gepubliceerd op 30 december 1997
Ministerieel besluit houdende vaststelling van de provisies voor vergoeding van mijnschade
10 DECEMBER 1997. Ministerieel besluit houdende vaststelling van de provisies voor vergoeding van mijnschade
De Minister van Economie, Gelet op de wet van 15 december 1994 houdende de ontbinding van het Nationaal Waarborgfonds inzake Kolenmijnschade, inzonderheid op artikel 5;
Gelet op de adviezen van het Vast Mijnschadecomité van 22 april, 25 juni, 24 september en 12 november 1997;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat onverwijld moet worden overgegaan tot het nemen van de uitvoeringsmaatregelen voorzien in artikel 5 van hoger genoemde wet van 15 december 1994 teneinde het bedrag van de provisies vast te stellen die bestemd zijn om de uitvoering te garanderen van de verplichtingen voor de concessiehouder tot vergoeding van mijnschade aan de eigendommen van het oppervlak en dit rekening houdend met de ontbinding van het Nationaal Waarborgfonds inzake Kolenmijnschade op 31 december 1997, Besluit :
Artikel 1.Er worden provisies gevormd ten name van de concessiehouders van steenkoolmijnen en voor de bedragen bedoeld in de bijlage bij dit besluit om de uitvoering te garanderen van de verplichtingen die op hen rusten inzake de vergoeding van schade die aan de eigendommen van het oppervlak werd berokkend, op basis van de wetgeving die na 1 januari 1998 van kracht is.
Art. 2.De sommen die de provisie vormen, worden bij een door de concessiehouder aangewezen financiële instelling naar Belgisch recht belegd, enerzijds op een rekening courant en anderzijds, op lange en middellange termijn, uitsluitend in schatkistcertificaten, kasbons en Staatsobligaties of obligaties van andere instellingen waaraan de Staat haar waarborg verleent; de interesten van deze beleggingen worden gekapitaliseerd onder dezelfde voorwaarden.
Art. 3.De concessiehouder moet erover waken dat de sommen belegd op een rekening courant volstaan voor de onverwijlde uitvoering van zijn verplichtingen.
Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 december 1997.
Brussel, 10 december 1997.
E. DI RUPO Bijlage Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 10 december 1997.
E. DI RUPO