gepubliceerd op 02 mei 2024
Ministerieel besluit houdende de bekrachtiging van de programma's van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en van het examen inzake beroepsbekwaamheid
23 APRIL 2024. - Ministerieel besluit houdende de bekrachtiging van de programma's van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en van het examen inzake beroepsbekwaamheid
De Minister van Justitie, Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, artikel 259bis-9, § 3, ingevoegd bij de
wet van 22 december 1998Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
22/12/1998
pub.
02/02/1999
numac
1999009006
bron
ministerie van justitie
Wet tot wijziging van sommige bepalingen van deel II van het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de Hoge Raad voor de Justitie, de benoeming en aanwijzing van magistraten en tot invoering van een evaluatiesysteem
sluiten en gewijzigd bij de wet van 31 januari 2007;
Gelet op het ministerieel besluit van 13 juli 2023Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 13/07/2023 pub. 16/08/2023 numac 2023043904 bron federale overheidsdienst justitie Ministerieel besluit houdende de bekrachtiging van de programma's van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en van het examen inzake beroepsbekwaamheid sluiten houdende de bekrachtiging van de programma's en van het examen inzake beroepsbekwaamheid van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage;
Gelet op het besluit van de algemene vergadering van de Hoge Raad voor de Justitie van 27 maart 2024 waarbij de programma's voor het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en het examen inzake beroepsbekwaamheid worden goedgekeurd, Besluit :
Artikel 1.De programma's van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en van het examen inzake beroepsbekwaamheid bedoeld in artikel 259bis-9, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek, voorbereid door de verenigde benoemings- en aanwijzingscommissie samengekomen op 21 februari 2024 en goedgekeurd door de algemene vergadering van de Hoge Raad voor de Justitie op 27 maart 2024, gevoegd als bijlage bij dit besluit, worden bekrachtigd.
Art. 2.Het ministerieel besluit van 13 juli 2023Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 13/07/2023 pub. 16/08/2023 numac 2023043904 bron federale overheidsdienst justitie Ministerieel besluit houdende de bekrachtiging van de programma's van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en van het examen inzake beroepsbekwaamheid sluiten houdende de bekrachtiging van de programma's en van het examen inzake beroepsbekwaamheid van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage wordt opgeheven.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 23 april 2024.
P. VAN TIGCHELT
Bijlage I bij het ministerieel besluit van 23 april 2024 houdende de bekrachtiging van de programma's van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en van het examen inzake beroepsbekwaamheid Programma's van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en van het examen inzake beroepsbekwaamheid Afdeling 1. - Vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage
Het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage bestaat uit twee delen: 1° een schriftelijk deel dat de volgende proeven omvat: a) De oplossing van een casus, aan de hand van een feitenrelaas, in de door de kandidaat gekozen materie. Deze proef heeft tot doel te peilen naar de volgende vermogens: 1) de juridische kennis;2) het analyse-, het denk- en het redactievermogen;3) het vermogen om de gekozen oplossing te verantwoorden. Er wordt aan de kandidaat gevraagd om de gekozen juridische oplossing te formuleren met in achtneming van de maatschappelijke en menselijke context die de casus kenmerkt.
De kandidaten hebben de keuze uit twee materies : - verbintenissenrecht, bijzondere overeenkomsten en goederenrecht, met inbegrip van gerechtelijk recht; - strafrecht, met inbegrip van strafprocesrecht.
Elke benoemings- en aanwijzingscommissie kan beslissen om deze keuze uit te breiden met sociaal recht, met inbegrip van gerechtelijk recht.
De door elke commissie gekozen materies worden vermeld in de oproep tot kandidaten die in het Belgisch Staatsblad wordt gepubliceerd.
De inhoud van de verschillende materies wordt toegelicht in bijlage II van dit besluit.
De kandidaten vermelden hun keuze in hun aanvraag tot deelname aan het examen.
Zij mogen hun wetboeken gebruiken tijdens de proef.
De kandidaten beschikken over vijf uren. b) Psychologische tests: In het kader van het schriftelijke gedeelte, kunnen de kandidaten worden onderworpen aan psychologische tests.Deze tests, die zullen worden toevertrouwd aan externe experten, kunnen bestaan uit: - een cognitief-analytische test voor alle deelnemers aan de schriftelijke proef of enkel voor de kandidaten die geslaagd zijn in de schriftelijke proef; en/of - een persoonlijkheidsvragenlijst voor de kandidaten die geslaagd zijn voor de schriftelijke proef.
De tests zijn bedoeld om de 9 basisvaardigheden te beoordelen die van een magistraat worden verwacht, namelijk: - besluitvaardigheid; - integriteit; - aanpassingsvermogen; - vermogen tot plannen en organiseren/vermogen om prioriteiten te stellen; - empathie/sociabiliteit; - stressbestendigheid; - samenwerken (collegialiteit); - dominantie (omgaan met macht); - zelfreflectie.
De resultaten van de tests zullen worden gevalideerd in het kader van een bespreking met de kandidaat. Zij worden verwerkt in een rapport dat dienst doet als bron van bijkomende informatie voor de mondelinge proef. 2° een mondeling deel dat omvat: a) Een bespreking van het schriftelijke deel.b) Een gedachtewisseling over: - andere juridische vragen; - de rechterlijke organisatie en de werking ervan; - het statuut en de deontologie van de magistraat; - de motivatie en de competenties van de kandidaat; - de resultaten van de uitgevoerde psychologische tests.
De kandidaten mogen hun wetboeken gebruiken tijdens de proef.
De kandidaten die ten minste 60% van de punten hebben behaald op de schriftelijke proef worden toegelaten tot de mondelinge proef. Deze kandidaten moeten bovendien de psychologische tests hebben afgelegd wanneer deze georganiseerd worden.
Worden gerangschikt, de kandidaten die voor het mondelinge deel ten minste 60 % van de punten hebben behaald. Afdeling 2. - Examen inzake beroepsbekwaamheid
Het examen inzake beroepsbekwaamheid bestaat uit twee delen: 1° een schriftelijk deel dat de volgende proeven omvat: a) De oplossing van een casus, aan de hand van een stukkenbundel, in de door de kandidaat gekozen materie. Deze proef heeft tot doel te peilen naar de volgende vermogens: 1) de juridische kennis;2) het analyse-, het denk- en het redactievermogen;3) het vermogen om de gekozen oplossing te verantwoorden. Er wordt aan de kandidaat gevraagd om de gekozen juridische oplossing te formuleren met in achtneming van de maatschappelijke en menselijke context die de casus kenmerkt.
Het examen wordt ten minste eenmaal per gerechtelijk jaar in de volgende materies georganiseerd: - verbintenissenrecht, bijzondere overeenkomsten en goederenrecht, met inbegrip van gerechtelijk recht; - strafrecht, met inbegrip van strafprocesrecht; - sociaal recht, met inbegrip van gerechtelijk recht.
Daarnaast kan elke benoemings- en aanwijzingscommissie beslissen om het examen uit te breiden met de volgende materies: - personen- en familierecht, relatievermogensrecht, met inbegrip van gerechtelijk recht; - ondernemingsrecht, met inbegrip van gerechtelijk recht; - fiscaal recht, met inbegrip van gerechtelijk recht.
De door elke commissie gekozen materies worden vermeld in de oproep tot kandidaten die in het Belgisch Staatsblad wordt gepubliceerd.
De inhoud van de verschillende materies wordt toegelicht in bijlage II van dit besluit.
De kandidaten vermelden hun keuze in hun aanvraag tot deelname aan het examen.
Zij mogen hun wetboeken gebruiken tijdens de proef.
De kandidaten beschikken over vijf uren. b) Psychologische tests: In het kader van het schriftelijke gedeelte, kunnen de kandidaten worden onderworpen aan psychologische tests.Deze tests, die zullen worden toevertrouwd aan externe experten, kunnen bestaan uit : - een cognitief-analytische test voor alle deelnemers aan de schriftelijke proef of enkel voor de kandidaten die geslaagd zijn in de schriftelijke proef; en/of - een persoonlijkheidsvragenlijst voor de kandidaten die geslaagd zijn voor de schriftelijke proef.
De tests zijn bedoeld om de 9 basisvaardigheden te beoordelen die van een magistraat worden verwacht, namelijk: - besluitvaardigheid; - integriteit; - aanpassingsvermogen; - vermogen tot plannen en organiseren/vermogen om prioriteiten te stellen; - empathie/sociabiliteit; - stressbestendigheid; - samenwerken (collegialiteit); - dominantie (omgaan met macht); - zelfreflectie.
