gepubliceerd op 25 december 2001
Ministerieel besluit tot aanpassing aan het gebruik van de euro van het ministerieel besluit van 17 december 1998 tot vastlegging van het model van het ontvangstbewijsboekje en van het dagboek te gebruiken door personen die een vrij beroep, een ambt of een post uitoefenen, die uitsluitend overeenkomstig artikel 44 van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde vrijgestelde handelingen verrichten en voor wie geen specifieke besluiten werden getroffen ter uitvoering van de artikelen 320 en 321 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992
18 DECEMBER 2001. - Ministerieel besluit tot aanpassing aan het gebruik van de euro van het ministerieel besluit van 17 december 1998 tot vastlegging van het model van het ontvangstbewijsboekje en van het dagboek te gebruiken door personen die een vrij beroep, een ambt of een post uitoefenen, die uitsluitend overeenkomstig artikel 44 van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde vrijgestelde handelingen verrichten en voor wie geen specifieke besluiten werden getroffen ter uitvoering van de artikelen 320 en 321 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992
De Minister van Financiën, Gelet op de Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro;
Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid op de artikelen 320 en 321;
Gelet op de wet van 10 december 2001 betreffende de definitieve omschakeling op de euro, inzonderheid op de artikelen 2 en 3;
Gelet op het ministerieel besluit van 17 december 1998 tot vastlegging van het model van het ontvangstbewijsboekje en van het dagboek te gebruiken door personen die een vrij beroep, een ambt of een post uitoefenen, die uitsluitend overeenkomstig artikel 44 van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde vrijgestelde handelingen verrichten en voor wie geen specifieke besluiten werden getroffen ter uitvoering van de artikelen 320 en 321 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid op artikel 14;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende : - dat in rechtsinstrumenten (daaronder begrepen ontvangstbewijzen) vanaf 1 januari 2002 als enige muntaanduiding de euro geldt; - dat bij wijze van overgangsmaatregel de munten en biljetten in Belgische frank een wettig betaalmiddel zijn tot en met 28 februari 2002;
Overwegende : - dat dit besluit de wijze vastlegt waarop, vanaf 1 januari 2002 ingevolge de definitieve invoering van de euro, het in artikel 320 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bedoelde ontvangstbewijs moet worden ingevuld; - dat de betrokkenen zo spoedig mogelijk moeten worden in kennis gesteld van de terzake genomen maatregelen; - dat dit besluit dus onverwijld moet worden getroffen, Besluit :
Artikel 1.In het ministerieel besluit van 17 december 1998 tot vastlegging van het model van het ontvangstbewijsboekje en van het dagboek te gebruiken door personen die een vrij beroep, een ambt of een post uitoefenen, die uitsluitend overeenkomstig artikel 44 van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde vrijgestelde handelingen verrichten en voor wie geen specifieke besluiten werden getroffen ter uitvoering van de artikelen 320 en 321 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, wordt de titel « Tijdelijke maatregelen verbonden aan de invoering van de euro » vervangen door de titel « Aanduiding van de munt ».
Art. 2.Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen : «
Art. 14.Het ontvangen bedrag, dat aanleiding geeft tot het afleveren van het ontvangstbewijs, moet op dat bewijs worden aangeduid in euro, gevolgd door de vermelding "EUR". ».
Art. 3.Artikel 14 van hetzelfde besluit, zoals het is gewijzigd door artikel 2, is eveneens van toepassing voor de bedragen die in de periode van 1 januari 2002 tot en met 28 februari 2002 in Belgische frank worden betaald.
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002.
Brussel, 18 december 2001.
D. REYNDERS