gepubliceerd op 20 november 2017
Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 19 mei 2016 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016 houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen
VLAAMSE OVERHEID
Landbouw en Visserij
25 OKTOBER 2017. - Ministerieel besluit tot wijziging van het
ministerieel besluit van 19 mei 2016Relevante gevonden documenten
type
ministerieel besluit
prom.
19/05/2016
pub.
10/06/2016
numac
2016035929
bron
vlaamse overheid
Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016 houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen
sluiten tot uitvoering van het
besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016Relevante gevonden documenten
type
besluit van de vlaamse regering
prom.
05/02/2016
pub.
29/03/2016
numac
2016035330
bron
vlaamse overheid
Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen
sluiten houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen
DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW, Gelet op verordening (EU) nr. 508/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 inzake het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 2328/2003, (EG) nr. 861/2006, (EG) nr. 1198/2006 en (EG) nr. 791/2007 van de Raad en Verordening (EU) nr. 1255/2011 van het Europees Parlement en de Raad;
Gelet op het decreet van 13 mei 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 13/05/1997 pub. 17/06/1997 numac 1997035663 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende oprichting van een Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquicultuursector sluiten houdende oprichting van een Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector, artikel 4, vervangen bij het decreet van 21 oktober 2005 en gewijzigd bij de decreten van 19 december 2008, 9 juli 2010 en 28 juni 2013;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/02/2016 pub. 29/03/2016 numac 2016035330 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen sluiten houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector (FIVA) en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen, artikel 2, tweede lid en artikel 14, tweede lid;
Gelet op het ministerieel besluit van 19 mei 2016Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 19/05/2016 pub. 10/06/2016 numac 2016035929 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016 houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen sluiten tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/02/2016 pub. 29/03/2016 numac 2016035330 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen sluiten houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 24 juli 2017;
Gelet op advies 62.110/3 van de Raad van State, gegeven op 6 oktober 2017 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit :
Artikel 1.Artikel 9 van het ministerieel besluit van 19 mei 2016Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 19/05/2016 pub. 10/06/2016 numac 2016035929 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016 houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen sluiten tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/02/2016 pub. 29/03/2016 numac 2016035330 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen sluiten houdende vaststelling van de werking en het beheer van het FIVA en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen wordt vervangen door wat volgt : "
Art. 9.Om in aanmerking te komen voor steun voor visverwerking als vermeld in artikel 13 van het besluit, verwerkt de aanvrager minimaal de volgende percentages verse vis- of aquacultuurproducten die van oorsprong uit de Europese Unie komen : 1° micro- en kleine onderneming : 50% van de totale jaarlijks verwerkte hoeveelheden;2° middelgrote onderneming : 60% van de totale jaarlijks verwerkte hoeveelheden. Het percentage, vermeld in het eerste lid, is het procentuele aandeel verse vis- en aquacultuurproducten van EU-oorsprong, in de totale hoeveelheid vis- en aquacultuurproducten uitgedrukt in kilogram, die verwerkt is in het laatste kalenderjaar of, als de aanvrager daarvoor opteert, in de laatste drie kalenderjaren voor het jaar waarin de subsidieaanvraag wordt ingediend.".
