massa minder dan 3,5 ton bedraagt en de personenwagens minder zwaar | massa minder dan 3,5 ton bedraagt en de personenwagens minder zwaar |
| zijn dan de voertuigen voor goederenvervoer waarvan de maximaal | zijn dan de voertuigen voor goederenvervoer waarvan de maximaal |
| toegelaten massa meer dan 3,5 ton bedraagt, berust het verschil in | toegelaten massa meer dan 3,5 ton bedraagt, berust het verschil in |
| behandeling tussen die laatste voertuigen, enerzijds, en de voertuigen | behandeling tussen die laatste voertuigen, enerzijds, en de voertuigen |
| waarvan de maximaal toegelaten massa minder dan 3,5 ton bedraagt en de | waarvan de maximaal toegelaten massa minder dan 3,5 ton bedraagt en de |
| personenwagens, anderzijds, op een pertinent criterium rekening | personenwagens, anderzijds, op een pertinent criterium rekening |
| houdend met het doel van de decreetgever, namelijk de kosten | houdend met het doel van de decreetgever, namelijk de kosten |
| veroorzaakt door het intensieve gebruik van de Waalse | veroorzaakt door het intensieve gebruik van de Waalse |
| wegeninfrastructuur door de gebruikers laten dragen. | wegeninfrastructuur door de gebruikers laten dragen. |
| B.9.1. Met de in de prejudiciële vraag opgeworpen derde vergelijking | B.9.1. Met de in de prejudiciële vraag opgeworpen derde vergelijking |
| tussen de houders van voertuigen die aan de kilometerheffing | tussen de houders van voertuigen die aan de kilometerheffing |
| onderworpen zijn en de houders van voertuigen die niet aan de | onderworpen zijn en de houders van voertuigen die niet aan de |
| kilometerheffing onderworpen zijn wordt het Hof verzocht, enerzijds, | kilometerheffing onderworpen zijn wordt het Hof verzocht, enerzijds, |
| de voertuigen voor goederenvervoer waarvan de maximaal toegelaten | de voertuigen voor goederenvervoer waarvan de maximaal toegelaten |
| massa meer dan 3,5 ton bedraagt en, anderzijds de voertuigen of | massa meer dan 3,5 ton bedraagt en, anderzijds de voertuigen of |
| combinaties van voertuigen waarvan de maximaal toegelaten massa minder | combinaties van voertuigen waarvan de maximaal toegelaten massa minder |
| dan 3,5 ton bedraagt, zelfs wanneer die laatste, wegens de | dan 3,5 ton bedraagt, zelfs wanneer die laatste, wegens de |
| aanhangwagen die zij gebruiken voor goederenvervoer, een maximaal | aanhangwagen die zij gebruiken voor goederenvervoer, een maximaal |
| toegelaten massa van meer dan 3,5 ton hebben, te vergelijken. | toegelaten massa van meer dan 3,5 ton hebben, te vergelijken. |
| B.9.2. Het verschil in behandeling berust op het criterium van de | B.9.2. Het verschil in behandeling berust op het criterium van de |
| maximaal toegelaten massa van het voertuig, dat, zoals vermeld in | maximaal toegelaten massa van het voertuig, dat, zoals vermeld in |
| B.8.2, een objectief en pertinent criterium is. Het occasionele | B.8.2, een objectief en pertinent criterium is. Het occasionele |
| gebruik van een aanhangwagen wijzigt niet de bestemming van het | gebruik van een aanhangwagen wijzigt niet de bestemming van het |
| voertuig waarvan de maximaal toegelaten massa minder dan 3,5 ton | voertuig waarvan de maximaal toegelaten massa minder dan 3,5 ton |
| bedraagt en dat in principe niet bestemd is voor goederenvervoer. Het | bedraagt en dat in principe niet bestemd is voor goederenvervoer. Het |
| gebruik van een aanhangwagen waardoor de maximaal toegelaten massa van | gebruik van een aanhangwagen waardoor de maximaal toegelaten massa van |
| het voertuig meer dan 3,5 ton bedraagt, doet bijgevolg geen afbreuk | het voertuig meer dan 3,5 ton bedraagt, doet bijgevolg geen afbreuk |
| aan de pertinentie van het criterium. | aan de pertinentie van het criterium. |
| Bovendien kan het de decreetgever niet worden verweten dat hij geen | Bovendien kan het de decreetgever niet worden verweten dat hij geen |
| rekening heeft gehouden met de mogelijkheid dat voertuigen waarvan de | rekening heeft gehouden met de mogelijkheid dat voertuigen waarvan de |
| maximaal toegelaten massa minder dan 3,5 ton bedraagt, af en toe met | maximaal toegelaten massa minder dan 3,5 ton bedraagt, af en toe met |
| een aanhangwagen kunnen worden uitgerust en daardoor een maximaal | een aanhangwagen kunnen worden uitgerust en daardoor een maximaal |
