VLAAMSE OVERHEID

Mobiliteit en Openbare Werken

8 AUGUSTUS 2013. - Ministerieel besluit tot bepaling van de wijze van vaststelling van capaciteitsproblemen voor de subsidies voor de projecten die gericht zijn op de duurzame ontsluiting van een tewerkstellings-, winkel- of dienstenzone van bovenlokaal belang of met significante mobiliteitsimpact

De Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken, Gelet op het decreet van 20 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/03/2009 pub. 20/04/2009 numac 2009201673 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het mobiliteitsbeleid sluiten betreffende het mobiliteitsbeleid, artikel 26/10 ingevoegd bij het decreet van 10 februari 2012;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 januari 2013Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 25/01/2013 pub. 19/02/2013 numac 2013200881 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de bemestingsadvisering voor groenteteelten en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2008 betreffende nadere regels rond tuinbouw ter uitvoering van het decreet van 22 december 2006 houdende de bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen en van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juli 2011 betreffende de maatregelen bij een overschrijding van de nitraatresidudrempelwaarde, als vermeld in artikel 14 van het Mestdecreet van 22 december 2006, voor wat betreft de nadere regels rond de stikstofanalyse en het bijbehorende bemestingsadvies sluiten tot bepaling van de nadere regels betreffende de organisatorische omkadering, de financiering en de samenwerking voor het mobiliteitsbeleid, artikel 45, § 1, vierde lid;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 2 mei 2013;

Gelet op advies 53.449/1 van de Raad van State, gegeven op 20 juni 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit :

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder PAE/u : het personenauto-equivalent per uur van de weg in kwestie.

Art. 2.Voor de berekening van het PAE/u wordt : 1° een fiets of bromfiets geteld als 0,2;2° een motorfiets geteld als 0,4;3° een personenauto geteld als 1;4° een vrachtauto geteld als 1,5, 5° een autobus of autocar geteld als 2;6° een gelede vrachtauto geteld als 2,3;7° een tram geteld als 2,5.

Art. 3.De mobiliteitsimpact van een tewerkstellings-, winkel- of dienstenzone wordt berekend aan de hand van de volgende formule :

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld waarbij : 1° alpha : de mobiliteitsimpact;2° I : de intensiteit is gelijk aan de verkeersintensiteit in PAE/u die op een gemiddelde dag minstens acht uren wordt bereikt of overschreden. Bij een nieuw te ontwikkelen tewerkstellings-, winkel- of dienstenzone wordt de bijkomende geraamde verkeersgeneratie mee in rekening gebracht. 3° Igemeenteweg : de intensiteit in PAE/u op de aan te sluiten gemeenteweg in de richting van de gewestweg (één rijrichting);4° Igewestweg : de intensiteit in PAE/u op de gewestweg, som van beide rijrichtingen;5° Icapaciteit : bedraagt : a) 210 PAE/u als de maximaal toegelaten snelheid op de gewestweg hoger dan 50 km per uur bedraagt en de gemeenteweg één opstelstrook heeft;b) 280 PAE/u als de maximaal toegelaten snelheid op de gewestweg hoger dan 50 km per uur bedraagt en de gemeenteweg twee of meer opstelstroken heeft;c) 300 PAE/u als de maximaal toegelaten snelheid op de gewestweg niet meer dan 50 km per uur bedraagt en de gemeenteweg één opstelstrook heeft;d) 400 PAE/u als de maximaal toegelaten snelheid op de gewestweg niet meer dan 50 km per uur bedraagt en de gemeenteweg twee of meer opstelstroken heeft;6° bêta : bedraagt : a) 2,0 als de gewestweg uit twee of meer rijstroken in beide richtingen bestaat en de gemeenteweg één opstelstrook heeft;b) 2,4 als de gewestweg uit één rijstrook in beide richtingen bestaat en de gemeenteweg één opstelstrook heeft;c) 2,7 als de gewestweg uit twee of meer rijstroken in beide richtingen bestaat en de gemeenteweg twee of meer opstelstroken heeft;d) 3,2 als de gewestweg uit één rijstrook in beide richtingen bestaat en de gemeenteweg twee of meer opstelstroken heeft. Er is sprake van capaciteitsproblemen als de uitkomst voor alpha, vermeld in het eerste lid : 1° groter is dan 1,33 als de impact wordt gemeten voor een kruispunt dat uit vier of meer takken bestaat;2° groter is dan 1,67 als de impact wordt gemeten voor een kruispunt dat uit drie takken bestaat. In het eerste lid wordt verstaan onder gemiddelde dag : een dinsdag of een donderdag die niet in een schoolvakantie of op een wettelijke feestdag valt en waarop er geen extreme weeromstandigheden zijn.

Brussel, 8 augustus 2013.

De Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken, H. CREVITS