gepubliceerd op 10 oktober 2000
Ministerieel besluit waarbij de aard van de bij de verplichte inenting tegen poliomyelitis te gebruiken entstof wordt bepaald
18 SEPTEMBER 2000. - Ministerieel besluit waarbij de aard van de bij de verplichte inenting tegen poliomyelitis te gebruiken entstof wordt bepaald
De Minister van Volksgezondheid, Gelet op de gezondheidswet van 1 september 1945, inzonderheid op artikel 1, eerste lid, 1°;
Gelet op het koninklijk besluit van 26 oktober 1966 waarbij de inenting tegen poliomyelitis verplicht gesteld wordt, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op het ministerieel besluit van 27 oktober 1966 waarbij de aard van de bij de verplichte inenting tegen poliomyelitis te gebruiken entstof wordt bepaald;
Gelet op het advies van de Hoge Gezondheidsraad van 4 september 1997;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 8 augustus 2000;
Gelet op het advies van de Raad van State, Besluit :
Artikel 1.In normale epidemiologische omstandigheden wordt de verplichte inenting tegen poliomyelitis verricht met een inspuitbaar vaccin op basis van het versterkt geïnactiveerd poliovirus behorend tot de stammen I, II en III en gecontroleerd door het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid - Louis Pasteur.
Art. 2.In uitzonderlijke epidemiologische omstandigheden wordt de verplichte inenting tegen poliomyelitis bij voorkeur verricht met een vaccin op basis van het verzwakt levend poliovirus behorend tot de stammen I, II en III en gecontroleerd door het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid - Louis Pasteur. De ministers van de Gemeenschappen, tot wier bevoegdheid de volksgezondheid behoort, zullen, in overleg met de federale minister bevoegd voor de volksgezondheid, artikel 2 toepassen.
Art. 3.Het ministerieel besluit van 27 oktober 1966 waarbij de aard van de bij de verplichte inenting tegen poliomyelitis te gebruiken entstof wordt bepaald, wordt vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit opgeheven.
Brussel, 18 september 2000.
Mevr. M. AELVOET