gepubliceerd op 20 juli 2023
Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 betreffende de erkenning van producentenorganisaties, unies van producentenorganisaties en brancheorganisaties in de groente- en fruitsector alsook betreffende operationele programma's
10 MAART 2023. - Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 betreffende de erkenning van producentenorganisaties, unies van producentenorganisaties en brancheorganisaties in de groente- en fruitsector alsook betreffende operationele programma's
De Minister van Landbouw, Gelet op Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad;
Gelet op gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2017/891 van de Commissie van 13 maart 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit en tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de in deze sectoren toe te passen sancties en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie;
Gelet op Verordening (EU) nr. 2021/2115 van het Europees Parlement en de Raad van 2 december 2021 tot vaststelling van voorschriften inzake steun voor de strategische plannen die de lidstaten in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid opstellen (strategische GLB-plannen) en die uit het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) worden gefinancierd, en tot intrekking van Verordeningen (EU) nr. 1305/2013 en (EU) nr. 1307/2013;
Gelet op gedelegeerde Verordening (EU) 2022/126 van de Commissie van 7 december 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2021/2115 van het Europees Parlement en de Raad met aanvullende eisen voor bepaalde interventietypes die de lidstaten in het kader van die verordening in hun strategisch GLB-plan voor de periode 2023-2027 uitwerken, alsmede regels voor het aandeel in het kader van norm 1 inzake een goede landbouw- en milieuconditie (GLMC);
Gelet op het Waalse Landbouwwetboek, de artikelen D.4, D.195, D.242 en D.242;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 betreffende de erkenning van producentenorganisaties, unies van producentenorganisaties en brancheorganisaties in de groente- en fruitsector alsook betreffende operationele programma's, de artikelen 1, 8°, 4, tweede lid, 6, 15, § 1, tweede lid en derde lid, 19, § 2, 31, eerste lid, en 37;
Gelet op het rapport van 18 november 2022 opgemaakt overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 06/06/2014 numac 2014203532 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen sluiten houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 16 november;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 1 december 2022;
Gelet op het overleg tussen de Gewestelijke Regeringen en de Federale Overheid, gepleegd op 15 december 2022 ;
Gelet op het verzoek om adviesverlening binnen een termijn van dertig dagen, gericht aan de Raad van State op 22 december 2022, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op het uitblijven van advies binnen deze termijn;
Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder "het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023" het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 betreffende de erkenning van producentenorganisaties, unies van producentenorganisaties en brancheorganisaties in de groente- en fruitsector alsook betreffende operationele programma's.
Art. 2.Overeenkomstig artikel 4, § 1, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023, moet de aanvrager, om als organisatie te worden erkend: 1° bestaan uit ten minste vijftien producenten; 2° een minimale verkoopbare productiewaarde van 300.000 euro hebben; 3° bij de uitvoering van een operationeel programma beschikken over een verkoopbare productiewaarde van ten minste 500.000 euro.
Als het gaat om organisaties die zich bezighouden met kleinschalige productie, is het eerste lid geen belemmering voor de erkenning. L'Er wordt verstaan onder kleinschalige productie, de minimumwaarde van de afgezette productie van hoogstens 100.000 euro.
Art. 3.Overeenkomstig artikel 6 van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 bepalen de organisaties in hun statuut, om voor de erkenning in aanmerking te komen, dat ze voor minimum één jaar worden opgericht worden.
Art. 4.§ 1. Overeenkomstig artikel 15, § 1, derde lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023, worden de acties bedoeld bij artikel 15, § 1, tweede lid, 1°, van hetzelfde besluit, de volgende: 1° rooiing van boomgaarden en struiken die de ontwikkeling en duurzaamheid van de keten mogelijk maken;2° de aankoop van experimenteel materiaal, uitrusting voor veld- of laboratoriumproeven en deelname aan onderzoek of experimentele kosten, met name in het geval van nieuwe productiemethoden voor duurzame productie: a) tegen de schadelijke organismen;b) om het milieu te beschermen, goede praktijken te ondersteunen, acties te ontwikkelen die gunstig zijn voor het milieu, pesticiden te verminderen en alternatieve methoden te gebruiken;3° de ontwikkeling of aanpassing van software of de oprichting van een internet- of intranetsite waarmee informatie kan worden uitgewisseld tussen de leden en de beheerders van de producentenorganisaties, en de afzet die een efficiënte en snelle planning en afzet, alsmede een volledige traceerbaarheid van de producten mogelijk maken;4° het a) beheer van afval van teeltpraktijken;b) milieubeheer van groenafval op het bedrijf of op de biotoop;c) milieubeheer van niet-groen afval;d) beheer van een globaal project voor de selectieve inzameling van groen en niet-groen afval tijdens de verwerking van producten op de biotoop;5° elke andere investering in materiële of immateriële activa in onderzoek en experimentele en innoverende productiemethoden. De begunstigde behoudt de eigendom en het bezit van de investering gedurende minstens vijf jaar vanaf de datum van verwerving of terbeschikkingstelling overeenkomstig artikel 11, § 1, eerste lid, b), van Verordening (EU) nr. 2022/126 van 7 december 2021. Hij neemt de aard, de doelstellingen en het gebruik van de investering bedoeld in zijn operationeel programma in acht. § 2. De handelingen van adviesdiensten en technische bijstand, studies en diagnoses die de implementatie van kwaliteitsborgingssystemen ondersteunen en die het mogelijk maken om één of meer van de milieueffecten bedoeld in artikel 15, § 1, tweede lid, 2°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 te bereiken, zijn: 1° de vermindering van het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen;2° de vermindering van de residuen;3° de biologische productie;4° de nieuwe teelttechnieken;5° het richt- en snoeisysteem;6° de productiemethoden die de impact van de klimaatverandering verminderen;7° de praktijken die gunstig zijn voor biodiversiteit;8° elke andere handeling van adviesdiensten en technische bijstand, studie en diagnose die de implementatie van kwaliteitsborgingssystemen ondersteunen en die het mogelijk maken om één of meer van de milieueffecten te bereiken. § 3. De volgende opleidingsacties, met inbegrip van begeleiding en uitwisseling van goede praktijken bedoeld in artikel 15, § 1, tweede lid, 3°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 zijn: 1° IT-instrumenten die de doelstellingen van maatregelen inzake productieplanning en logistiek en verbetering van de afzet nastreven;2° milieuvriendelijker productiemethoden, zoals biologische landbouw, geïntegreerde productie of geïntegreerde bestrijding van plagen, alsmede andere milieukwesties, waaronder biodiversiteit, praktijken die de klimaatverandering verzachten en zich daaraan aanpassen;3° productkwaliteiten, met inbegrip van residuen van bestrijdingsmiddelen;4° handelspraktijk;5° elke andere opleidingsactie, met inbegrip van de begeleiding en uitwisseling van goede praktijken. § 4. De in artikel 15, § 1, tweede lid, 4°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 bedoelde acties in het kader van de biologische of geïntegreerde productie die dienen om de sector op dit soort productie te oriënteren en deze te bevorderen, zijn: 1° het gebruik van gecertificeerde zaaigoed en planten;2° de oprichting, uitbreiding, modernisering of het beheer van een waarschuwingsnetwerk;3° de aankoop van klein materieel, klein gereedschap, producten en hulpmiddelen voor de teelt bestemd om het gebruik van chemische middelen te beperken of te vervangen;4° de bestrijding van ziekten en plagen door: a) het gebruik van biologische producten of alternatieve of aanvullende methoden voor chemische bestrijdingsmiddelen;b) het gebruik van producten die nul tot maximaal twee soorten residuen achterlaten;c) het gebruik van antagonistische schimmels als alternatief voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen;5° diversificatie van groentegewassen;6° mulch in boomgaarden en biologisch afbreekbare of herbruikbare mulch in groenteteelt;7° begrazing in boomgaarden;8° het gebruik van het waarschuwingsnetwerk;9° het plaatsen van omheiningen;10° de verbetering van de bestuiving voor de kwaliteit van de producties en de natuurlijke biologische bestuiving op het veld;11° steun voor de instandhouding van bedreigde plantenrassen;12° steun aan productiesystemen met een hoog ecologisch potentieel, zoals pre-boomgaarden;13° de bestrijding van geluids- en geurhinder;14° het verkrijgen of handhaven van erkende milieuprocedures;15° elke andere actie in het kader van de biologische of geïntegreerde productie die erop gericht is de sector in die richting te sturen. De producentenorganisatie moet gedurende een periode van vijf jaar in haar operationeel programma een biologisch productiedossier naleven.
Bij gebreke daarvan, handhaaft zij de actie in een volgend programma om het minimum van vijf jaar te bereiken.
Bovendien komt een certificering van de productie door een door de Federale Overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie erkende instelling tussen om de uitgaven subsidiabel te maken. § 5. De acties die worden ondernomen om de duurzaamheid en de efficiëntie van het vervoer en de opslag van producten te verbeteren waardoor de uitstoot van broeikasgassen bedoeld in artikel 15, § 1, tweede lid, 5°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 kan worden verminderd, zijn: 1° optimalisering van de opslag met ruimtebeheer;2° optimalisering van de logistiek en het vervoer van het bedrijf naar de plaats van verwerking en verpakking;3° gebruik van duurzame verpakking;4° verbetering van de energetische doeltreffendheid;5° elke andere actie die wordt ondernomen om de duurzaamheid en de efficiëntie van het vervoer en de opslag van producten te verbeteren waardoor de uitstoot van broeikasgassen kan worden verminderd. § 6. De acties bedoeld in artikel 15, § 1, tweede lid, 6°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 hebben betrekking op: 1° communicatie-, bevorderings- en publiciteitskosten om het "PO" meer bekendheid te geven, met name op: a) de streek: b) de variëteiten;c) de gedifferentieerde kwaliteit;d) voedings- en organoleptische eigenschappen;e) de seizoensgebondenheid;f) nieuwe milieuvriendelijke productiemethoden;g) de verscheidenheid aan productiemethoden en producentenprofielen;h) de biologische productie;2° de kosten van deelname aan congressen;3° 3° de creatie van specifieke logo's;4° de creatie of ontwikkeling van een commerciële website;5° de kosten van marktonderzoek;6° elke andere bevorderings-, communicatie- en afzetactie. Met de in het eerste lid bedoelde acties wordt ten minste één van de volgende doelstellingen nagestreefd: 1° stimuleren van de vraag van de verbruikers;2° bevordering van de gewestelijke productie;3° bevordering van de gewestelijke consumptie;4° versterking van de zichtbaarheid van Waalse producten in korte en lange circuits;5° bevordering van de bijzonderheden, de differentiatie en de segmentering van de producten. § 7. De acties die het mogelijk maken de kwaliteitsproductie te ondersteunen, de handelswaarde van het product te verhogen, te produceren met inachtneming van de eisen van de cultuur en de wereldmarkt, de eindproducten te valoriseren tegen hun reële waarde bedoeld in artikel 15, § 1, tweede lid, 7°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023, zijn: 1° handhaving van de kwaliteit ;2° de verbetering van de kwaliteit;3° de ontwikkeling van gedifferentieerde kwaliteit;4° de evolutie van de kwaliteitscriteria;5° het opzetten van gedifferentieerde kwaliteitsreferentiesystemen met productiedossiers;6° analyses;7° elke andere actie die het mogelijk maakt de kwaliteitsproductie te ondersteunen, de handelswaarde van het product te verhogen, te produceren met inachtneming van de eisen van de cultuur en de wereldmarkt, de eindproducten te valoriseren tegen hun reële waarde. § 8. De in artikel 15, § 1, tweede lid, 8°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 bedoelde acties voor de uitvoering van traceerbaarheids- en certificeringssystemen zijn: 1° de kosten van analyses en kwaliteitscontroles van primaire productiefactoren;2° de kosten van analyses en kwaliteitscontroles van verse producten of producten die een eerste bewerking hebben ondergaan;3° de kosten van externe audits en certificering om te voldoen aan specificaties die verder gaan dan de wettelijke voorschriften, op het niveau van de bedrijven van de aangesloten producenten en op de bedrijfslocatie(s) van de producentenorganisatie;4° elke andere actie om traceerbaarheids- en certificeringssystemen in te voeren. § 9 De in artikel 15, § 1, tweede lid, 9°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 bedoelde acties gericht op de beperking van en de aanpassing aan de klimaatverandering, teneinde de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en de veerkracht tegen de klimaatverandering te vergroten, zijn: 1° de uitwerking van aangepaste productiemethoden;2° de deelname aan onderzoeksprojecten;3° het testen van teeltmethoden;4° het gebruik van ecologische verpakkingen;5° het gebruik van instrumenten om de logistiek te optimaliseren;6° elke andere actie gericht op de beperking van en de aanpassing aan klimaatverandering. Voor wat betreft de aangepaste productiemethoden, bedoeld in paragraaf 1, 1°, kan het gaan om herbeplanting van boomgaarden op voorwaarde dat de begunstigde voldoet aan de bepalingen van Verordening (EU) nr. 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 228/2013, (EU) nr. 652/2014 en (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Richtlijnen 69/464/EEG, 74/647/EEG, 93/85/EEG, 98/57/EG, 2000/29/EG, 2006/91/EG en 2007/33/EG van de Raad.
Daarnaast bedragen de subsidiabele uitgaven niet meer dan 20% van de totale uitgaven van het operationele programma. § 10. Bij crisissituatie kan de organisatie een onderling fonds als bedoeld in artikel 15, § 1, tweede lid, 10°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 oprichten. Het bedrag van die kosten is, om subsidiabel te zijn, beperkt tot een bepaald percentage van de waarde van het opgerichte fonds. Dit percentage bedraagt hoogstens: 1° 20% van de bijdrage van de begunstigde in ket kapitaal van het fonds in het eerste jaar;2° 16% van de bijdrage van de begunstigde in ket kapitaal van het fonds in het tweede jaar;3° 8% van de bijdrage van de begunstigde in ket kapitaal van het fonds in het derde jaar. Dit kan gaan om de kosten voor het openen en het beheer van de rekening alsook de kosten van het personeel belast met het beheer van het fonds. Het operationele programma kan niet worden gebruikt om het fonds zelf op te richten. Het bedrag van de kosten wordt slechts eenmaal gestort en enkel gedurende de eerste drie jaar.
Het onderlinge fonds wordt opgericht op een geblokkeerde rekening. Het wordt vrijgegeven wanneer de crisissituatie als bedoeld in paragraaf 12 wordt erkend. § 11. Bij crisissituatie, zoals bedoeld in paragraaf 12, kan de begunstigde elke bevorderings- en communicatieactie die de verbruikers ertoe aanzet de producenten te steunen, als bedoeld in artikel 15, § 1, tweede lid, 11°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023, door het operationeel programma laten betalen. § 12. In toepassing van artikel 15, § 1, vierde lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023, is de crisissituatie de situatie die door de minister wordt erkend op basis van de marktprijzen en de officiële meteorologische gegevens.
Art. 5.Overeenkomstig artikel 19, § 1, derde lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 wordt de steun na de voorgeschreven administratieve controles in jaarlijkse schijven uitbetaald.
Het bedrag van de overeenkomstig het eerste lid betaalde jaarlijkse schijven stemt overeen met de verhouding tussen het bedrag van de steun vastgesteld overeenkomstig artikel 19, § 1, eerste lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 en de duur van het operationele programma.
Art. 6.Overeenkomstig artikel 19, § 2, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 bedragen de administratieve en personeelskosten 25 euro bruto per uur met een maximum van 1720 gewerkte uren per voltijdse persoon per jaar. Wanneer het personeel deeltijds werkt, wordt een pro rata bedrag berekend naar gelang van de gewerkte tijd.
Art. 7.Overeenkomstig artikel 31, eerste lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 dient de erkende organisatie bij de in artikel 8 bedoelde bevoegde dienst een aanvraag tot uitbreiding van de voorschriften in, die minstens de volgende elementen bevat: 1° de identificatie van de organisatie en de betrokken sector;2° het bewijs van de representativiteit van de organisatie in het Waalse Gewest;3° de akkoorden, beslissingen of onderling afgestemde feitelijke gedraging waarvan ze de uitbreiding wenst alsook de motivering van de aanvraag;4° de toepassingsperiode. Het bewijs van de in het eerste lid, 2°, bedoelde representativiteit wordt beoordeeld aan de hand van een verhouding die wordt berekend door het aantal leden te vergelijken met het aantal producenten van het betrokken product. De verhouding bereikt 97% om representatief te zijn.
Art. 8.Overeenkomstig artikel 37 van het besluit van de Waalse Regering van 10 maart 2023 wordt het Waalse betaalorgaan van de administratie aangewezen als de bevoegde dienst belast met de opdrachten bedoeld in de punten 1° tot 3°, 5° en 6°. Het Departement Europees Beleid en Internationale Overeenkomsten van de Administratie is aangewezen als bevoegde dienst belast met de opdracht bedoeld in punt 4° van bedoeld besluit.
Namen, 10 maart 2023.
W. BORSUS