← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 43/2016 van 17 maart 2016 Rolnummer : 6165 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 1211 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Hof van Beroep
te Antwerpen. Het Grondwettelijk Hof, samengeste wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van
de prejudiciële vraag en rechtspleging"
| Uittreksel uit arrest nr. 43/2016 van 17 maart 2016 Rolnummer : 6165 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1211 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Hof van Beroep te Antwerpen. Het Grondwettelijk Hof, samengeste wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | Uittreksel uit arrest nr. 43/2016 van 17 maart 2016 Rolnummer : 6165 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1211 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Hof van Beroep te Antwerpen. Het Grondwettelijk Hof, samengeste wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | GRONDWETTELIJK HOF |
| Uittreksel uit arrest nr. 43/2016 van 17 maart 2016 | Uittreksel uit arrest nr. 43/2016 van 17 maart 2016 |
| Rolnummer : 6165 | Rolnummer : 6165 |
| In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1211 van het | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1211 van het |
| Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Hof van Beroep te Antwerpen. | Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Hof van Beroep te Antwerpen. |
| Het Grondwettelijk Hof, | Het Grondwettelijk Hof, |
| samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de | samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de |
| rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. | rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. |
| Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. | Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. |
| Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder | Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder |
| voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, | voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
| Bij arrest van 25 februari 2015 in zake Eric Loop tegen Rembert Van | Bij arrest van 25 februari 2015 in zake Eric Loop tegen Rembert Van |
| Bael en Maria Kutschruiter, waarvan de expeditie ter griffie van het | Bael en Maria Kutschruiter, waarvan de expeditie ter griffie van het |
| Hof is ingekomen op 4 maart 2015, heeft het Hof van Beroep te | Hof is ingekomen op 4 maart 2015, heeft het Hof van Beroep te |
| Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « Schendt artikel 1211 in fine Ger.W. (zoals gewijzigd door artikel 5 | « Schendt artikel 1211 in fine Ger.W. (zoals gewijzigd door artikel 5 |
| van de wet van 13 augustus 2011 houdende hervorming van de procedure | van de wet van 13 augustus 2011 houdende hervorming van de procedure |
| van gerechtelijke vereffening-verdeling, B.S. 14 september 2011), de | van gerechtelijke vereffening-verdeling, B.S. 14 september 2011), de |
| artikelen 10 en 11 van de Grondwet al dan niet in samenhang gelezen | artikelen 10 en 11 van de Grondwet al dan niet in samenhang gelezen |
| met artikel 6 EVRM, in zoverre deze wetsbepaling stelt dat tegen de | met artikel 6 EVRM, in zoverre deze wetsbepaling stelt dat tegen de |
| beslissing betreffende de vervanging (van de notaris-vereffenaar) geen | beslissing betreffende de vervanging (van de notaris-vereffenaar) geen |
| enkel rechtsmiddel kan worden aangewend, terwijl artikel 1210 Ger.W. | enkel rechtsmiddel kan worden aangewend, terwijl artikel 1210 Ger.W. |
| wel voorziet in rechtsmiddelen, voor wat betreft beslissingen tot | wel voorziet in rechtsmiddelen, voor wat betreft beslissingen tot |
| aanstelling van de notaris-vereffenaar ? ». | aanstelling van de notaris-vereffenaar ? ». |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. In rechte |
| (...) | (...) |
| B.1.1. Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van artikel | B.1.1. Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van artikel |
| 1211, § 2, laatste lid, van het Gerechtelijk Wetboek met de artikelen | 1211, § 2, laatste lid, van het Gerechtelijk Wetboek met de artikelen |
| 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel | 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel |
| 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre het | 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre het |
| bepaalt dat, in het kader van een gerechtelijke verdeling, tegen de | bepaalt dat, in het kader van een gerechtelijke verdeling, tegen de |
| beslissing betreffende de vervanging van de notaris-vereffenaar, geen | beslissing betreffende de vervanging van de notaris-vereffenaar, geen |
