Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 18 februari 2015
gepubliceerd op 05 maart 2015

Ministerieel besluit tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Nationale Raad voor dringende geneeskundige hulpverlening

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2015024068
pub.
05/03/2015
prom.
18/02/2015
ELI
eli/besluit/2015/02/18/2015024068/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

18 FEBRUARI 2015. - Ministerieel besluit tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Nationale Raad voor dringende geneeskundige hulpverlening


De Minister van Volksgezondheid, Gelet op de wet van 8 juli 1964Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1964 pub. 14/11/2006 numac 2006000610 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening Duitse vertaling sluiten betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening, artikel 1, derde lid, vervangen bij de wet van 22 februari 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 5 juli 1994 tot oprichting van een Nationale Raad voor dringende geneeskundige hulpverlening, artikel 9, Besluit : Enig artikel.Het bij dit besluit gevoegd huishoudelijk reglement opgesteld door de Nationale Raad voor dringende geneeskundige hulpverlening, wordt goedgekeurd.

Brussel, 18 februari 2015.

Mevr. M. DE BLOCK

Bijlage aan het ministerieel besluit van 18 februari 2015 tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Nationale Raad voor dringende geneeskundige hulpverlening Huishoudelijk reglement van de Nationale Raad voor dringende geneeskundige hulpverlening TITEL I. - Algemeenheden

Artikel 1.De Nationale Raad voor dringende geneeskundige hulpverlening, bedoeld in het koninklijk besluit van 5 juli 1994, hierna de Raad genoemd, heeft zijn zetel bij het directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu.

Voor de toepassing van artikel 7, § 1, van het koninklijk besluit van 5 juli 1994, kan de Raad slechts een advies uitbrengen wanneer ten minste de helft van de leden aanwezig is. Na een tweede oproeping met dezelfde agenda kan de Raad geldig advies verstrekken, ongeacht het aantal aanwezige leden.

Voor de toepassing van artikel 7, § 2, van het koninklijk besluit van 5 juli 1994, in het geval dat ofwel de lijsten van de kandidaten, niet voorgedragen worden of onvolledig zijn, ofwel de kandidaten de benoemingsvoorwaarden niet vervullen zoals voorzien, houdt de onvolledige Raad geldig zitting voor zover de helft van zijn leden geldig werd aangewezen.

TITEL II. - De Raad

Art. 2.De Raad wordt bijeengeroepen door zijn Voorzitter, ten minste 2 keer per jaar. Bovendien moet deze de Raad bijeenroepen op verzoek van het bureau of van de minister.

In dringende gevallen kunnen minimum 10 leden het bureau verzoeken om de Raad bijeen te roepen en om een of meerdere punten op de agenda te plaatsen.

Art. 3.De uitnodigingen en de documentatie worden aan de leden meegedeeld ten minste 10 dagen voor de vastgestelde datum van de vergadering, behalve bij dringende gevallen.

De documentatie wordt via elektronische weg bezorgd aan de leden van de Raad. De leden kunnen de Secretaris verzoeken om hun de documentatie per post te bezorgen.

Art. 4.De uitnodigingen vermelden de agenda van de zitting. Deze wordt opgesteld door de Voorzitter in samenspraak met het Bureau.

Art. 5.Elk voorstel om een punt op de agenda te plaatsen, moet naar het secretariaat worden gestuurd.

Art. 6.De leden ondertekenen de aanwezigheidslijst.

Art. 7.De Voorzitter leidt de debatten. Hij waakt erover dat de Raad enkel die punten bespreekt die op de agenda staan.

Bij de goedkeuring van de agenda in het begin van de zitting kan de Raad beslissen dat dringende punten die niet op de agenda geplaatst zijn, toch worden besproken.

De Raad mag op elk ogenblik de bespreking van een agendapunt verdagen.

In dat geval brengt hij het verdaagde punt vooraan op de agenda van de volgende vergadering.

Art. 8.De adviezen die door de Raad worden uitgebracht worden goedgekeurd bij eenvoudige meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen, is de stem van de voorzitter beslissend. De minderheidsstandpunten moeten verplicht worden medegedeeld als addendum bij het advies.

De adviezen die gevraagd worden door de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort worden bij voorrang behandeld.

Alle adviezen, aanbevelingen of rapporten hebben pas kracht van advies, aanbeveling of rapport van de Raad na hun bekrachtiging.

Art. 9.De stemming is niet geheim, tenzij de Voorzitter er anders over beslist, op verzoek van een of meerdere leden. Elk lid heeft slechts een stem.

Een lid mag volmacht geven aan een ander lid. Elk lid kan slechts twee schriftelijke volmachten krijgen; het is niet mogelijk delegatie te geven aan iemand die geen lid is van de Raad.

Art. 10.De Raad kan in zijn midden werkgroepen oprichten belast met een welomschreven opdracht en het advies inwinnen van deskundigen naar keuze.

Voor elke werkgroep of expertengroep moet een verslag worden opgesteld.

Naar aanleiding van de werkvergaderingen wordt aan de leden aangeduid door de Raad een zitpenning toegekend in functie van het beschikbare budget.

De gevraagde tussenkomsten van deskundigen moeten worden goedgekeurd volgens de regels van de administratieve en budgettaire controle, en moeten zich beperken tot de beschikbare financiële middelen.

Art. 11.De Secretaris van de Raad coördineert de werking van de Raad, van het Bureau en van de Werkgroepen. Hij/zij is belast met het administratief beheer en zorgt voor de uitvoering van de opdrachten eigen aan het secretariaat.

Hij/zij is verantwoordelijk voor het klassement en het bewaren van de archiefstukken, evenals voor alle andere voorwerpen die aan de Raad toebehoren. Hij/zij mag daarin bijgestaan worden door de aangestelde ambtenaren.

Art. 12.De notulen van de zittingen worden in het Frans en in het Nederlands naar alle leden gestuurd binnen de 21 dagen na de datum van de vergadering. Dit gebeurt per e-mail, of per post voor de leden die dit vragen. Opmerkingen dienen binnen de 15 dagen na verzending naar het secretariaat te worden gestuurd.

Indien er binnen de 15 dagen geen opmerkingen bij de Secretaris toekomen, worden de notulen geacht te zijn goedgekeurd.

Wanneer opmerkingen aan de secretaris worden toegezonden, worden de aangepaste notulen per e-mail of per post naar de leden gestuurd.

Indien de Secretaris binnen de 5 dagen geen enkele opmerking ontvangt, worden de notulen geacht goedgekeurd te zijn.

Art. 13.De zittingen zijn niet openbaar. Enkel de adviezen die bij meerderheid van stemmen zijn uitgebracht mogen worden bekendgemaakt.

Art. 14.De Raad bezorgt elk jaar een activiteitenverslag met alle punten die in discussie zijn en met de goedgekeurde adviezen aan de Minister van Volksgezondheid.

Art. 15.Elk lid kan per brief of mail zijn/haar ontslag indienen bij de Voorzitter van de Raad.

Wanneer de Raad vaststelt dat een lid ontslag heeft genomen, is overleden of driemaal ongewettigd afwezig is geweest of wanneer het lid niet meer aan de benoemingsvereisten voldoet, vervangt hij hem door zijn plaatsvervanger tot een nieuw lid is benoemd.

Op voordracht van het Bureau kan de Raad aan de Minister vragen om een einde te maken aan het mandaat van leden van de Raad die kennelijk blijk hebben gegeven van regelmatige afwezigheid op de vergaderingen of van een gebrek aan belangstelling voor de opdrachten die hen werden toevertrouwd.

Met het oog op de continuïteit der werkzaamheden blijven de leden wier mandaat verstreken is, hun mandaat verder uitoefenen tot in hun vervanging is voorzien.

Art. 16.Het Bureau kan experts die niet tot de Raad behoren, uitnodigen om de Raad te informeren tijdens de bespreking van een of meer agendapunten die tot hun deskundigheidsdomein behoren.

TITEL III. - Het bureau.

Art. 17.Het Bureau wordt voorgezeten en samengeroepen door de Voorzitter van de Raad.

Het Bureau van de Raad is samengesteld uit de Voorzitter, de twee Ondervoorzitters en de Secretaris. Het staat in voor de goede werking van de Raad.

Art. 18.De uitnodigingen moeten ten minste 10 dagen voor de vastgestelde datum van de vergadering aan de leden van het Bureau verzonden worden, behalve bij dringende gevallen.

Art. 19.De uitnodigingen vermelden de agenda. Deze wordt door de Voorzitter opgesteld. Het Bureau kan evenwel bij meerderheid van de aanwezige leden beslissen een punt dat een dringende bespreking vereist aan de agenda toe te voegen. De adviesvragen gesteld door de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort,moeten op de agenda voorkomen.

Art. 20.Het Bureau kan gelijk welke persoon uitnodigen die niet tot de Raad behoort voor de bespreking van een of meer punten die op de agenda voorkomen. Deze personen hebben enkel een raadgevende stem.

Art. 21.De artike1en 6, 7, en 11 van dit reglement zijn van toepassing op het Bureau.

TITEL IV. - Slotbepalingen.

Art. 22.Tenzij anders bepaald gebeurt de berekening van de termijnen in kalenderdagen.

Art. 23.Dit reglement werd goedgekeurd door de Nationale raad voor dringende geneeskundige hulpverlening in zijn zitting van 10 september 2007 en treedt onmiddellijk in voege.

Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 18 februari 2015 tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Nationale Raad voor dringende geneeskundige hulpverlening Brussel, 18 februari 2015.

Mevr. M. DE BLOCK

^