De resultaten van de tests zullen worden gevalideerd in het kader van een bespreking met de kandidaat. Zij worden verwerkt in een rapport dat dienst doet als bron van bijkomende informatie voor de mondelinge proef. 2° een mondeling deel dat omvat: a) Een bespreking van het schriftelijke deel.b) Een gedachtewisseling over: - andere juridische vragen; - de rechterlijke organisatie en de werking ervan; - het statuut en de deontologie van de magistraat; - de motivatie en de competenties van de kandidaat; - de resultaten van de uitgevoerde psychologische tests.
De kandidaten mogen hun wetboeken gebruiken tijdens de proef.
De kandidaten die ten minste 60% van de punten hebben behaald op de schriftelijke proef worden toegelaten tot de mondelinge proef. Deze kandidaten moeten bovendien de psychologische tests hebben afgelegd wanneer deze georganiseerd worden.
De kandidaten die voor het mondelinge deel ten minste 60 % van de punten hebben behaald, behalen het getuigschrift van beroepsbekwaamheid.
Gezien om gevoed te worden bij het ministerieel besluit van 23 april 2024 houdende de bekrachtiging van de programma's van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en van het examen inzake beroepsbekwaamheid.
De Minister van Justitie, P. VAN TIGCHELT
Bijlage II bij het ministerieel besluit van 23 april 2024 houdende de bekrachtiging van de programma's van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en van het examen inzake beroepsbekwaamheid Inhoud van de materies bedoeld in bijlage I I. Het verbintenissenrecht, bijzondere overeenkomsten en goederenrecht bevat, naast het gerechtelijk recht, de volgende materies: - Verbintenissenrecht, buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, bijzondere overeenkomsten (koop, huur, lening, bewaargeving, lastgeving, aanneming, dading), zekerheidsrecht, verjaring ; - Goederenrecht; - Bewijsrecht.
II. Het personen- en familierecht en relatievermogensrecht bevat, naast het gerechtelijk recht, de volgende materies: - Burgerlijke staat, woonplaats, afwezigen, aanpassing van de registratie van het geslacht, huwelijk, echtscheiding, afstamming, adoptie, namen en voornamen, ouderlijk gezag en pleegzorg, minderjarigheid, voogdij, ontvoogding; - Erfenissen, schenkingen onder de levenden en testamenten, erfovereenkomsten, huwelijksvermogensstelsels, wettelijke samenwoning; - Bewijsrecht; - Basisbeginselen van het verbintenissenrecht.
III. Het strafrecht bevat, naast het strafprocesrecht, de volgende materies: - Algemeen strafrecht; - Bijzonder strafrecht met uitzondering van de bouw- en milieumisdrijven en het sociaal strafrecht.
IV. Het sociaal recht bevat, naast het gerechtelijk recht, de volgende materies: - Arbeidsrecht (met name arbeidsovereenkomsten, beschermde werknemers, gelijkheid mannen en vrouwen, discriminatie, collectieve overeenkomsten gesloten in de Nationale Arbeidsraad ...); - Rechtsregels voor de sociale zekerheid (materies bedoeld in artikel 2 van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het handvest van de sociaal verzekerde); - Met uitsluiting van de collectieve schuldenregeling en sociaal strafrecht; - Basisbeginselen van het verbintenissenrecht.
V. Het ondernemingsrecht bevat, naast het gerechtelijk recht, de volgende materies: - Wetboek Economisch Recht; - Wetboek van vennootschappen en verenigingen en het koninklijk uitvoeringsbesluit; - Bewijsrecht; - Basisbeginselen van het verbintenissenrecht.
VI. Het fiscaal recht bevat, naast het gerechtelijk recht, de volgende materies: - Personenbelasting; - Vennootschapsbelasting.
Gezien om gevoed te worden bij het ministerieel besluit van 23 april 2024 houdende de bekrachtiging van de programma's van het vergelijkend toelatingsexamen tot de gerechtelijke stage en van het examen inzake beroepsbekwaamheid.
De Minister van Justitie, P. VAN TIGCHELT