gepubliceerd op 08 juli 2011
Ministerieel besluit tot vaststelling van productievoorschriften betreffende de biologische productie
VLAAMSE OVERHEID
Landbouw en Visserij
27 MEI 2011. - Ministerieel besluit tot vaststelling van productievoorschriften betreffende de biologische productie
De Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, Gelet op Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 2092/91;
Gelet op Verordening (EG) nr. 889/2008 van de Commissie van 5 september 2008 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten;
Gelet op Verordening (EG) nr. 1235/2008 van de Commissie van 8 december 2008 houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad wat de regeling voor de invoer van biologische producten uit derde landen betreft;
Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, artikel 3, § 1, 1° en 2°, gewijzigd bij de wet van 29 december 1990 en artikel 3, § 1, 6°, gewijzigd bij de wet van 29 december 1990;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/12/2008 pub. 20/02/2009 numac 2009035162 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten sluiten betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten, artikel 10;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 30 juni 2010;
Gelet op Advies 48.657/3 van de Raad van State, gegeven op 21 september 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Gelet op Advies 49.431/3 van de Raad van State, gegeven op 12 april 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Gelet op het overleg tussen de gewestregeringen en de federale overheid op 20 januari 2011, bekrachtigd door de Interministeriële Conferentie voor het Landbouwbeleid op 8 februari 2011, Besluit : TITEL 1. - Definities
Artikel 1.Met behoud van de toepassing van de definities, vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/12/2008 pub. 20/02/2009 numac 2009035162 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten sluiten betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten, wordt in dit besluit verstaan onder besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/12/2008 pub. 20/02/2009 numac 2009035162 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten sluiten : het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/12/2008 pub. 20/02/2009 numac 2009035162 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten sluiten betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten.
TITEL 2. - Voorschriften voor dierlijke en plantaardige productie HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Art. 2.Als de afdeling DLO van mening is dat een advies als vermeld in dit besluit niet volledig is, kan ze binnen tien dagen na de ontvangst van het advies aanvullende informatie vragen aan de marktdeelnemer of aan zijn controleorgaan.
De termijn voor een beslissing als vermeld in dit besluit die wordt genomen na dat advies, start vanaf het moment dat de afdeling DLO van oordeel is dat het advies volledig is.
Art. 3.De afdeling DLO kan haar beslissingen als vermeld in dit besluit op elk moment herzien als de voorwaarden niet meer vervuld zijn, zelfs voor het verstrijken van de geldigheidsduur. De afdeling DLO brengt de marktdeelnemer en zijn controleorgaan daarvan op de hoogte.
Het controleorgaan ziet erop toe dat een beslissing als vermeld in het eerste lid correct wordt nageleefd. HOOFDSTUK 2. - Natuurlijke geboorten bij biologisch gehouden dieren
Art. 4.Met toepassing van artikel 8, 1, van verordening 889/2008 gelden de volgende voorwaarden voor runderen die bestemd zijn voor vleesproductie : 1°het aantal natuurlijke geboorten moet vanaf het zesde jaar na de datum, vermeld in artikel 15, per productie-eenheid groter zijn dan 90 % van het totale aantal geboorten bij het rundvee; 2° een percentage van minstens 30 % natuurlijke geboorten moet al bereikt worden vanaf het vierde jaar na de datum, vermeld in artikel 15. HOOFDSTUK 3. - Gebruik van niet-biologisch gehouden dieren
Art. 5.De marktdeelnemer die de percentages van niet biologisch gehouden zoogdieren die op een biologisch bedrijf worden binnengebracht, wil verhogen tot 40 % als vermeld in artikel 9, 4, van verordening 889/2008, bezorgt zijn aanvraag daarvoor aan zijn controleorgaan. Die aanvraag bevat minstens de volgende elementen : 1° de naam en het adres van de marktdeelnemer;2° de diersoort;3° het aantal niet - biologische dieren dat zal binnengebracht worden op het bedrijf;4° het aantal volwassen biologische dieren van de diersoort, vermeld in punt 2°, dat al aanwezig is op het bedrijf;5° de periode waarin de uitbreiding zal gebeuren;6° de reden van de uitbreiding, vermeld in artikel 9, 4, van verordening 889/2008. Het controleorgaan onderzoekt de aanvraag en bezorgt uiterlijk veertien dagen na de ontvangst van de aanvraag zijn advies daarover aan de afdeling DLO. Dat advies bevat minstens de volgende elementen : 1° de gegevens van de aanvraag;2° een voorstel van beslissing van het controleorgaan. De afdeling DLO deelt haar beslissing over het verhogen van de percentages binnen veertien dagen nadat ze het advies heeft ontvangen, schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie naar zijn controleorgaan. HOOFDSTUK 4. - Huisvestingsvoorschriften
Art. 6.Met toepassing van artikel 10, 4, van verordening 889/2008 is een mobiele pluimveestal een stal die minstens één keer per jaar verplaatst wordt naar een ander perceel. HOOFDSTUK 5. - Toegang tot openluchtruimten
Art. 7.Met toepassing van artikel 14, 1, van verordening 889/2008 mag maximaal 50 % van de openluchtruimten afgedekt zijn.
Met toepassing van artikel 14, 3, van verordening 889/2008 wordt onder wintermaanden de volgende periode verstaan : de periode van 15 oktober tot en met 15 mei van het daaropvolgende jaar. HOOFDSTUK 6. - Veebezetting
Art. 8.Met toepassing van artikel 15,van verordening 889/2008 wordt de veebezetting in functie van de maximale stikstofuitscheiding afgeleid uit de cijfers, vermeld in hoofdstuk IV van het decreet van 22 december 2006Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006037097 bron vlaamse overheid Decreet houdende de bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen sluiten houdende de bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen.
De afdeling DLO maakt het toegelaten aantal vee-eenheden bekend op de website van het beleidsdomein Landbouw en Visserij. HOOFDSTUK 7. - Ingrepen bij dieren
Art. 9.De marktdeelnemer die een ingreep als vermeld in artikel 18, 1, van verordening 889/2008, wil uitvoeren, bezorgt zijn aanvraag daarvoor aan zijn controleorgaan, voor de ingreep wordt uitgevoerd.
Die aanvraag bevat minstens de volgende elementen : 1° de naam en het adres van de marktdeelnemer;2° de soort ingreep;3° de diersoort;4° het aantal dieren waarop de ingreep zal worden toegepast;5° de reden voor de ingreep;6° de periode waarin de ingreep uitgevoerd zal worden. Het controleorgaan onderzoekt de aanvraag en bezorgt uiterlijk veertien dagen na de ontvangst van de aanvraag zijn advies daarover aan de afdeling DLO. Dat advies bevat minstens de volgende elementen : 1° de gegevens van de aanvraag;2° een voorstel van beslissing van het controleorgaan. De afdeling DLO deelt haar beslissing over de ingreep binnen veertien dagen nadat ze het advies heeft ontvangen, schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie naar zijn controleorgaan.
De toestemming om een bepaalde ingreep uit te voeren geldt onverminderd de regels die de federale overheid heeft uitgevaardigd betreffende deze ingrepen met het oog op de gezondheid of het welzijn van de dieren en is maximaal twaalf maanden geldig. De afdeling DLO deelt de duur van de toestemming mee. HOOFDSTUK 8. - Ziektepreventie
Art. 10.Tenzij het verplicht is op grond van de federale regelgeving, wordt het gebruik van chemisch gesynthetiseerde, allopathische geneesmiddelen als een preventieve behandeling beschouwd als vermeld in artikel 23, 1, van verordening 889/2008, in de volgende gevallen : 1° als de behandeling toegepast is zonder dat of voor het dier de ziektesymptomen vertoont;2° als de behandeling toegepast is zonder dat of voor een sanitair probleem gediagnosticeerd wordt door een dierenarts.
Art. 11.Met toepassing van artikel 23, 5, van verordening 889/2008 moeten de uitlopen voor pluimvee tussen twee productieronden minstens vier weken leeg gehouden worden. Dit geldt onverminderd de regels die de federale overheid heeft uitgevaardigd betreffende de leegstand met het oog op de gezondheid of het welzijn van de dieren. HOOFDSTUK 9. - Gebruik van bepaalde stoffen bij de vervaardiging van verwerkte levensmiddelen
Art. 12.Met toepassing van artikel 27, 3, a, van verordening 889/2009 kan toestemming worden geven om natriumnitriet of kaliumnitraat te gebruiken.
De marktdeelnemer die natriumnitriet of kaliumnitraat wil gebruiken, bezorgt zijn aanvraag daarvoor aan de afdeling DLO. Die aanvraag wordt schriftelijk of elektronisch ingediend via de website van het beleidsdomein Landbouw en Visserij en bevat minstens de volgende elementen : 1° de naam en het adres van de marktdeelnemer;2° het controleorgaan waarbij de marktdeelnemer is aangesloten;3° de naam, de beschrijving en de samenstelling van het biologische product, waarin natriumnitriet of kaliumnitraat gebruikt zal worden;4° een grondige motivering vanwege de marktdeelnemer waarom het gebruik van natriumnitriet of kaliumnitraat vereist is. De afdeling DLO deelt haar beslissing over het gebruik van natriumnitriet of kaliumnitraat binnen dertig dagen nadat ze de volledige aanvraag ontvangen heeft, schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie naar zijn controleorgaan. De toestemming is maximaal twaalf maanden geldig. De afdeling DLO deelt de duur van de toestemming mee. HOOFDSTUK 1 0. - Gebruik van niet-biologische voedselingrediënten van agrarische oorsprong
Art. 13.De marktdeelnemer die een vergunning om een niet-biologisch voedselingrediënt te gebruiken in een verwerkt biologisch product wil verkrijgen als vermeld in artikel 29 van Verordening 889/2008, bezorgt zijn aanvraag daarvoor aan de afdeling DLO. Die aanvraag wordt schriftelijk of elektronisch ingediend via de website van het beleidsdomein Landbouw en Visserij en bevat minstens de volgende elementen : 1° de naam en het adres van de marktdeelnemer;2° het controleorgaan waarbij de marktdeelnemer is aangesloten;3° de naam, de beschrijving en de vereiste kwaliteitskenmerken van het ingrediënt;4° de hoeveelheid van het ingrediënt dat gedurende een jaar gebruikt zal worden en de motivering van deze hoeveelheden;5° de redenen en de verwachte duur van het tekort;6° de naam, de beschrijving en de samenstelling van het biologische product, waarin het ingrediënt verwerkt zal worden;7° de verklaring dat de marktdeelnemer de nodige stappen heeft ondernomen om na te gaan of het ingrediënt in kwestie in voldoende mate beschikbaar is in biologische vorm in de Europese Unie. De afdeling DLO deelt haar beslissing over de vergunning voor het gebruik van het voedselingrediënt binnen dertig dagen nadat ze de volledige aanvraag ontvangen heeft, schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie naar zijn controleorgaan. HOOFDSTUK 1 1. - Verkorting van de omschakelingsperiode van percelen
Art. 14.De marktdeelnemer die voor een perceel een periode die aan de omschakelingsperiode voorafgaat, met terugwerkende kracht als deel van die omschakelingsperiode wil laten erkennen als vermeld in artikel 36, 2, van Verordening 889/2008, bezorgt zijn aanvraag daarvoor aan zijn controleorgaan. Die aanvraag bevat minstens de volgende elementen : 1° de naam en het adres van de marktdeelnemer;2° een gedetailleerde beschrijving van het perceel waarvoor de verkorte omschakeling wordt aangevraagd : adres, kadasternummer, foto's, voorgeschiedenis;3° als de situatie, vermeld in artikel 36, 2, b, van Verordening 889/2008, van toepassing is, de verklaring van minstens één onafhankelijke partij dat het perceel in kwestie gedurende ten minste drie jaar niet behandeld werd met producten die niet zijn toegestaan in de biologische productie. Het controleorgaan onderzoekt de aanvraag en bezorgt zijn advies uiterlijk veertien dagen na de ontvangst van de aanvraag aan de afdeling DLO. Dat advies bevat minstens de volgende elementen : 1° de gegevens van de aanvraag, vermeld in het eerste lid;2° het verslag van het onderzoek door het controleorgaan;3° een voorstel van beslissing van het controleorgaan. De afdeling DLO deelt haar beslissing over de verkorte omschakeling binnen dertig dagen nadat ze het advies ontvangen heeft, schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie aan zijn controleorgaan.