| toegelaten massa van meer dan 3,5 ton kunnen hebben. Indien met dat | toegelaten massa van meer dan 3,5 ton kunnen hebben. Indien met dat |
| element rekening zou moeten worden gehouden, zou de houder van | element rekening zou moeten worden gehouden, zou de houder van |
| eenzelfde voertuig immers op bepaalde tijdstippen de kilometerheffing | eenzelfde voertuig immers op bepaalde tijdstippen de kilometerheffing |
| verschuldigd zijn, en op andere tijdstippen niet. Een dergelijke | verschuldigd zijn, en op andere tijdstippen niet. Een dergelijke |
| situatie zou moeilijkheden met betrekking tot de inning van de | situatie zou moeilijkheden met betrekking tot de inning van de |
| heffing, alsook administratieve kosten teweegbrengen die de | heffing, alsook administratieve kosten teweegbrengen die de |
| decreetgever ongerechtvaardigd kon achten. | decreetgever ongerechtvaardigd kon achten. |
| B.10.1. Met de in de prejudiciële vraag opgeworpen vijfde vergelijking | B.10.1. Met de in de prejudiciële vraag opgeworpen vijfde vergelijking |
| tussen de houders van voertuigen die aan de kilometerheffing | tussen de houders van voertuigen die aan de kilometerheffing |
| onderworpen zijn en de houders van voertuigen die niet aan de | onderworpen zijn en de houders van voertuigen die niet aan de |
| kilometerheffing onderworpen zijn wordt het Hof verzocht de voertuigen | kilometerheffing onderworpen zijn wordt het Hof verzocht de voertuigen |
| voor goederenvervoer waarvan de maximaal toegelaten massa meer dan 3,5 | voor goederenvervoer waarvan de maximaal toegelaten massa meer dan 3,5 |
| ton bedraagt en de voertuigen die van de heffing zijn vrijgesteld, | ton bedraagt en de voertuigen die van de heffing zijn vrijgesteld, |
| zoals landbouwmachines bijvoorbeeld, zelfs wanneer zij voor | zoals landbouwmachines bijvoorbeeld, zelfs wanneer zij voor |
| goederenvervoer worden gebruikt, te vergelijken. | goederenvervoer worden gebruikt, te vergelijken. |
| B.10.2. Krachtens artikel 9, § 1, 3°, van het decreet van 16 juli | B.10.2. Krachtens artikel 9, § 1, 3°, van het decreet van 16 juli |
| 2015, zijn de voertuigen van het type landbouw, tuinbouw of bosbouw | 2015, zijn de voertuigen van het type landbouw, tuinbouw of bosbouw |
| die « uitsluitend voor landbouw-, tuinbouw-, visteelt- of | die « uitsluitend voor landbouw-, tuinbouw-, visteelt- of |
| bosbouwwerkzaamheden worden gebruikt », vrijgesteld van de | bosbouwwerkzaamheden worden gebruikt », vrijgesteld van de |
| kilometerheffing. Daaruit volgt dat de voertuigen van dat type die ook | kilometerheffing. Daaruit volgt dat de voertuigen van dat type die ook |
| voor goederenvervoer worden gebruikt, in principe onderworpen zijn aan | voor goederenvervoer worden gebruikt, in principe onderworpen zijn aan |
| de kilometerheffing en dat zij dus niet anders worden behandeld dan de | de kilometerheffing en dat zij dus niet anders worden behandeld dan de |
| voertuigen voor goederenvervoer met dezelfde maximaal toegelaten | voertuigen voor goederenvervoer met dezelfde maximaal toegelaten |
| massa. | massa. |
| B.10.3. Voor het overige berust het verschil in behandeling op het | B.10.3. Voor het overige berust het verschil in behandeling op het |
| criterium van de bestemming van het voertuig, dat een objectief en | criterium van de bestemming van het voertuig, dat een objectief en |
| pertinent criterium is in het licht van het doel van de decreetgever. | pertinent criterium is in het licht van het doel van de decreetgever. |
| De vrijgestelde voertuigen zijn immers ofwel voertuigen bestemd voor | De vrijgestelde voertuigen zijn immers ofwel voertuigen bestemd voor |
| opdrachten van algemeen belang (voertuigen voor defensie, de civiele | opdrachten van algemeen belang (voertuigen voor defensie, de civiele |
| bescherming, de brandweer, de politie, voertuigen die voor medische | bescherming, de brandweer, de politie, voertuigen die voor medische |
| doeleinden zijn uitgerust), ofwel voertuigen die niet bestemd zijn om | doeleinden zijn uitgerust), ofwel voertuigen die niet bestemd zijn om |
| op intensieve wijze op de openbare weg te rijden en die daarvan | op intensieve wijze op de openbare weg te rijden en die daarvan |
| slechts af en toe gebruik maken, om de plaats waarop zij worden | slechts af en toe gebruik maken, om de plaats waarop zij worden |
| gebruikt te bereiken (voertuigen van het type landbouw, tuinbouw of | gebruikt te bereiken (voertuigen van het type landbouw, tuinbouw of |
| bosbouw). | bosbouw). |
| B.11. Uit het voorgaande volgt dat, rekening houdend met de ruime | B.11. Uit het voorgaande volgt dat, rekening houdend met de ruime |
| beoordelingsbevoegdheid waarover de decreetgever ter zake beschikt, | beoordelingsbevoegdheid waarover de decreetgever ter zake beschikt, |
| alle door de verwijzende rechter opgeworpen verschillen in behandeling | alle door de verwijzende rechter opgeworpen verschillen in behandeling |
| tussen de houders van voertuigen die aan de kilometerheffing | tussen de houders van voertuigen die aan de kilometerheffing |
| onderworpen zijn en de houders van voertuigen die niet daaraan | onderworpen zijn en de houders van voertuigen die niet daaraan |
| onderworpen zijn, op objectieve en pertinente criteria berusten. | onderworpen zijn, op objectieve en pertinente criteria berusten. |
| B.12. De kilometerheffing heeft ten slotte geen onevenredige gevolgen | B.12. De kilometerheffing heeft ten slotte geen onevenredige gevolgen |
| voor de houders van de voertuigen die eraan onderworpen zijn, vermits | voor de houders van de voertuigen die eraan onderworpen zijn, vermits |
| het bedrag van de retributie in verhouding moet staan tot de waarde of | het bedrag van de retributie in verhouding moet staan tot de waarde of |
| de kosten van de aan de heffingsplichtige geleverde dienst. Het bedrag | de kosten van de aan de heffingsplichtige geleverde dienst. Het bedrag |
| dat als kilometerheffing wordt betaald, vormt overigens een aftrekbare | dat als kilometerheffing wordt betaald, vormt overigens een aftrekbare |
| last in de vennootschapsbelasting (artikel 198, § 1, 5°, van het | last in de vennootschapsbelasting (artikel 198, § 1, 5°, van het |
| Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992). Overigens zijn, met | Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992). Overigens zijn, met |
| toepassing van artikel 40 van het programmadecreet van het Waalse | toepassing van artikel 40 van het programmadecreet van het Waalse |
| Gewest van 21 december 2016 « met betrekking tot verschillende | Gewest van 21 december 2016 « met betrekking tot verschillende |
| maatregelen betreffende de begroting », de voertuigen die aan de | maatregelen betreffende de begroting », de voertuigen die aan de |
| kilometerheffing onderworpen zijn een verkeersbelasting verschuldigd | kilometerheffing onderworpen zijn een verkeersbelasting verschuldigd |
| die ofwel gelijk is aan nul, ofwel is vastgesteld op het | die ofwel gelijk is aan nul, ofwel is vastgesteld op het |
| minimumtarief, hetgeen, zonder de kilometerheffing rechtstreeks te | minimumtarief, hetgeen, zonder de kilometerheffing rechtstreeks te |
| compenseren, de totale last voor de houders van voertuigen die aan de | compenseren, de totale last voor de houders van voertuigen die aan de |
| in het geding zijnde heffing onderworpen zijn, verlicht. | in het geding zijnde heffing onderworpen zijn, verlicht. |
| B.13. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.13. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
| Om die redenen, | Om die redenen, |
| het Hof | het Hof |
| zegt voor recht : | zegt voor recht : |
| De artikelen 2, 16°, en 9, § 1, van het decreet van het Waalse Gewest | De artikelen 2, 16°, en 9, § 1, van het decreet van het Waalse Gewest |
| van 16 juli 2015 « tot invoering van een kilometerheffing voor het | van 16 juli 2015 « tot invoering van een kilometerheffing voor het |
| wegengebruik door zware vrachtwagens » schenden de artikelen 10 en 11 | wegengebruik door zware vrachtwagens » schenden de artikelen 10 en 11 |
| van de Grondwet niet. | van de Grondwet niet. |
| Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
| 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
| op 18 november 2021. | op 18 november 2021. |
| De griffier, | De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
| De voorzitter, | De voorzitter, |
| P. Nihoul | P. Nihoul |