Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 07 februari 2006
gepubliceerd op 06 maart 2006

Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 22 juni 2000 tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de centra voor dagverzorging

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2006022178
pub.
06/03/2006
prom.
07/02/2006
ELI
eli/besluit/2006/02/07/2006022178/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 FEBRUARI 2006. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 22 juni 2000 tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de centra voor dagverzorging


De Minister van Sociale zaken en Volksgezondheid, Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 37, § 12, gewijzigd bij de wetten van 20 december 1995 en van 24 december 1999;

Gelet op het ministerieel besluit van 22 juni 2000 tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de centra voor dagverzorging, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 28 mei 2001, 26 november 2001, 26 september 2002 en 22 oktober 2003;

Gelet op het voorstel van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, uitgebracht op 18 april 2005;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 23 mei 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 14 oktober 2005;

Gelet op het advies 39.396/1 van de Raad van State, gegeven op 1 december 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit :

Artikel 1.Artikel 1 van het ministerieel besluit van 22 juni 2000 tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de centra voor dagverzorging, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 28 mei 2001, 26 november 2001, 26 september 2002 en 22 oktober 2003, wordt gewijzigd als volgt : 1° in het eerste lid worden de woorden « 21,82 EUR » vervangen door de woorden « 24,17 euro vanaf 1 januari 2004 en 24,67 euro vanaf 1 juli 2005 »;2° het tweede lid wordt vervangen door volgende bepaling : « Tussen 1 juli en 31 december 2005 wordt dit bedrag verhoogd met een inhaalbedrag van 0,75 euro.»

Art. 2.In artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 26 september 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2, eerste lid, worden de woorden « als bedoeld in artikel 2, § 4, van het ministerieel besluit van 5 april 1995 tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, voor de in artikel 34, 12° van dezelfde wet bedoelde verstrekkingen » vervangen door de woorden « als bedoeld in artikel 4, § 1, van het ministerieel besluit van 6 november 2003 tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden »;2° in § 2, tweede lid, worden de woorden « als bedoeld in artikel 2, § 4ter, van het voornoemd ministerieel besluit van 5 april 1995 » vervangen door de woorden « als bedoeld in artikel 4, § 2, van het voornoemd ministerieel besluit van 6 november 2003 ».3° § 4 wordt vervangen als volgt : « § 4.Om aanspraak te kunnen maken op de tegemoetkoming bedoeld in artikel 1, kennen de centra voor dagverzorging aan de verpleegkundigen, de leden van het verzorgingspersoneel en aan de leden van het loontrekkend aanvullend gekwalificeerd personeel dat taken vervult inzake reactivatie, revalidatie en sociale reïntegratie minstens de voordelen toe zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 26 september 2002 tot uitvoering van artikel 35, § 3, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, voor de in artikel 34, 11° en 12° van dezelfde wet bedoelde verstrekkingen. De inrichtingen van de openbare sector kunnen aanspraak maken op de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 1, als zij één van de volgende akkoorden toepassen : 1° het sectoraal akkoord betreffende een algemene weddeschaalherziening voor het personeel van de lokale en regionale sector van de Vlaamse Gemeenschap en gemeenschappelijke krachtlijnen voor een samenhangend personeelsbeleid in de lokale en regionale besturen (omzendbrief BA 93/07 van 18 juni 1993 van de Vlaamse Gemeenschap);2° « la circulaire du 27 mai 1994 du Ministre des Affaires intérieures et de la Fonction publique du Gouvernement wallon concernant la révision générale des barèmes applicable aux pouvoirs provinciaux et locaux de Wallonie »;3° het Sociaal Handvest van 28 april 1994 - Harmonisatie van het administratief statuut en algemene weddeherziening voor het personeel van de plaatselijke besturen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;4° het protocol nr.59/1 van 13 juni 1991 betreffende het intersectoraal akkoord van sociale programmatie van de jaren 1991-1994 toepasselijk op het geheel van de overheidssector; 5° de « Allgemeine Revision der Sätze der Gehaltstabellen für die Bediensteten der öffentlichen Sozialhilfezentren des deutschen Sprachgebietes (Rundschreiben von 11 Januar 1995) ».

Art. 3.De bijlage bij hetzelfde besluit, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 26 september 2002, wordt opgeheven.

Brussel, 7 februari 2006.

De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

^