VLAAMSE OVERHEID

Omgeving

29 MEI 2019. - Ministerieel besluit tot wijziging van diverse bepalingen van het ministerieel besluit van 12 oktober 2017Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 12/10/2017 pub. 20/11/2017 numac 2017040791 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende vaststelling van nadere regels voor de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lokale besturen worden uitgevoerd sluiten houdende vaststelling van nadere regels voor de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lokale besturen worden uitgevoerd, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 29 mei 2018Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 29/05/2018 pub. 28/06/2018 numac 2018031296 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 12 oktober 2017 houdende vaststelling van nadere regels voor de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lokale besturen worden uitgevoerd sluiten

DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW, Gelet op het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, artikel 15, eerste lid, 2° ;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 januari 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 23/01/2004 pub. 25/02/2004 numac 2004035269 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lagere besturen of ermee gelijkgestelde rechtspersonen worden uitgevoerd sluiten betreffende de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lokale besturen of ermee gelijkgestelde rechtspersonen worden uitgevoerd, artikel 4 en artikel 5, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 4 april 2014 en 12 mei 2017, en artikel 12, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2014 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering 12 mei 2017;

Gelet op het ministerieel besluit van 12 oktober 2017Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 12/10/2017 pub. 20/11/2017 numac 2017040791 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende vaststelling van nadere regels voor de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lokale besturen worden uitgevoerd sluiten houdende vaststelling van nadere regels voor de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lagere besturen worden uitgevoerd;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 4 april 2019, Besluit :

Artikel 1.In het ministerieel besluit van 12 oktober 2017Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 12/10/2017 pub. 20/11/2017 numac 2017040791 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende vaststelling van nadere regels voor de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lokale besturen worden uitgevoerd sluiten houdende vaststelling van nadere regels voor de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lagere besturen worden uitgevoerd, wordt het opschrift van onderafdeling 1 vervangen door wat volgt: "Onderafdeling 1. Voorzieningen voor thuiscompostering'.

Art. 2.In artikel 2 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "met toebehoren" vervangen door de woorden "inclusief beluchtingsstokken";2° tussen het eerste en het tweede lid, twee leden ingevoegd, die luiden als volgt: "De kunststof compostvaten en compostbakken moeten voor minstens 80% bestaan uit gerecycleerde materialen. Het hout, gebruikt voor compostbakken, moet van duurzame oorsprong zijn, zijnde FSC- of PEFC-label of gelijkaardig.".

Art. 3.In artikel 3 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht: 1° de woorden "diverse voorzieningen" worden vervangen door de woorden "diverse aankopen en investeringen". 2° aan het eerste lid wordt volgende zin toegevoegd: "Investeringen in herbruikbare bekers komen in aanmerking voor subsidiëring tot 31 mei 2022.".

Art. 4.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt: "De diverse voorzieningen die deel uitmaken van een diftar-systeem met identificatie en registratie voor de ophaling van huishoudelijke afvalstoffen, komen in aanmerking voor subsidiëring;2° in het tweede lid, punt 1° wordt tussen de woorden "per recipiënt" en "ongeacht het aantal liter" de zinsnede "dat voor minstens 50% bestaat uit gerecycleerde materialen," ingevoegd.

Art. 5.In artikel 5, paragraaf 2, van hetzelfde besluit wordt tussen het derde en het vierde lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt: "Bij het plaatsen van een duo-container wordt het maximaal subsidieerbare bedrag verhoogd met 4.000 euro voor het plaatsen van een extra zuil met diftar-systeem.".

Art. 6.In artikel 7 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 2, punt 5° wordt de zinsnede ", met uitzondering van hakselaars" opgeheven;2° in paragraaf 3, punt 4° wordt de zinsnede ", met uitzondering van hakselaars om groenafval te verhakselen" opgeheven.

