27 JULI 1990. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 14 september 1989 tot instelling van een vormingspremie ten gunste van sommige personeelsleden van het Ministerie van Financiën

De Minister van Begroting, De Minister van Financiën, De Minister van Pensioenen, Gelet op het koninklijk besluit van 26 maart 1965 houdende de algemene regeling van de vergoedingen en toelagen van alle aard toegekend aan het personeel der ministeries, inzonderheid op artikel 7;

Gelet op het ministerieel besluit van 14 september 1989 tot instelling van een vormingspremie ten gunste van sommige personeelsleden van het Ministerie van Financiën;

Gelet op het protocol van het Sectorcomité II - Financiën van 22 juni 1990;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 7 juni 1990;

Gelet op het akkoord van de Minister van Openbaar Ambt, gegeven op 7 juni 1990;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989 en 4 juli 1989;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de groei van het aantal wetgevende en reglementaire teksten over aangelegenheden die tot de bevoegdheden behoren van de Administraties van het Ministerie van Financiën, het noodzakelijk maakt om, in het belang van de Staat, de ambtenaren versneld op de hoogte te brengen van de nieuwe uitgevaardigde beginselen; dat het dan ook nodig is dringend een specifieke vorming op te zetten en, bijgevolg, zonder verder uitstel de reglementaire bepalingen vast te leggen in verband met de aan deze opleiding verbonden premie ten gunste van de ambtenaren die deze opleiding zullen gevolgd hebben, Besluiten :

Artikel 1.Artikel 1 van het ministerieel besluit van 14 september 1989 tot instelling van een vormingspremie ten gunste van sommige personeelsleden van het Ministerie van Financiën, wordt door de volgende bepaling vervangen : «

Artikel 1.§ 1. Er wordt tot 31 december 1992 aan de personeelsleden van het Ministerie van Financiën, benoemd in vast verband, die een specifieke vorming zullen gevolgd hebben met het oog op het verwerven van een nuttige technische kennis voor de toepassing van de wetten en reglementen die aangelegenheden, behorend tot hun bevoegdheid, betreffen een vormingspremie toegekend, hierna « premie » genoemd. § 2. Dit besluit is niet van toepassing op de leden van het Korps der Inspectie van Financiën en de titularissen van de graden van adjunct-adviseur van financiën, adviseur van financiën en inspecteur-generaal voortspruitend uit de vlakke loopbaan van de adviseurs van financiën. ».

Art. 2.Voor de toepassing van artikel 4, 2e lid van het voormeld ministerieel besluit van 14 september 1989 op de personeelsleden waarop het genoemde besluit door het huidig besluit is toepasbaar gemaakt, wordt de datum van de inschrijving voor de eerste cyclus waaraan de personeelsleden zullen kunnen deelnemen, geacht te vallen op 1 januari 1990.

Art. 3.De Secretaris-generaal is belast met de uitvoering van dit besluit.

Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1990.

Brussel, 27 juli 1990.

De Minister van Begroting, H. SCHILTZ De Minister van Financiën, Ph. MAYSTADT De Minister van Pensioenen, G. MOTTARD