Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 06 januari 2000
gepubliceerd op 03 maart 2000

Ministerieel besluit houdende erkenning van Haspengouwse wijn als kwaliteitswijn met gecontroleerde oorsprongsbenaming V.Q.P.R.D.

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2000035195
pub.
03/03/2000
prom.
06/01/2000
ELI
eli/besluit/2000/01/06/2000035195/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

Departement Economie, Werkgelegenheid, Binnenlandse Aangelegenheden en Landbouw


6 JANUARI 2000. - Ministerieel besluit houdende erkenning van Haspengouwse wijn als kwaliteitswijn met gecontroleerde oorsprongsbenaming V.Q.P.R.D. De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Gelet op verordening (EEG) nr. 823/87 van de raad van 16 maart 1987 houdende vaststelling van bijzondere bepalingen betreffende in bepaalde gebieden voortgebrachte kwaliteitswijnen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1999 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering;

Gelet op het voorstel van de Erkenningscommissie van de Haspengouwse Wijn van 17 november 1999, Besluit : Enig artikel. "Haspengouwse Wijn" wordt erkend als kwaliteitswijn met gecontroleerde oorsprongbenaming V.Q.P.R.D. in de zin van verordening (EEG) 823/87 van 16 maart 1987, houdende vaststelling van bijzondere bepalingen betreffende in bepaalde gebieden voortgebrachte kwaliteitswijnen en volgens het in bijlage gevoegde lastencohier.

Brussel, 6 januari 2000.

V. DUA

Bijlage Lastencohier en bijzondere bepalingen betreffende de erkenning van de Gecontroleerde Oorsprongsbenaming V.Q.P.R.D. « Haspengouwse Wijn » Begrenzing van de productiezone

Artikel 1.De voor de productie van Haspengouwse Wijn afgebakende zone bevindt zich in wijnbouwzone A in de Haspengouw, zijnde de streek gelegen tussen de Vlaamse steden Hasselt, Sint-Truiden, Herk-de-Stad, Herstappe en de Nederlandse grens. Voor de ondergrond wordt verwezen naar de bodemkaart van het I.W.O.N.L. (Instituut voor aanmoediging van het Wetenschappelijk Onderzoek in Nijverheden en Landbouw).

De percelen bevinden zich hoofdzakelijk op zuidelijk gerichte hellingen en heuvels met een correcte drainering en moeten voorafgaandelijk door de Erkenningscommissie worden goedgekeurd en geïnventarieerd.

Wijnstokrassen

Art. 2.Voor de productie van Haspengouwse Wijn mogen volgende wijnstokrassen worden gebruikt: Müller - Thurgau Kerner Siegerrebe Pinot-gris Chardonnay Riesling Auxerrois Pinot-noir Pinot-blanc Optima Ortega Dornfelder Pinot-meunier Würzer Bacchus De lijst van het assortiment aangeplante wijnstokrassen kan door de Erkenningscommissie op voorstel van de betrokken wijnbouwers worden herzien.

Erkende oorsprongsbenaming

Art. 3.De verwerking van de in artikel 2 bedoelde druiven tot druivenmost en van de druivenmost tot wijn geschiedt binnen het bepaalde gebied waar de druiven zijn geoogst. Voor de productie van de Haspengouwse Wijn met gecontroleerde oorsprongsbenaming moeten de druiven 100 % van de erkende productiezone afkomstig zijn.

Bijzondere oenologische procédés.

Art. 4.Voor de verse druiven, het gedeeltelijk gegiste druivenmost of de jonge nog gistende wijn, en uitsluitend op het wijnbouwbedrijf, mag : 4.1. een verhoging van het natuurlijk alcohol-volumegehalte geschieden door toevoeging van saccharose, geconcentreerde druivenmost of gerectificeerde geconcentreerde druivenmost; 4.2. een gedeeltelijke ontzuring geschieden. Deze ontzuring mag slechts plaatshebben tot een maximum van 1 gram per liter op de wijn, uitgedrukt in wijnsteenzuur, dat wil zeggen 13,3 milli-equivalent per liter.

Alcoholgehalte

Art. 5.Het minimum natuurlijk alcohol-volumegehalte moet 8 % vol bereiken.

Het totale alcohol-volumegehalte mag niet lager zijn dan 9 % vol.

Ingeval van verhoging van het natuurlijk alcoholgehalte, zoals voorzien in artikel 4.1., mag het totale alcohol-volumegehalte in geen geval hoger zijn dan 13,5 % vol.

Opbrengst per hectare

Art. 6.De gemiddelde maximale opbrengst is beperkt tot 55 hl/ha. Voor de rassen Müller-Thurgau, Kerner, Ortega, Bacchus en Dornfelder is de gemiddelde maximale opbrengst beperkt tot 80 hl/ha. De opbrengst kan jaarlijks door de Erkenningscommissie worden aangepast.

Aanvraag

Art. 7.Om de benaming 'Haspengouwse Wijn met gecontroleerde oorsprongsbenaming' te bekomen moet een aanvraag bij de Erkenningscommissie worden ingediend. Een minimum-productie van 60 liter per lot is vereist om een erkenningsaanvraag te mogen indienen.

Het dossier moet volgende elementen bevatten : - naam en adres van aanvrager/producent; - kuip/vat-nummer; - productiejaar en volume; - wijnstokras(sen); - productie per lot; - natuurlijk alcoholgehalte (= suikergehalte : 17) - een verklaring volgens dewelke de hele bewerking van druif tot wijn in de erkende productiezone plaats vond.

Analyse en beoordeling van de organoleptische kenmerken

Art. 8.De producenten moeten wijn die de benaming 'Haspengouwse Wijn - gecontroleerde oorsprongsbenaming' mag voeren, aan een analytisch en een organoleptisch onderzoek onderwerpen. 8.1. Analytisch onderzoek.

Doel van het analytisch onderzoek is controleren of de wijn voldoet aan de door de Erkenningscommissie opgesomde factoren. Alleen wijnen die voldoen, worden aan een organoleptisch onderzoek onderworpen. 8.2. Organoleptisch onderzoek.

Het organoleptisch onderzoek heeft betrekking op kleur, klaarheid, reuk en smaak. De onderzochte wijn moet ten minste elf punten behalen op een maximum van 20.

Met het oog op deze analyses moeten 3 flessen van 75 cl aan de Erkenningscommissie worden bezorgd. Het eerste monster is bestemd voor het analytisch onderzoek en het tweede voor het organoleptisch onderzoek. Het derde monster wordt door het secretariaat van de Erkenningscommissie, voor een eventuele tegen-expertise, bewaard gedurende drie jaar vanaf datum van het analysebulletin. De kosten van de onderzoeken zijn ten laste van de aanvrager.

Benaming

Art. 9.Onverminderd de bij de Erkenningscommissie toegestane aanvullende vermeldingen mag, mits de hierboven vermelde voorwaarden werden vervuld, de wijn de traditionele aanduiding "Haspengouwse Wijn - Gecontroleerde oorsprongsbenaming" dragen.

De termen "Haspengouwse Wijn" en/of "Haspengouwse Wijn - Gecontroleerde oorsprongsbenaming" en elke term die allusie maakt op de Haspengouw productiestreek zijn verboden voor niet erkende kwaliteitswijnen.

Etikettering

Art. 10.De etikettering moet gebeuren conform de Europese voorschriften en meer bepaald Verordening (EEG) nr. 2392/89 van de Raad van 24 juli 1989. 10.1. Verplichte vermeldingen.

Voor wat de aanduiding en de aanbiedingsvorm betreft van de Haspengouwse Wijn met gecontroleerde oorsprongsbenaming gelden volgende voorschriften : de vermelding Haspengouwse Wijn wordt gevolgd door de vermelding 'Gecontroleerde Oorsprongsbenaming' in letters die niet kleiner mogen zijn dan 1/3de maar ook niet groter dan de letters gebruikt voor de vermelding 'Haspengouwse Wijn'. 10.2. Facultatieve vermeldingen.

De facultatieve vermeldingen met betrekking tot de historische gegevens van de wijn, informatie over de productiestreek of de wijnbouwer moeten verplicht worden aangebracht op hetzij een gedeelte van het etiket dat duidelijk gescheiden is van dat waarop de verplichte aanduidingen zijn vermeld, hetzij op één of meer extra etiketten of op een halsetiket. Deze vermeldingen mogen worden vervolledigd, mits voorafgaandelijk akkoord van vzw VLAM door het teken "VV", het oorsprongslogo van de Vlaamse landbouw, tuinbouw, visserij- en agro-alimentaire sector. Dit gebeurt bij voorkeur in kleurendruk.

Bijzondere bepalingen

Art. 11.11.1. Declassering.

De producent mag de wijn die recht heeft op de benaming Haspengouwse Wijn met gecontroleerde oorsprongsbenaming tot tafelwijn declasseren.

Gedeclasseerde wijn verliest het recht op de erkende oorsprongsbenaming conform artikel 9 en mag evenmin in het oorsprongslogo "VV", voorzien bij artikel 10.2, op het etiket vermelden. 11.2. Verkeer en in de handel brengen.

Bij wijnverkeer in bulk moeten door de betrokken partijen altijd contradictorische monsters worden genomen. De Erkenningscommissie die voorafgaandelijk van elk bulktransport moet worden verwittigd zal desgevallend de bevoegde controlediensten van de andere Lidstaten verwittigen.

De toepassingsmodaliteiten van de monstername worden door de Erkenningscommissie vastgelegd. Bedoelde producten mogen zich binnen de Gemeenschap slechts in het verkeer bevinden met een begeleidend document dat door de overheid is gecontroleerd.

Erkenningscommissie

Art. 12.De Erkenningscommissie zal bijdragen om de doelstellingen van de kwaliteitswijn te bereiken en alles in het werk stellen om de oorsprongsbenaming via alle nodige maatregelen te beschermen.

Alleen de Erkenningscommissie is bevoegd met een twee derde meerderheid van de aanwezige en vertegenwoordigde leden en in het kader van de Europese verordeningen, onderhavig lastencohier te wijzigen voor wat betreft artikelen 2, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 12, 13 en 14. De Erkenningscommissie is voorts bevoegd om nieuwe percelen geschikt voor de productie van kwaliteitswijnen te erkennen. Elke wijziging zoals hierboven bedoeld moet aan de bevoegde administratie van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap worden genotificeerd.

De Erkenningscommissie is als volgt samengesteld : - 4 vertegenwoordigers van de wijnbouwers; - 2 vertegenwoordigers van de vzw Belgische Federatie van Wijn & Gedistilleerd; - 3 vertegenwoordigers van de Horeca, Kleinhandel en Distributie; - 1 vertegenwoordiger van het Bestuur Economische Inspectie van het Ministerie van Economische Zaken belast met de officiële controle voor de Lidstaat; - 1 vertegenwoordiger van vzw VLAM, Vlaams Promotiecentrum voor Agro- en Visserijmarketing.

Organisatie, werken en samenstelling van de Erkenningscommissie worden bij huishoudelijk reglement geregeld.

Situatie van de wijngaard bij neerlegging van dossier

Art. 13.Elke producent uit de omschreven productiezone mag bij de Erkenningscommissie een volledig dossier indienen met het oog op de erkenning als Gecontroleerde Oorsprongsbenaming. Binnen een termijn van drie maanden ontvangt hij een gemotiveerd advies van de Erkenningscommissie.

Controle

Art. 14.Elke producent die een erkenningsdossier heeft ingediend moet zich op elk ogenblik onderwerpen aan controles door de Erkenningscommissie en door de bevoegde overheden. » Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw van 6 januari 2000.

De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Mevr. V. DUA

^