gepubliceerd op 11 februari 1998
Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 14 november 1963 betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader der land-, lucht- en zeemacht en van de medische dienst
8 JANUARI 1998. Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 14 november 1963 betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader der land-, lucht- en zeemacht en van de medische dienst
De Minister van Landsverdediging, Gelet op de wet van 27 december 1961 houdende statuut van de onderofficieren van het actief kader der land-, lucht- en zeemacht en van de medische dienst, inzonderheid op artikel 3, § 1 en § 3, en artikel 39, tweede lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 oktober 1963 betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader der land-, lucht- en zeemacht en van de medisch dienst, inzonderheid op artikel 17, § 2, vervangen bij het koninklijk besluit van 27 mei 1975;
Gelet op het ministerieel besluit van 14 november 1963 betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader der land-, lucht- en zeemacht en van de medische dienst, inzonderheid op artikel 24, § 2, D, vervangen bij het ministerieel besluit van 27 mei 1975 en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 22 februari 1977, en op artikel 33, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 24 september 1977 en 6 januari 1985;
Gelet op het protocol van het onderhandelingscomité, afgesloten op 3 oktober 1997;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat ingevolge de herstructurering van de medische dienst de fusie van de twee ambtengroepen van de medische dienst noodzakelijk is om vanaf 1998 aan alle kandidaten tot de graad van adjudant-chef of adjudant-majoor dezelfde bevorderingskansen te bieden;
Overwegende dat de tweejaarlijkse cursussen en examens voor de kandidaten tot de graad van adjudant-chef vanaf januari 1998 worden georganiseerd en dat de jaarlijkse kandidaturen voor de bevordering tot de graad van adjudant-majoor eveneens in januari 1998 of uiterlijk begin februari 1998 door het bevorderingscomité worden onderzocht;
Overwegende dat de fusie van beide ambtengroepen derhalve dringend is en uiterlijk op 1 januari 1998 dient te geschieden, zodat tijdig de kennisgeving van de overplaatsing aan de betrokkenen kan plaatshebben, evenals de bekendmaking van het aantal opengestelde plaatsen in de nieuwe ambtengroep voor de verschillende kandidaturen, met inbegrip van de overgang binnen dezelfde personeelscategorie of van de sociale promotie naar een hogere personeelscategorie;
Overwegende dat door de fusie eveneens beoogd wordt om zo vlug mogelijk een einde te stellen aan de individuele aanvragen tot overplaatsing van ambtengroep met als enig doel de persoonlijke bevorderingskansen te verhogen;
Overwegende dat de toenemende techniciteit van de verschillende ambten reeds heeft geleid tot een zekere vervaging van het onderscheid tussen beide ambtengroepen en dat in voorkomend geval reeds dezelfde examens worden afgelegd;
Overwegende dat de fusie van beide ambtengroepen derhalve zonder overgangsmaatregelen kan geschieden, voor zover deze fusie vóór de eerstvolgende sessie van kandidaten adjudant-chef en adjudant-majoor plaatsvindt;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 5 november 1997, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit :
Artikel 1.Artikel 24, § 2, D, van het ministerieel besluit van 14 november 1963 betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader der land-, lucht- en zeemacht en van de medische dienst, vervangen bij het ministerieel besluit van 27 mei 1975 en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 22 februari 1977, wordt vervangen door de volgende tekst : « D. Bij de medische dienst, voor de ambtengroep "medisch ondersteunend personeel". »
Art. 2.Artikel 33, 2°, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 24 september 1977 en 6 januari 1985, wordt opgeheven.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1998.
Brussel, 8 januari 1998.
J.-P. PONCELET