Art. 7.In artikel 10 van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "5 dagen in het eerste werkingsjaar en 10 dagen in het tweede werkingsjaar" vervangen door de zinsnede "10 dagen per werkingsjaar."

Art. 8.In afdeling 5 van hetzelfde besluit wordt een artikel 21/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: " Art. 21/1 Het uitvoeren van sorteeranalyses van huisvuil als ondersteuning van het lokale en Vlaamse afvalbeleid met als doel informatie te verstrekken om de restafvaldoelstellingen te realiseren, komt in aanmerking voor subsidiëring.

Om te garanderen dat het resultaat interpreteerbaar en vergelijkbaar is met de meest recente sorteeranalyses van huisvuil van het Vlaamse Gewest, wordt een vergelijkbare methodologie gevolgd.

De kosten voor de uitvoering van de sorteeranalyse komen in aanmerking voor subsidiëring.

De uitbetaling van de subsidies gebeurt voor 100% na ontvangst van de eindafrekening en het rapport van de uitgevoerde sorteeranalyse.

Sorteeranalyses komen slechts eenmaal om de 5 jaar voor eenzelfde onderzocht gebied in aanmerking voor subsidiëring.".

Art. 9.Artikel 25 van hetzelfde besluit, vervangen bij het ministerieel besluit van 29 mei 2018Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 29/05/2018 pub. 28/06/2018 numac 2018031296 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 12 oktober 2017 houdende vaststelling van nadere regels voor de subsidiëring van bepaalde werken, leveringen en diensten die in het Vlaamse Gewest door of op initiatief van lokale besturen worden uitgevoerd sluiten, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 25.Projecten die een versnelde asbestafbouw faciliteren komen in aanmerking voor subsidiëring. Een projectaanvrager dient een projectaanvraag in voor één of meerdere projectformules. Binnen de verschillende projectformules 'groepsverwijdering' beperkt de projectaanvrager zich tot de keuze van één formule per aanvraag. Het maximale aantal actieve projectjaren per projectformule bedraagt 3 jaar. Het eerste projectjaar start op de datum van ondertekening van het projectgebonden ministerieel besluit.

De volgende projectformules komen in aanmerking voor subsidiëring: 1° afvalprojecten voor bronophaling en bronverpakking: a) bronophaling via platen- en/of `big bag'-zakken en/of containers;b) verstrekken van kleine asbestzakken voor bronverpakking;2° projecten groepsverwijdering: a) groepsverwijdering leidingisolatie in hermetische zone;b) groepsverwijdering vloerbedekking in hermetische zone;c) groepsverwijdering dak- en gevelbekleding;3° projecten asbestinventarisatie. Het subsidiepercentage voor bronophalingsprojecten voor asbestcement via platen- en/of `big bag'-zakken als vermeld in het tweede lid, 1°, a) bedraagt 90% met een maximaal subsidieerbaar bedrag van 320 euro per opgehaalde ton asbestcement.Het subsidiepercentage voor bronophalingsprojecten via containers als vermeld in het tweede lid, 1°, a) bedraagt 90 % met een maximaal subsidieerbaar bedrag van 200 euro per opgehaalde ton asbestcement. Voor een bronophalingsproject via platen- en/of `big bag'-zakken en/of containers wordt het subsidiebedrag aangevuld met een forfaitair subsidiebedrag voor projectcoördinatie ten bedrage van 0,1 euro per inwoner binnen het projectgebied per actief projectjaar met een variabel subsidiebedrag voor projectcoördinatie van 5 euro per gerealiseerde bronophalingslocatie.

Bij bronverpakkingsprojecten voor kleine hoeveelheden als vermeld in het tweede lid, 1°, b) bedraagt het subsidiepercentage voor de projectaanvrager voor de aan marktconforme prijs aangekochte zakken of folie 90 % met een maximaal subsidieerbaar bedrag van 0,50 euro per zak.

