gepubliceerd op 30 juni 2021
Ministerieel besluit houdende beslissing inzake de verlenging van de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering "COVID-19" in uitvoering van artikel 66, § 2, van de wet van 20 december 2020 houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van COVID-19
25 JUNI 2021. - Ministerieel besluit houdende beslissing inzake de verlenging van de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering "COVID-19" in uitvoering van artikel 66, § 2, van de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van COVID-19
RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving Advies 69.521/1 van 11 juni 2021 over een ontwerp van besluit van de Minister van Justitie `houdende beslissing inzake de verlenging van de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering 'COVID-19' in uitvoering van artikel 66, § 2, van de
wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
20/12/2020
pub.
24/12/2020
numac
2020016459
bron
federale overheidsdienst justitie
Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19
sluiten houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van COVID-19'Op 4 juni 2021 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Justitie verzocht binnen een termijn van vijf werkdagen een advies te verstrekken over een ontwerp van ministerieel besluit `houdende beslissing inzake de verlenging van de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering 'COVID-19' in uitvoering van artikel 66, § 2, van de
wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
20/12/2020
pub.
24/12/2020
numac
2020016459
bron
federale overheidsdienst justitie
Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19
sluiten houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van COVID-19'.
Het ontwerp is door de eerste kamer onderzocht op 10 juni 2021. De kamer was samengesteld uit Marnix VAN DAMME, kamervoorzitter, Chantal BAMPS en Wouter PAS, staatsraden, Michel TISON en Johan PUT, assessoren, en Greet VERBERCKMOES, griffier.
Het verslag is uitgebracht door Frédéric VANNESTE, eerste auditeur.
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Chantal BAMPS, staatsraad.
Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 11 juni 2021. 1. Volgens artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, moeten in de adviesaanvraag de redenen worden opgegeven tot staving van het spoedeisende karakter ervan. In het onderhavige geval wordt het verzoek om spoedbehandeling in de adviesaanvraag gemotiveerd "door het feit dat de ministeriële goedkeuring voor de verdere toekenning en verlenging van de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering `COVID-19' zoals geregeld in de artikelen 63 tot 68 van de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19, goedkeuring die het voorwerp uitmaakt van dit ontwerpbesluit, uiterlijk moet tussenkomen voor de vroegste einddatum van de lopende strafonderbrekingen, daar - zonder tijdige zekerheid over de ministeriële goedkeuring tot verdere toekenning en verlenging - enerzijds de lopende strafonderbrekingen anders slechts voor korte duur zouden kunnen verlengd worden (met juridische onzekerheid in hoofde van de veroordeelde en een grote procedurele last tot gevolg als nadien toch opnieuw verlengd kan worden) en anderzijds dit mogelijk zou leiden tot het terug opsluiten van de betrokken veroordeelden na afloop van hun individuele strafonderbreking, wat de finaliteit van de maatregel zou ondermijnen.
Deze adviesvraag wordt u voorgelegd onder voorbehoud van de ondertekening van het ontwerp koninklijk besluit ter uitvoering van artikel 81 van voormelde wet, dat u eveneens op dezelfde termijn voor advies werd voorgelegd, en waarbij de geldigheidsduur van de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering `COVID-19' verlengd wordt tot 15 oktober 2021 en waarmee dit ontwerp van ministerieel besluit samen gelezen dient te worden." 2. Overeenkomstig artikel 84, § 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, heeft de afdeling Wetgeving zich moeten beperken tot het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van de handeling, van de rechtsgrond, alsmede van de vraag of aan de te vervullen vormvereisten is voldaan. STREKKING EN RECHTSGROND VAN HET ONTWERP 3. Artikel 1 van het ontwerp bepaalt dat "de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering `COVID-19' bedoeld in artikel 63 en volgende van de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van COVID-19 (...) door de directeur [kan] toegekend of verlengd worden in de periode van 16 juli 2021 tot 15 oktober 2021".
Het besluit treedt in werking op 16 juli 2021 (artikel 2). 4. Volgens de aanhef wordt voor de ontworpen regeling rechtsgrond gezocht in artikel 66, § 2, van de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten `houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19' dat luidt: " § 2.Indien de minister oordeelt dat dit noodzakelijk blijft om het doel vermeld in artikel 63, tweede lid, te bereiken, kan de directeur, mits akkoord van de veroordeelde, de beslissing tot toekenning van de onderbreking van de strafuitvoering verlengen voor een periode van maximaal twee maanden, na onderzoek van de criteria vermeld in artikel 64, eerste lid, 2° en 3°. In het dossier van de veroordeelde wordt schriftelijk melding gemaakt van de datum en de wijze waarop de veroordeelde zijn akkoord gaf met de verlenging.
In geval van verlenging wordt de veroordeelde daarvan door de directeur in kennis gesteld. Artikel 65 is op overeenkomstige wijze van toepassing op de beslissing tot verlenging." Artikel 66, § 2, van de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten bevat een specifieke machtiging aan de minister om te beslissen dat de directeur de beslissing tot toekenning van de onderbreking van de strafuitvoering kan verlengen en niet om de onderbreking voor het eerst toe te kennen.(1) Hierover ondervraagd, antwoordde de gemachtigde: "Een dergelijke specifieke rechtsgrond is er inderdaad niet; de mogelijkheid om de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering (voor het eerst) toe te kennen ligt reeds integraal besloten in de (bij KB verlengde) wet en dient dus niet verder uitgevoerd te worden bij ministerieel besluit." Het lijkt inderdaad niet nodig om te verduidelijken dat de directeur de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering kan toekennen in die periode, nu dit automatisch voortvloeit uit de verlenging van de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten door het, gelijktijdig aan de afdeling Wetgeving voor advies voorgelegde, ontwerp van koninklijk besluit `tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij wetten van 20 december 2020 houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19, van 30 april 2020 houdende diverse bepalingen inzake justitie en het notariaat in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 en van 20 mei 2020 houdende diverse bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19', waarover deze heden advies 69.523/1/2 uitbrengt.
Het te nemen ministerieel besluit dient zich bijgevolg te beperken tot het verlengen van de beslissing tot toekenning van de onderbreking van de strafuitvoering, aangezien de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten daarvoor wel vereist dat de minister moet oordelen dat een dergelijke verlenging noodzakelijk blijkt.
De gemachtigde is het eens met deze analyse waarbij hij voorstelt dat de woorden "toegekend of" uit de tekst van artikel 1 van het ontwerp worden geschrapt.
Hiermee kan worden ingestemd.
ONDERZOEK VAN DE TEKST Aanhef 5. De verantwoording inzake de spoedeisendheid van de adviesaanvraag moet tevens in de aanhef van het ontworpen besluit worden overgenomen, overeenkomstig artikel 84, § 1, tweede lid, van de wetten op de Raad van State. De griffier, De Voorzitter, Greet VERBERCKMOES Marnix VAN DAMME _______ Nota (1) Er ontbreekt een specifieke rechtsgrond voor de minister om te bepalen dat in die periode deze maatregel voor het eerst kan worden toegekend (rekening houdend met het feit dat voor ministeriële besluiten geen beroep kan worden gedaan op de algemene uitvoeringsbevoegdheid). 25 JUNI 2021. - Ministerieel besluit houdende beslissing inzake de verlenging van de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering "COVID-19" in uitvoering van artikel 66, § 2, van de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van COVID-19 De Minister van Justitie, Gelet op de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van COVID-19, artikel 66, § 2;
Gelet op de spoedeisendheid gemotiveerd door het feit dat de ministeriële goedkeuring voor de verlenging van de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering `COVID 19' zoals geregeld in de artikelen 63 tot 68 van de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID 19, uiterlijk moet tussenkomen voor de vroegste einddatum van de lopende strafonderbrekingen, aangezien zonder tijdige zekerheid over de ministeriële goedkeuring tot verlenging, enerzijds de lopende strafonderbrekingen slechts voor korte duur zouden kunnen verlengd worden (met juridische onzekerheid in hoofde van de veroordeelde en een grote procedurele last tot gevolg als nadien toch zou blijken dat opnieuw verlengd kan worden) en anderzijds dit mogelijk zou leiden tot het terug opsluiten van de betrokken veroordeelden na afloop van hun individuele strafonderbreking, wat de finaliteit van de maatregel zou ondermijnen;
Gelet op advies nr. 69.521/1 van de Raad van State, gegeven op 11 juni 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende het koninklijk besluit van 24 juni 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/06/2021 pub. 30/06/2021 numac 2021042261 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij wetten van 20 december 2020 houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19, van 30 april 2020 houdende diverse bepalingen inzake justitie en het notariaat in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 en van 20 mei 2020 houdende diverse bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten tot verlenging van sommige maatregelen genomen bij wetten van 20 december 2020 houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19, van 30 april 2020 houdende diverse bepalingen inzake justitie en het notariaat in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 en van 20 mei 2020 houdende diverse bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19, waarbij de mogelijkheid om een onderbreking van de strafuitvoering "COVID-19" toe te kennen verlengd werd tot 15 oktober 2021;
Overwegende de ministeriële besluiten van 29 januari 2021 en van 29 maart 2021 houdende beslissing inzake de verlenging van de maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering "COVID-19" in uitvoering van artikel 66, § 2, van de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van COVID-19;
Overwegende dat het einde van de COVID-19-pandemie nog niet helemaal in zicht is en dat de vaccinatiecampagne in de gevangenissen weliswaar is opgestart, maar nog niet zal afgerond zijn tegen 15 juli 2021, zodat het voor het beheer van de sanitaire crisis in de gevangenissen noodzakelijk blijft om de concentratie van de gevangenisbevolking niet te doen toenemen;
Een nieuwe verlenging van de maatregel moet dus mogelijk gemaakt worden;
Besluit :
Artikel 1.De maatregel van de onderbreking van de strafuitvoering "COVID-19" bedoeld in artikel 63 en volgende van de wet van 20 december 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/2020 pub. 24/12/2020 numac 2020016459 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten houdende diverse tijdelijke en structurele bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van COVID-19, kan door de directeur verlengd worden voor de periode van 16 juli 2021 tot 15 september 2021.
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 16 juli 2021.
Brussel, 25 juni 2021.
De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE