gepubliceerd op 19 april 2002
Ministerieel besluit genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 11 maart 2002 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie en tot vaststelling van de aanvullende personeelsformatie bij de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie tot uitvoering van de overgangsbepalingen van de wet van 20 februari 1990 betreffende het personeel van de overheidsbesturen en van sommige instellingen van openbaar nut
15 MAART 2002. - Ministerieel besluit genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 11 maart 2002 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie en tot vaststelling van de aanvullende personeelsformatie bij de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie tot uitvoering van de overgangsbepalingen van de wet van 20 februari 1990 betreffende het personeel van de overheidsbesturen en van sommige instellingen van openbaar nut
De Minister van Sociale Zaken, Gelet op de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, inzonderheid op artikel 11, § 1, vervangen door de wet van 22 juli 1993;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 maart 2002 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie en tot vaststelling van de afzonderlijke personeelsformatie bij de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie tot uitvoering van de overgangsbepalingen van de wet van 20 februari 1990 betreffende het personeel van de overheidsbesturen en van sommige instellingen van openbaar nut;
Gelet op het ministrieel besluit van 18 juli 2000 tot uitvoering van het koninklijk besluit van 25 mei 1999 houdende vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie;
Gelet op het met redenen omkleed advies van het Basisoverlegcomité van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie van 15 september 2000;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie;
Gelet op het advies van de Regeringscommissaris vertegenwoordiger van de Minister van Financiën gegeven op 19 februari 2001;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 24 september 2001;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 21 augustus 2001, Besluit :
Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 11 maart 2002 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie worden de volgende betrekkingen onderverdeeld als volgt : Administratief personeel - 2 van de 6 betrekkingen van adviseur worden bezoldigd in de weddenschaal 13 B; - de betrekking van sociaal-inspecteur-directeur kan bezoldigd worden in de weddenschaal 13 B; - 6 van de 17 betrekkingen van adjunct-adviseur worden bezoldigd in de weddenschaal 10 C; - 2 van de 6 betrekkingen van sociaal inspecteur worden bezoldigd in de weddenschaal 10 C; - de betrekking van vertaler-revisor kan bezoldigd worden in de weddenschaal 10 C; - 1 van de 3 betrekkingen van programmeringsanalist wordt bezoldigd in de weddenschaal 28 L; - 1 van de 2 betrekkingen van eerstaanwezend maatschappelijk assistent kan bezoldigd worden in de weddenschaal 28 F; - de betrekking van eerstaanwezend directiesecretaris kan bezoldigd worden in de weddenschaal 28 B; - 1 van de 2 betrekkingen van eerstaanwezend vertaler wordt bezoldigd in de weddenschaal 28 I; - 3 van de 11 betrekkingen van eerstaanwezend sociaal controleur worden bezoldigd in de weddenschaal 28 J; - 8 van de 30 betrekkingen van bestuurschef worden bezoldigd in de weddenschaal 22 B; - 21 van de 95 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddenschaal 30 F; - 27 van de 95 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddenschaal 30 H; - 10 van de 95 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddenschaal 30 I; - 5 van de 17 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddenschaal 42 C; - 4 van de 17 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddenschaal 42 D; - 1 van de 17 betrekkingen van beambte wordt bezoldigd in de weddenschaal 42 E. Technisch personeel De betrekking van hoofdtechnicus kan bezoldigd worden in de weddenschaal 22 B. Meester-, vak- en dienstpersoneel - 1 van de 5 betrekkingen van vakman wordt bezoldigd in de weddenschaal 30 G; - 2 van de 5 betrekkingen van vakman worden bezoldigd in de weddenschaal 30 J; - 1 van de 3 betrekkingen van geschoold arbeider wordt bezoldigd in de weddenschaal 42 E.
Art. 2.In voorkomend geval beletten de ambtenaren, die met toepassing van de verorderingsbepalingen houdende het statuut van het personeel, in overtal zijn opgenomen in de betrekkingen van een weddenschaal, elke bevordering door verhoging in weddenschaal die afhankelijk is van het vacant zijn van een betrekking, zolang de overtallige personeelsbezetting blijft bestaan in vergelijking met het aantal in artikel 1 vastgestelde betrekkingen.
Art. 3.De betrekkingen opgenomen in artikel 2 van het koninklijk besluit van 11 maart 2002 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie en tot vaststelling van de afzonderlijke personeelsformatie bij de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie tot uitvoering van de overgangsbepalingen van de wet van 20 februari 1990 betreffende het personeel van de overheidsbesturen en van sommige instellingen van openbaar nut worden onderverdeeld als volgt : - 30 % van de betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddenschaal 42 C; - 23 % van de betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddenschaal 42 D; - 7 % van de betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddenschaal 42 E.
Art. 4.§ 1. De betrekkingen die opgenomen zijn in artikel 3 van dit besluit kunnen slechts worden bekleed door de personeelsleden bedoeld in artikel 19 van de wet van 20 februari 1990 betreffende het personeel van de overheidsbesturen en van sommige instellingen van openbaar nut. § 2. Zij worden afgeschaft bij het vertrek van hun titularis.
Art. 5.Het ministerieel besluit van 18 juli 2000 tot uitvoering van het koninklijk besluit van 25 mei 1999 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie wordt opgeheven.
Art. 6.Het huidig besluit treedt in werking op dezelfde dag als het koninklijk besluit van 11 maart 2002 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie.
Brussel, 15 maart 2002.
F. VANDENBROUCKE