Art. 2.In hetzelfde besluit worden een artikel 9/1 en 9/2 ingevoegd, die luiden als volgt : "
Art. 9/1.§ 1. Voor de primaire bewerking van verse vis - en aquacultuurproducten zijn de investeringen voor de verwerking van visserij- en aquacultuurproducten subsidiabel als ze gedaan worden in machines en installaties die noodzakelijk zijn voor de volgende bewerkingen : 1° fileren;2° portioneren;3° vellen;4° wassen;5° koelen;6° verpakken;7° onthoofden;8° gutten. Voor de secundaire bewerking van verse vis - en aquacultuurproducten zijn de investeringen voor de verwerking van visserij- en aquacultuurproducten subsidiabel als ze gedaan worden in machines en installaties die noodzakelijk zijn voor de volgende bewerkingen : 1° roken;2° malen;3° koken;4° invriezen;5° inblikken;6° ontgraten;7° paneren;8° pekelen;9° modified atmosphere packaging (MAP) verpakken;10° productie van kaviaar en kaviaarsurrogaten. Investeringen in grond en gebouwen worden uitgesloten. § 2. De investeringen, vermeld in paragraaf 1, komen alleen in aanmerking voor subsidiëring als ze worden uitgevoerd in visverwerkende bedrijven die aan al de volgende voorwaarden voldoen : 1° geregistreerd zijn bij de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) van de federale overheidsdienst Economie onder NACE-code 10.200; 2° conform hoofdstuk II en bijlage II van het koninklijk besluit van 16 januari 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/01/2006 pub. 02/03/2006 numac 2005023114 bron federaal agentschap voor de veiligheid van de voedselketen Koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere regels van de erkenningen, toelatingen en voorafgaande registraties afgeleverd door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen sluiten tot vaststelling van de nadere regels van de erkenningen, toelatingen en voorafgaande registraties afgeleverd door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen erkend zijn als visverwerkend bedrijf bij het Federaal Agentschap voor Voedselveiligheid in een van de volgende categorieën : a) categorie 3.4 inrichtingen die visserijproducten bewerken; b) categorie 3.5 inrichtingen die visserijproducten verwerken; 3° de bewerking of verwerking van vis- en aquacultuurproducten als statutair doel hebben;4° als hoofdactiviteit vis- en aquacultuurproducten bewerken of verwerken tot producten als vermeld in bijlage 1 bij de GMO-verordening, en daarvoor machines en installaties, vermeld in paragraaf 1, gebruiken. § 3. De investeringen, vermeld in paragraaf 1, resulteren in een door de aanvrager te bepalen verhoging van het procentueel aandeel aan verse vis- en aquacultuurproducten die van oorsprong uit de Europese Unie komen, in de totale hoeveelheid vis- en aquacultuurproducten, uitgedrukt in kilogram, die de aanvrager verwerkt.
Uiterlijk vijf jaar na de volledige betaling van de steun toont de begunstigde de verhoging van dat procentuele aandeel, vermeld in het eerste lid, aan, met documenten die de verificatie van die voorwaarde toelaten.
De verhoging van het procentuele aandeel verse vis - en aquacultuurproducten van EU-oorsprong, vermeld in het eerste lid, is het absolute verschil tussen het procentuele aandeel verse vis- en aquacultuurproducten van EU-oorsprong, in de totale hoeveelheid vis- en aquacultuurproducten die verwerkt zal worden in de drie jaar na het jaar waarin de volledige subsidie wordt aangevraagd, ten opzichte van het percentage, bepaald conform artikel 9, tweede lid.
Als de begunstigde niet aan de voorwaarde, vermeld in het eerste lid, voldoet, wordt de steun teruggevorderd ten belope van de verhouding tussen enerzijds het verschil van de vooropgestelde verhoging met de werkelijke verhoging en anderzijds de vooropgestelde verhoging. Als die verhouding twee derde of meer is, wordt de volledige steun teruggevorderd. § 4. De aanvrager toont op verzoek van de managementautoriteit, aan dat de investeringen waarvoor steun wordt aangevraagd, en het visverwerkende bedrijf voldoen aan de voorwaarden, vermeld in dit artikel.
Art. 9/2.Om in aanmerking te komen voor steun voor visverwerking, legt de aanvrager een bedrijfsplan voor waaruit blijkt dat hij voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 9 en 9/1.".
Art. 3.Aan artikel 11 van hetzelfde besluit wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt : "Voor investeringen in rederijen, in aquacultuurbedrijven en in visverwerking voegt de aanvrager bij zijn aanvraagformulier een elektronische rekentabel met een overzicht van de geplande of de al uitgevoerde investeringen en uitgaven op basis van offertes en facturen.".
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 november 2017.
Brussel, 25 oktober 2017.
De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE