Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 27 juli 2001
gepubliceerd op 29 november 2001

Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van beoefenaars van de tandheelkunde, houders van de bijzondere beroepstitel van tandarts-specialist in de parodontologie, alsook van stagemeesters en stagediensten in de parodontologie

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
2001022759
pub.
29/11/2001
prom.
27/07/2001
ELI
eli/besluit/2001/07/27/2001022759/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

27 JULI 2001. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van beoefenaars van de tandheelkunde, houders van de bijzondere beroepstitel van tandarts-specialist in de parodontologie, alsook van stagemeesters en stagediensten in de parodontologie


De Minister van Volksgezondheid, Gelet op het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, inzonderheid op artikelen 35sexies, ingevoegd bij de wet van 19 december 1990, en 44quinquies;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels voorbehouden aan de beoefenaars van de geneeskunde, met inbegrip van de tandheelkunde, inzonderheid op artikelen 3 en 4;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 november 1996 tot vaststelling van de erkenningsmodaliteiten van de beoefenaars van de tandheelkunde, houders van een bijzondere beroepstitel;

Gelet op het advies van de Raad van de Tandheelkunde, gegeven op 14 maart 2000;

Gelet op het advies 30.458/3 van de Raad van State, gegeven op 9 januari 2001, Besluit :

Artikel 1.§ 1. Onverkort de bepalingen van artikel 3, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 en onverkort de bepalingen van de Europese richtlijnen 78/686/EEG en 78/687/EEG strekt het werkterrein van de beoefenaar van de tandheelkunde, houder van de bijzondere beroepstitel in de parodontologie zich uit tot preventie, diagnose, planning van behandeling en behandeling van alle parodontale aandoeningen (zowel plaque gerelateerde als niet-plaque gerelateerde, met uitzondering van de therapie van de cancereuze letsels) en dit, door middel van chirurgische/niet-chirurgische therapie, parodontologische weefselregeneratie, behandelen van kysten van parodontale oorsprong in de gingivoalveolaire streek, de behandeling van furcatieproblemen, het chirurgische extraheren, trans- en reïmplanteren van tanden evenals het plaatsen van orale implantaten en hun abutments in de mandibula en de processus alveolaris van de maxilla. De parodontologie omvat op geen enkele wijze de prothetische rehabilitatie. § 2. De bevoegdheid van de beoefenaar van de tandheelkunde, houder van de bijzondere beroepstitel van tandarts-specialist in de parodontologie omvat de in paragraaf 1 omschreven behandelingen, uitgevoerd op autonome wijze. In dringende gevallen, en indien dit tijdens de behandeling noodzakelijk is, mag de tandarts-specialist in de parodontologie zijn werkterrein overschrijden om het plaatsen van noodrestauraties, voorlopige immediaatprotheses, en voorlopige kronen of voorlopige bruggen te verrichten.

Art. 2.Om erkend te worden en erkend te blijven als tandarts-specialist in de parodontologie, moet de kandidaat : 1° beantwoorden aan de gemeenschappelijke criteria voor de erkenning van tandartsen-specialisten;2° een specifieke opleiding van minstens drie jaar gevolgd hebben waarin de kennis en de vaardigheden verworven tijdens de basisopleiding tot tandarts zijn uitgediept, en waarin bijkomende kennis en vaardigheden zijn verworven, op de volgende terreinen : a) functionele anatomie van hoofd en hals;b) biologie van het parodontium;c) microbiologie;d) klinische kenmerken en diagnostiek van parodontale aandoeningen;e) medische beeldvorming;f) farmacologie;g) pathogenese van plaque-gerelateerde parodontale aandoeningen;h) epidemiologie en behandelbehoeftes van de verschillende parodontale aandoeningen met bijzondere aandacht voor detectie en behandeling van risicopatiënten;i) manifestaties van systeemziekten in de mondholte;j) immunologie;k) de medisch gecompromitteerde patiënt;l) gedragswetenschappen;m) instrumentarium;n) initiële therapie van parodontale aandoeningen;o) antimicrobiële therapie van parodontale aandoeningen;p) parodontale chirurgie;q) behandeling van furcatieproblemen;r) traumatische occlusie;s) relatie met andere tandheelkundige disciplines en met aanverwante medische deelgebieden in het kader van multidisciplinaire behandelingen;t) onderhoudstherapie.

Art. 3.Om erkend te worden en erkend te blijven als stagemeester of als coördinerend stagemeester voor kandidaat-specialisten in de parodontologie, moet de kandidaat beantwoorden aan de gemeenschappelijke criteria voor de erkenning van tandartsen-specialisten als stagemeester of als coördinerend stagemeester voor kandidaat-specialisten.

Art. 4.Om erkend te worden en erkend te blijven als opleidingscentrum of als stageplaats met het oog op de begeleiding van kandidaat-specialisten in de parodontologie, moet het betrokken centrum of de betrokken plaats beantwoorden aan de gemeenschappelijke criteria voor de erkenning van de opleidingscentra en stageplaatsen met het oog op de begeleiding van kandidaat-specialisten.

Art. 5.§ 1. Tandartsen die op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit besluit de toelating hebben om in België de tandheelkunde uit te oefenen, kunnen bij de bevoegde erkenningscommissie een aanvraag voor het verwerven van de bijzondere beroepstitel van tandarts-specialist in de parodontologie. Deze aanvraag bevat hun curriculum vitae met duidelijke vermelding van de opleiding, hun activiteitenprofiel, elk ander element inzake bekendheid en de bewijzen dat regelmatig bijscholing werd gevolgd. § 2. Komen in aanmerking voor erkenning : 1° de tandheelkundigen-houders van een universitaire titel van specialist in de parodontologie, uitgereikt door een Belgische universiteit, of door een buitenlandse universiteit, en in België door de bevoegde overheden erkend;2° de tandheelkundigen die het specialisme sedert minstens zes jaar exclusief uitoefenen;3° de tandheelkundigen die het specialisme sedert minder dan zes jaar exclusief uitoefenen en het bewijs leveren dat de uitoefening exclusief is geworden vóór het einde van de overgangsperiode die eindigt drie jaar na de inwerkingtreding dit besluit, en die volgens de Erkenningscommissie een bekwaamheid hebben verworven die gelijkgesteld kan worden met de nodige opleidingscriteria voor het bekomen van de bijzondere beroepstitel. § 3. De tandheelkundigen die op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit besluit reeds een universitaire opleiding in België hebben aangevat, zullen bij de Erkenningscommissie een aanvraag kunnen indienen om hun reeds doorlopen stage geldig te laten verklaren en de overblijvende opleiding af te werken.

Art. 6.De tandarts moet, om erkend te worden als stagemeester of als coördinerend stagemeester, gedurende de eerste zes jaar volgend op de inwerkingtreding van dit besluit, een praktijkbeoefening gedurende zes jaar in dat specialisme kunnen aantonen.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2002.

Brussel, 27 juli 2001.

Mevr. M. AELVOET

^