gepubliceerd op 20 december 2002
Ministerieel besluit tot wijziging van de lijst gevoegd bij het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten
16 DECEMBER 2002. - Ministerieel besluit tot wijziging van de lijst gevoegd bij het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten
De Minister van Sociale Zaken, Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 35bis, §§ 1 en 2, ingevoegd bij de wet van 10 augustus 2001;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten, zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op de voorstellen van de Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen, uitgebracht op 8 oktober 2002;
Gelet op de adviezen van de Inspecteur van Financiën;
Gelet op de akkoordbevindingen van Onze Minister van Begroting;
Gelet op de notificaties aan de aanvragers;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat dit besluit de termijnen bepaald in de richtlijn 89/105/EEG van 21 december 1988 en in het koninklijk besluit van 21 december 2001 moet naleven; dat voor de betrokken specialiteiten deze termijnen aflopen tussen 11 november 2002 en 3 december 2002 en dit besluit bijgevolg zo vlug mogelijk gepubliceerd moet worden teneinde de beslissingen zo vlug mogelijk in werking te laten treden;
Gelet op advies nr. 34.515/1 van de Raad van State, gegeven op 10 december 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit :
Artikel 1.In de bijlage I van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in hoofdstuk I : 1) de volgende specialiteiten invoegen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 5) een als volgt opgesteld § 243 toevoegen : § 243.De volgende specialiteiten worden vergoed indien ze aangewend worden bij een rechthebbende met aangetoonde arteriële hypertensie en die zich in één van de volgende situaties bevindt : - Onvoldoende doeltreffendheid en/of onaanvaardbare nevenwerkingen van een behandeling met klassieke middelen; - Linkerventrikelhypertrofie aangetoond op electrocardiogram en/of echografie.
De machtiging tot vergoeding waarvan het model is vastgesteld onder « d » van bijlage III van dit besluit en waarvan de geldigheidsduur tot maximum twaalf maanden is beperkt, wordt afgeleverd door de adviserend geneesheer op basis van een attest opgemaakt door de behandelende arts die de diagnose vermeldt, en die zich ertoe verbindt de bewijsstukken over de bewezen voorwaarden ter beschikking te houden van de adviserende geneesheer.
De terugbetaling van de voortzetting van de behandeling kan worden gemachtigd voor nieuwe periodes van maximum twaalf maanden, op basis van het model « d » behoorlijk ingevuld door de behandelende arts en terugbezorgd aan de adviserend geneesheer van de verzekeringsinstelling.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 6) een als volgt opgesteld § 244 toevoegen : § 244.De volgende specialiteit wordt vergoed als ze wordt gebruikt, met intramedullaire vastpennen, voor directe chirurgische plaatsing op de plaats van het defect bij een door een trauma veroorzaakte niet-geheelde fractuur van een tibia.
De terugbetaling wordt toegekend voorzover de fractuur minimaal negen maanden heeft bestaan bij patiënten met een volgroeid skelet en waarbij een eerdere behandeling met een autotransplantaat is mislukt of geen autotransplantaat kan worden toegepast wegens gedocumenteerde medische redenen.
De terugbetaling is beperkt tot een maximale dosis van 2 flacons van 1 g per niet-geconsolideerde fractuur.
De terugbetaling van de behandeling moet gerechtvaardigd worden door een omstandig verslag ondertekend door een arts-specialist in orthopedie, die de bewijsstukken hiervan ter beschikking van de adviserend geneesheer moet houden.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 2.In bijlage II van hetzelfde besluit, een als volgt opgesteld punt XXIII toevoegen : « XXIII - Varia XXIII.1. Geneesmiddelen voor de behandeling van de afwijking van het skeletspierstelsel. - Vergoedingsgroep : B-261. »
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand die volgt op het verstrijken van een termijn van tien dagen die ingaat de dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad .
Brussel, 16 december 2002.
F. VANDENBROUCKE