Art. 15.De marktdeelnemer die voor een perceel een verkorte omschakelingsperiode wil verkrijgen als vermeld in artikel 36, 4, van Verordening 889/2008, bezorgt zijn aanvraag daarvoor aan zijn controleorgaan. Die aanvraag bevat minstens de volgende elementen : 1° de naam en het adres van de marktdeelnemer;2° een gedetailleerde beschrijving van het perceel waarvoor de verkorte omschakeling wordt aangevraagd : adres, kadasternummer, foto's, voorgeschiedenis;3° als de situatie, vermeld in artikel 36, 4, a, van Verordening 889/2008, van toepassing is, de maatregel die toegepast is op het perceel in kwestie;4° als de situatie, vermeld in artikel 36, 4, b, van Verordening 889/2008, van toepassing is, een beschrijving van het wetenschappelijk experiment. Het controleorgaan onderzoekt de aanvraag en bezorgt zijn advies uiterlijk veertien dagen na de ontvangst van de aanvraag aan de afdeling DLO. Dat advies bevat minstens de volgende elementen : 1° de gegevens van de aanvraag, vermeld in het eerste lid;2° het verslag van het onderzoek door het controleorgaan;3° een voorstel van beslissing van het controleorgaan. De afdeling DLO deelt haar beslissing over de verkorte omschakeling binnen veertien dagen nadat ze het advies ontvangen heeft, schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie naar zijn controleorgaan. HOOFDSTUK 1 2. - Verlenging van de omschakelingsperiode van percelen
Art. 16.§ 1. Als het controleorgaan vaststelt dat grond verontreinigd is als vermeld in artikel 36, 3, van Verordening 889/2008, bezorgt het controleorgaan zijn volledige advies aan de afdeling DLO uiterlijk veertien dagen na de vaststelling van de verontreiniging. Dat advies bevat minstens de volgende elementen : 1° de naam en het adres van de marktdeelnemer;2° een gedetailleerde beschrijving van het perceel : adres, kadasternummer, foto's, voorgeschiedenis;3° de motivering en een voorstel van beslissing van het controleorgaan. De afdeling DLO deelt haar beslissing over de verlenging van de omschakelingsperiode binnen dertig dagen nadat ze het advies ontvangen heeft, schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie naar zijn controleorgaan. § 2. Als de afdeling DLO vaststelt dat grond verontreinigd is als vermeld in artikel 36, 3, van Verordening 889/2008, kan ze beslissen om de omschakelingsperiode van een perceel van een marktdeelnemer te verlengen. De afdeling DLO deelt haar beslissing schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie naar zijn controleorgaan. HOOFDSTUK 1 3. - Aanbinden van runderen
Art. 17.Met toepassing van en in de gevallen, vermeld in artikel 39 van Verordening 889/2008, is het aanbinden van rundvee op kleine bedrijven toegestaan op voorwaarde dat de marktdeelnemer dat op voorhand meldt aan zijn controleorgaan.
Art. 18.Met toepassing van artikel 39 van Verordening 889/2008 wordt onder klein bedrijf verstaan : een bedrijf dat gemiddeld minder dan vijftig runderen ouder dan twee jaar bezit. HOOFDSTUK 1 4. - Gelijktijdige productie
Art. 19.§ 1. De marktdeelnemer die gelijktijdige productie wil toepassen als vermeld in artikel 40, 1, van Verordening 889/2008, bezorgt zijn aanvraag daarvoor aan zijn controleorgaan. Die aanvraag bevat minstens de volgende elementen : 1° de naam en het adres van de marktdeelnemer;2° als de situatie, vermeld in artikel 40, 1, a, van Verordening 889/2008, van toepassing is, het omschakelplan;3° als de situatie, vermeld in artikel 40, 1, b, van Verordening 889/2008, van toepassing is, een beschrijving van de percelen voor landbouwkundig onderzoek;4° een grondige motivering vanwege de marktdeelnemer. Het controleorgaan onderzoekt de aanvraag en bezorgt uiterlijk veertien dagen na de ontvangst van de aanvraag zijn advies daarover aan de afdeling DLO. Dat advies bevat minstens de volgende elementen : 1° de gegevens van de aanvraag;2° een voorstel van beslissing van het controleorgaan. De afdeling DLO deelt haar beslissing over de gelijktijdige productie binnen dertig dagen nadat ze het advies ontvangen heeft, schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie naar zijn controleorgaan. § 2. De marktdeelnemer die in aanmerking wil komen om gelijktijdig biologische en niet-biologische dieren van dezelfde soort te houden als vermeld in van artikel 40, 2, van Verordening 889/2008, bezorgt zijn aanvraag daarvoor aan zijn controleorgaan. Die aanvraag bevat minstens de volgende elementen : 1° de naam en het adres van de marktdeelnemer;2° een bewijs dat voldaan is aan de voorwaarde, vermeld in artikel 40, 2, a, van Verordening 889/2008. Het controleorgaan onderzoekt de aanvraag en bezorgt zijn advies daarover uiterlijk veertien dagen na de ontvangst van de aanvraag aan de afdeling DLO. Dat advies bevat minstens de volgende elementen : 1° de gegevens van de aanvraag;2° een voorstel van beslissing van het controleorgaan. De afdeling DLO deelt haar beslissing over de gelijktijdige productie binnen dertig dagen nadat ze het advies ontvangen heeft, schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie naar zijn controleorgaan. HOOFDSTUK 1 5. - Het gebruik van niet-biologisch gehouden pluimvee
Art. 20.Met toepassing van artikel 42, a, van Verordening 889/2008 is het gebruik van niet-biologisch gehouden kippen die niet ouder zijn dan drie dagen, in een biologische productie-eenheid toegelaten op voorwaarde dat de marktdeelnemer dat aan zijn controleorgaan meldt voor het niet-biologisch gehouden pluimvee in de biologische productie wordt ingezet. HOOFDSTUK 1 6. - Noodsituaties
Art. 21.De marktdeelnemer die in geval van een noodsituatie een toestemming wil verkrijgen als vermeld in artikel 47 van Verordening 889/2008, bezorgt zijn aanvraag daarvoor aan zijn controleorgaan. Die aanvraag bevat minstens de volgende elementen : 1° de naam en het adres van de marktdeelnemer 2° de noodsituatie en de bijbehorende uitzondering;3° voldoende bewijsstukken die de noodsituatie aantonen. Het controleorgaan onderzoekt de aanvraag en bezorgt zijn advies daarover uiterlijk veertien dagen na de ontvangst van de aanvraag aan de afdeling DLO. Dat advies bevat minstens de volgende elementen : 1° de gegevens van de aanvraag;2° een voorstel van beslissing van het controleorgaan. De afdeling DLO deelt haar beslissing over de gevraagde uitzondering bij een noodsituatie binnen zeven dagen nadat ze het advies ontvangen heeft, schriftelijk mee aan de marktdeelnemer en stuurt een kopie naar zijn controleorgaan. HOOFDSTUK 1 7. - Gebruik van schoonmaak- en ontsmettingsmiddelen bij plantaardige productie
Art. 22.Met toepassing van artikel 95, 6, van Verordening 889/2008 mogen in afwachting van de opname van specifieke stoffen, overeenkomstig artikel 16, 1, f, van Verordening 834/2007, bij plantaardige productie alleen schoonmaak- en ontsmettingsmiddelen worden gebruikt die toegelaten zijn in de niet-biologische plantaardige productie.
TITEL 3. - Productievoorschriften voor konijnen, struisvogels, hertachtigen, slakken en poeljen en hun producten HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Art. 23.Met toepassing van artikel 42, tweede lid, van Verordening 834/2007 en in afwachting van de vaststelling van productievoorschriften in Verordening 889/2008, worden er in deze titel productievoorschriften bepaald voor de volgende diersoorten : 1° konijnen en hun producten;2° struisvogels en hun producten;3° hertachtigen en hun producten;4° slakken en hun producten;5° poeljen en hun producten.
Art. 24.Tenzij het anders bepaald is in deze titel, zijn de productievoorschriften, vermeld in Verordening 834/2007, het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/12/2008 pub. 20/02/2009 numac 2009035162 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de biologische productie en de etikettering van biologische producten sluiten en hun uitvoeringsbepalingen ook van toepassing op de diersoorten en hun producten, vermeld in artikel 23. HOOFDSTUK 2. - Omschakelingsperiode
Art. 25.De omschakelingsperiode bedraagt vier maanden voor konijnen, acht maanden voor struisvogels en twaalf maanden voor hertachtigen.
Art. 26.De omschakelingsperiode van de buitenparken van slakken kan beperkt worden tot twaalf maanden als de grond gedurende het voorbije jaar niet behandeld is met producten die niet voor gebruik in de biologische productie zijn toegestaan. HOOFDSTUK 3. - Gebruik van niet-biologisch gehouden dieren
Art. 27.De maximale leeftijd voor het binnenbrengen van niet-biologische dieren op een biologische productie-eenheid bedraagt drie dagen voor struisvogels, dertig dagen voor konijnen en drie maanden voor hertachtigen.
Art. 28.Bij struisvogels en hertachtigen bedraagt het maximale percentage niet-biologische nullipare vrouwelijke dieren dat per jaar op een bedrijf mag worden binnengebracht, 10 % van de volwassen diersoort in kwestie. Bij konijnen mag dat percentage niet hoger zijn dan 40 % van de volwassen dieren.
De marktdeelnemer houdt daarvan de nodige bewijsstukken bij.
Art. 29.§ 1. Om de slakken onder biologische aanduiding te kunnen verkopen, moeten de dieren na hun geboorte volgens de biologische productiemethode worden gehouden. § 2. Er mogen alleen slakken gebruikt worden die tot een van de volgende rassen behoren : 1° Helix Aspersa aspersa;2° Helix Aspersa maxima;3° Helix pomatia. § 3. Niet-biologisch gehouden slakken mogen alleen gebruikt worden als fokdieren en op voorwaarde dat er geen biologische dieren verkrijgbaar zijn.
De marktdeelnemer houdt hiervoor de nodige bewijsstukken bij. HOOFDSTUK 4. - Huisvesting en dierhouderijpraktijken
Art. 30.§ 1. Vanaf de leeftijd van acht dagen, en met uitzondering van de winterslaapperiode voor de fokdieren, moeten de slakken gehouden worden in een begroeide oppervlakte.
De slakken moeten gehouden en voortgeplant worden met respect voor hun natuurlijke biologische cyclus. Op het einde van elke vetmestingscyclus moeten de buitenparken leeg blijven gedurende minstens vier weken. § 2. Voor het slachten moeten de slakken uit de buitenparken genomen worden, en gedurende minstens vijf dagen uitgevast worden. Het broeien moet uitgevoerd worden met kokend water, zonder gebruik van zout of azijn.
Art. 31.De minimale oppervlakten voor de binnen- en buitenruimte zijn bepaald in de tabel, opgenomen in bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd.
Art. 32.Met toepassing van artikel 14 van Verordening 834/2007 mag de gedeeltelijke overdekking van de bewegingsruimte voor konijnen in openlucht 90 % van de oppervlakte bedragen op voorwaarde dat het gebouw een open front naar buiten heeft, waarvan het geopend gedeelte minstens 25 % van de omtrek van het gebouw omvat, en op voorwaarde dat alle konijnen een rechtstreekse en permanente toegang tot het open front hebben.
Het sluiten van het open front is alleen toegestaan in geval van ongunstige meteorologische omstandigheden.
De konijnen moeten op de grond gehouden worden en beschikken over een donkere nestplaats.
De voedsters kunnen apart gehuisvest worden op voorwaarde dat verschillende voedsters elkaar kunnen zien door de omheining. Als de voedsters in groepen gehouden worden, moet iedere voedster minstens over één donkere nestplaats kunnen beschikken.
Brussel, 27 mei 2011.
De Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, K. PEETERS
Bijlage 1. - Huisvestingsvoorschriften, vermeld in artikel 31
leeftijd
binnenruimte
buitenruimte
1° poeljen
3 dagen tot 6 weken
maximaal 20 dieren/m2
niet van toepassing
6 tot 12 weken
maximaal 13 dieren/m2
mimimaal 1 m2/dier
12 tot 18 weken
maximaal 10 dieren/m2
2° struisvogels
3 dagen tot 6 weken
minimaal 0,75 m2/dier
niet van toepassing
6 tot 12 weken
minimaal 1,5 m2/dier
minimaal 10 m2/dier
12 weken tot 12 maanden
minimaal 2,5 m2/dier
minimaal 125 m2/dier
ouder dan 12 maanden
minimaal 4 m2/dier
minimaal 200 m2/dier
3° hertachtigen
tot 12 maanden
minimaal 2 m2/dier
minimaal 4 m2/dier
ouder dan 12 maanden
minimaal 5 m2/dier
minimaal 10 m2/dier
4° slakken
ouder dan 7 dagen
niet van toepassing
maximaal 330 dieren/m2 en maximaal 4 kg levend gewicht /m2
5° vleeskonijnen
30 dagen en ouder
maximaal 5 dieren/m2
6° alle andere konijnen
niet van toepassing
minimaal 0,6 m2/ dier
Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 27 mei 2011 tot vaststelling van productievoorschriften betreffende de biologische productie. Brussel, 27 mei 2011.
De Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, K. PEETERS