Het subsidiepercentage voor groepsverwijdering asbesthoudende leidingisolatie in hermetische zone als vermeld in het tweede lid, 2°, a) bedraagt 50% met een maximaal subsidieerbaar bedrag van 8.000 euro per stookinstallatie. Voor een appartementsgebouw geldt een maximaal subsidieerbaar bedrag van 12.000 euro. Dit subsidiebedrag komt rechtstreeks ten gunste van de projectdeelnemer, conform de geformuleerde werkwijze binnen de Algemene Richtlijn bij dit besluit.

Dit subsidiebedrag wordt ten gunste van de projectaanvrager aangevuld met een forfaitair subsidiebedrag voor projectcoördinatie ten bedrage van 0,2 euro per inwoner binnen het projectgebied per actief projectjaar met een variabel subsidiebedrag voor projectcoördinatie van 50 euro per gerealiseerde verwijdering. Het subsidiepercentage voor een verplicht aan te stellen extern deskundige met asbest- en bouwexpertise bedraagt 90 % met een maximaal subsidieerbaar bedrag van 155 euro per uniek adres.

Het subsidiepercentage voor groepsverwijdering asbesthoudende vloerbedekking in hermetische zone als vermeld in het tweede lid, 2°, b) bedraagt 50% met een maximaal subsidieerbaar bedrag van 8.000 euro per wooneenheid. Dit subsidiebedrag komt rechtstreeks ten gunste van de projectdeelnemer, conform de geformuleerde werkwijze binnen de Algemene Richtlijn bij dit besluit. Dit subsidiebedrag wordt ten gunste van de projectaanvrager aangevuld met een forfaitair subsidiebedrag voor projectcoördinatie ten bedrage van 0,2 euro per inwoner binnen het projectgebied per actief projectjaar met een variabel subsidiebedrag voor projectcoördinatie van 50 euro per gerealiseerde wooneenheid. Het subsidiepercentage voor een verplicht aan te stellen extern deskundige met asbest- en bouwexpertise bedraagt 90 % met een maximaal subsidieerbaar bedrag van 155 euro per uniek adres.

Het subsidiepercentage voor groepsverwijdering dak- en gevelbekleding als vermeld in het tweede lid, 2°, c) bedraagt 90% met een maximaal subsidieerbaar bedrag als vermeld in het eerste lid bij a) bronophaling via platen- en/of `big bag'-zakken en/of containers. De verwijderingswerkzaamheden zelf vallen niet onder de gesubsidieerde kosten. De projectaanvrager ontvangt een forfaitair subsidiebedrag voor projectcoördinatie ten bedrage van 0,2 euro per inwoner binnen het projectgebied per actief projectjaar met een variabel subsidiebedrag voor projectcoördinatie van 50 euro per gerealiseerde wooneenheid. Het subsidiepercentage voor een verplicht aan te stellen extern deskundige met asbest- en bouwexpertise bedraagt 90% met een maximaal subsidieerbaar bedrag van 155 euro per uniek adres.

Alleen na een projectoproep vanwege de OVAM kunnen lokale besturen een aanvraag indienen voor een asbestinventarisatieproject als vermeld in het derde lid, 3°. Het forfaitair subsidiebedrag voor projectcoördinatie bedraagt 0,2 euro per inwoner binnen het projectgebied per actief projectjaar met een variabel subsidiebedrag voor projectcoördinatie van 5 euro per gerealiseerde wooneenheid. Bij deze projecten wordt een asbestdeskundige inventarisatie ingezet voor asbestdetectie en opmaak van een inventaris volgens de inventarisatiewijze zoals geformuleerd bij de projectoproep. Het subsidiepercentage voor de aangestelde asbestdeskundige inventarisatie bedraagt 90 % met een maximaal subsidieerbaar bedrag van 110 euro per uniek adres.".

Art. 10.Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2019.

Brussel, 29 mei 2019.

De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, K. VAN DEN HEUVEL

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld