gepubliceerd op 05 november 2008
Ministerieel besluit tot bepaling van de beoordelingsregels van de theoretische en praktische examens met het oog op het behalen van het getuigschrift van basiskwalificatie bedoeld in het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E
29 OKTOBER 2008. - Ministerieel besluit tot bepaling van de beoordelingsregels van de theoretische en praktische examens met het oog op het behalen van het getuigschrift van basiskwalificatie bedoeld in het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E
De Eerste Minister en de Staatssecretaris voor Mobiliteit, Gelet op de wet van 18 februari 1969 betreffende de maatregelen ter uitvoering van de internationale verdragen en akten inzake vervoer over zee, over de weg, de spoorweg of de waterweg, artikel 1, eerste lid, gewijzigd bij de wet van 15 mei 2006;
Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968, artikel 1, eerste lid, artikel 23, gewijzigd bij de wetten van 9 juli 1976, 29 februari 1984, 18 juli 1990 en 7 februari 2003 en artikel 26, gewijzigd bij de wet van 9 juli 1976;
Gelet op het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E, de artikelen 29, 31, 35, 36, 42 en 43;
Gelet op de betrokkenheid van de Gewestregeringen;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E, die de Richtlijn 2003/59/EG omzet naar intern recht, voorziet dat de Minister die bevoegd is inzake wegverkeer, de manier bepaalt waarop de examens basiskwalificatie worden geëvalueerd; dat deze examens moeten georganiseerd worden vanaf 10 september 2008 om te voldoen aan de voorwaarden van de voornoemde richtlijn en bijgevolg de evaluatieregels van deze examens zonder uitstel dienen te worden vastgelegd;
Gezien het niet naleven van de datum van 10 september 2008 om de examens basiskwalificatie te organiseren, mogelijks nefaste gevolgen zou hebben, zoals een veroordeling door de Belgische Staat via het Europese Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen en schadevergoedingsvorderingen vanwege de beroepsfederaties of de privépersonen;
Gelet op het advies nr 45.167/2/V van de Raad van State, gegeven op 15 september 2008 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluiten :
Artikel 1.Het theoretisch examen basiskwalificatie, het gecombineerd theoretisch examen en het aanvullend theoretisch examen basiskwalificatie voor de bestuurders van de voertuigen van groep D, bedoeld in de artikelen 29, 36 en 43 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E worden beoordeeld op de wijze bepaald in bijlage 1.
Art. 2.Het praktisch examen basiskwalificatie, het gecombineerd praktisch examen en het aanvullend praktisch examen basiskwalificatie voor de bestuurders van de voertuigen van groep D, bedoeld in de artikelen 31, 38 en 43 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E worden beoordeeld op de wijze bepaald in bijlage 2.
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang op 10 september 2008.
Brussel, 29 oktober 2008.
De Eerste Minister, Y. LETERME De Staatssecretaris voor Mobiliteit E. SCHOUPPE
Bijlage 1 bij het ministerieel besluit 28 oktober 2008 van tot bepaling van de beoordelingsregels van de theoretische en praktische examens met het oog op het behalen van het getuigschrift van basiskwalificatie bedoeld in het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E Beoordeling van het theoretisch examen A. Het theoretisch examen van basiskwalificatie bedoeld in artikel 29 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E wordt als volgt geëvalueerd : 1. honderd vragen betreffende de examenstof voorzien in de bijlage 1 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E : Maximum aantal punten : 100. Minimum vereist om te slagen : 80 2. acht casestudy's betreffende de examenstof voorzien in de bijlage 1 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E : Maximum aantal punten : 40 Minimum vereist om te slagen : 32 3.mondelinge proef : tien mondelinge vragen betreffende de examenstof voorzien in de bijlage 1 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E : Maximum aantal punten : 100 Minimum vereist om te slagen : 80 De kandidaat die slaagt voor één van de drie theoretische proeven vermeld onder punt 1, 2 of 3 is gedurende drie jaar vrijgesteld voor die proef.
B. Het gecombineerd theoretisch examen bedoeld in artikel 36 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E wordt als volgt geëvalueerd : 1. honderd vragen die als volgt worden verdeeld : - vijftig vragen betreffende de examenstof voorzien in de bijlage 4 van het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs : Maximum aantal punten : 50 Minimum vereist om te slagen : 40 - vijftig vragen betreffende de examenstof voorzien in de bijlage 1 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E Maximum aantal punten : 50 Minimum vereist om te slagen : 40 De kandidaat die slaagt voor één van beide onderdelen, hetzij voor de 50 vragen betreffende de examenstof van bijlage 4 bij het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs, hetzij voor de 50 vragen betreffende de examenstof van bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E, is gedurende drie jaar vrijgesteld voor dit onderdeel.2. acht casestudy's betreffende de examenstof voorzien in de bijlage 1 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E : Maximum aantal punten : 40 Minimum vereist om te slagen : 32 3.mondelinge proef : tien mondelinge vragen betreffende de examenstof voorzien in de bijlage 1 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E : Maximum aantal punten : 100 Minimum vereist om te slagen : 80 De kandidaat die slaagt voor één van de drie theoretische proeven vermeld onder punt 1, 2 of 3 is gedurende drie jaar vrijgesteld voor die proef.
C. Het aanvullend theoretisch examen basiskwalificatie bedoeld in artikel 43 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E wordt als volgt geëvalueerd : 1. vijftig vragen betreffende de examenstof voorzien in de bijlage 1 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E : Maximum aantal punten : 50 Minimum vereist om te slagen : 40 2.vier casestudy's betreffende de examenstof voorzien in de bijlage 1 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E : Maximum aantal punten : 20 Minimum vereist om te slagen : 16 3. mondelinge proef : vijf mondelinge vragen betreffende de examenstof voorzien in de bijlage 1 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E : Maximum aantal punten : 50 Minimum vereist om te slagen : 40 De kandidaat die slaagt voor één van de drie theoretische proeven vermeld onder punt 1, 2 of 3 is gedurende drie jaar vrijgesteld voor die proef. Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 29 oktober 2008 tot bepaling van de beoordelingsregels van de theoretische en praktische examens met het oog op het behalen van het getuigschrift van basiskwalificatie bedoeld in het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E De Eerste Minister, Y. LETERME De Staatssecretaris voor Mobiliteit, E. SCHOUPPE
Bijlage 2 bij het ministerieel besluit van 29 oktober 2008 tot bepaling van de beoordelingsregels van de theoretische en praktische examens met het oog op het behalen van het getuigschrift van basiskwalificatie bedoeld in het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E Beoordeling van het praktische examen A. Rijtest op de openbare weg bedoeld in artikel 35, § 1, 1°, 42, § 1, 1°, en 43 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E. De proef wordt volgens de volgende rubrieken beoordeeld : 1) bediening van het voertuig (inbegrepen het rationeel, het economisch, het comfortabel en milieuvriendelijk rijden);2) plaats op de openbare weg;3) bochten;4) kruisen en inhalen;5) richtingsverandering;6) voorrang;7) verkeerslichten en bevelen;8) snelheid en verkeersinzicht;9) gedrag ten overstaan van de andere weggebruikers;10) defensief rijden. De rubrieken worden beoordeeld met : « goed », « voorbehoud », « onvoldoende » of « slecht ».
De kandidaat is niet geslaagd als : - een rubriek beoordeeld wordt met « slecht »; - twee rubrieken beoordeeld worden met « onvoldoende »; - een rubriek beoordeeld wordt met « onvoldoende » en twee met « voorbehoud »; - vier rubrieken beoordeeld worden met « voorbehoud »; - rijfouten of gevaarlijk rijgedrag die de veiligheid van het examenvoertuig, de passagiers of de andere weggebruikers direct in gevaar brengen.
B. Praktische test basiskwalificatie bedoeld in artikel 35, § 1, 2°, in artikel 42, § 1, 2° en in artikel 43 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E De proef wordt volgens de volgende rubrieken beoordeeld : 1) comfort 2) noodsituatie 3) schadeformulier 4) lading 5) criminaliteit Deze rubrieken worden beoordeeld met : « voldoende », « voorbehoud » of « onvoldoende ». De kandidaat is niet geslaagd als : - twee rubrieken beoordeeld worden met « onvoldoende »; - een rubriek beoordeeld wordt met « onvoldoende » en twee met « voorbehoud »; - vier rubrieken beoordeeld worden met « voorbehoud ».
C. Proef op een terrein buiten het verkeer bedoeld in artikel 42, § 1, 3° van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E De manoeuvres worden op de manier voorzien in de bijlage 5, VI, A van het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs beoordeeld. De kandidaat die slaagt voor één van de praktische proeven vermeld onder A, B en C is gedurende drie jaar vrijgesteld voor die proef.
Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 29 oktober 2008 tot bepaling van de beoordelingsregels van de theoretische en praktische examens met het oog op het behalen van het getuigschrift van basiskwalificatie bedoeld in het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E De Eerste Minister, Y. LETERME. De Staatssecretaris voor Mobiliteit E. SCHOUPPE