| enkel rechtsmiddel kan worden aangewend, terwijl tegen de beslissing | enkel rechtsmiddel kan worden aangewend, terwijl tegen de beslissing |
| betreffende de aanstelling van de notaris-vereffenaar op grond van | betreffende de aanstelling van de notaris-vereffenaar op grond van |
| artikel 1210 van het Gerechtelijk Wetboek, wel rechtsmiddelen kunnen | artikel 1210 van het Gerechtelijk Wetboek, wel rechtsmiddelen kunnen |
| worden aangewend. | worden aangewend. |
| Uit de verwijzingsbeslissing blijkt dat het verzoek tot vervanging is | Uit de verwijzingsbeslissing blijkt dat het verzoek tot vervanging is |
| uitgegaan van de partijen bij de gerechtelijke verdeling. Het Hof | uitgegaan van de partijen bij de gerechtelijke verdeling. Het Hof |
| beperkt zijn onderzoek daartoe. | beperkt zijn onderzoek daartoe. |
| B.1.2. Artikel 1210 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | B.1.2. Artikel 1210 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : |
| « § 1. Indien de rechtbank de verdeling beveelt, verwijst zij de | « § 1. Indien de rechtbank de verdeling beveelt, verwijst zij de |
| partijen naar de notaris-vereffenaar over wie de partijen het eens | partijen naar de notaris-vereffenaar over wie de partijen het eens |
| zijn, of, op een met redenen omkleed verzoek van de partijen, naar | zijn, of, op een met redenen omkleed verzoek van de partijen, naar |
| twee notarissen-vereffenaars waarvan zij gezamenlijk de aanstelling | twee notarissen-vereffenaars waarvan zij gezamenlijk de aanstelling |
| vragen. | vragen. |
| Indien de partijen niet tot een akkoord komen of indien de rechtbank | Indien de partijen niet tot een akkoord komen of indien de rechtbank |
| oordeelt dat de aanstelling van twee notarissen-vereffenaars niet | oordeelt dat de aanstelling van twee notarissen-vereffenaars niet |
| gerechtvaardigd is, verwijst zij de partijen naar een andere | gerechtvaardigd is, verwijst zij de partijen naar een andere |
| notaris-vereffenaar die zij aanwijst. | notaris-vereffenaar die zij aanwijst. |
| § 2. Indien de rechtbank twee notarissen-vereffenaars aanwijst, | § 2. Indien de rechtbank twee notarissen-vereffenaars aanwijst, |
| handelen deze gezamenlijk, overeenkomstig de bepalingen van deze | handelen deze gezamenlijk, overeenkomstig de bepalingen van deze |
| afdeling. | afdeling. |
| In afwijking van de artikelen 5 en 6, 1°, van de wet van 16 maart 1803 | In afwijking van de artikelen 5 en 6, 1°, van de wet van 16 maart 1803 |
| op het notarisambt treden beide notarissen-vereffenaars gezamenlijk op | op het notarisambt treden beide notarissen-vereffenaars gezamenlijk op |
| in de ambtsgebieden van elk van hen. | in de ambtsgebieden van elk van hen. |
| § 3. Indien twee notarissen-vereffenaars werden aangewezen, is de | § 3. Indien twee notarissen-vereffenaars werden aangewezen, is de |
| notaris-vereffenaar wiens naam het eerst wordt vermeld in de | notaris-vereffenaar wiens naam het eerst wordt vermeld in de |
| beslissing, belast met de bewaring van de minuten, onverminderd de | beslissing, belast met de bewaring van de minuten, onverminderd de |
| toepassing van § 4. | toepassing van § 4. |
| § 4. Indien de notaris-vereffenaar in het kader van de bevolen | § 4. Indien de notaris-vereffenaar in het kader van de bevolen |
| verdeling dient op te treden buiten zijn ambtsgebied, wijst hij voor | verdeling dient op te treden buiten zijn ambtsgebied, wijst hij voor |
| deze verrichtingen een territoriaal bevoegde notaris aan. | deze verrichtingen een territoriaal bevoegde notaris aan. |
| § 5. Onverminderd de bepalingen van het eerste boek van het vierde | § 5. Onverminderd de bepalingen van het eerste boek van het vierde |
| deel en tenzij de rechtbank anders beslist, staan de partijen in | deel en tenzij de rechtbank anders beslist, staan de partijen in |
| gelijke mate in voor de provisionering van de notaris-vereffenaar ». | gelijke mate in voor de provisionering van de notaris-vereffenaar ». |
| B.1.3. Artikel 1211 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | B.1.3. Artikel 1211 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : |
| « § 1. In geval van weigering, verhindering van de notaris-vereffenaar | « § 1. In geval van weigering, verhindering van de notaris-vereffenaar |
| of indien er omstandigheden zijn die gerechtvaardigde twijfel doen | of indien er omstandigheden zijn die gerechtvaardigde twijfel doen |
| ontstaan over zijn onpartijdigheid of onafhankelijkheid, voorziet de | ontstaan over zijn onpartijdigheid of onafhankelijkheid, voorziet de |
| rechtbank in zijn vervanging. | rechtbank in zijn vervanging. |
| De notaris-vereffenaar van wie de partijen gezamenlijk de aanstelling | De notaris-vereffenaar van wie de partijen gezamenlijk de aanstelling |
| hebben gevraagd, kan slechts worden vervangen, op verzoek van één van | hebben gevraagd, kan slechts worden vervangen, op verzoek van één van |
| de partijen, om redenen ontstaan of vastgesteld na zijn aanstelling. | de partijen, om redenen ontstaan of vastgesteld na zijn aanstelling. |
| Onder voorbehoud van de toepassing van artikel 1220, § 2 en § 3, kan, | Onder voorbehoud van de toepassing van artikel 1220, § 2 en § 3, kan, |
| na de opening van de werkzaamheden, geen vervanging meer worden | na de opening van de werkzaamheden, geen vervanging meer worden |
| gevraagd door één van de partijen, tenzij de partij die om de | gevraagd door één van de partijen, tenzij de partij die om de |
| vervanging verzoekt slechts nadien in kennis is gesteld van de | vervanging verzoekt slechts nadien in kennis is gesteld van de |
| ingeroepen reden. | ingeroepen reden. |
| In geval van hoger beroep tegen de beslissing bedoeld in de artikelen | In geval van hoger beroep tegen de beslissing bedoeld in de artikelen |
| 1209, § 1, en 1210, wordt het verzoek tot vervanging ingediend bij de | 1209, § 1, en 1210, wordt het verzoek tot vervanging ingediend bij de |
| rechter in hoger beroep. De vervanging kan bijgevolg later niet worden | rechter in hoger beroep. De vervanging kan bijgevolg later niet worden |
| gevraagd op grond van de middelen ingeroepen voor de rechter in hoger | gevraagd op grond van de middelen ingeroepen voor de rechter in hoger |
| beroep. | beroep. |
| § 2. De partij of de notaris-vereffenaar die middelen van vervanging | § 2. De partij of de notaris-vereffenaar die middelen van vervanging |
| aanvoert, draagt deze voor bij gewoon schriftelijk verzoek neergelegd | aanvoert, draagt deze voor bij gewoon schriftelijk verzoek neergelegd |
| bij of gericht aan de rechtbank die de notaris-vereffenaar heeft | bij of gericht aan de rechtbank die de notaris-vereffenaar heeft |
| aangesteld. | aangesteld. |
| De griffie geeft kennis van dit verzoek, bij gerechtsbrief, aan de | De griffie geeft kennis van dit verzoek, bij gerechtsbrief, aan de |
| partijen en aan de notaris-vereffenaar. | partijen en aan de notaris-vereffenaar. |
| Binnen vijftien dagen na deze kennisgeving zendt de | Binnen vijftien dagen na deze kennisgeving zendt de |
| notaris-vereffenaar, in voorkomend geval, zijn opmerkingen aan de | notaris-vereffenaar, in voorkomend geval, zijn opmerkingen aan de |
| rechtbank en de partijen. | rechtbank en de partijen. |
| Na verloop van deze termijn roept de griffie de partijen en de | Na verloop van deze termijn roept de griffie de partijen en de |
| notaris-vereffenaar bij gerechtsbrief op voor een zitting in | notaris-vereffenaar bij gerechtsbrief op voor een zitting in |
| raadkamer. | raadkamer. |
| Indien de rechtbank het verzoek inwilligt, stelt zij ambtshalve, in de | Indien de rechtbank het verzoek inwilligt, stelt zij ambtshalve, in de |
| plaats van de vervangen notaris-vereffenaar, een nieuwe | plaats van de vervangen notaris-vereffenaar, een nieuwe |
| notaris-vereffenaar aan die zij aanwijst of over wie de partijen het | notaris-vereffenaar aan die zij aanwijst of over wie de partijen het |
| eens zijn. | eens zijn. |
| Tegen de beslissing betreffende de vervanging kan geen enkel | Tegen de beslissing betreffende de vervanging kan geen enkel |
| rechtsmiddel worden aangewend ». | rechtsmiddel worden aangewend ». |
| B.2.1. Het geschil voor de verwijzende rechter heeft betrekking op de | B.2.1. Het geschil voor de verwijzende rechter heeft betrekking op de |
| beslissing over het verzoek tot vervanging van een | beslissing over het verzoek tot vervanging van een |
| notaris-vereffenaar, die op grond van artikel 54, tweede lid, van de | notaris-vereffenaar, die op grond van artikel 54, tweede lid, van de |
| wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt, als de in opvolging | wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt, als de in opvolging |
| benoemde notaris, van rechtswege werd belast met de gerechtelijke | benoemde notaris, van rechtswege werd belast met de gerechtelijke |
| opdrachten van zijn voorganger. | opdrachten van zijn voorganger. |
| B.2.2. Artikel 54, tweede lid, van de wet van 25 ventôse jaar XI | B.2.2. Artikel 54, tweede lid, van de wet van 25 ventôse jaar XI |
| bepaalt : | bepaalt : |
| « De in opvolging benoemde notaris is van rechtswege belast met de | « De in opvolging benoemde notaris is van rechtswege belast met de |
| gerechtelijke opdrachten van zijn voorganger onverminderd het recht | gerechtelijke opdrachten van zijn voorganger onverminderd het recht |
| van de rechtbank om, op verzoek van een betrokken partij of van de | van de rechtbank om, op verzoek van een betrokken partij of van de |
| procureur des Konings, een andere notaris aan te stellen ». | procureur des Konings, een andere notaris aan te stellen ». |
| B.2.3. Uit de bij het Hof ingediende stukken blijkt dat op het | B.2.3. Uit de bij het Hof ingediende stukken blijkt dat op het |
| ogenblik van de opvolging niet de aanstelling van een andere notaris | ogenblik van de opvolging niet de aanstelling van een andere notaris |
| werd gevraagd. Pas nadat de opvolger van de initieel aangewezen | werd gevraagd. Pas nadat de opvolger van de initieel aangewezen |
| notaris-vereffenaar reeds enige maanden zijn werkzaamheden had | notaris-vereffenaar reeds enige maanden zijn werkzaamheden had |
| aangevat, werd zijn vervanging gevraagd. | aangevat, werd zijn vervanging gevraagd. |
| B.2.4. Volgens de verwijzende rechter is in casu artikel 1211 van het | B.2.4. Volgens de verwijzende rechter is in casu artikel 1211 van het |
| Gerechtelijk Wetboek van toepassing. | Gerechtelijk Wetboek van toepassing. |
| B.3.1. Bij artikel 5 van de wet van 13 augustus 2011 werd de regeling | B.3.1. Bij artikel 5 van de wet van 13 augustus 2011 werd de regeling |
| inzake de gerechtelijke verdeling, zoals neergelegd in de artikelen | inzake de gerechtelijke verdeling, zoals neergelegd in de artikelen |
| 1207 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek, vervangen. De algehele | 1207 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek, vervangen. De algehele |
| hervorming van de procedure was ingegeven door de bekommernis van de | hervorming van de procedure was ingegeven door de bekommernis van de |
| wetgever om deze meer efficiënt en transparant te maken en om tegemoet | wetgever om deze meer efficiënt en transparant te maken en om tegemoet |
| te komen aan de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van | te komen aan de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van |
| de Mens, dat heeft geoordeeld dat de procedure voor een notaris inzake | de Mens, dat heeft geoordeeld dat de procedure voor een notaris inzake |
| vereffening en verdeling de rechten vervat in artikel 6.1 van het | vereffening en verdeling de rechten vervat in artikel 6.1 van het |
| Europees Verdrag voor de rechten van de mens moet waarborgen en zo | Europees Verdrag voor de rechten van de mens moet waarborgen en zo |
| moet worden geregeld dat zij binnen een redelijke termijn kan worden | moet worden geregeld dat zij binnen een redelijke termijn kan worden |
| afgewikkeld (EHRM, 28 november 2000, Siegel t. Frankrijk, §§ 38 en 44; | afgewikkeld (EHRM, 28 november 2000, Siegel t. Frankrijk, §§ 38 en 44; |
| 23 september 2003, Dumas t. Frankrijk, §§ 36 en 41). | 23 september 2003, Dumas t. Frankrijk, §§ 36 en 41). |
| B.3.2. De hervorming had aldus tot doel « de procedure [te] | B.3.2. De hervorming had aldus tot doel « de procedure [te] |
| versnellen, met inbegrip van de notariële fase ervan, door onder meer | versnellen, met inbegrip van de notariële fase ervan, door onder meer |
| oplossingen voor te stellen die toelaten blokkeringsituaties te | oplossingen voor te stellen die toelaten blokkeringsituaties te |
| vermijden, door nutteloze tussenkomsten van de rechtbank tijdens de | vermijden, door nutteloze tussenkomsten van de rechtbank tijdens de |
| notariële fase van de procedure te vermijden en door bindende | notariële fase van de procedure te vermijden en door bindende |
| termijnen voor de partijen en de notaris-vereffenaar op te leggen » | termijnen voor de partijen en de notaris-vereffenaar op te leggen » |
| (Parl. St., Senaat, 2010-2011, nr. 5-405/1, pp. 2-3). De wetgever | (Parl. St., Senaat, 2010-2011, nr. 5-405/1, pp. 2-3). De wetgever |
| stelde dat « in het licht van een efficiëntere rechtsgang en het | stelde dat « in het licht van een efficiëntere rechtsgang en het |
| verder bestrijden van de gerechtelijke achterstand, [...] de rol van | verder bestrijden van de gerechtelijke achterstand, [...] de rol van |
| de rechter bijzondere aandacht [verdient]. Nutteloze processuele | de rechter bijzondere aandacht [verdient]. Nutteloze processuele |
| ontwikkelingen en overbodige, want hoofdzakelijk formele, rechterlijke | ontwikkelingen en overbodige, want hoofdzakelijk formele, rechterlijke |
| tussenkomsten moeten daarom worden vermeden. De strijd tegen de | tussenkomsten moeten daarom worden vermeden. De strijd tegen de |
| gerechtelijke achterstand vertaalt zich ook op dat vlak » (Parl. St., | gerechtelijke achterstand vertaalt zich ook op dat vlak » (Parl. St., |
| Senaat, 2010-2011, nr. 5-405/1, p. 2). | Senaat, 2010-2011, nr. 5-405/1, p. 2). |
| B.3.3. In de procedure van gerechtelijke verdeling heeft de | B.3.3. In de procedure van gerechtelijke verdeling heeft de |
| notaris-vereffenaar een centrale rol, die de wetgever heeft willen | notaris-vereffenaar een centrale rol, die de wetgever heeft willen |
| versterken « door nog meer de nadruk te leggen op zijn taak als | versterken « door nog meer de nadruk te leggen op zijn taak als |
| medewerker van het gerecht, op de noodzaak van onpartijdigheid, door | medewerker van het gerecht, op de noodzaak van onpartijdigheid, door |
| hem nieuwe voorrechten toe te kennen en door hem de middelen te geven | hem nieuwe voorrechten toe te kennen en door hem de middelen te geven |
| om met spoed de verrichtingen af te wikkelen, zelfs bij stilzitten van | om met spoed de verrichtingen af te wikkelen, zelfs bij stilzitten van |
| de partijen » (Parl. St., Senaat, 2010-2011, nr. 5-405/1, p. 3). | de partijen » (Parl. St., Senaat, 2010-2011, nr. 5-405/1, p. 3). |
| B.4. Artikel 1210, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt dat de | B.4. Artikel 1210, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt dat de |
| rechtbank, indien zij de verdeling beveelt, één notaris-vereffenaar | rechtbank, indien zij de verdeling beveelt, één notaris-vereffenaar |
| of, op gemotiveerd verzoek van de partijen, twee | of, op gemotiveerd verzoek van de partijen, twee |
| notarissen-vereffenaars aanstelt over wie de partijen het eens zijn. | notarissen-vereffenaars aanstelt over wie de partijen het eens zijn. |
| Bij het ontbreken van een akkoord tussen de partijen of indien de | Bij het ontbreken van een akkoord tussen de partijen of indien de |
| rechtbank oordeelt dat de aanstelling van twee notarissen-vereffenaars | rechtbank oordeelt dat de aanstelling van twee notarissen-vereffenaars |
| niet gerechtvaardigd is, wijst de rechtbank zelf een andere | niet gerechtvaardigd is, wijst de rechtbank zelf een andere |
| notaris-vereffenaar aan. | notaris-vereffenaar aan. |
| De beslissing waarbij de rechtbank de gerechtelijke verdeling beveelt | De beslissing waarbij de rechtbank de gerechtelijke verdeling beveelt |
| en een notaris-vereffenaar aanstelt, is een eindvonnis, waartegen op | en een notaris-vereffenaar aanstelt, is een eindvonnis, waartegen op |
| grond van de artikelen 616 en 1050 van het Gerechtelijk Wetboek hoger | grond van de artikelen 616 en 1050 van het Gerechtelijk Wetboek hoger |
| beroep kan worden ingesteld. Overeenkomstig artikel 1224/2 van het | beroep kan worden ingesteld. Overeenkomstig artikel 1224/2 van het |
| Gerechtelijk Wetboek heeft dat beroep geen devolutieve werking. Als | Gerechtelijk Wetboek heeft dat beroep geen devolutieve werking. Als |
| het beroep is beslecht, wordt de zaak naar de eerste rechter verwezen. | het beroep is beslecht, wordt de zaak naar de eerste rechter verwezen. |
| B.5.1. Krachtens artikel 1211, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek kan | B.5.1. Krachtens artikel 1211, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek kan |
| een partij of de aangestelde notaris-vereffenaar een verzoek tot | een partij of de aangestelde notaris-vereffenaar een verzoek tot |
| vervanging indienen bij de rechtbank die de notaris-vereffenaar heeft | vervanging indienen bij de rechtbank die de notaris-vereffenaar heeft |
| aangesteld, in geval van weigering of verhindering van de | aangesteld, in geval van weigering of verhindering van de |
| notaris-vereffenaar of indien er omstandigheden zijn die | notaris-vereffenaar of indien er omstandigheden zijn die |
| gerechtvaardigde twijfel doen ontstaan over zijn onpartijdigheid of | gerechtvaardigde twijfel doen ontstaan over zijn onpartijdigheid of |
| onafhankelijkheid (eerste lid). | onafhankelijkheid (eerste lid). |
| Om ontijdige verzoeken te vermijden, kan de notaris-vereffenaar van | Om ontijdige verzoeken te vermijden, kan de notaris-vereffenaar van |
| wie de partijen gezamenlijk de aanstelling hebben gevraagd, slechts | wie de partijen gezamenlijk de aanstelling hebben gevraagd, slechts |
| worden vervangen op verzoek van één van de partijen om redenen | worden vervangen op verzoek van één van de partijen om redenen |
| ontstaan of vastgesteld na zijn aanstelling (tweede lid) (Parl. St., | ontstaan of vastgesteld na zijn aanstelling (tweede lid) (Parl. St., |
| Senaat, 2010-2011, nr. 5-405/1, p. 25). | Senaat, 2010-2011, nr. 5-405/1, p. 25). |
| Bovendien kan, onder voorbehoud van de toepassing van artikel 1220, §§ | Bovendien kan, onder voorbehoud van de toepassing van artikel 1220, §§ |
| 2 en 3, na de opening der werkzaamheden geen vervanging meer worden | 2 en 3, na de opening der werkzaamheden geen vervanging meer worden |
| gevraagd, tenzij de verzoekende partij pas nadien kennis heeft genomen | gevraagd, tenzij de verzoekende partij pas nadien kennis heeft genomen |
| van haar reden (derde lid). Indien de rechtbank het verzoek inwilligt, | van haar reden (derde lid). Indien de rechtbank het verzoek inwilligt, |
| stelt zij ambtshalve een nieuwe notaris-vereffenaar aan die zij | stelt zij ambtshalve een nieuwe notaris-vereffenaar aan die zij |
| aanwijst of over wie de partijen het eens zijn (vierde lid). | aanwijst of over wie de partijen het eens zijn (vierde lid). |
| B.5.2. Artikel 1211, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek regelt de | B.5.2. Artikel 1211, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek regelt de |
| procedure tot vervanging van de notaris-vereffenaar. Tijdens de | procedure tot vervanging van de notaris-vereffenaar. Tijdens de |
| parlementaire voorbereiding werd benadrukt dat de procedure bewust | parlementaire voorbereiding werd benadrukt dat de procedure bewust |
| volgens korte termijnen verloopt, om elke vertraging in de afwikkeling | volgens korte termijnen verloopt, om elke vertraging in de afwikkeling |
| ervan te vermijden (Parl. St., Senaat, 2010-2011, nr. 5-405/1, pp. 14 | ervan te vermijden (Parl. St., Senaat, 2010-2011, nr. 5-405/1, pp. 14 |
| en 25). Tegen de beslissing waarbij de rechtbank de vordering tot | en 25). Tegen de beslissing waarbij de rechtbank de vordering tot |
| vervanging inwilligt of afwijst, kan krachtens artikel 1211, § 2, | vervanging inwilligt of afwijst, kan krachtens artikel 1211, § 2, |
| laatste lid, geen enkel rechtsmiddel worden aangewend. | laatste lid, geen enkel rechtsmiddel worden aangewend. |
| B.6.1. Volgens de Ministerraad bevinden de door de prejudiciële vraag | B.6.1. Volgens de Ministerraad bevinden de door de prejudiciële vraag |
| beoogde categorieën van personen zich in situaties die niet | beoogde categorieën van personen zich in situaties die niet |
| vergelijkbaar zijn. | vergelijkbaar zijn. |
| B.6.2. Vermits in beide gevallen de partijen kunnen worden | B.6.2. Vermits in beide gevallen de partijen kunnen worden |
| geconfronteerd met een vonnis inzake de keuze van de | geconfronteerd met een vonnis inzake de keuze van de |
| notaris-vereffenaar waarmee zij niet akkoord gaan, zijn beide | notaris-vereffenaar waarmee zij niet akkoord gaan, zijn beide |
| categorieën van personen vergelijkbaar. | categorieën van personen vergelijkbaar. |
| B.7.1. Artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens | B.7.1. Artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens |
| waarborgt niet het recht op een dubbele aanleg. Behalve in strafzaken | waarborgt niet het recht op een dubbele aanleg. Behalve in strafzaken |
| bestaat er bovendien geen algemeen beginsel dat een dergelijke | bestaat er bovendien geen algemeen beginsel dat een dergelijke |
| waarborg inhoudt. | waarborg inhoudt. |
| B.7.2. Wanneer de wetgever evenwel ten aanzien van bepaalde | B.7.2. Wanneer de wetgever evenwel ten aanzien van bepaalde |
| rechterlijke beslissingen voorziet in de mogelijkheid om hoger beroep | rechterlijke beslissingen voorziet in de mogelijkheid om hoger beroep |
| in te stellen, mag hij die mogelijkheid niet zonder redelijke | in te stellen, mag hij die mogelijkheid niet zonder redelijke |
| verantwoording ontzeggen aan rechtzoekenden die zich in een | verantwoording ontzeggen aan rechtzoekenden die zich in een |
| vergelijkbare situatie bevinden. | vergelijkbare situatie bevinden. |
| B.8.1. Zoals is vermeld in B.3, beoogde de wetgever met de wet van 13 | B.8.1. Zoals is vermeld in B.3, beoogde de wetgever met de wet van 13 |
| augustus 2011 te voorzien in een efficiënte en meer transparante | augustus 2011 te voorzien in een efficiënte en meer transparante |
| gerechtelijke verdelingsprocedure die overeenkomstig artikel 6.1 van | gerechtelijke verdelingsprocedure die overeenkomstig artikel 6.1 van |
| het Europees Verdrag voor de rechten van de mens binnen een redelijke | het Europees Verdrag voor de rechten van de mens binnen een redelijke |
| termijn kan worden beëindigd, wat een legitieme doelstelling is. | termijn kan worden beëindigd, wat een legitieme doelstelling is. |
| B.8.2. Het verschil in behandeling tussen de partijen die betrokken | B.8.2. Het verschil in behandeling tussen de partijen die betrokken |
| zijn bij de initiële aanstelling van de notaris-vereffenaar en | zijn bij de initiële aanstelling van de notaris-vereffenaar en |
| diegenen die betrokken zijn bij zijn vervanging, berust op een | diegenen die betrokken zijn bij zijn vervanging, berust op een |
| objectief criterium, zijnde de stand van de procedure waarin die | objectief criterium, zijnde de stand van de procedure waarin die |
| beslissing wordt genomen : in het eerste geval gaat de beslissing | beslissing wordt genomen : in het eerste geval gaat de beslissing |
| omtrent de keuze van de notaris-vereffenaar vooraf aan de procedure | omtrent de keuze van de notaris-vereffenaar vooraf aan de procedure |
| van vereffening en verdeling, terwijl het in het tweede geval gaat om | van vereffening en verdeling, terwijl het in het tweede geval gaat om |
| een incident tijdens de afwikkeling van de procedure. De maatregel om | een incident tijdens de afwikkeling van de procedure. De maatregel om |
| niet te voorzien in de mogelijkheid van hoger beroep tegen een | niet te voorzien in de mogelijkheid van hoger beroep tegen een |
| beslissing inzake een verzoek tot vervanging is ook pertinent in het | beslissing inzake een verzoek tot vervanging is ook pertinent in het |
| licht van de door de wetgever nagestreefde doelstelling om de | licht van de door de wetgever nagestreefde doelstelling om de |
| verdelingsprocedure niet nodeloos te vertragen en om de redelijke | verdelingsprocedure niet nodeloos te vertragen en om de redelijke |
| termijnvereiste te eerbiedigen. | termijnvereiste te eerbiedigen. |
| B.9.1. De bij de gerechtelijke verdeling betrokken partijen hebben | B.9.1. De bij de gerechtelijke verdeling betrokken partijen hebben |
| inspraak bij de aanstelling van de notaris-vereffenaar op grond van | inspraak bij de aanstelling van de notaris-vereffenaar op grond van |
| artikel 1210 van het Gerechtelijk Wetboek, doordat de keuze in de | artikel 1210 van het Gerechtelijk Wetboek, doordat de keuze in de |
| eerste plaats aan hen toekomt. Wanneer de rechtbank een notaris | eerste plaats aan hen toekomt. Wanneer de rechtbank een notaris |
| aanwijst met wiens keuze ze niet akkoord gaan, kunnen ze tegen die | aanwijst met wiens keuze ze niet akkoord gaan, kunnen ze tegen die |
| beslissing hoger beroep aantekenen. | beslissing hoger beroep aantekenen. |
| Wanneer een in opvolging benoemde notaris van rechtswege wordt belast | Wanneer een in opvolging benoemde notaris van rechtswege wordt belast |
| met de gerechtelijke opdrachten van zijn voorganger, kunnen de | met de gerechtelijke opdrachten van zijn voorganger, kunnen de |
| partijen op grond van artikel 54, tweede lid, van de wet van 25 | partijen op grond van artikel 54, tweede lid, van de wet van 25 |
| ventôse jaar XI de rechtbank verzoeken een andere notaris aan te | ventôse jaar XI de rechtbank verzoeken een andere notaris aan te |
| stellen. | stellen. |
| B.9.2. Indien er in de loop van de verdelingsprocedure redenen blijken | B.9.2. Indien er in de loop van de verdelingsprocedure redenen blijken |
| te zijn die gerechtvaardigde twijfels doen ontstaan over de | te zijn die gerechtvaardigde twijfels doen ontstaan over de |
| onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de notaris-vereffenaar, | onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de notaris-vereffenaar, |
| kunnen zij alsnog aan de rechter diens vervanging vragen onder de | kunnen zij alsnog aan de rechter diens vervanging vragen onder de |
| voorwaarden bepaald in artikel 1211, § 1, van hetzelfde Wetboek. | voorwaarden bepaald in artikel 1211, § 1, van hetzelfde Wetboek. |
| B.9.3. Wanneer de vervanging wordt geweigerd, heeft elke partij steeds | B.9.3. Wanneer de vervanging wordt geweigerd, heeft elke partij steeds |
| de mogelijkheid om voor de rechter een nieuw verzoek tot vervanging | de mogelijkheid om voor de rechter een nieuw verzoek tot vervanging |
| van de notaris-vereffenaar in te stellen op grond van andere feiten en | van de notaris-vereffenaar in te stellen op grond van andere feiten en |
| andere middelen die de vervanging kunnen rechtvaardigen. Indien de | andere middelen die de vervanging kunnen rechtvaardigen. Indien de |
| rechtbank het verzoek tot vervanging inwilligt, kan elke partij die | rechtbank het verzoek tot vervanging inwilligt, kan elke partij die |
| het met die beslissing niet eens is een verzoek tot vervanging van de | het met die beslissing niet eens is een verzoek tot vervanging van de |
| nieuwe notaris-vereffenaar instellen, zulks in de gevallen en onder de | nieuwe notaris-vereffenaar instellen, zulks in de gevallen en onder de |
| voorwaarden vermeld in artikel 1211, § 1, van het Gerechtelijk | voorwaarden vermeld in artikel 1211, § 1, van het Gerechtelijk |
| Wetboek. | Wetboek. |
| Ook kan elke partij krachtens artikel 1220, §§ 2 en 3, van het | Ook kan elke partij krachtens artikel 1220, §§ 2 en 3, van het |
| Gerechtelijk Wetboek zich tot de rechtbank wenden indien de | Gerechtelijk Wetboek zich tot de rechtbank wenden indien de |
| notaris-vereffenaar niet binnen de overeengekomen of wettelijk | notaris-vereffenaar niet binnen de overeengekomen of wettelijk |
| bepaalde termijn handelt, waarbij de rechtbank kan beslissen tot zijn | bepaalde termijn handelt, waarbij de rechtbank kan beslissen tot zijn |
| vervanging behoudens verzet van alle partijen. | vervanging behoudens verzet van alle partijen. |
| B.9.4. Ten slotte kan elke partij bezwaren uiten tegen de concrete | B.9.4. Ten slotte kan elke partij bezwaren uiten tegen de concrete |
| uitwerking van de gerechtelijke verdeling door de notaris-vereffenaar. | uitwerking van de gerechtelijke verdeling door de notaris-vereffenaar. |
| Bij het einde van de werkzaamheden maakt de notaris-vereffenaar een | Bij het einde van de werkzaamheden maakt de notaris-vereffenaar een |
| staat van vereffening houdende het ontwerp van verdeling op. Wanneer | staat van vereffening houdende het ontwerp van verdeling op. Wanneer |
| minstens een van de partijen hiertegen bezwaren heeft dient de | minstens een van de partijen hiertegen bezwaren heeft dient de |
| notaris-vereffenaar een proces-verbaal van geschillen of moeilijkheden | notaris-vereffenaar een proces-verbaal van geschillen of moeilijkheden |
| op te maken, dat hij samen met zijn schriftelijk advies dient over te | op te maken, dat hij samen met zijn schriftelijk advies dient over te |
| zenden aan de rechtbank, die een beslissing moet nemen nadat ze de | zenden aan de rechtbank, die een beslissing moet nemen nadat ze de |
| partijen heeft gehoord. De rechtbank kan de staat van vereffening | partijen heeft gehoord. De rechtbank kan de staat van vereffening |
| terugzenden aan de notaris-vereffenaar om een aanvullende staat van | terugzenden aan de notaris-vereffenaar om een aanvullende staat van |
| vereffening op te maken overeenkomstig de door de rechtbank gegeven | vereffening op te maken overeenkomstig de door de rechtbank gegeven |
| richtlijnen (artikel 1223 van het Gerechtelijk Wetboek). Als er | richtlijnen (artikel 1223 van het Gerechtelijk Wetboek). Als er |
| andermaal bezwaren zijn, die enkel betrekking kunnen hebben op de | andermaal bezwaren zijn, die enkel betrekking kunnen hebben op de |
| aanpassing van de staat van vereffening houdende het ontwerp van | aanpassing van de staat van vereffening houdende het ontwerp van |
| verdeling, op geschillen of moeilijkheden die verband houden met die | verdeling, op geschillen of moeilijkheden die verband houden met die |
| aanpassing of op nieuwe stukken of nieuwe feiten van overwegend | aanpassing of op nieuwe stukken of nieuwe feiten van overwegend |
| belang, verloopt de procedure op dezelfde wijze als voor de | belang, verloopt de procedure op dezelfde wijze als voor de |
| behandeling van de bezwaren op de oorspronkelijke staat van | behandeling van de bezwaren op de oorspronkelijke staat van |
| vereffening. Tegen de beslissing van de rechtbank staat hoger beroep | vereffening. Tegen de beslissing van de rechtbank staat hoger beroep |
| open. | open. |
| B.10. Rekening houdend met het verloop van de procedure van | B.10. Rekening houdend met het verloop van de procedure van |
| gerechtelijke verdeling in haar geheel houdt de onmogelijkheid om | gerechtelijke verdeling in haar geheel houdt de onmogelijkheid om |
| hoger beroep in te stellen tegen de beslissing van de rechter | hoger beroep in te stellen tegen de beslissing van de rechter |
| betreffende het verzoek tot vervanging van de notaris-vereffenaar geen | betreffende het verzoek tot vervanging van de notaris-vereffenaar geen |
| onevenredige beperking in van de rechten van de partijen die betrokken | onevenredige beperking in van de rechten van de partijen die betrokken |
| zijn bij de gerechtelijke verdeling. | zijn bij de gerechtelijke verdeling. |
| B.11. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.11. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
| Om die redenen, | Om die redenen, |
| het Hof | het Hof |
| zegt voor recht : | zegt voor recht : |
| Artikel 1211, § 2, laatste lid, van het Gerechtelijk Wetboek schendt | Artikel 1211, § 2, laatste lid, van het Gerechtelijk Wetboek schendt |
| niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang | niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang |
| gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de | gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de |
| mens. | mens. |
| Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel | Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel |
| 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
| op 17 maart 2016. | op 17 maart 2016. |
| De griffier, | De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
| De voorzitter, | De voorzitter, |
| E. De Groot | E. De Groot |